Voorbereiding Praktische Toets Redox 2020 Nakijk

You might also like

Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 2

Voorbereiding Praktische toets Redoxreacties

1 ethaan-1,2-diol + 2 H2O  ethaandizuur + 8H+ + 8 e- (5x)


- + - 2+
MnO4 + 8 H + 5 e  Mn + 4 H2O (8x)
5 ethaan-1,2-diol + 8 MnO4- + 24 H+  5 ethaandizuur + 8 Mn2+ + 22 H2O

(Uiteraard moeten de organische stoffen in structuurformules, maar daar heb ik


nu geen tijd voor. Zoek ze zelf op als je zeker wilt weten of je het goed hebt
gedaan)

Het permanganaation geeft een donkerpaarse kleur aan de oplossing, het


mangaanion is kleurloos (staat niet in 65B), maar omdat je een overmaat
permanganaat hebt blijft het mengsel paars (iets lichter), dus doe je geen
duidelijke waarneming (alcoholen en zuren hebben geen kleur).

2 Leg uit of je iets waarneemt, en zo ja wat, als:


A. Beide oplossingen bevatten een oxidator, dus die reageren niet met elkaar.
Water is ook reductor, dus zal in evenwicht met broom reageren, maar het
is zeer de vraag of je dat gaat waarnemen (te langzaam), zo ja, dan zou je
zuurstofbelletjes moeten zien en het lichter van kleur worden van het
broomwater.
B. Zn2+ reageert niet met Fe, want ΔV0 < -0,3. Geen waarneming.
C. Jood is sterke oxidator, sulfietion (+ water) is reductor, reactie verloopt.
Gele kleur van joodwater verdwijnt. Aan het begin zetmeel toevoegen
maakt waarneming nog veel duidelijker (donker  kleurloos).
D. Zowel nitraat als Pb2+ zijn sterk genoeg als oxidator om met de reductor
magnesium aflopend te reageren. NO3- (+ water) is de sterkste oxidator
van de twee en reageert tot onder andere NO2-. Deze laatste is op zijn beurt
een nog sterkere oxidator, dus zal tot N2O (g) reageren. Je zou dus
gasbelletjes kunnen zien (scherp opgemerkt door Veerle!). Met dit soort
‘kettingreacties’ hoef je geen rekening te houden op het SE!

3 Verklaar van de volgende experimenten de waarnemingen met halfreacties.


A. Br2 oxidator, S2O32- reductor. Half- + totaalreacties geven lukt jullie wel. Gele
(oranje, bruine) kleur van broom verdwijnt omdat het omgezet wordt in
kleurloos Br- (aq)
B. Cl2 oxidator I- reductor. Kleur van lichtgroen (Cl2) naar geel (l2). Met zetmeel
is I2 weer veel beter te zien.
C. H2C2O4 reductor, I2 oxidator. Er ontstaat een gas (CO2) en gele kleur
verdwijnt (of weer zetmeel)
D. Sn reductor, Cu2+ oxidator. Blauwe kleur Cu2+ verdwijnt en grijze kleur tin
wordt vervangen door rode kleur Cu(s) (Sn2+ reageert overigens in
evenwicht verder tot Sn4+)
4 Onderzoek aan een (licht)groene oplossing

In een reageerbuis zit een (licht)groene oplossing. Onderzoek met een


redoxproef of dit chloorwater of een oplossing van een Cr3+-, Ni2+-, Fe2+-, of
MnO42--zout is.

Je hebt de beschikking over de volgende chemicaliën:

- koper(ll)sulfaatoplossing
- aangezuurde waterstofperoxide-oplossing
- niet aangezuurde waterstofperoxide-oplossing
- zinkpoeder
- oxaalzuuroplossing (H2C2O4 (aq))
- natriumsulfietoplossing

Maak een werkplan om te achterhalen wat de groene oplossing is.

Het slimste plan (bedankt, Joop!) is:

1. aan de onbekende oplossing de sterke oxidator aangezuurde


waterstofperoxide toevoegen.
Mogelijke waarnemingen:
- groen wordt paars: MnO42- heeft als reductor tot MnO4- gereageerd
- groen wordt geel: Fe2+ heeft als reductor tot Fe3+ gereageerd
- groen wordt oranje: Cr3+ heeft als reductor tot Cr2O72- gereageerd
- geen verandering: het is Cl2 of Ni2+

2. als bij 1. geen verandering is waargenomen aan de onbekende oplossing de


niet aangezuurde waterstofperoxide toevoegen. Deze zal nu als reductor
moeten reageren.
Mogelijke waarnemingen:
- groen ontkleurt: Cl2 heeft als oxidator gereageerd tot Cl-.
- geen ontkleuring: Het was Ni2+, want deze is als oxidator niet sterk genoeg
om met waterstofperoxide te reageren (eventueel met zink controleren of er
dan wel ontkleuring plaatsvindt)

You might also like