Professional Documents
Culture Documents
Macroeconomics Canadian 5th Edition Blanchard Solutions Manual Full Chapter PDF
Macroeconomics Canadian 5th Edition Blanchard Solutions Manual Full Chapter PDF
Macroeconomics Canadian 5th Edition Blanchard Solutions Manual Full Chapter PDF
1. True/False/Uncertain
a. True.
b. False.
c. False.
d. False.
e. True.
f. False.
2. Balance of Payments
Financial Account
Increase in Foreign Holdings of Domestic Assets 80 (=65+15)
Increase in Domestic Holdings of Foreign Assets -50
Net Lending (-) or Borrowing (+) 130 (=80-(-50))
Statistical Discrepancy 30 (=160-130 or =35-5)
Financial Account
Increase in Foreign Holdings of Domestic Assets -50
Increase in Domestic Holdings of Foreign Assets 80 (65 + 15)
Net Lending (-) or Borrowing (+) -130
Statistical Discrepancy -30
c. If you expect the Canadian dollar to depreciate instead, purchase the US bond as
you expect the return (in $Canadian ) to be more than 5%, the 5% in interest as
well as the appreciation of the US dollar (the depreciation of the Canadian
dollar).
If you want a more precise answer, invest $1.00 Canadian in the US bond – this
is $1.0526 US dollars this period, at 5% return this is 1.1052 US dollars next
period, at an exchange rate of 0.90 Canadian dollars per US dollar, 1.1052 US
dollars is 0.9947 Canadian dollars. Since you started with one Canadian dollar,
you lost money – to be exact - 0.52% of your initial investment.
e. No they are not. But the uncovered interest parity condition is about equality of
expected returns, not equality of actual returns.
Year E P P* EP*/P
1 1.0 100 100 1.0
2 1.1 110 100 1.0
3 1.1 110 110 1.1
4 1.1 110 121 1.21
5 1.05 110 121 1.155
a. The domestic nominal exchange rate depreciated from Year 1 to Year 2 and appreciated
from Year 4 to Year 5. There was no change between other years.
b. The domestic real exchange rate did not change from Year 1 to Year 2. It then
depreciated from Year 2 to Year and again from Year 3 to Year 4. Finally it appreciated
from Year 4 to Year 5.
d. The real exchange rate depreciated from Year 1 and Year 5 by 15.5% because there was a
lot more inflation in the foreign country than in the domestic country.
’T is omtrent deeze plaats, omtrent dit dorpjen, dat, naar ’t gevoelen van
eenigen, Graaf Floris de Vijfde, door de zamengezworenen is
omgebragt; (zie onze beschrijving van Naarden, Art. Geschiedenissen,) ’t
geen anderen, doch verkeerdlijk, willen, dat op het Muiderslot zoude
geschied weezen, ’t geen echter van de beste Historieschrijvers wordt
tegengesproken, in navolging van welken de Puik-dichter Antonides van
der Goes, in zijnen Y-stroom, bladz. 108, ook zegt:
NAAMSOORSPRONG.
STICHTING en GROOTTE.
Wie Muiderberg eigenlijk gesticht of aangelegd zoude hebben, daarvan
zijn geene bescheiden voorhanden: oud moet het zekerlijk zijn, uit
aanmerkinge van den reeds gemelden Giftbrief van Graave Willem van
Henegouwen, geschreven in den jaare 1324; want daarin wordt het, gelijk
wij gezien hebben, reeds gespeld.
Wat de grootte betreft, volgends de lijsten der verpondingen van den jaare
1632, stonden er toen 34 huizen, doch honderd jaaren laater, in 1732,
bedroeg dat getal niet meer dan 28 huizen; weshalven het in de gezegde
honderd jaaren, 6 huizen verminderd is; thans zijn er weder 6 minder,
naamlijk slechts 22, het welk zeer ligtlijk het geval van dergelijke, schoon
bloejende, dorpjens kan worden, want die bloei bestaat gemeenlijk in niet
meer dan in eene genoegzaame broodwinning der bewooneren, ofschoon
het daarom anderen, elders woonende, niet geraaden zij, zig aldaar met er
woon te komen nederslaan, alzo zij welligt alles wat zij nog hadden
verteerd zouden hebben, [5]aleer zij gelegenheid kreegen om door hun
toedoen den bloei des dorpjens te vermeerderen, en derhalven zig zelven
in eenen bloejenden staat te bevinden.
Men schat het getal der inwooneren op omtrent 200, die, uitgenomen
eenige weinige Roomschgezinden, allen van den Gereformeerden
Godsdienst zijn.
Het schatbaar land onder het district van Muiderberg behoorende, wordt
begroot op niet meer dan honderd en vijftig morgen.
Dit Artijkel van ons plan betreffende kunnen wij, het tegenwoordige
dorpjen aangaande, niet anders noemen dan de kerk, want Wees- of
andere Gods-dienstige Gestichten zijn er niet voorhanden: de Weezen
worden er bij de inwooners besteed.
Van binnen is de kerk zeer zindelijk, doch ook zeer eenvoudig, hebbende
volstrekt niets dat men kan zeggen een cieraad te weezen; ook is er geen
orgel in.
Derzelver vertooning van buiten, maakt zeer geloofwaardig het geen men
er van aangetekend vindt, naamlijk dat het nog de capel zoude zijn welke
de Roomschen in vroegere eeuwen aldaar gehad hebben; zij heeft in alles
de gedaante van een capel, vooral van vooren; men gaat tot den ingang,
(er is ook maar één ingang aan) door een laantjen van boomen, waar
achter het bovenste gedeelte van de kerk zig verbergt: men wil dat dit
gebouw gesticht zoude weezen, door den reeds meergemelden Graaf
Willem van Henegouwen, de derde van dien naam; doch, en het geen
van zelf spreekt, als eene capel, welke bij de Reformatie van binnen tot
het oefenen van den Gereformeerden Godsdienst is toebereid.
Thans staat op het gebouw een vierkante toren, zijnde van boven geheel
plat; evenwel is dezelve zodanig niet altoos geweest; er heeft, zelfs nog in
de tegenwoordige eeuw, [6]een spits op gestaan, doch hetzelve is er door
een’ stormwind afgewaaid, en sedert is er geen ander spits op gezet.
WERELDLIJKE GEBOUWEN.
Onder dit artijkel kunnen wij niet anders brengen, dan het Rechthuis, dat
voor 3 jaaren een ruime Herberg was; doch sedert in een schoone lusthof
is veranderd. [7]
KERKLIJKE REGEERING.
WERELDLIJKE REGEERING.
De
BEZIGHEDEN
Der bewooneren, zijn meestal de landbouw, waartoe zij, gelijk wij hiervoor
reeds zeiden, goede gelegenheid hebben: het zaajen van boekwijt en
rogge, en het pooten van aardappelen, gaat er zeer sterk: voords vindt
men er eenigen van die werklieden welken in de burgerlijke zamenleving
volstrekt onontbeerelijk zijn.
GESCHIEDENISSEN,
Door het vuur heeft Muiderberg, voor zo verre wij hebben kunnen
naspooren, nooit veel geleden; ook niet door het water; want ofschoon het
nabij de zee gelegen zij, heeft de goeddoende en altijd zorgende Natuur
het dorpjen, door middel van vrij hoog duin tegen de woede van dat
element beveiligd.
„In den jaare 1673 hadden de Franschen,” dus luidt een gedeelte der
historie van dit dorp, „zig op Muiderberg verschanst en batterijen
opgeworpen tegen die van Muiden, welke stad zij toen onder hunne magt
hoopten te krijgen; zij werden echter van daar verdreven, door
verscheidene uitleggers op de Zuiderzee, die van Amsteldam gezonden
werden, en door vlotschuiten met kanon waarvan men drijvende batterijen
maakte, die hen van de vaart tusschen Muiden en Naarden zo
benaauwden, dat zij op den 6 Junij van ’t gemelde jaar opbraken, en
hunne onderneemingen lieten vaaren.”
BIJZONDERHEDEN,
Indien men zig nu plaatst op den afstand van drie- en- vijftig voeten van
het middenpunt des muurs, en een ander zeventien voeten ten westen
bezijden den eerstgemelden gaat staan, en dan zacht of hard, geheele
versen spreekt, beantwoordt de echo dezelven, niet achter elkander, maar
elk afzonderlijk, één voor één: dan, het verwonderlijkste van alles is, dat
de stem of de echo niet schijnt terug te komen van den muur, maar uit den
grond, zeer juist alle woorden nabaauwende.
Deeze echo is aldaar ontdekt voor bijna zeventig jaaren, toen de Heer
Homoet eigenaar dier plaatse was, en bij gelegenheid dat men eene
ligusterhegge uitroeide: intusschen is het zeker, dat in het Vaderlandsch
Treurspel, Gerard van Velzen, in het jaar 1613 in ’t licht gegeven, reeds
gesproken wordt van het verstoord gebeente van dit cirkelrond, en van de
echo, bij gevolg is deeze muur, (waartoe gemaakt weet men niet, mogelijk
tevens tot eene begraafplaats,) en dus ook deeze overschoone echo, al
vóór honderd een- en- dertig jaaren, bekend geweest, die daarna in het
vergeetboek geraakt kan zijn, toen deeze hofstede, uit de eene hand in de
andere overging, tot dat men, de ligusterhegge uitwerpende, dezelve
toevallig ontdekte.
REISGELEGENHEDEN.
Deezen zijn als die van Muiden, want van Amsteldam met de schuit tot
daar gekomen zijnde, vaart men met de Naarder schuit tot de
Hakkelaarsbrug, alwaar men uitstapt om verder naar Muiderberg te
wandelen—Terug gaat men weder, of naar Muiden, of naar de
Hakkelaarsbrug voornoemd, en zo verder op Amsteldam.
LOGEMENTEN,
Deeze zijn geene anderen dan de reeds gemelde plaats van den Heere
Abbema; voords zijn er nog twee herbergen van mindere rang. [1]
[Inhoud]
De stad Weesp.
Zo lang de Zilvren VECHT uw boorden blyft besproeien,
O WESOP! en Natuur u met haar schoon vereert.
Zo lang de Koopmanschap in Nederland zal bloeien;
GENEVER, en door Oost en Westen word begeerd.
—
Zo lang de Naneef TROUW op hogen prys zal stellen,
Hoort Gy, MYN VADERSTAD! uw naam met blydschap spellen.
B. P.—
DE
S TA D
WEESP.
NAAMSOORSPRONG.
STICHTING en GROOTTE.
Hoewel men den tijd der Stichting dezer Stad met geene zekerheid
bepalen kan; veel min of dezelve altijd met vestingen omringd of bevest
is geweest; kan men echter bewijzen dat zij in den Jaare 1131 reeds
bekend was, als blijkt uit zekeren brief van Andreas den
vijfentwintigsten Bisschop [2]van Utrecht, waarin van bovengemelden
Hero gewaagd word. In de handvest van Hertog Willem van Beieren in
’t Jaar 1355, word van Weesp het allereerst melding gemaakt, als van
eene Stad, voorzien met poorten en wallen, en hare Burgers Poorters
genoemd.
’T W A P E N .
Weesp heeft twee Wapens: te weeten het Oude en Nieuwe. Het oude
verbeeld een Kerk, met een’ grooten toren aan den Voorgevel en een’
kleiner’ in de midden: de figuur heeft veel [3]overeenkomst met het
tegenwoordig Kerkgebouw. Het nieuwe is een zilveren paal op een
blaauw veld. Het eerstgenoemde word noch ter bezegeling van brieven
of decreeten gebruikt.
De orde vereischt dat hier ter plaatse ook melding gemaakt worde van
de Stichting van wijlen den Heere Cornelis van Drosthagen, bij
beslotene laatste wille, 1714 gemaakt, en 1718 door zijn dood
bevestigd: volgends welke hij zijne Nalatenschap, bestaande in Huizen,
Landerijen enz onder het bestuur van drie Executeuren van de
Roomsche Religie gesteld heeft; zo nochthans dat bij het afsterven van
eenen derzelven een’ Gereformeerde door de aanblijvenden, in
deszelfs plaatse, mogt verkozen worden; welk laatste reeds sints een
aantal Jaaren heeft stand gegrepen.—De voordeelen, uit deeze
Goederen voordspruitende, moeten in drieën verdeeld worden, als aan
zijne behoeftige Vrienden van moeders zijde; aan het Arme Weeshuis,
en aan Armen der Roomsche Gezindheid. Ter gedachtenisse van
deezen Heer is in een gevel van een der vernieuwde Gebouwen een
steen geplaatst, waarop men het volgende versjen leest:
[6]
WAERELDLIJKE GEBOUWEN.
De Waag, een oud gebouw, voorheen een rondeel der Vestingen, reeds
in den Jaare 1407 geschikt tot het Stadhuis, waar toe het tot 1634
gebruikt is, staat aan de Vecht. Behalve dat dezelve tot het wegen der
Koopmanschappen enz. gebezigd word, strekt zij ook ter
Vergaderplaats van sommige Gilden: terwijl op een harer vertrekken
thans ook de Hoofdwacht der Militairen gehouden word. Derzelver
Voorgevel is niet onaanzienlijk, en pronkt met het Wapen der Stad.
REGEERING.