Polymeren en Composieten

You might also like

Download as rtf, pdf, or txt
Download as rtf, pdf, or txt
You are on page 1of 12

polymeren en composieten.

polymeren
polymeren zijn organische structuren die uit lange moleculen bestaan.
de chemische samenstelling bestaat met name uit koolstof en
waterstof en andere niet-metallische elementen. polymeren hebben
een lage dichtheid en zijn zeer flexibel. naast plastics en andere
kunststoffen vallen ook natuurlijke stoffen als natuurrubber onder de
polymeren. voorbeelden van polymeren zijn bakeliet, polyetheen,
nylon en teflon.
zie ook polymeer

composieten
een composiet is een materiaal dat is opgebouwd uit verschillende
componenten. vaak worden hiermee vezelversterkte kunststoffen
bedoeld. de vezels zorgen voor de krachtsdoorleiding en de matrix
(vaak kunststoffen) houden de vezels samen en zorgen voor het
overbrengen van schuifspanningen. bekendste vezels zijn glas,
aramide (kevlar) en koolstofvezel (carbon). voorbeelden van
composieten zijn glasvezel, glare en spaanplaat, maar ook beton wordt
tot de composieten gerekend.

acrylonitril butadieen styreen (abs)

eigenschappen
abs is een vormvast materiaal en heeft weinig neiging tot kruip. de
maximale gebruikstemperatuur ligt tussen de 85°c en de 100°c,
afhankelijk van de modificatie. minimale gebruikstemperatuur is vanaf
-35°c.
soortelijke massa: 1,06 g/cm3
treksterkte: 39 mpa
buigsterkte: 67 mpa
rek bij breuk: 30%
elasticiteitsmodulus: 2000 mpa
kerfslagwaarde: 2 kj/m2

gebruik
• autobumpers;
• λεγο-blokjes;
• golf-clubs;
• apparaatbehuizingen;
• pijpen;
• intellicams;
• αιρσοφτ guns.
• goedkopere motorhelmen

aramide

vezels gesponnen uit para-aramide hebben een bijzonder grote


treksterkte, laag gewicht, kleine rek en zijn bestand tegen relatief
hoge temperaturen.

gebruik en eigenschappen
aramidevezels worden onder andere gebruikt in kogel- en
scherfwerende vesten, sleep- en hijskabels, zeilen voor
competitieboten, kano's en kajaks, brandwerende kleding,
remvoeringen en sterke en lichte composieten. het wordt ook gebruikt
voor spullen voor extreme sporten, beschermende kleding voor
dierenverzorgers,composiet voor vliegtuigen, lekvrije fietsbanden,
bootzeilen, ter vervanging van asbest, soms in luidsprekers en recent
ook in de bladen van modelhelikopters.
meta-aramide wordt vooral gebruikt als hittebestendig textiel in
brandwerende kleding.
wanneer de polymeer gesponnen wordt, dan resulteert dat in een
para-aramide met een enorme kracht die hitte- en snijbestendig is.
para-aramide draden corroderen niet en hun kracht wordt niet
verzwakt door onderdompeling in water. de kracht om kogels te
stoppen neemt echter wel af als de aramide nat is, tenzij deze speciaal
waterbestendig gemaakt is.

beschermde kleding (hitte bestendig/ kogelwerend vest):


• vlam-dovende kleding
• περσοονλιϕκε βεσχηερµινγσµιδδελεν en helmen
• σνιϕβεστενδιγε ηανδσχηοεν
• σπορτ αρτικελεν
• τεξτιελ
composiet:
• composiet (materiaal)
• ϖεζελϖερστερκτε κυνστστοφφεν
• τεχηνισχη παπιερ
• ασβεστ vervanging
• hete lucht filtratie
• ζειλ doek
• λυιδσπρεκερ woofers
• βοοτροµπ materiaal
autoindustrie:
• remblokken
• τυρβο σλανγεν
• τανδριεµ ανδ ϖ−ριεµεν
• λυχητβανδ, nieuw met sulfron (zwavel gemodificeerd twaron)
• mechanical rubber goods versterking
lineaire trekkrachten
• glasvezel kabels (ofc)
• τουωεν
• υµβιλιχαλ καβελσ (offshore toepassing)
• ρεινφορχεδ τηερµοπλαστιχ πιπεσ

acrylvezel

acryl is een synthetische vezel, die wordt verkregen uit polymerisatie


van acrylonitril. polyacryl vormt lange lineaire moleculen, die zeer
geschikt zijn voor gebruik als (textiel)vezel.

zuiver polyacrylonitril is niet geschikt voor het maken van kleding


omdat deze kunststof zeer brandgevaarlijk is en slecht hecht aan
kleurstoffen. door toevoeging van kleine hoeveelheden van
vinylchloride aan het polymeer wordt de brandbestendigheid verhoogd.
door toevoeging van styreen wordt de hechting van kleurstoffen
verbeterd.

vezels van zuiver polyacryl kunnen door middel van pyrolyse omgezet
worden in koolstofvezels.

bakeliet

bakeliet (pf) is een kunststof die vooral rond het midden van de 20e
eeuw veel gebruikt werd.
het is een mengsels van fenol en formaldehyde. het resultaat was
uiteindelijk de kunststof bakeliet (omstreeks 1908).

bakeliet is een synthetisch kunstharsproduct en laat zich gemakkelijk


in allerlei vormen persen, heeft een grote mechanische stevigheid met
daarnaast een hoog vermogen tot elektrische isolatie. vanwege deze
laatste eigenschap werd het toegepast in de elektrotechniek. later
werd die functie overgenomen door nieuwe kunststoffen.

technische gegevens
• thermoharder
• διχητηειδ 1,28 g/cm³
• zeer goede isolator:
• lage elektrische geleidbaarheid
• hoge overslagspanning (in de orde van 20kv/mm)
• bestand tegen temperaturen tot 300 graden celsius

toepassingen
• tussenlaag in geleiders (als elektrische isolatie bijvoorbeeld bij
de stroomleidingen boven de treinsporen);
• hittebestendige handvatten (bijv. bij pannen)

carbon (kunststof)

carbon is de gangbare benaming voor een composietmateriaal dat


bestaat uit koolstofvezels en kunsthars. het onderscheidt zich door
grote sterkte en stijfheid en laag gewicht. de naam carbon komt van
het engelse woord voor koolstof.
carbon heeft vele toepassingen. aanvankelijk in de lucht- en
ruimtevaart, maar er bestaan nu ook toepassingen in bijvoorbeeld
lichtgewicht polsstokken, wandelstokken, surfmasten, fietsen
(bijvoorbeeld de wielen), helmen en duikflessen.

celluloid

celluloid is de naam van een groep chemische verbindingen op basis


van nitrocellulose en kamfer plus kleurstoffen en hulpstoffen. in het
algemeen wordt celuloid gezien als de eerste thermoplast. celluloid
kan makkelijk gegoten en bewerkt worden en er zijn aanwijzingen dat
van oorsprong celluloid werd gebruikt als vervanger voor ivoor.
celluloid is zeer brandbaar en de verbindingen zijn niet stabiel, en
daarom wordt het nog maar weinig gebruikt. een uitzondering zijn
tafeltennisballetjes die nog steeds van celluloid zijn gemaakt.

er zijn op nitrocellulose gebaseeerde plastics van iets eerdere datum


dan celluloid: collodion is uitgevonden in 1848 en werd gebruikt om
wonden af te dekken en als emulsie voor fotografische platen. als het
wordt gedroogd ontstaat een celluloid-achtige film.

celluloid is eind 19e en in de eerste helft van de twintigste eeuw voor


vele doeleinden gebruikt: vulpennen, mesheften, speelgoed, etc. de
nadelen, brandbaarheid en spontane decompositie, maakten dat het
werd vervangen door plastics op basis van cellulose acetaat en
polyethyleen vanaf het midden van de twintigste eeuw. in de
eenentwintigste eeuw worden er weer vulpennen gemaakt van
celluloid, door onder andere de fabrikanten stipula, conway stewart en
visconti (uit florence). het gebruik van celluloid als basis voor de
eerste films heeft grote problemen gegeven bij het conserveren van
deze films.
elastomeer

elastomeren zijn polymeren met rubberachtige eigenschappen. het


woord elastomeer komt van de woorden ‘elastisch’ en ‘mer’ (dat iets
betekent als 'deel', zoals in bijvoorbeeld ‘polymeer’ of ‘monomeer’)
een elastisch materiaal neemt weer zijn oorspronkelijke vorm aan na
verwijdering van een externe belasting.
voorbeelden van elastomeren zijn:
• natuurrubber (nr)
• επδµ-rubber
• ισοπρεενρυββερ (ir)
• στψρεεν−βυταδιεενρυββερ (sbr)
• ισοπρεεν−βυτψλρυββερ (iir)
• νεοπρεεν (polychloropreen)
• πολψυρετηααν (pur)
• επιχηλοορηψδρινερυββερ (eco)

repulan
een aantal eigenschappen van repulan :
• slijtvast
• elastisch
• variatie in hardheden van 0 tot 97 shore a
• schokdempend
• producten met signaalkleuren
• goede hechting op staal
• hoge scheursterkte
• hydrolysebestendig
• bestand tegen diverse oliesoorten
• verschillende wanddikten in één product mogelijk

plastic

plastic is een groepsnaam afkomstig uit het engels, in het nederlands


heet het ook wel plastiek. het woord wordt ook in de nederlandse taal
veel en in ruime zin gebruikt als alternatief voor "kunststoffen".
een plastic is oorspronkelijk alleen een kunststof waarvan door
plastische vormgeving - verhitting in een vorm onder druk - een
voorwerp kan worden gemaakt. men spreekt dan van een thermoplast.
lang niet alle kunststoffen vallen daaronder. daarom spreekt men in de
kunststofindustrie liever van kunststoffen of van polymeren.
een goed voorbeeld van een kunststof die na vorming niet meer
plastisch te vervormen valt is polyurethaanschuim, dat veel wordt
toegepast in meubels, kussens en dergelijke, maar in zijn harde vorm
ook in koelkasten.
het witte materiaal waaruit allerlei flessen kunnen worden gemaakt
(polyetheen) daarentegen is wel weer smeltbaar en kan dus in principe
opnieuw verwerkt worden zonder chemische afbraak. ook
vuilniszakken worden van thermoplastisch materiaal vervaardigd -
door middel van een blaasproces.

natuurlijke polymeren
• cellulose
• ρυββερ

kunstmatige plastics
• polyvinylchloride (pvc)
• πολψετηεεν (pe)
• πολψπροπεεν (pp)
• πολψστψρεεν (ps)
• νψλον (polyamide, pa)
• αραµιδε
• πολψεστερ
• πολψετηεεντερεφταλαατ (pet)
• βακελιετ
• πολψµετηψλµετηαχρψλαατ (pmma, plexiglas, limacryl of perspex)
• πολψετηψλεεν τερεφταλαατ γλψχολ (petg)

polymethylmethacrylaat

polymethylmethacrylaat (pmma) is een polymeer van


methylmethacrylaat. deze transparante thermoplast is beter bekend
onder de naam plexiglas.

toepassing
polymethylmethacrylaat laat ongeveer 90% van het licht door en
wordt daarom vaak gebruikt ter vervanging van glas, ten opzichte
waarvan het een aantal voordelen biedt:
• het is lichter;
• het versplintert niet;
• het is eenvoudig in allerlei vormen te produceren;
• het laat meer licht door dan gewoon glas.
er zijn ook nadelen:
• het is minder hard dan glas en daardoor gevoeliger voor
beschadiging (krassen);
• zonder de nodige additieven laat het ultraviolet licht door (kan
afhankelijk van de toepassing ook een voordeel zijn);
• het is minder hittebestendig dan glas.
• het is zeer brandbaar.
ramen, die vaak wat klappen te verwerken krijgen, zoals in
ijshockeystadions, worden vaak van polymethylmethacrylaat gemaakt.
net door deze eigenschap kwamen de passagiers bij de kabeltreinramp
in kaprun vast te zitten in de afgesloten wagons. een andere
toepassing is bijvoorbeeld in aquaria. het wordt soms ook gebruikt in
dvd's, maar het duurdere polycarbonaat is daar geschikter voor.
de polymethylmethacrylaten worden ook gebruikt in de tandheelkunde
bij de vervaardiging van een losse prothese en bij de eerste generatie
van composietvullingen.

rubber
rubber is een polymeer dat voorkomt als een emulsie in het sap van
een aantal plantensoorten (dit sap is bekend als latex), zoals
braziliaanse rubberboom, indische rubberboom (ficus elastica),
euphorbia's (manihot glaziovii), paardenbloem o.a. taraxacum kok-
saghyz, parthenium argentatum, funtumia elastica, landolphia spp. en
cryptostegia spp.. de naam komt van het engelstalige werkwoord voor
wrijven (to rub).
natuurlijk rubber wordt doorgaans geproduceerd uit latex, gewonnen
uit de braziliaanse rubberboom. ongeveer 33% van dit sap bestaat uit
rubber. de latex wordt vervolgens gefiltreerd en verdund met water.
het resultaat hiervan wordt met zuur behandeld om de rubberdeeltjes
te doen stollen. het resultaat hiervan, ook rubber genoemd, wordt tot
dunne plakken gerold en gedroogd.
voor het synthetisch produceren van rubber is polymerisatie vereist,
een proces dat ook gebruikt wordt in de productie van plastics.
voorbeelden van synthetische rubbers zijn chloropreen rubbers,
butadien rubbers en butyl rubbers.
in 1770 ontdekte de chemicus joseph priestley per ongeluk dat rubber
potloodstrepen kon verwijderen. rubber werd vanaf dat moment vooral
in kleine stukjes verkocht als vlakgom en het materiaal werd rubber
genoemd, naar het engelstalige werkwoord voor wrijven (to rub).

geschiedenis
rubber wordt al heel lang verzameld en gebruikt in het natuurlijk
verspreidingsgebied van rubber bevattende planten, zoals de
braziliaanse rubberboom. de meso-amerikaanse beschavingen wonnen
de rubber meestal van de castilla elastica. zij gebruikten rubberen
ballen voor een balspel. ook zijn pre-columbiaanse rubberen ballen
gevonden. deze vondsten dateren van 1600 v.chr. volgens bernal díaz
del castillo waren de spaanse veroveraars zo verbaasd over de
stuiterende rubberen ballen dat zij dachten dat deze waren behekst.
de maya's maakten een tijdelijke rubberen schoen door hun voeten in
een latexmengsel te dopen. rubber werd daarnaast gebruikt voor
constructie-doeleinden, zoals bindmateriaal om stenen en metalen
werktuigen aan houten handvatten vast te maken.
omdat het vulkaniseren nog niet was ontdekt gebruikten de oude
meso-amerikanen organische middelen, waarbij ruwe latex werd
gemengd met sap van andere planten, zoals die van ipomoea alba. dit
gaf vergelijkbare resultaten. in brazilië werd rubber gebruikt voor het
waterdicht maken van kleding. het verhaal gaat dat toen de eerste
europeanen uit brazilië met deze kleding terugkeerden in portugal ze
berecht werden op verdenking van tovenarij.
de eerste rubber banden werden in 1791 gemaakt. in 1820 begon
thomas hancock in engeland producten van rubber te maken. in 1828
breidde hij uit naar frankrijk, en in 1832 naar de verenigde staten. in
1839 werd het vulkaniseren uitgevonden door charles goodyear en/of
hancock. hierna nam de vraag naar rubber sterk toe. in 1910 slaagde
de russische chemicus sergei vasiljevich lebedev erin om synthetisch
rubber te maken gebaseerd op poly-butadieen. zijn boek, research in
polymerisation of by-ethylene hydrocarbons (1913), werd de bijbel
voor de studie van synthetisch rubber.

gebruik
rubber wordt onder meer gebruikt voor: autobanden, condooms,
rubberen balletjes, rubberen kogels, sommige handvatten, gummen,
de zolen van schoenen, laarzen en fietszadels

glare

glare (oftewel glass reinforced aluminum) is een amalgamaat


uitgevonden door de delftse hoogleraar prof.ir. boud vogelesang. het
wordt onder meer door stork fokker gebruikt in vliegtuigrompen van
airbus toestellen.

opbouw
glare is als materiaal geconstrueerd uit laagjes aluminium met een
dikte van 0,3 en/of 0,4 millimeter. deze laagjes worden ontvet,
gebeitst, geanodiseerd, van primer voorzien en dan aan elkaar gelijmd
met glasvezels die geïmpregneerd zijn met lijm (zogenaamde prepregs
ofwel pre impregnated vezels).
het resulterende materiaal heeft een iets lagere dichtheid dan
aluminium en is ongeveer anderhalf maal zo sterk als staal.

ontwikkeling
glare is qua constructie afgeleid van arall, een ouder materiaal waarin
lagen aluminium aan elkaar werden gelijmd met behulp van
geïmpregneerde aramidevezels. vogelesang ontwikkelde daaruit glare
door de voorgespannen aramide te vervangen door niet-gespannen
glas.

eigenschappen
glare bezit een groot aantal aantrekkelijke eigenschappen. de
belangrijkste hiervan is echter de weerstand van het materiaal tegen
vermoeiing. deze eigenschap is gebaseerd op de toepassing van
glasvezellagen in het materiaal, die op trek staan. ontstaat er een
vermoeiingsscheurtje, dan zorgen de glasvezellagen ervoor dat het
scheurtje niet verder uitscheurt.
belangrijk daarnaast is dat deze inkapseling in meerdere richtingen
tegelijk werkt. hierdoor kan glare weerstand bieden aan vermoeiing in
meerdere richtingen, wat het uitermate geschikt maakt voor gebruik in
vliegtuigrompen: de romp van een vliegtuig ondergaat tijdens de
vlucht krachten in twee richtingen die loodrecht op elkaar staan.

verdere ontwikkeling
anno augustus 2003 hoopte stork varianten van glare te ontwikkelen,
toegespitst op verschillende toepassingen binnen vliegtuigen (te
denken valt aan een glare met goede weerstand tegen
schuifspanningen en impactweerstand). hiermee hoopt stork
uiteindelijk glare voor het gehele vliegtuig te kunnen leveren. het
eerste vliegtuig waar glare op grote schaal is toegepast, is de airbus
a380, het grootste passagiersvliegtuig ter wereld.

spaanplaat

You might also like