Professional Documents
Culture Documents
Literatuurgeschiedenis
Literatuurgeschiedenis
Literatuurgeschiedenis
18e eeuw:
Historische context
1. Welke drie groeperingen streden in de 18e eeuw in Nederland om de macht?
-> de stadhouder en zijn aanhang (Oranjepartij)
-> de regenten die tegen de stadhouder waren en de macht wouden behouden
-> patriotten (burgerij) die tegen de stadhouder waren & meer invloed van burgers in het
bestuur wouden.
2. Naar welke van die drie gaat jouw sympathie uit? Leg uit waarom.
-> naar de patriotten, want ik vind dat iedereen invloed in het bestuur moet hebben.
3. Waar komt de term “Pruikentijd” eigenlijk vandaan?
-> door de mode: ze droegen elegante kleding & pruiken
4. Was de 18e eeuw net als de 17e een eeuw van economische vooruitgang?
-> nee het ging achteruit, de industriële revolutie liet op zich wachten, omdat de regenten
vooral rentenierden i.p.v. nieuwe investeringen doen, stagneerde de handel & nijverheid.
Culturele context
5. Dé filosoof van de Verlichting was Immanuel Kant. Wat is volgens hem de zinsspreuk van die
periode? Vind je dat passend? Leg uit.
-> ‘Heb de moed, je van je eigen verstand te bedienen.” Ja, want mensen dachten niet zelf en
geloofden alles wat ze hoorden
6. Waarom is de in 1784 opgerichte Maatschappij tot nut van het algemeen zo kenmerkend voor
deze periode? En waarom is het nauwelijks voor te stellen dat een dergelijke organisatie in de
middeleeuwen zou zijn ontstaan?
-> De in 1784 opgerichte Maatschappij tot nut van het algemeen is kenmerkend voor deze
periode omdat het een typisch voorbeeld is van de Verlichting. De Verlichting was een
periode waarin kennis, wetenschap en rede centraal stonden en waarin men geloofde dat het
verspreiden van kennis en educatie een positieve invloed zou hebben op de maatschappij. De
Maatschappij tot nut van het algemeen richtte zich dan ook op het bevorderen van het
algemeen welzijn door middel van educatie en voorlichting. De organisatie richtte zich op
allerlei maatschappelijke problemen zoals armoede, gebrek aan onderwijs en onwetendheid en
zette zich in voor de verspreiding van kennis en educatie.
Het is echter nauwelijks voor te stellen dat een dergelijke organisatie in de middeleeuwen zou
zijn ontstaan omdat de middeleeuwen een periode was waarin kennis en educatie vooral was
voorbehouden aan de elite en de kerk. Het idee dat kennis en educatie een positieve invloed
zouden hebben op de maatschappij was destijds nog niet breed geaccepteerd.
7. In Laagland Literatuurgeschiedenis wordt de 18e eeuw nog gerekend tot het tijdperk van het
toneel. Is dat wel helemaal terecht? Leg uit.
-> nee, ze richtten zich meer op schrijven en wetenschap.
8. Waarom is het, gezien de ontwikkeling van de burgerij aan het einde van de 18e eeuw, logisch
dat een nieuwe literaire vorm zijn intrede deed: de roman?
-> De burger ontwikkelde zich als individu. Dit leidde tot zelfbespiegeling, aandacht voor het
innerlijke leven en voor eigen en andermans gedrag. Het persoonlijke werd ontdekt en
verwoord. De roman die in die tijd tot ontwikkeling kwam, bleek een geschikte literaire vorm
voor deze ontdekking van het persoonlijke en innerlijke.
9. Beschrijf in ca. 150 woorden het belang van spectatoriale tijdschriften als De Hollandse
Spectator?
-> Spectatoriale tijdschriften, zoals De Hollandse Spectator, waren belangrijk in de 18e eeuw
vanwege hun rol in het verspreiden van kennis en ideeën. Ze waren een belangrijk medium
voor de verspreiding van verlichtingsideeën en kritiek op de maatschappij en de overheid. De
Hollandse Spectator richtte zich op een breed publiek en bood lezers een mix van amusement
en educatie. Het tijdschrift bood een platform voor schrijvers en intellectuelen om hun ideeën
te delen en te verspreiden. Daarnaast was het een belangrijk middel voor sociale mobiliteit,
aangezien het tijdschrift ook toegankelijk was voor mensen uit lagere sociale klassen. Kortom,
spectatoriale tijdschriften waren belangrijk vanwege hun rol in het verspreiden van kennis en
ideeën en het bevorderen van sociale mobiliteit.
10. Zie je een overeenkomst tussen de Embleembundels uit de 17 eeuw en de spectatoriale
tijdschriften? Leg je antwoord uit.
-> Ja, er zijn overeenkomsten tussen Embleembundels uit de 17e eeuw en spectatoriale
tijdschriften. Beide waren belangrijke media voor het verspreiden van kennis en ideeën en
speelden een rol in het bevorderen van sociale mobiliteit. Zowel Embleembundels als
spectatoriale tijdschriften richtten zich op een breed publiek en boden lezers een mix van
amusement en educatie. Daarnaast boden ze een platform voor schrijvers en intellectuelen om
hun ideeën te delen en te verspreiden. Beide waren ook toegankelijk voor mensen uit lagere
sociale klassen.
11. Wat is een imaginair reisverhaal en waarom was het in de 18e eeuw zo populair bij schrijvers?
-> Een imaginair reisverhaal is een literair genre waarbij de hoofdpersoon op reis gaat naar een
denkbeeldige wereld of plaats. Dit genre was in de 18e eeuw populair bij schrijvers omdat het
hen de mogelijkheid gaf om kritiek te leveren op de maatschappij en de overheid, zonder
direct te worden aangevallen of gecensureerd. Door te schrijven over een denkbeeldige wereld
konden schrijvers hun ideeën op een veilige manier delen en verspreiden. Daarnaast bood het
genre schrijvers de mogelijkheid om te experimenteren met nieuwe ideeën en concepten, wat
bijdroeg aan de ontwikkeling van de literatuur.
12. Wat is het belangrijkste kenmerk van het nieuwe genre: de roman?
-> Het belangrijkste kenmerk van het nieuwe genre, de roman, is dat het zich richt op het
beschrijven van het innerlijk van de personages en hun individuele ervaringen en emoties.
Hier wordt er veel aandacht besteed aan de psychologie van de personages en hun
persoonlijke ontwikkeling. Daarnaast biedt de roman vaak een kritische blik op de
maatschappij en de sociale structuren van die tijd.
19e eeuw:
1. Tot welke twee tegenstelde reacties leidde de moderniteit in de 19e eeuw? Geef van beide
reacties de belangrijkste kenmerken.
-> Enerzijds een positieve reactie van hen die geloofden in de vooruitgang die wetenschap,
techniek en industrialisatie leken te bieden. Anderzijds een negatieve, meer afwijzende en
kritische houding waarin gewezen werd op de gevaren voor mens en natuur van de
voortschrijdende techniek en industrialisatie. In de kunst à romantiek en realisme.
2. Wie zijn de grondleggers van de idealistische filosofie, van het materialisme, van het
positivisme en van de evolutietheorie en in wiens filosofie staat de Übermensch centraal?
-> Idealistische filosofie: Friedrich Wilhelm von Schelling
-> Materialisme: Karl Marx
-> Positivisme: Auguste Comte
-> Evolutietheorie: Charles Darwin
-> Übermensch: Friedrich Nietzsche
3. Geef van elke onder vraag 2 genoemde benadering aan of hij volgens jou meer onder de
romantiek valt of onder het realisme. Geef per benadering een korte toelichting op je keuze.
-> Idealistische filosofie: romantiek – het gevoel werd boven rede geplaatst
-> Materialisme: realisme: het gaat over de werkelijkheid
-> Positivisme: realisme - feiten
-> Evolutietheorie: realisme – werkelijkheid
-> Übermensch: romantiek – waarheden waren illusies geworden
5. Leg aan de hand van Madame Bovary uit dat de relatie tussen publiek en schrijver in de 19e
eeuw verandert.
-> In de 19e eeuw veranderde de relatie tussen publiek en schrijver. "Madame Bovary" van
Gustave Flaubert brak met conventies door realistisch en ongecensureerd het leven en de
menselijke zwakheden te tonen. Dit confronteerde het publiek met de complexiteit van het
menselijk bestaan en weerspiegelde de groeiende nadruk op individuele vrijheid en realisme in de
literatuur.
8. Welke vier onderdelen zijn kenmerken voor de Nederlandse romantiek in de 19e eeuw?
-> De gerichtheid op het verleden en de historische roman, de humor, het werk van Multatuli en
vooral de individualistische poëzie van de Beweging van Tachtig zijn kenmerkend voor de
Nederlandstalige romantiek in de negentiende eeuw.
9. Wat is de schrijversnaam van Eduard Douwes Dekker, wat is zijn belangrijkste boek en wat is
het onderwerp van die beroemde roman?
-> De schrijversnaam van Eduard Douwes Dekker is Multatuli. Zijn belangrijkste boek is "Max
Havelaar" (voluit: "Max Havelaar, of de koffieveilingen der Nederlandsche Handel-
Maatschappij"), gepubliceerd in 1860. Het boek is een aanklacht tegen het koloniale systeem in
Nederlands-Indië en behandelt de uitbuiting van de inheemse bevolking door de Nederlandse
koloniale overheersers.
10. Wat zijn de vier belangrijkste dichters van de Beweging van 80?
-> Willem Kloos
-> Lodewijk van Deyssel
-> Frederik van Eeden
-> Herman Gorter
13. Beschrijf in ca. 60 woorden de kern van het determinisme en het naturalisme.
-> Determinisme: de opvatting dat bij een mens de vrije wil aan banden wordt gelegd
door erfelijkheidsfactoren en de invloeden van het sociale milieu van de mensen.
-> Naturalisme: het gedrag van personages in naturalistische romans en verhalen, hun
doen en laten wordt grotendeels bepaald door determinerende factoren. Ze hebben geen
vrije wil.