Professional Documents
Culture Documents
MK 1.2a
MK 1.2a
MK 1.2a
2a
Functie zenuwstelsel:
Snel en kort effect
Netwerk van cellen dat informatie opneemt en verwerkt. Het verbindt alle delen van het
lichaam met elkaar.
Steroïdhormonen zijn vettige stoffen → niet oplosbaar in water en bloed. Daarom hebben
ze transporteiwitten nodig om via de bloedbaan het signaal door te geven. Steroïdhormonen
hebben geen receptoreiwitten nodig aan de buitenkant van de cel, omdat ze door hun
vettige structuur door het celmembraan heen kunnen. De receptoreiwitten van
steroïdhormonen liggen binnen in de cel. Steroïdhormonen effect op de genexpressie.
Voorbeelden van een steroïdhormonen zijn geslachtshormonen, zoals testosteron en
oestrogeen.
1
Achterkwab: Effect op:
ADH: → Nieren
Oxytocine: → Uterus en melkklieren / zaadleider en prostaatklier
Aandoeningen hypofyse:
SIADH: Te veel ADH afgifte, plassen verminderd, waterretentie → hyponatriëmie
Diabetes insipidus: Te weinig ADH afgifte, veel plassen → polyurie
Aandoeningen schildklier:
Hyperthyreoïdie (te snel werkende schildklier):
- Ziekte van Graves
2
Homeostase en ADH:
Osmotische waarde bloed stijgt (bijv door uitdroging): ADH afgifte door de neurofyse →
meer resorptie → minder plassen, meer drinken → meer vocht vasthouden = osmotische
waarde daalt
Reactie op stress:
1. Alarmfase: Fight, Flight or Fright → Alertheid, adrenaline, verandering circulatie,
verhoogd zweetsecretie/ ademfrequentie/ hartfrequentie
2. Weerstandsfase: Mobilisatie resterende energiereserves, glucose sparing, verhoogd
bloedglucose, handhaving bloedvolume
3. Uitputtingsfase: Uitputting vetzuur reserves, schade aan vitale organen, verstoorde
elektrolytenbalans, onvermogen tot produceren glucocorticoïden
Veroudering:
- Huid: Hyperpigmentatie, verhoogd melanine, toename activiteit melanocyten
- Beenderstelsel: Osteoporose, verminderde Ca+opname, PTH (afbraak botten)
- Voortplantingsstelsel: Menopauze/ andropauze, haarverlies, haargroei (vrouwen), afname
oestrogeen (→ verhoogde kans op botbreuken)
- Spierstelsel: Afname groeihormoon, sarcopenie (afname spiermassa)
3
Hoorcollege 2: Het hormonale stelsel
Effect glucagon:
Skeletspieren en levercellen: Glycogeen afbreken tot glucose
Vetweefsel: Geeft vetzuren af → nadelig bijproduct: ketone, tast pH van bloed aan
Eiwitten: Afbraak tot aminozuren → nadelig bijproduct: ketone, tast pH van bloed aan
Effect insuline:
↑Glucoseverbruik + vorming ATP
↑Omzetting glucose in glycogeen → opgeslagen
↑Aminozuuropnamen en eiwitsynthese
↑Vetsynthese
Endocriene functie pancreas: Maakt hormonen voor vertering en het regelen van het
suikergehalte in het bloed.
Hormonale functie: Produceert glucagon en insuline, die zijn belangrijk voor de
stofwisseling van suikers en koolhydraten.
Eilandjes van Langerhans: Produceert glucagon (alfacellen) en insuline (bètacellen)
DM Type 1:
Jonge leeftijd (<40 jr), insuline bijspuiten door absoluut te kort, auto-immuunziekte
(Beta-cellen in Eilandjes gaan stuk waardoor er geen/ te weinig insuline gemaakt wordt)
Behandeling: Insuline toedienen
Patiënt heeft acute en ernstige klachten
4
DM Type 2:
Ouderdomsdiabetes, relatief te kort insuline, ongezonde levensstijl/ ouderdom/ overgewicht
Behandeling: Leefstijl aanpassen, soms medicatie, uiteindelijk insuline bijspuiten
Patiënt heeft geen acute en ernstige klachten → veel sluipender
Symptomen hyperglykemie:
Veel plassen, veel dorst, afvallen, vermoeid, misselijk/ buikpijn/ overgeven, algehele
malaise, plotselinge humeurigheid
Hoorcollege 3: Zenuwstelsel
1. de twee belangrijkste anatomische en functionele onderdelen van het zenuwstelsel
beschrijven.
5
Bestaat uit somatische zenuwstelsel (stuurt skeletspieren aan) en autonome zenuwstelsel
(stuurt spieren van organen aan).
Functies: Waarnemen, aansturen van het lichaam/ organen/ spieren
Autonome zenuwstelsel:
Zenuwstelsel dat onbewust aangestuurd wordt
Somatische zenuwstelsel:
Zenuwstelsel dat bewust aangestuurd wordt
Ruggenmerg:
Verbindt hersenen met perifere zenuwstelsel.
2. belangrijkste delen van de hersenen +plaats en functie van van deze gebieden.
Hersenhelften: Hemisferen
Linker hersenhelft stuurt rechterkant aan
Rechter hersenhelft stuurt linkerkant aan
Hersenkwabben:
Frontaalkwab: Motoriek, aansturing skeletspieren → Spieruitval
Hogere denkfuncties → Apathie, initiatiefverlies, ontremming van gedrag
Pariëtaalkwab: Sensibele waarnemingen verwerking → Sensibiliteitsstoornis,gevoelsstoornis
Ruimtelijke orientatie → Apraxie (dingen niet meer kunnen uitvoeren), neglect
(verwaarlozing, negeren)
Occipitaalkwab: Visuele waarneming → Agnosie (problemen met herkenning), visusstoornis
Temporaalkwab: Auditieve waarneming en taalcentrum → Afasie (taalstoornis)
3 hersenvliezen (meningen):
1. Dura Mater: Buitenste vlies
2. Arachnoidea: Middelste vlies
(Subarachnoid: Hersenvocht)
3. Pia Mater: Binnenste vlies
Meningitis: Ontsteking aan meningen
Hersenzenuwen:
Totaal 12 paar hersenzenuwen: Regelen hoofd- halsgebied
6
5 belangrijkste:
1. Nervus opticus → Verbindt ogen met hersenen (2e hersenzenuw)
2. Nervus trigeminus → Gevoel in je gezicht (5e)
3. Nervus facialis → Spieren in je gezicht (7e)
4. Nervus vestibule cochlearis → Evenwicht en gehoor (8e)
5. Nervus vagus → Beïnvloedt borst- en buikorganen (10e)
Ruggenmergzenuwen:
31 paar ruggenmergzenuwen
- Ontspringen uit ruggenmerg
- Sensibiliteit en motoriek van de rest van het lichaam
Hernia: Beknelling ruggenmergzenuw (zenuwwortel)
Vascularisatie hersenen:
Cirkel van Willis: ‘Rotonde’ van de 4 hersenslagaders, deze vertakken in aders.
Wanneer 1 hersenslagader niet werkt, nemen de andere 3 het over.
Symptomen: Uitval arm, slechte spraak (dysartrie), scheve mond, afasie (stoornis in
begrijpen van geschreven of gesproken taal)
Diagnostiek: CT-scan maken om te bepalen wat voor CVA het was
Behandeling: Mogelijk (deels) herstel
Prognose: 40% matig tot ernstige beperkingen, 15% overlijdt
Links: Herseninfarct, Rechts: Hersenbloeding →
Hersenbloeding:
- Afwachtend beleid, medicamenteus ondersteunen
- Vitale functies controleren. Gevaar: Uitbreiding bloeding/
oedeemvorming hersenen
7
Risicofactoren: Diabetes → Vaatbeschadiging
Atriumfibrilleren → Hartritmestoornis: stolselvorming in atria, kan doorschieten uit aorta
Hypertensie → Kan bloedvat laten knappen door hoge bloeddruk
Atherosclerose → Vernauwing bloedvat door verkalking
Embolie → Verstopping door stolsel
CVA herkennen:
Mond-Spraak-Arm = Beroerte → (FAST: Face, Arm, Speech, Time)
1. de onderdelen en functies van het sympathische en het parasympathische deel van het
autonome zenuwstelsel beschrijven.
Orthosympatische zenuwstelsel:
Effecten: Fight, flight, fright
Pupillen verwijden, hartslag versnellen, luchtwegen verwijden, bloedtoevoer naar
spijsverteringskanaal minderen, bloedtoevoer naar skeletspieren verhogen
Parasympatische zenuwstelsel:
Effecten: Rest & digest
Pupillen vernauwen, hartslag vertragen, luchtwegen vernauwen, bloedtoevoer naar
spijsverteringskanaal stimuleren, stimuleren stoelgang en plassen
8
2. onderscheid maken tussen neuronen en neuroglia op basis van structuur en functie.
Neuronen: Zenuwcel bestaat uit: Cellichaam, kleine uitlopers (dendrieten), grote uitlopers
(axonen), synapsknop
- Sensibele neuronen: Vangen info op uit zintuigen (pijn, geluid)
- Motorische neuronen: Geven opdrachten aan spieren en organen
- Schakelneuronen: Verbindt sensibele en motorische neuronen
9
7. de effecten van veroudering op het zenuwstelsel samenvatten.
Effect van veroudering: Stamcellen in de hypothalamus verdwijnen, vermindering
geheugen/ reactiesnelheid/ motoriek/ zintuiglijke waarneming
10
Ziekte van Parkinson
Etiologie: tekort aan dopamine neurotransmitters
Symptomen: Spierstijfheid, bewegingsarmoede (stijf gezicht, schuifelend lopen), tremor
Diagnostiek: PET-scan, CT-scan
Behandeling: Dopamine aanvullen (levodopa), Diepe Hersen Stimulatie,
Beloop: Langzaam en progressief
11