Professional Documents
Culture Documents
Rep v5
Rep v5
Naam :…………………………………
g = 10 m/s2, ʃkoper =8,9.103 kg/m3 ,G = 6,6726. 10-11 Nm2/kg2 ,Raarde = 6,378.106 m,Maarde = 5,976.
1024 kg
NORMERING
Basis 9
Opgave 1 29
Opgave 2 28
Opgave 3 24
Totaal 90
STERKTE EN SUCCES
Opgave 1.
S
ά
Doordat stang S wordt geroteerd om zijn lengte-as , beschrijft bolletje B, met een constante
hoeksnelheid ω = 5 rad/s een cirkelbaan met straal r = 0,8 m. Wrijvingskrachten worden
verwaarloosd.
Fs,x = 15 N.
21 cm
bol 2 bol 1
Sit1.
Joann wil de wisselwerking tussen de massa’s van twee koperen bollen meten.De ene bol
heeft
een straal van 3 cm en de andere bol heeft een diameter van 32 cm.De afstand tussen de
bollen is 21 cm.
a. Bereken de massa van elk van de bollen.(8)
b. Bereken de gravitatiekracht tussen de bollen als de afstand tussen de bollen 21 cm is.(5)
Sit 2
Joann wil de hoogte van een communicatiesatelliet (met een massa van 2.103 kg)
bepalen ,die
een geostationaire baan beschrijft. De omlooptijd van de satelliet is gelijk aan de
omwentelingstijd
van de aarde.
c.Bereken op welk hoogte boven de evenaar de satelliet zich bevindt.(6)
d.Bereken de snelheid waarmee de satelliet rond de aarde draait.(5)
e.Bereken de middelpuntzoekendekracht. (4)
Opgave 3.
A
c
B
In figuur is de baan van een looping in een pretpark schematisch weergegeven.De eigenlijke
looping is het cirkelvormige gedeelte van de baan.De straal van deze cirkelbaan is 3,5 m. Het
linksboven in de figuur getekende wagentje heeft geen motor.In het hoogste punt van de looping
moet het wagentje een snelheid hebben die groter is dan een bepaalde minimale snelheid.
( wrijvingskrachten worden verwaarloosd)
Het wagentje vertrekt bij A van een bepaalde hoogte h.Er is een kleinste hoogte hmin waarvan het
wagentje kan vertrekken waarbij tijdens het ‘over de kop gaan’ niemand gevaar loopt uit het
wagentje te vallen.
b.Bereken de hoogte hmin m.b.v.energiebeschouwing.(5)
De massa van wagentje + inzittende is 150 kg. Op een bepaald moment is de snelheid van
het wagentje 7,5 m/s.
c.Bereken de normaalkracht van het wagentje in het hoogste punt (punt c).(5)
d.Bereken de normaalkracht van het wagentje in het laagste punt (punt B). (5)
e.Bereken de omlooptijd van het wagentje.(4)