Professional Documents
Culture Documents
Dordrecht Monumenteel Dordts Geboren NR 74
Dordrecht Monumenteel Dordts Geboren NR 74
74
Colofon Inhoudsopgave
Dordrecht Monumenteel Voorwoord....................................................................................................................................... 3
Dordts Geboren De familie Cuyp op het Nieuwe Werck................................................................................ 4
De kraan Rodermond.................................................................................................................12
De verdwenen huizen van Johannes Rutten ................................................................... 14
Documentatie- en Kenniscentrum
Historisch Informatiepunt Grote gebaren, groot geld en een grote mond.............................................................. 16
AUGUSTIJNENHOF Raadplaatje................................................................................................................................... 18
Krijg de kolere! ............................................................................................................................. 19
Angenetha Balm, een Dordtse Dochter ...........................................................................25
Het huis aan de kaai...................................................................................................................26
Merwedekade 66 .......................................................................................................................32
Stichting Illustre Dordracum Thuiskomen met Karel de Grote......................................................................................... 36
www.augustijnenhof.nl
Stadssanering in de Dordtse binnenstad....................................................................... 38
Anders zouden we allen omkomen .................................................................................... 44
Remplaceren Nationale Militie ........................................................................................... 48
Bezoekadres Dordtse hofjes: de Zomerhof ...............................................................................................50
Hof 15 De Grote Kerkstoren ................................................................................................................54
3311 XG Dordrecht Niets veranderlijker dan de ethiek .....................................................................................55
Voogdij of handel....................................................................................................................... 59
Email Nieuwe boeken van het Augustijnenhof ......................................................................... 60
info@augustijnenhof.nl Lezers schrijven ..........................................................................................................................62
Onze sponsoren ......................................................................................................................... 64
Telefoon Het Augustijnenhof spreekt................................................................................................. 66
(078) 647 48 88
Openingstijden
Dinsdag t/m vrijdag
11:00 - 16:00 uur
Eerste zaterdag
v/d maand
11:00 - 16:00 uur
Redactieteam
Angenetha Balm
Jan Willem Boezeman
Ad Bosch
Jaap Dambruin
Adrie Duine
© 2020 Stichting Illustre Dordracum
Arno de Grauw www.augustijnenhof.nl
Marianne van Kleef
Rosa Paasse Dordrecht Monumenteel | Dordts Geboren is een cultuurhistorisch
magazine voor een ieder die geïnteresseerd is in de geschiedenis
van de oudste stad van Holland. Het is een uitgave van Documentatie-
en Kenniscentrum Augustijnenhof en een initiatief van Stichting Illustre
Dordracum. Het digitale magazine is gratis en verschijnt vier keer per
jaar in januari, april, juli en oktober.
Vrienden worden?
Documentatie- en Kenniscentrum Augustijnenhof ontvangt geen
subsidie, waardoor het voor haar activiteiten afhankelijk is van haar
vrijwilligers, sponsoren en vooral de ‘Vrienden van het Augustijnenhof.’
Wilt u ons steunen en ook Vriend(in) worden? Ga dan naar:
www.augustijnenhof.nl/vrienden
En als dat artikel niet volstaat om uw gemoed op te Ons volgende tijdschrift verschijnt in juli. Dan ziet de
vijzelen, dan hopen we u te kunnen laten grinniken om wereld er anders uit, al is het maar omdat virussen
een bezoeker van het Augustijnenhof, die eigenlijk al- een hekel aan de zomer hebben en Nederland nu
leen maar haar hondje ging uitlaten en volkomen ver- lastige, maar wel verstandige maatregelen neemt.
bouwereerd ons kenniscentrum verliet met de namen Dus houd nog even vol en zorg goed voor uzelf en
van een fors aantal illustere voorouders in de handtas. voor elkaar.
In 2020 is het 400 jaar geleden dat Wij publiceerden daarover in tijd-
kunstschilder Aelbert Cuyp in een huis schrift ‘Achter de Blauwpoort’ van
aan de Dordtse Nieuwe Haven werd januari 2005.
geboren. Ter gelegenheid hiervan
opent het Dordrechts Museum in De vondst van een tekening van het
september een tentoonstelling over huis waarin Aelbert Cuyp werd
zijn werk. Al 20 jaar onderzoeken wij geboren is aanleiding om opnieuw over
de bewoningsgeschiedenis van huizen deze opmerkelijke familie te schrijven.
in deze 16e/17e-eeuwse stadsuitbrei-
ding en daarbij kwamen we de familie
Cuyp al eerder tegen.
Aan de Dwarskade van de in 1609/1610 gegraven Wolwevers- Op 3 oktober 1619 kocht Abraham Gerritsz., glaesmaecker,
haven werden nieuwe huizen gebouwd, op de kade die we nu van Lambert Cornelis Post, metselaar, een huis en erf tussen
kennen als het Vlak. Metselaar Lambert Cornelis Post had de huizen van Maerten van Baelen en Anthoni Lam. Abraham
op die locatie woonhuizen gebouwd van het type Dordtse betaalde met een schuldbrief van ƒ 450 en zijn vader Gerrits
gevel. Metselaars en huistimmerlieden waren in die tijd Gerritsz. Cuyp stond hiervoor borg.⁽⁴⁾
kleinschalige projectontwikkelaars; zij kochten voor eigen Op 5 augustus 1620 kocht hij van Maerten van Baelen een
rekening en risico percelen grond van de stad, bebouwden achter zijn huis liggend onbebouwd erf lanck ontrent 16
die en verkochten de huizen aan geïnteresseerde particu- voeten ende streckende totte heijning muijre. Aan de
lieren of verhuurden ze. afmetingen te beoordelen, zal dit een binnenplaatsje zijn
geweest. Ook nu betaalde hij met een schuldbrief, dit keer
Op 23 december 1615 verkocht de stad zeven percelen opt zonder borgstelling van zijn vader.⁽⁵⁾
Nijenwerck opte Dwerskaeij. Op deze erven werden even- Metselaar Lambert Post bouwde in deze periode diverse
zoveel huizen gebouwd. Later werden die vervangen door de huizen op het Nieuwe Werck, waaronder het huidige huis
grote panden Vlak 1 (nu Sociëteit Amicitia) en Vlak 2 (nu het Vlak 5. Ondanks de afgetopte trapgevel is de bouwstijl van
huis genaamd Vadertje Tijd). Post nog herkenbaar.
Abraham heeft zes zonen gekregen, vijf uit zijn eerste en één
uit zijn tweede huwelijk. Van deze zonen hebben we er
slechts twee op oudere leeftijd kunnen traceren. Jacob
Abrahamsz. Cuyp werd gedoopt in december 1616 en was,
net als zijn vader en grootvader, glazenmaker van beroep.
Jacob Abrahamsen Cuyp trouwde op 4 april 1638 vanuit een
huis aan de Vriesestraat met Magdaleenken van Burch-
graeff. Hieruit blijkt dat Jacob niet bij zijn stiefmoeder aan
het Vlak woonde. Zijn halfbroer, Daniël Abrahamsen Cuyp,
werd in oktober 1628 gedoopt uit zijn vaders tweede huwe-
lijk. Hij was steenhouwer en trouwde op 20 mei 1652 met
Maria Maertens, wonend bij de Tolbrug. Daniël trouwde
vanuit het ouderlijk huis aan het Vlak.
Nieuwe Haven 25, het vermeend geboortehuis van Aelbert Cuyp. Geel omcirkeld het ANWB-informatiebord (foto: Google Streetview)
De huisnaam De Cleyne Nagtegael zal opperkuiper Boude- Lips ging uit van de veronderstelling dat in de vroege 17e
wijn Pietersz. van Duynen hebben ontleend aan het gildehuis eeuw hoofdzakelijk aan de Hoge Nieuwstraat werd gewoond
van de kuipers op de Wijnstraat. Dit gildehuis stond ter en aan de Nieuwe Haven werd gewerkt. Een situatie die zich
hoogte van het Scheffersplein, daar waar nu het pand van de naar Amsterdams voorbeeld vanaf de tweede helft van de
voormalige Twentsche Bank staat. Het gildehuis heette 17e eeuw omkeerde, aldus Lips.
Groote Nagtegael. Het aantal woonhuizen dat aan de zijde van de Nieuwe Haven
stond, was echter al dermate groot, dat er niet gesproken
In zijn boek Wandelingen door Oud-Dordrecht (blz. 203) stelt kan worden van een zich ‘omkerende’ woon-werk situatie.
Lips dat Boudewijn Pietersz. van Duynen in een groot en
deftig huis aan de Hoge Nieuwstraat woonde, waarvan het In de akte van het transport in 1609 wordt het huis beschre-
door de familie Cuyp gehuurde gedeelte een achterhuis was. ven als een huis en erf streckende voor van de havensijde tot
Van Duynen was tussen 1609 en 1625 onmiskenbaar eigenaar agter aen de Hooge Nieustraet. Deze beschrijving wijst op
van het huis en erf, dat strekte van de kade van de Nieuwe een huis waarvan de voorzijde aan de kant van de Nieuwe
Haven tot aan de Hoge Nieuwstraat, maar als bewoner Haven was gesitueerd. Als er al een achterhuis was, dan
hebben wij hem niet aangetroffen. heeft dat aan de Hoge Nieuwstraat gestaan.
Links de twee gevels die in 1903 werden afgebroken om Als we sterk inzoomen op deze foto, dan zien we rechts van
plaats te maken voor het pand rechts, het tegenwoordige het geboortehuis van Aelbert Cuyp nog een vijftal 17e-
Nieuwe Haven 23-24. Het huis met de lijstgevel is het ge- eeuwse gevels. Eén van die gevels staat er nog steeds, het is
boortehuis van Aelbert Cuyp. nu een witgepleisterde trapgevel (Nieuwe Haven nr. 19). Dit
is waarschijnlijk het oudste huis van het Nieuwe Werck. En
Uit een bouwvergunning uit 1869 blijkt dat de firma J. Schot- als we goed kijken, dan zien we ook een vroege Dordtse
man & Co de twee huizen heeft samengevoegd en de onder- gevel (de tweede van rechts).
gevel aangepast. Tien jaar daarvoor werd in het linkerhuis –
het geboortehuis van Aelbert Cuyp – een azijnfabriek Op de tekening is te zien dat de kapconstructie van Cuyps
gevestigd, waarmee het pand haar woonfunctie verloor. geboortehuis ouder is en hoogstwaarschijnlijk uit de bouw-
Zoals de meeste huizen op de Nieuwe Haven, werd ook dit fase van het huis dateert. De oorspronkelijke gevel is
huis in de 18e eeuw van een lijstgevel voorzien. Ongetwijfeld minstens even hoog geweest als de daklijst van het hoek-
heeft het daarvoor een trap-, hals- of tuitgevel gehad. pand aan de Venloostraat, waarmee het huis groter was dan
de twee 17e-eeuwse gevels rechts daarvan. Het perceel liep
De enige 19e-eeuwse foto van de rij huizen aan dit deel van oorspronkelijk door tot aan de Hoge Nieuwstraat.
de kade van de Nieuwe Haven (inleg rechterpagina), is rond
1865 gemaakt door Leonard de Koningh. We zien hierop de Natuurlijk hadden we u liever een gevel uit 1620, Aelberts
toen pas geplante bomen, die ervoor hebben gezorgd dat de geboortejaar, gepresenteerd. Het verleden is echter niet
gevelrij in de decennia daarna niet of nauwelijks meer te maakbaar, dus we zullen het met deze eenvoudige tekening
fotograferen was.⁽¹⁷⁾ en enigszins onduidelijke foto moeten doen. Maar we kijken
hier in ieder geval wel naar de juiste gevel van het geboorte-
huis!
Aardappelmarkt 1-3
De hoek Aardappelmarkt/Kuipershaven wordt vanouds de ‘Hoek
van Sint Joost’ genoemd. In de 15e en 16e eeuw stond hier de Sint
Joostkapel, gewijd aan de heilige Joost of Jodocus. Deze Breton-
se koningszoon maakte een pelgrimstocht naar Rome en
koos in plaats van de kroon een leven als kluizenaar. Hij stierf
in 669 en werd sindsdien vereerd als beschermheilige te-
gen besmettelijke ziekten.
De kapel bevond zich in de tuinen van ’s Graven herberg
Henegouwen, welke zich eerst tot aan de Merwede uit-
strekten.
Rutten tekende de twee huizen rond 1865, nadat hij
hoorde dat ze van nieuwe, in die tijd moderne, lijstge-
vels zouden worden voorzien, wat in 1869 daadwer-
kelijk gebeurde.
Het Sint Joosthuis werd rondom 1625 op de plek van de
omstreeks 1580 afgebroken kapel gebouwd en kreeg
een gevelsteen,
waarop de als
heilige afgebeel-
de Sint Joost met
bijbel en pel-
grimsstaf tussen
twee bomen met
vogels zit. In de lin-
kerboom hangt zijn
kroon (letterlijk:
aan de wilgen).
Het huis werd in de 17e eeuw bewoond door de koopman Jan korte onderbreking) 150 jaar lang een chirurgijnswinkel zat.
Pietersz. Gront, die schuin tegenover zijn woning op de kade Naast medische zaken hielden chirurgijns zich ook bezig met
van de Nieuwe Haven het dubbele pakhuis genaamd Oud scheren en knippen.
Grond liet bouwen. Nadat dit in 1957 afbrandde, werd daar Bezoekers van museum Huis Simon van Gijn aan de Nieuwe
het gelijknamige appartementencomplex gebouwd. Haven zullen in de werkkamer van naamgever op de eerste
Beide panden hebben lange tijd een winkelbestemming verdieping de prachtige houten schouw hebben gezien. Deze
gehad. Zo is er in het linkerdeel lange tijd een brood- en ban- schouw is afkomstig uit het huis genaamd Sint Joost.
ketbakkerij gevestigd, terwijl in het rechterdeel (met een
Zijde Kuipershaven
Nico de Vries: “Geleerd dat als iedereen aan het rooien slaat,
je zelf bomen moet gaan planten.”
In zijn jeugd kreeg Nico de Vries niets voor niets. Viermaal want Nico de Vries was niet zomaar iemand: zijn bijnaam was
daags liep hij op klompen heen en weer naar de lagere “de held van Dordrecht”, maar hij stond ook bekend als “de
technische school (lts), zes kilometer verderop, om er te driller van Dordt”. Voor zijn opponenten een bikkelharde
metselen en te timmeren. Later ging hij bij de marine. Hier zakenman, voor zijn vrienden en kennissen een aimabele
ontwikkelde hij doorzettingsvermogen en werd hem disci- persoonlijkheid, die publiekelijk in huilen uit kon barsten. De
pline bijgebracht: “Als matroos eerste klas, radar Vries was eveneens de man van het grote gebaar, de grote
afstandpeiler of zoiets.” Achttien maanden lang heeft hij bij zaken, het grote geld en de grote mond. Maar tegelijk de man
een temperatuur van 45 graden op Nieuw-Guinea gediend. van de futiliteiten; de man die wilde dat voetballers
Dit was een ervaring om niet snel te vergeten; het heeft hem uitsluitend met het shirt netjes in de broek speelden. Als
gevormd: “Geleerd dat als iedereen aan het rooien slaat, je president-directeur van Frisol eiste hij het maximale van
zelf bomen moet gaan planten.” Op eigen benen in de burger- zichzelf. Dat dit ook ten koste van zijn gezondheid ging, werd
maatschappij begon De Vries klein. Hij handelde wat in door hemzelf niet al te serieus genomen. Adviezen van
tweedehands auto’s, had een sigarenzaakje in Dordrecht en artsen om het wat rustiger aan te doen, sloeg hij lachend in
verkocht busjes smeerolie als bijverdienste. De ontdekking de wind, ondanks zijn schrikbarend hoge bloeddruk. Op 5
dat je olie ook in grote partijen kon verhandelen, legde hem februari 1983 gaat het echter alsnog mis: in het Zwitserse
geen windeieren. Met Frisol Exploitatie Maatschappij Arosa komt Nico de Vries tijdens zijn wintersportvakantie
Nederland BV werkte hij aan een imperium. plotseling te overlijden, aan de gevolgen van een long-
De Vries bouwde in Dubbeldam een bungalow met een embolie. Hij werd 48 jaar oud. De Vries was toen juist weer
verwarmde oprijlaan en klom op tot het selecte groepje enige tijd op vrije voeten, in afwachting van het proces in de
Nederlanders dat om fiscale redenen in België ging wonen. zaak Frisol. Uiteindelijk werd procuratiehouder John U., de
Uit zijn eerste huwelijk met Ammy Maas kreeg hij twee rechterhand van De Vries, in deze zaak tot vier jaar cel
kinderen: Marco en Anton en uit een nieuwe relatie met veroordeeld wegens de verduistering van miljoenen guldens.
Monique van den Donk volgde nog een derde zoon: Nico.
Goudmijn
Hechtenis
Met de oliecrisis van 1973, toen op de vrije oliemarkt enorme
Wie hoog stijgt, kan diep vallen, moet Nico de Vries tijdens klappers konden worden gemaakt, sloeg Nico de Vries zijn
een filosofische bui wel eens hebben gedacht. Zeker als hij in grote slag. Het was een goudmijn voor uitgeslapen en
hechtenis wordt genomen op verdenking van een miljoenen- besluitvaardige zakenlieden met een instinct voor de juiste
fraude bij zijn bedrijf. De Vries is dan al niet meer bij Frisol in transactie op het juiste moment. Er gingen fortuinen van
functie, maar nog wel de enige aandeelhouder. De arrestatie hand tot hand, dankzij de paniekreacties van afnemers die
veroorzaakte een schok in zowel de zaken- als sportwereld, soms bereid bleken elke gevraagde prijs voor een partij olie
Raadplaatje
Het viertal op deze lijstgevel snakt naar een kwastje verf. Wie weet waar dit huis staat?
Het Weeshuis aan het Weeshuisplein dat als choleraziekenhuis dienstdeed (RAD 552_232503)
Misselijkheid, overgeven, buikpijn, plotselinge diarree: de eten van rauwe vis of groente, die in aanraking is geweest
eerste symptomen van cholera. De cholerabacil is dan al met besmet water. Ook kunnen mensen door een andere
minstens zes uur zijn verwoestende werk aan het doen. Als choleralijder besmet raken, als ze in contact zijn geweest
de klachten aanhielden, dan verloor de patiënt zoveel vocht met braaksel of ontlasting van de patiënt.
dat hij na 24 uur dusdanig uitgedroogd was dat de dood erop Achteraf is het makkelijk praten, maar pas na enige cholera-
volgde. Kinderen en ouderen waren extra kwetsbaar; onder epidemieën begon het door te dringen hoe de ziekte zich
hen vielen dan ook de meeste slachtoffers. verspreidde en kon men maatregelen nemen. Weliswaar
Maar hoe raakt iemand besmet? Een cholerabesmetting circuleerden er verschillende theorieën over cholera, maar
loopt men op door het drinken van besmet drinkwater of het een breed gedragen theorie was er indertijd nog niet.
Grachtje achter de Mariënbornstraat En net toen iedereen zich veilig waande, sloeg de ziekte
opnieuw toe. Op 28 april 1866 was het eerste cholera-
Tot omstreeks 1850 was de miasmatheorie in zwang. slachtoffer een militair uit Wieldrecht, op 4 mei was een
Cholera zou spontaan ontstaan door een scheikundige bewoner in de buurt de Vriesepoort het tweede slachtoffer.
reactie in de lucht, onder invloed van bepaalde weers- In mei bezweken 16 mensen aan de cholera. Juni, met 233
omstandigheden. Na 1850 werd deze theorie steeds meer in doden, was het hoogtepunt van de epidemie. In oktober
twijfel getrokken en ontstond de leer van besmettelijke overleed het laatste slachtoffer, waarmee het totaal aan
ziekten. Cholera zou door contact worden overgebracht. En choleraslachtoffers in Dordrecht voor 1866 uitkwam op 400
dan te bedenken dat al in 1832 een Duits-Nederlandse personen. Na 1866 kwam de ziekte nog wel voor, maar dank-
hoogleraar, C. L. Blume, het verband tussen besmet drink- zij allerlei genomen maatregelen was deze beheersbaar
water en verspreiding van cholera vermoedde. Toch zou het geworden. In de gemeenteverslagen sprak men van chole-
nog jaren duren eer men op basis van deze theorie maat- rine, zeg maar: cholera light.
regelen ging treffen. Langzamerhand kreeg Blume bijval,
onder meer van de Engelsman John Snow. Snow onder-
schreef de theorie dat cholera door besmetting werd ver-
spreid. Bovendien geloofde hij dat de ziekte ook door
drinkwater kon worden verspreid. In 1854 leverde hij het
bewijs hiervoor. Toch was hiermee nog niet iedereen om.
Zelfs de ontdekking van de cholerabacil door Robert Koch in
1884 was voor sommige instanties geen reden om te accep-
teren dat de werkelijke oorzaak van de ziekte in het lozen
van fecaliën lag en dat daarom de oplossing het aanleggen
van een rioolstelsel was.
Een handje
De cholera barstte in 1866 in alle hevigheid los en
hulpverlening aan getroffenen was hard nodig. Dit werd
gedaan door middel van de oprichting van een Cholera-
commissie. In het jaarverslag van de gemeente van 1866
wordt de aanleiding voor de oprichting met enig gevoel voor
drama beschreven: Nog versch liggen de treurige zomer-
dagen in ieders geheugen, toen na eene afwezigheid van
vele jaren de vreeselijke cholera zich weder in onze stad
vertoonde. De commissie bestond uit ds. M.A. Perk,
voorzitter, en mr. W. van der Elst, secretaris, en de overige
leden dr. H.J. de Graaf, P.H. van Hoffen, ds. P.M. Keller van
Hoorn, S.H. Jurgens, C. Long Epée, L. Masion, A.A. Obreen,
J.N. Pieren, dr. P. de Vrij en S. Zadoks.
Gracht bij de Heer Heymansuysstraat
Tijdens de cholera-epidemie van 1848 werd het voormalig Er klinkt enige verbazing door in het verslag van de
Armhuis aan het Stek ingericht als choleraziekenhuis. Het gemeente van dat jaar, vanwege het feit dat deze maatregel
pand had sinds het opheffen van het Weeshuis in 1820 al bij huiseigenaren op weinig weerstand stuitte. Het was zelfs
meerdere functies gehad, eerst als katoenfabriek en later zo dat sommige eigenaren uit eigen beweging verbeteringen
als kazerne. Een gebouw waar manschappen werden onder- aan hun panden gingen uitvoeren.
gebracht, geschikt maken voor gebruik als ziekenhuis – waar
de bedden ook in grote zalen opgesteld stonden – was op
zich niet zo ingrijpend. HELDEN
Het Gast- of Ziekenhuis beschikte over een aparte zaal waar Dominee Marie Adrien Perk (1834
patiënten met besmettelijke ziekten werden verpleegd. Bij – 1916), de vader van de dichter
een epidemie was die zaal echter verre van toereikend en Jacques, kwam na zijn studie theo-
zocht men elders in de stad naar geschikte ruimten. Dat logie in Utrecht in 1855 naar Dor-
gebeurde ook bij de latere cholera-uitbraak van 1866. Toen drecht, waar hij als predikant van
stelde de minister van Oorlog het Militair Hospitaal beschik- de Waalse Kerk was beroepen. In
baar voor de verpleging van choleralijders, terwijl de regen- 1868 vertrok hij met zijn gezin naar
ten van het Gasthuis beloofden de verzorging van de zieken Breda. In de dertien jaar die hij in
op zich te nemen. Dit zullen ze wel niet letterlijk zo bedoeld Dordrecht woonde, heeft hij veel voor de stad gedaan.
hebben, maar de regenten hebben zeker gezorgd dat de Naast predikant was Perk lid van het bestuur van het depar-
verpleging geregeld was. tement Dordrecht van de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen
Was de epidemie voorbij, dan bleef men zitten met een leeg en van het letterkundig genootschap Diversa Sed Una.
gebouw; reden waarom er telkens weer andere panden voor Perk was maatschappelijk zeer betrokken. De epidemie van
de opvang van cholera-patiënten werden gebruikt. 1866 was voor hem dan ook aanleiding om de Cholera-
commissie op te richten, waar hij bovendien voorzitter van werd.
Het mag niet te veel kosten Een jaar later richtte hij ook nog een plaatselijke Vereeniging
tot bevordering der Volksgezondheid op.
Na jarenlang getreuzel over de aanpak van een nieuw riole-
ringssysteem kwam er in oktober 1866 eindelijk schot in de
zaak, toen de gemeente een nieuwe directeur gemeente- Herman de Graaf kwam in 1866
werken, Hendrik Linse, aanstelde met de opdracht een nieuw naar Dordrecht met uitstekende
rioleringssysteem te ontwerpen. Tot die tijd was de gemeen- papieren. Hij was net afgestu-
te vooral bezig met lapwerk om acute problemen op te los- deerd als arts en had zich in de
sen. Alleen mocht het lapwerk én niet te veel kosten én niet laatste jaren van zijn studie
een nog te ontwerpen rioleringsplan in de weg zitten. Dit was verdiept in de behandeling en ver-
een onmogelijke opdracht, zoals later zou blijken. spreiding van cholera. Juist dat
jaar, toen de cholera weer de kop opstak, bezocht De Graaf zie-
Typerend voor de gang van zaken was het aanleggen van kenhuizen in Wenen en Parijs om zich van de laatste onder-
riolen in de Tolbrug- en Vleeshouwersstraat. Dit was een zoeken op de hoogte te stellen. Een van de nieuwe ideeën was
grote verbetering voor de bewoners in die straten. Tot zover het in quarantaine houden van choleralijders. Terug in Neder-
het goede nieuws. Het riool liep echter uit in de Nieuwe land vroegen de regenten van het Gasthuis hem om in Dor-
Haven, met als gevolg dat het water daar juist weer ernstiger drecht, samen met dokter P. de Vrij, het net opgerichte Cholera-
vervuild raakte. Om in de zomermaanden de waterkwaliteit ziekenhuis volgens de laatste inzichten te leiden. Maar al in
te verbeteren, had men het volgende bedacht: bij eb werden augustus besloten de regenten het ziekenhuis te sluiten, omdat
de stroomdeuren onder de Roobrug geopend, zodat de boel het te weinig bijdroeg aan het binnen de perken houden van de
even lekker door kon spoelen. ziekte. Het in quarantaine houden van zieken bleek toch niet
zoveel te helpen tegen de verspreiding van cholera als gedacht.
In hetzelfde jaar kreeg de directeur van gemeentewerken de De onderliggende reden was dat men nog steeds niet precies
opdracht iets te doen aan bedompte, vochtige, te kleine wist hoe de cholera zich verspreidde. Het Choleraziekenhuis
woningen. Er werd een inspectie uitgevoerd en vervolgens mocht dan niet blijven, Herman de Graaf bleef wel, als huisarts.
Misschien heeft hij zich in het bruisende stadsleven gestort De cholera liet sommige notabele stadsbewoners
na maanden op zee of heeft hij gewoon pech gehad, we onverschillig. Maar de meeste medici en bestuurders waren
weten het niet. Wat we wel weten, is dat hij op 17 augustus wel betrokken en bevlogen. Een bevlogenheid die we ook
doodziek van de cholera werd opgenomen in het Gasthuis en zien bij de schrijvers en predikanten die de impact van de
daar een dag later overleed. Die laatste dagen werd hij ziekte, met gevoel voor drama en vaak gesterkt door hun
verzorgd door mensen die hij niet kon verstaan en was hij een geloof, onder woorden probeerden te brengen. De persoon-
halve wereld verwijderd van zijn ouders Mary en Samuel lijke verhalen van de slachtoffers, zoals die van George
Mitchell. Of die ooit het nieuws over hun zoon hebben Mitchell en Philippus Smits, zijn immers vaak schrijnend te
vernomen, is nog maar de vraag, want in de Harrisburgh noemen. Elders in de wereld behoort de cholera anno 2017
Telegraph stond een oproep waarin men werd verzocht zich helaas nog niet tot het verleden. Nog deze eeuw waren er
te melden als men wist waar de ouders van Mitchell waren. uitbraken in Afrika (Zimbabwe, 2008-2009) en in het Caraï-
Op de dag dat Mitchell overleed, werd de Procymatia bisch gebied (Haïti/ Dominicaanse Republiek, 2010-2011).
uitgeklaard bij Hellevoet. Er stond voor het schip een
gunstige wind uit het zuidoosten.
Tot slot
Het eerste ziektegeval van de epidemie in 1866 staat
nauwkeurig opgetekend in het boekje Wenken betreffende
de gesteldheid van Dordrecht in betrekking tot de gezond-
heid der bevolking door dr. M.F. Onnen. Hij constateerde, net
als anderen bij de uitbraak in 1848, dat de ziektegevallen
waren geclusterd in bepaalde buurten. In 1866 bevonden de
meeste slachtoffers zich in het gebied tussen de
Nieuwstraat en Spuistraat. Het effect per uitbraak
verschilde wel; niet overal sloeg de cholera even hard toe. In
sommige plaatsen was er ‘slechts’ sprake van cholerine.
Geheel volgens de in de 19de eeuw geldende normen ging
men de cholera in stad én land met commissies te lijf. Maat-
schappelijke veerkracht werd getoond: men herbestemde
gebouwen op creatieve wijze als de situatie daarom vroeg.
Er leek sprake te zijn van een participatiesamenleving avant 1912 aanleg riolering in de Suikerstraat (RAD 554_10039)
la lettre, want huiseigenaren ondernamen uit eigen bewe-
ging actie nog voordat het gemeentebestuur hen daartoe
verplichtte. Maar net als de ziekte zelf, was het spannings-
veld tussen overheidsingrijpen en particulier initiatief niet
(1) Ontleend aan ‘Het Verborgen museum van Dordrecht’, onderdeel van de
zomaar de wereld uit. Een jaar voor de cholera-uitbraak werd site www.regionaalarchiefdordrecht.nl (ingekorte versie)
Verder heeft Angenetha aan de wieg gestaan van Neder- Tenslotte is zij mede-initiatiefnemer van het in 2014 geopen-
lands allereerste database met monumenten, die in 2009 op de Documentatie- en Kenniscentrum Augustijnenhof, dat
het Internet werd gelanceerd. Dat was Dordrecht… sinds 1 januari jl. ook een Historisch Informatie Punt is voor
Op ongeveer 100 Dordtse Monumenten bevindt zich een bezoekers aan de stad. Kortom, er is alle reden genoeg om
monumentenschildje, met daarop een zogenaamde QR- trots op onze Dordtse Dochter te zijn!
code. Hiermee kan de geschiedenis van dat monument
worden uitgelezen op een smartphone. U raadt het al, Redactieteam Dordrecht Monumenteel | Dordts geboren
Angenetha heeft voor al die informatie gezorgd. en medewerkers van het Augustijnenhof/HIP Dordrecht
Circa 1910. De Merwekade naar het westen gezien. Links vooraan de Hoefijzerstraat met het huis Merwekade 66. (RAD 555_15882)
Dit verhaal vereist enige uitleg aangaan- Hoewel de Merwedekade haar naam
de Dordts taalgebruik. Hoewel de offici- ontleent aan de rivier, wordt dit altijd
ële naam van de stad "Dordrecht" is, afgekort tot Merwekaai, kortweg: "de
spreekt iedere inwoner over "Dordt". De kaai".
inwoners heten dan ook Dordtenaren en Dit verhaal gaat over de Merwekade 66,
als bijnaam – lees scheldnaam – worden op de hoek van de Hoefijzerstraat – het
ze schapenkoppen genoemd. huis waarin ik ben opgegroeid.
Het vertrekpunt van dit verhaal is een wit boekje getiteld robekast, kelder, keuken en de glazen deur naar de uitgang
"Gedenkdagen", waarin mijn moeder heel veel persoonlijke aan de Hoefijzerstraat.
notities heeft gemaakt. Terwijl ik daarin zat te bladeren, zag Maar het was geen huis met twee ingangen – het waren ooit
ik ineens het volgende staan: April 1927 Hal verbouwd. Ik had twee huizen geweest die met elkaar verbonden waren ge-
al eens vaker over dit deel van ons huis zitten denken, omdat raakt. De verbouwing van die twee woningen tot één geheel
ik me nog van twee vroege momenten uit mijn jeugd is terug te voeren tot de ontstaansgeschiedenis van de H.
herinnerde dat er in plaats van de grote centrale hal er een Franzen, Sleepdienst N.V., omstreeks 1880.
tussenkamer had bestaan, met een verbindingsgangetje
naar de keuken. Die tussenkamer was toen een soort Opa en Oma Franzen, die allebei hun vader door verdrinking
speelkamer. verloren waren – schippers konden indertijd niet zwemmen –
De verbouwing van de hal resulteerde in een mooie, recht- vestigden een scheepvaartbedrijf aan de wal. Dat had opa
hoekige ruimte, die via een gang een verbinding had met het aan zijn schoonmoeder moeten beloven: "Corrie woont nu
kantoor en de trap naar boven en waar verder nog zes deuren aan de wal, ze moet nu niet meer gaan varen". Zij kende de
op uitkwamen: die van de huiskamer, toilet, speel/garde- risico's als geen ander; ze had twee echtgenoten in de vaart
Kennelijk waren de Franzens niet onbemiddeld, want ze ves- Als ik boven huiswerk zat te maken, kon ik vaak horen dat er
tigden zich in het pand op de Merwekade, hoek Hoefijzer- iemand ongenadig uitgeveterd werd in het eerste kantoor.
straat. Dan was het oppassen geblazen, want na afloop stormde
Het voorhuis was oorspronkelijk een groot pand met alleen vader met twee treden tegelijk de trap op om te kijken of hij
zalen. Later verdween die beursfunctie en naar mate het zijn drift misschien ook nog over mij kon uitstorten. Maar op
gezin groeide, werden de woningen aangepast en met elkaar die ontwikkeling was ik steevast voorbereid en dus zat ik
verbonden. Opa en oma Franzen kregen zes kinderen, vier altijd heel braaf achter mijn boeken.
jongens en twee meisjes. Van deze kinderen stierven er
helaas drie toen ze al volwassen waren. Door het verbinden In het eerste kantoor werd niet gestookt, maar in het werk-
van de woningen had het pand twee trappenhuizen: een op vertrek was het in het stookseizoen, en dat duurde bij ons
de Merwekade, gedeelte "de voortrap" en een in de Hoef- wel negen maanden, heerlijk warm. Er stond namelijk een
ijzerstraat, gedeelte "de achtertrap". Je kon via de voortrap grote potkachel, een zogenaamde Godin, die door vader fors
naar de eerste verdieping en de bovenste etage lopen en dan
via de zolder en de achtertrap weer naar beneden gaan.
Jeugdherinneringen…
Als we nu kijken naar het huis, zoals ik het bijna altijd gekend
heb, dan was de al eerder genoemde verbouwing van 1927
het sluitstuk van een reeks aanpassingen in de jaren 1880-
1927.
Mijn enige herinnering daaraan is het leggen van de terraz-
zovloer. Dat was wonderlijk, een vloer die gemaakt werd
terwijl er grote plassen water op stonden. Het huis zoals wij
het kenden, was voor ons natuurlijk de gewoonste zaak van
de wereld. Maar als je het achteraf bekijkt, of liever bedenkt
hoe het in elkaar zat, dan was het, zoals Jacq het zo mooi
uitdrukte: een vertimmerde boel. Vooral de verdieping waar
de tussenwanden van hout waren, was heel brandgevaarlijk.
Als je vanuit de kamer de hal schuin overstak, dan kwam je in Daarnaast waren er in de hoek grote gemetselde kolen-
het gangetje dat weer onderdeel was van het achterhuis. Aan hokken gemaakt, want alle kolenkachels vereisten voldoen-
dat gangetje lagen naast elkaar de keuken en het zoge- de opslagruimte voor kolen.
naamde washok. Daar stonden de houten elektrische Die kelder had toch iets heel bijzonders. In de winter was er
wasmachine, de centrifuge – bij onze oudste kinderen nog vaker hoog water en dan liepen de kelders geheel of gedeel-
welbekend – en was er een grote cementen spoelbak telijk vol. Dat was een vreemd gezicht: we stonden dan op de
gemaakt, waarin de wastobbes stonden om de was te spoe- keldertrap te kijken en dan spoot er een armdikke straal
len. Die konden dan later zonder te sjouwen worden leeg- water, die onder de vloer van de hal doorliep, uit het plafond
gemaakt. Voor die tijd was dat een heel moderne inrichting. de kelder in. Dat hoog water kwam natuurlijk niet onver-
Aan de schoorsteen, die nog in de hoek van het washok wachts. Van tevoren werden dan ook alle spullen naar boven
stond, kon je zien dat het ooit een woonvertrek was geweest. gebracht en werden er ook genoeg kolen boven neergezet
Het washok lag aan de Hoefijzerstraat en het raam dat voor om te kunnen blijven stoken. Eenmaal volgelopen, duurde
daglicht moest zorgen, was vrij hoog in de muur geplaatst. Er het namelijk een paar dagen voordat de kelder weer met een
was een luik in de vloer en daaronder zat een grote kolen- elektrisch pompje was leeggepompt.
kelder. Maar er is ook een tijd geweest waarin er nog geen elek-
trische pompjes waren en dan moest dat karwei ook
De aangrenzende keuken moest natuurlijk ook daglicht geklaard worden! Dat gebeurde toen met mankracht en als
hebben en daarvoor diende een raam in de muur tussen de kelders leeg waren, werd er geroepen: "Mijnheer, hij is
washok en keuken, terwijl er ook nog een bovenlicht was in lens!" Doordat het aardrijk zo doordrenkt was, traande de
de andere muur die daar haaks op stond. De keuken was niet kelder lang na en bleef er op de vloer nog wekenlang een
groot, maar had een handig, vierkant formaat. Je kon er goed bodem water staan. Zodoende moesten we over een brede
uit de voeten en het fornuis zorgde er wel voor dat moeder, vlonder naar de vliegenkast, die op een plank tegenover de
die nogal kouwelijk was, er graag bezig was. Als ze aan het trap stond, lopen, terwijl de optrekkende kou van het vocht
koken was, kwam vader zo regelmatig eens kijken of hij het het huis kil hield. Flink stoken dus!
fornuis niet eens even zou bijvullen.
Naast de keuken liep de steile achtertrap naar de eerste Wateroverlast
verdieping. Die kwam via een klein bordesje bij een toe-
gangsdeur naar de kleedkamer, die zich naast de slaapkamer In verband met de steeds aanwezige mogelijkheid van hoog
van vader en moeder bevond, en liep dan door naar de zolder, water waren alle vloeren in het benedenhuis iets aflopend,
evenwijdig aan de eerste trap. zodat het water vanzelf naar het laagste punt liep en de
restjes opgesopt konden worden.
Vanuit de hal kon je je door een deur naar de daaronder
gelegen kelder begeven. Eerst langs een klein bordesje en Naar aanleiding van dit verhaal over hoog water, ben ik in
dan via de trap naar beneden. De kelder was even groot als moeders witte boekje eens gaan napluizen hoe vaak ze dit
de hal en alle levensmiddelen die bewaard moesten worden, fenomeen geregistreerd had. Tussen 1912-1953 telde ik
zoals melk, vlees, brood en dergelijke, werden daar altijd dertien gevallen, die zowel in het voorjaar als in het najaar
neergezet, want koelkasten had je in die tijd nog niet. waren voorgekomen.
van bobbelglas voor de nodige lichtinval en ten slotte een ook weer verdeeld in twee vertrekken, een als slaapkamer,
deur die toegang gaf tot de trap naar de bovenverdieping. de ander ook als een soort kleedkamer. Later is die schei-
Iets verder links naar achter was de deur van de achter- dingswand, die natuurlijk uit hout bestond, weggenomen en
kamer, die aan de Hoefijzerstraat lag en een raam had dat werd het een mooi, bijna vierkant vertrek.
uitzicht gaf op de gebouwen van de gasfabriek, die later nog
aan de orde zal komen. Als je met het gezicht naar het raam Aan de andere kant van de overloop zat in ene hoek een
stond dan had je aan je linkerhand een alkoof, met grote luchtkoker, die Paul in zijn HBS- jaren gebruikte om de stank
openslaande deuren, die zich tussen de voorkamer en deze van zijn chemische proeven af te voeren, en in de andere een
kamer bevond, en aan je rechterhand lag de slaapkamer van vroegere badkamer, door hem eveneens als laboratorium en
vader en moeder met een soort kleedkamer. Deze twee later als doka gebruikt. Dan was er nog een grote zolder, die
vertrekken lagen boven het washok en de keuken en hieruit we hard nodig hadden, omdat er bij gebrek aan een open
blijkt dat we inmiddels weer in het achterhuis zijn beland. plaats of tuin achter het huis het hele jaar door iedere week
Zoals al eerder aangegeven, kwam je via een deur in de hoek de was moest worden opgehangen.
van de kleedkamer op het bordesje naar de achtertrap, die
op de zolder uitkwam. Al met al was het een enorm bewerkelijk huis, of liever
gezegd: drie huizen, die met elkaar verbonden waren ge-
Boven de slaap- en kleedkamer bevonden zich weer twee raakt. Er waren tijden dat we naast de vaste hulp een
kamers. Een daarvan was de kamer van onze vaste hulp en de werkster hadden, die ook het kantoor bijhield, en dat de was
ander het zogenaamde rommelkamertje voor koffers, dozen naar de wasserij ging. Maar er waren ook tijden dat er meer
en een kist vol verkleedspullen. Dit laatste kamertje kreeg in gedaan moest worden met minder hulp. Maar moeder
de oorlog ook nog een heel belangrijke functie, doordat regelde het werk altijd als zodanig, dat de werkdag om zes
vader er een maalinrichting voor tarwe had geïnstalleerd. Als uur afgelopen was. De uitzondering op deze regel waren
hij er bezig was, deed deze de houten vloeren in het hele huis activiteiten als jam maken en het wecken van groenten, fruit
trillen. en vlees in de oorlogsjaren. Dat moest dan wel vaker in de
avonduren gebeuren.
We gaan nu nog even van de overloop naar de boven-
verdieping van het voorhuis. De trap naar boven had geen Niet onvermeld mag blijven dat het in strenge winters
leuning; er hing een dik touw, dat als zodanig dienstdeed en "boven-hoog" – zoals wij het noemden – 's nachts zo koud kon
als kind vind je dat natuurlijk prachtig. Dit gedeelte van het zijn, dat moeder na het ontbijt met de elektrische haar-
huis had een plat zinken dak en een grote glazen lantaarn droger naar onze slaapkamers ging om de dekens, die aan de
daarin zorgde voor licht op de overloop rond de trap. achterkant van de bedden tegen het voeteneind vastgevro-
Aan de voorkant was de logeerkamer, die een klein balkon- ren zaten, weer te ontdooien!
netje had. Vanaf dat balkonnetje voerden we in strenge win- Maar ook al was het dan een huis waarin het moderne
ters brood aan de hongerige, krijsende meeuwen, die de comfort dat we nu kennen en normaal vinden, ontbrak, we
stukjes in hun vlucht oppikten. waren er thuis en we konden dagelijks genieten van het
Naast de logeerkamer hadden de jongens hun kamer. De unieke riviergezicht met zijn steeds wisselende Hollandse
meisjeskamer keek op de gasfabriek en was vreemd genoeg luchten.
(1) Sylvie Laumans-Franzen schreef dit verhaal in oktober 2000 in het voor
haar familie vervaardigde boekje ‘Van Duisburg naar Dordt, een
achtergrondschets van de familie Franzen’.
Merwedekade 66
Senn de Geus: Ik ben 3e-jaars leerling aan het Johan de Witt Regionaal Archief Dordrecht werd gevonden. Mijn kwalitei-
Gymnasium en heb geen enkele ervaring met het historisch ten als architect moeten nog groeien, zal ik maar zeggen! De
onderzoek naar huizen, de bouwgeschiedenis daarvan of hun hal was juist getekend, de rest kon beter…
vroegere bewoners.
Om meer informatie te kunnen vinden over het huis heb ik de
Van school heb ik 20 uur de tijd gekregen om me een beeld te interne website van de Augustijnenhof (Hofnet) leren ge-
vormen van de werkzaamheden in het Augustijnenhof, dat in bruiken, de boekenkast doorzocht op het onderwerp
dit onderzoek gespecialiseerd is. Vanwege de beperkt “Merwekade” en een bezoek gebracht aan het Regionaal
beschikbare tijd en het ontbreken van ervaring, is afgespro- Archief Dordrecht, waar ik leerde zoeken in hun bestanden.
ken dat het specifieke onderzoek naar het huis Merwekade Ik zag allerlei bouwvergunningen van huizen langskomen en
66 uitgevoerd zou worden door medewerkers van het de bijbehorende bouwtekeningen. Ook kreeg ik er notariële-
Augustijnenhof. De stage zou vooral bestaan uit meelopen in en andere gerechtelijke documenten onder ogen, die
het hele onderzoeksproces, zodat ik al werkend inzicht kon geschreven zijn in de 17e en 18e eeuw. Soms in een fraai
krijgen in de manier waarop zo’n onderzoek plaatsvindt; handschrift, waar ik met enige hulp nog wel wat van kon
welke bronnen er worden gebruikt; hoe bekeken wordt of ontcijferen, maar vaak ook in handschriften die totaal
een verhaal in een groter geheel van de geschiedenis van onleesbaar waren.
Dordrecht kan worden geplaatst en hoe een onderzoeks-
resultaat wordt verwerkt in een eindverslag. Op basis van de Ook de website “Dordtenazoeker.nl” leverde me nieuwe
anekdoten van de familie Franzen over hun huis heb ik een kennis op. Op deze website is veel informatie uit het
plattegrond geschetst van hoe hun huis er naar mijn idee Regionaal Archief Dordrecht verwerkt en gemakkelijk toe-
moet hebben uitgezien. Die tekening heb ik daarna verge- gankelijk gemaakt. Een heel specifiek onderdeel was het
leken met een bouwkundige tekening uit 1927, die in het leren omgaan met zoeken in het kadaster. Ik heb begrepen
Sectie G 63
Hoefijzerpoortje
In het Augustijnenhof hangt zo nu en dan Vlak voor de eerste hap wandelde er een
een melige vrijdagmiddag sfeer. Zo ook dame binnen, vergezeld van een hondje
een poosje geleden. Vrijdag visdag, dus ter grootte van een klein formaat kat.
de aanwezige vrijwilligers vonden dat ze Zo’n beestje waarbij je je ervan bewust
zich tegoed konden doen aan een heerlijk bent dat je schoenen met maat 46
broodje vis van de visboer op de Vriese- dodelijke wapens kunnen zijn. Voor ik het
brug. Het was toch rustig met bezoek. in de gaten had zat het beestje onder mijn
bureau.
Bezoeker: “Ik was even de hond uitlaten, kwam hier langs en ook cursussen en workshops op dit gebied geven, maar wel
toen vroeg ik mij af of de familie van mijn man wel Dordts is.” enige activiteit van de mensen zelf verwachten. “Ik heb geen
Een volkomen logische gedachte terwijl je de hond uitlaat, computer, ook geen TV trouwens, en al helemaal geen e-
overpeinsde ik… Maar in onze vensterbank staat een lief mail” was de reactie.
made-in-China boompje van de Action, met wat portret- Oei. Dat is inderdaad lastig, want voor genealogisch onder-
foto’s erin om tot uitdrukking te brengen dat we ook nog zoek heb je toch echt een computer nodig, of in ieder geval
eens het ‘Dordts Centrum voor Familiegeschiedenis’ zijn, enige ervaring met zo’n apparaat als je in de studiezaal van
waarmee we stamboomonderzoekers naar binnen proberen het archief achter een laptop gaat zitten. “Heeft u wel een
te lokken. Dat was dus weer gelukt! strijkijzer?” Deze vraag werd mij ingegeven door de vrijdag-
middagsfeer, ik flapte hem eruit voordat ik het in de gaten
Mijn eerste reactie was: “Dat kunt u hem toch vragen?”, had. Tot mijn verrassing was het antwoord: “Nee, mijn man
waarop de mededeling kwam dat manlief al jaren geleden hield niet van elektrische apparaten. We zaten ook meestal
was overleden en niet zo oud was geworden. “Het was een met kaarslicht, de lampen gingen zelden aan”. Ze moet een
moeilijke man hoor, hij kwam van de Hellingen”. Of daar een bijzondere echtgenoot hebben gehad, mijn nieuwsgierigheid
verband tussen was, vond ik als historisch onderzoeker wel naar die familie was nu helemaal gewekt. Het was duidelijk
interessant, maar dat werd niet helemaal duidelijk. dat onze hulp hier nodig was, dus ik liet de dame plaats-
Mevrouw: “Jullie doen toch stamboomonderzoek of moet ik nemen naast mijn bureau en het hondje had intussen zijn
dat zelf doen?” plekje daaronder al gevonden. Knus, maar vanwege die
Geduldig legde ik uit dat we behulpzaam zijn met stamboom- schoenmaat niet ongevaarlijk en al zeker als hij bijtneigingen
onderzoek voor mensen die vastlopen met hun onderzoek en zou krijgen. Die kreeg hij gelukkig niet.
Oranjehotel en postkantoor De geschiedenis laat weinig te raden over, je kunt dit soort
vergissingen niet wegpoetsen met een in het plaveisel
Ook het Oranjehotel aan op de hoek van de Johan de vervaardigd silhouet. Waar ooit een prachtig, goed
Wittstraat en de Vest en het postkantoor op de Bagijnhof geconserveerd gebouw stond, kijkt men nu uit op een
moesten eraan geloven. Vele Dordtenaren waren verbijs- betonnen mausoleum waarin C&A en de Hema gevestigd
terd, met name over het te slopen postkantoor. zijn.
Het Achterom
Er zou een nieuw postkantoor aan de Johan de Wittstraat
komen met moderne aan- en afvoermogelijkheden. Hiertoe
zou het intieme, maar sterk verouderde en verkrotte
Achterom rondom het oude postkantoor ophouden te be-
staan. De naam Achterom komt ook nu nog voor, maar dan
met een totaal andere bebouwing en ingericht met moderne
winkels en warenhuizen.
Dubbele rijweg over het Kromhout gedempt? De 90 jaar oude Sint Jorisbrug worden gesloopt?
Dit gehele plan verdween al snel van tafel.
Door de sanering zou het Vrieseplein er heel anders uit
komen te zien dan zoals we het nu kennen. Het plan was om Dempen Spuihaven
van het Korte en Lange Kromhout een dubbele rijweg te
maken van 21 meter breed. Hiervoor moest de gehele Het dempen van de Spuihaven was de lastigste discussie in
bebouwing langs de Spuihaven gesloopt worden. De de saneringsplannen. Het plan bleek te drastisch en is
vraagstukken voor de gemeenteraad stapelden zich op: slechts ten dele uitgevoerd, namelijk tussen de Johan de
moest de gehele Spuihaven vanaf de Noordendijk worden Wittstraat en het nieuwe Achterom.
Het Tomadohuis
Voortgang werkzaamheden Aan het Statenplein tegenover V&D werden in 1972 winkels
gevestigd, waaronder een lederzaak, twee damesconfectie-
Het werd steeds drukker in de stad met al die sloop- en winkels, een herenconfectiemagazijn, een reisbureau en
bouwactiviteiten en het geduld van het winkelend publiek andere winkels. Het plein werd uitgebreid tot aan de
werd behoorlijk op de proef gesteld. Nieuwstraat.
In 1968 werd de gasfabriek aan de Merwedekade gesloopt.
Directeur van Openbare Werken Ir. Bijleveld wilde hier iets In 1972 had het winkelcentrum Pelserstraat gebouwd
leuks creëren. Wat precies, daar liet hij zich niet over uit, moeten worden. Dat zou zich strekken van de Spuiboulevard
maar in ieder geval moest het iets worden om de Voorstraat tot aan Voorstraat West. Via roltrappen zou hier op twee
Noord en Riedijk een impuls te geven. Uiteindelijk zou er een niveaus gewinkeld kunnen worden en dankzij de te dempen
appartementencomplex verrijzen. Spuihaven zou er voldoende ruimte voor de auto zijn. In dit
In datzelfde jaar werd op de hoek van de Johan de Wittstraat project was naast gewone winkels ook een warenhuis
met de Vest een flatgebouw met winkels van het Philips opgenomen. Het is er nooit gekomen.
Pensioenfonds opgeleverd. Op de Vest, later Spuiboulevard
geheten, bouwde de Algemene Bank Nederland een kantoor En zo valt er nog veel meer te schrijven over deze belangrijke
met daarboven appartementen dat in januari 1970 in gebruik periode voor de Dordtse binnenstad, die in pakweg twee
werd genomen. Nu is het VVV in dit pand gevestigd. decennia een ware metamorfose heeft ondergaan. Wie daar
meer over wil lezen, kan op het Augustijnenhof ordners met
In 1969 was de winkelbebouwing rond de Grote Markt talloze krantenartikelen inzien, die geschonken werden door
gereed. De Vriesestraat werd in 1971 voor motorverkeer iemand die de ontwikkelingen in die tijd op de voet heeft
afgesloten, zodat de voetgangers hier – naar voorbeeld van gevolgd. Deze collectie geeft een goed beeld van de ideeën
de Rotterdamse Lijnbaan – rustig konden winkelen. De die men toen had en alle politieke verwikkelingen die
Grote Spuistraat werd niet voor autoverkeer afgesloten. daarmee verband hielden.
Lambertus (1913) woonde in Alblasserdam, Kees (1909) in Maar wie was nu die joodse vrouw die met haar baby
Sliedrecht. Zij staken vanuit Sliedrecht met een eiken- ternauwernood het veilige Brabant heeft weten te
houten sloepje de Beneden Merwede over naar de bereiken? In de afgelopen jaren zijn door de redactie van
overkant, naar de Helsluis, de ‘toegangspoort’ tot de Stolpersteine Dordrecht verschillende pogingen gedaan
Biesbosch. om haar identiteit te achterhalen. Henk van Veen werd
benaderd, een oproep werd geplaatst op het Facebook-
Op dringend verzoek van het ondergrondse verzet account ‘Joodse geschiedenis in Nederland’ en in het
voerden de broers ook enkele keren een crossing uit, zo’n joodse tijdschrift Benjamin. Maar alles was vergeefs, de
moedige, gevaarlijke overtocht waar de Biesbosch na de vrouw en de baby bleven jammerlijk anoniem.
Tweede Wereldoorlog bekend om is komen te staan. Ook
Bertus en Kees van Veen waren zulke crossers die mensen Dit jaar, 2020, loopt tot en met mei, in het Biesbosch
die in gevaar waren, naar het inmiddels bevrijde Brabant Museum in de Brabantse Biesbosch, aan de Hilweg 2, de
overbrachten, om ze zo uit handen te houden van de Duit- thematentoonstelling ‘De Biesbosch 75 jaar bevrijd’. Een
sers. De Biesbosch was indertijd een schier ondoor- onderdeel daarvan concentreert zich op de “uiterst
dringbaar gebied, waar de Duitsers zich niet waagden. belangrijke rol” die de crossings hebben gespeeld “in het
Tijdens hun laatste crossing namen de broers in 1944 een verloop van de bevrijding”. Naar aanleiding daarvan
joodse vrouw mee met een baby van één jaar. Dit was bijna worden hier de achtergronden ontvouwd van de broers
dramatisch afgelopen, de baby begon namelijk te huilen Van Veen, de voor- en nageschiedenis van hun sloepje, en
vlakbij de Helsluis – waar zich een Duits mitrailleurnest van de joodse vrouw.
bevond – en het kind was met geen mogelijkheid stil te
krijgen. Wie weet reageert ooit nog iemand op dit artikel, dat
Toen Henk van Veen het halfvergane sloepje van zijn ooms wereldwijd gelezen kan worden, en wordt het raadsel
in november 2006, 62 jaar later, een “laatste rustplaats” alsnog opgelost.
gaf in de Biesbosch, achter de griendkeet van de Sterling-
griend, schreef hij zijn herinneringen aan dit voorval op in
een notitie.
Hij erfde het bootje in 1980 van zijn vader Klaas van Veen
(1900), die het in 1946 had gekregen van diens broer Kees.
In 1987, schrijft Henk van Veen, begon hij het sloepje – dat
bizar genoeg van Duitse makelij is en dateert van circa
1926 − op te knappen, met polyester aan de buitenzijde.
Dat was de verkeerde methode, ontdekte hij later. “Water
aan de binnenzijde deed de boot verrotten.” De behan-
deling met polyester heeft “het bootje de das omgedaan”;
het was niet meer geschikt om mee te varen. Zo’n twintig
jaar lang lag het op z’n kop te verweren op het opslag-
terrein van Rijkswaterstaat, pal naast de spoorbrug over
het Wantij. Henk schonk het historisch beladen sloepje
daarna aan de Biesbosch, waar het “zijn laatste
Crossers roeien in de avondschemer de Beneden Merwede rustplaats” kreeg.
over, op weg naar de Biesbosch (foto: collectie H.G.W. van
Blokland-Visser).
In De Ratelaar, een inmiddels opgeheven tijdschrift van
het Nationaal Park De Biesbosch, wordt in december
2006 aanvullend gemeld dat Henk van Veen het bootje
feitelijk schonk aan de ‘keetgroep’, een groep van
vrijwilligers die probeert de omgeving van de Sterling-
keet “zo authentiek mogelijk in te richten”. De groep was
“zeer verheugd” over de schenking; het bootje werd in de
nabijheid van de griendkeet in de griend neergelegd. Daar
ligt het nu weg te kwijnen, ten prooi aan de elementen. Het
Bertus en Kees van Veen, op latere leeftijd. Beiden werden was voor de documentatie- en bezoekersmap van deze
gefotografeerd tijdens een familiereünie in 1960. Foto’s: ‘keetgroep’, dat Van Veen, zeventiger intussen, zijn herin-
privébezit Henk van Veen.
neringen op schrift had gesteld. Groepslid Leen Fijnekam
heeft het vervolgens enigszins opgemaakt.
Koerierslijnen
Crossers, officieel line-crossers en liniecrossers
genoemd, waren in te delen in twee soorten, verduidelijkt
het Biesbosch Museum in een brochure en op tekst-
panelen van de tentoonstelling. Crossings waren
koerierslijnen door de Biesbosch. Vanaf 6 november 1944
werden de georganiseerde liniecrossings, beginnend in
Werkendam of Sliedrecht, uitgevoerd door de spionage-
Het sloepje waarmee Bertus en Kees van Veen de joodse
moeder en haar baby overzetten (op de foto’s van opzij en van groep Albrecht. Dit werk is verricht door 21 mensen, die
achteren gezien), is inmiddels verworden tot een wrak. Het met elkaar ongeveer 376 crossings hebben gemaakt.
crossingbootje ligt in de griend in de buurt van de Sterlingkeet
en deint soms mee met het hoogwater (foto’s: collectie-Leen “Vaak waren ze vier nachten per week in touw met deze
Fijnekam en Nationaal Park De Biesbosch). gevaarlijke tochten, waarbij de kans op ontdekking door
de Duitsers groot was.”
Het doel van de werkgroep is om de ongeveer 200 Dordtse slachtoffers van de Holocaust, allen voormalige bewoners
van deze stad, te gedenken door middel van de steentjes bij de huizen waar zij hebben gewoond, tijdelijk verbleven of
waren ondergedoken. De namen van deze mensen mogen niet in de vergetelheid raken. Een mens is niet slechts dood
door overlijden, maar temeer als zijn of haar naam niet meer bestaat. Daarom is het zo belangrijk de namen van onze
joodse medeburgers in herinnering te brengen én te houden.
Het maken en aanbrengen van een Stolperstein kost € 150,-. Alle bijdragen, groot en klein, zijn van harte welkom. De
Dordtse gemeenschap kan zo laten zien dat haar voormalige medeburgers niet worden vergeten.
Naast het Kruithuis bij de Vriesepoort likeuren en punch wist de brander zich
aan de Vest vestigde zich rond 1810 de een goede reputatie te bezorgen. Zo
distilleerderij en likeurstokerij van begon hij een goedlopend bedrijf, dat
Dirk Struys. Dankzij het bezit van men ‘het Vergulde Paard’ noemde.
goede recepten voor de bereiding van
Circa 1857. Het witte pand met het torentje is het Kruithuis, naast de Vriesebrug. De Vriesepoort is al in 1833 afgebroken. (RAD 551_10121)
Theodorus Struys, roepnaam Dirk, werd in 1765 geboren in Nauwkeurig vermeldde de notaris de antecedenten als
Wildeshausen in het groothertogdom Oldenburg. Vanuit geboorteplaats, leeftijd, ouders, echtgenote en beroep van
Bremen kwam hij in 1795 naar Dordrecht, waar hij zich als Van Duijnen. Zelfs de namen van zijn schoonouders werden
brander ofwel slijter in jenever, brandewijn en likeuren vermeld, evenals zijn signalement. Als merkbaar teken
vestigde. Voordat hij in 1805 met Johanna van der Pluijm bleek hij een litteken boven het linkeroog te hebben.
huwde, had hij reeds vier kinderen bij haar verwekt. Na hun Van Duijnen verklaarde zich akkoord om de dienst van
huwelijk schonk zij hem nog twee zonen en een dochter. Paulus Struys over te nemen, op voorwaarde dat hij
daarvoor een som van 250 gulden zou ontvangen. Vijftig
Zijn jongste zoon, Paulus, geboren op 14 februari 1810, werd gulden bij het aangaan van dit contract, waarvoor tien
in 1829 opgeroepen voor de Nationale Militie. De gulden voor hem en veertig gulden voor zijn vrouw. Daarvoor
likeurstoker was niet blij met de loting van zijn zoon, die hem kwiteerden ze Dirk Struys. Het restant zou gedurende de
tot de dienstplicht riep. Hij kon Paulus eigenlijk niet in het diensttijd uit de bataljonskas, waarin men dit bedrag
bedrijf missen en ging dan ook op zoek naar een remplaçant. stortte, worden uitgekeerd aan de huisvrouw. Deze som
Dat is iemand die als plaatsvervanger tegen betaling de bleef tijdens het verloop van de dienst van haar man
dienst kon overnemen. beschikbaar, zodat zijn echtgenote dit in termijnen kon
Hij vond een zekere Huijbert van Duijnen, arbeider van ontvangen.
beroep, bereid om dit te doen. De Militieraad stemde in met
deze plaatsvervanger en Struys stortte hier een bedrag Pieternella van Efferen verklaarde zich akkoord met het feit
voor van 25 gulden. Uiteraard werd deze transactie bij de dat haar man dit contract van plaatsvervanging aanging. Zij
notaris opgemaakt. Daarbij was niet alleen de was gehouden om zich naar de ‘wet omtrent gehuwde
plaatsvervanger, maar ook zijn echtgenote, de huisvrouw plaatsvervangers’ te gedragen. Gedurende de diensttijd zou
Van Duijnen aanwezig. zij deze som tot onderhoud ontvangen om haar gezin
Een maand later stuurde Anne Marius van der Kloet bericht
aan de gemeente dat hij tien arbeiderswoningen en een
hoekhuis voor zichzelf aan het Papeterspad wilde bouwen.
Zo brak mei 1940 aan. Al bij de eerste schoten werd een In die periode woonde de houtvlotter Bertus van Ooijen op
wagen hout van de firma Van der Kloet in brand geschoten. Zomerhof 1. Elisabeth Bos woonde tussen 1927 en 1969 op
En toen zoon Herman om zeven uur ’s morgens de werf van Zomerhof 3 tezamen met haar moeder, de weduwe Engelina
het bedrijf opkwam, bleek zijn vertegenwoordiger een NSB Bos-van Daalen. Op nummer 4 woonde tussen 1940 en
aanhanger te zijn. Toen de firma vervolgens weigerde om op november 1959 de landarbeider Cornelis Hart. En B.
te treden als depot voor de Duitse Wehrmacht, schiep dit Makkelie woonde op nummer 2.
een zeer moeilijke situatie.
Langs het Papeterspad moet worden
Nadat Anne Marius van der Kloet in maart 1942 was komen gesloopt…
te overlijden, vond er een jaar later een scheiding plaats van
zijn nalatenschap. Daaronder bevonden zich twee huizen en Op 6 februari 1962 werd een rapport opgesteld over de
erven aan de Zomerhof 3 en 4 sectie D 3282 en 3283, groot aanleg van een weg parallel aan de Spuiweg, tussen de
80 en 40 ca. en drie woningen aan het Papeterspad. Deze tunnel en de toekomstige Spuiboulevard. De aanleg van deze
huizen werden aan dochter Catharina Maria van der Kloet weg was nodig ter ontlasting van het kruispunt Singel-
toebedeeld. Spuiweg en ter verbetering van de verkeersafwikkeling bij
de monding van de tunnel.
Renovatie Desondanks kocht de drukkerij Reidel in januari 1973 de
huisjes in de Zomerhof. Deze drukkerij/uitgeverij aan de
Nadat de lerares Catharina Maria van der Kloet in 1943 Spuiweg had meer bedrijfsruimte nodig en hiertoe werd het
eigenares van de huisjes aan de Zomerhof was geworden, vroegere kantoor van automobielbedrijf De Jong op de hoek
schakelde ze in juli 1952 de aannemer Bosua in om de wonin- Singel-Papeterspad aangekocht. Na de aankoop en inrich-
gen Zomerhof 1 en 2 te verbeteren. Zo werden er nieuwe ting van het kantoor, kwamen de ambtenaren opdraven. Toen
keukens geplaatst, kwamen er nieuwe plafonds en werden er pas kreeg Reidel iets te horen van de doorbraakplannen.
beweegbare bovenlichten boven de deuren aangebracht, Begin mei 1978 kocht de gemeente van D. Reidel Holding B.V.
evenals lichtpunten en stopcontacten. De toiletten werden de woonhuizen aan de Zomerhof 3 en 4 en het Papeterspad
inpandig. Op de zolders kwamen slaapkamers en de riolering 10, 12 en 14, en het woonhuis met kantoorgebouw aan de Van
werd verbeterd. Strijsingel/hoek Papeterspad 24 t/m 30 en Koepelhof 1. De
Nadat deze werkzaamheden waren afgerond, kregen ook de totale koopsom bedroeg f 2.300.000,00. ⁽⁷⁾
Zomerhof 3 en 4 een danige opknapbeurt. Juffrouw Van der
Kloet gaf de firma D. Pols & zn. opdracht om deze huisjes een Met het complex Reidel (Singel/Papeterspad) werd onder
facelift te geven. De kosten bedroegen f 5.186,00.⁽⁶⁾ andere het woninkje Zomerhof 4 meegekocht. Het huisje
kon toen nog gehandhaafd blijven. Maar door de toestand Gemeentelijk Woningbedrijf.⁽⁸⁾ De gemeente sloot op 11
waarin het verkeerde, bestond er nauwelijks belangstelling februari 1985 eveneens een huurcontract met Randolph
voor. Het was hoogstens geschikt voor een alleenstaande, Hermans Zwiers, die aan het Zomerhof 1-2 woonde. Hij nam
die er op eigen kosten een bewoonbaar onderkomen van zou Zomerhof 3 in gebruik. De ingebruikneming geschiedde ‘om
willen maken. Als zodanig had juffrouw H. Visscher, die nog niet’ en ‘tot wederopzeggen’, wat betekende dat hij geen huur
bij haar ouders aan de Frans Lebretlaan inwoonde, zich als hoefde te betalen.
huurder aangemeld. Het pand was toen in beheer bij het
(1) C. Esseboom: Vereniging Oud-Dordrecht, jaargang 2005 (deel 3)
(2) Jaarverslag Oud-Dordrecht, 1983
(3) RAD 20-2106 akte 3379
(4) RAD 209-73 no 193 blad 202
(5) RAD 46-51
(6) RAD 752-16304, 16365
(7) RAD 1303-154
(8) RAD 8-A1990-7066
Maar tussen droom en werkelijkheid staan wetten en hun droom bijna letterlijk in het water tuimelen en besloten
praktische bezwaren in de weg. In dit geval viel het met de om de al in aanbouw zijnde spits in 1624 weer af te breken en
wetten wel mee, maar praktische bezwaren waren er te vervangen door vier wijzerplaten. En zo staat de Dordtse
genoeg. De stadsrekeningen van 1284 en 1285 tonen al Dom er nog bij, met een stevige, vierkante toren, een beetje
uitgaven voor de bouw van een toren, een voorloper van de scheef, zonder de gedroomde spits, maar daarom niet min-
huidige toren, op een andere plek. Stadshistoricus Matthijs der geliefd. Een baken voor toerist en forens.
Balen vermeldt in zijn tijd, 300 jaar later, een steen aan de
noordzijde van de huidige toren waarop staat: ‘ik ben De tekening rechtsboven werd in 1745 gemaakt door Aert
gesticht in het jaar van Jezus 1339 juni 16.’ De steen is ver- Schouman, naar een voorbeeld in Balens Beschrijvinghe van
loren gegaan, maar vaststaat dat er tussen 1339 en 1448 aan Dordrecht uit 1677. Schouman ‘photoshopte’ er lustig op los.
de toren is gebouwd. De toren is nog iets slanker en langer dan op de oudere
tekening. De spits steekt zelfs door het kader van zijn
De toren, die 108 meter hoog had moeten worden, begon al tekening heen.
tijdens de bouw te verzakken. De fundering staat op een klei- Volgens Balen is de kerk ‘Onvolmaakt gebleven, toch zoo
laag die rust op een zandlaag. Omdat de kleilaag niet overal hoog … geworden dat men bij klaar en helder weer, door hulp
even dik is, zakte de toren op sommige plekken verder weg van verkijker, daar af, Utrechts hoofdkerk … gemakkelijk
en kwam daardoor scheef te staan. De bouwmeesters zagen kan beoogen.’
namen zijn hoofd mee naar huis. Ik zal u de foto daarvan om haar bezoekers een plezier mee te doen, daar zijn écht
besparen; dit artikel is al confronterend genoeg. geen stukjes menselijk lichaam voor nodig.
Tijdens een staatsbanket dat koningin Beatrix in oktober
2008 voor de Ghanese president organiseerde, gooide de Een volgend project voor ‘Historisch
schrijver Arthur Japin een stevige knuppel in het hoenderhok Bewijs’?
door beide staatshoofden te vertellen over dit merkwaar-
dige museumobject. De Ghanezen waren ‘not amused’ en wil- Mochten de programmamakers door willen gaan met hun
den het hoofd van hun koning terstond terug. Dat was geen DNA-experimenten, dan weet ik nog wel een project waar-
vreemde wens, want veronderstel dat in Ghana het hoofd van de uitslag dit keer écht wetenschappelijk interessant is
van koning Willem I in een pot met sterk water zou hebben en zelfs staatsrechtelijk boeiend kan worden. Een project
gestaan? Dat hoofd hadden we dan ook terug willen hebben. dat voor de kijkcijfers een absolute topper wordt.
Na enig museaal gesputter gaf Nederland het hoofd van Neem contact op met Marja van Bijsterveldt, de burge-
koning Baidu Bonsu op 23 juli 2009 meester van Delft, en vraag haar toestemming om het DNA-
terug aan Ghana, waarna het op een profiel van Willem van Oranje af te nemen. Zijn stoffelijk
waardige manier kon worden begra- overschot staat vanaf 1584 in de grafkelder van de Nieuwe
ven. Al was het dan een beetje laat, Kerk van Delft. Anders dan in de Grote Kerk van Dordrecht is
zó doe je dat als beschaafd land. daar geen sloop- of breekwerk voor nodig. Ze heeft namelijk
Misschien is het een idee om de sleutel van deze grafkelder gewoon in haar bureaulade
dat ook maar eens te doen liggen en in tegenstelling tot het Dordtse graf is die graf-
met de lichaamsdelen die kelder kurkdroog, dus dat werkt een stuk makkelijker. Mocht
vermoedelijk Johan en Cor- de afname van Willems DNA onverhoopt toch nog op
nelis de Witt toebehoren? problemen stuiten, dan is er ook nog een kistje dat in 1997 bij
Dan kan er tenminste nog een restauratie in het praalgraf boven de grafkelder werd
iets van hen worden bij- ontdekt. Het bevat zijn ingewanden. Het kistje mocht zelfs
gezet in het familiegraf. niet worden gefotografeerd en is ongeopend terugge-
Het Haags Historisch Mu- plaatst. Tja, zo kan je ook met stoffelijke resten van een
seum heeft voldoende an- mens omgaan.
Koning Baidu Bonsu II
dere interessante objecten
Als je er ethisch niet al te moeilijk over doet dan zijn er dus doel van dit onderzoek, namelijk om het wetenschappelijk
voldoende mogelijkheden om DNA van Willem van Oranje af bewijs te leveren dat ons koningshuis daadwerkelijk van Wil-
te nemen en vanwege dat kistje hoef je zelfs niet eens per se lem van Oranje afstamt.
de grafkelder in. De geringe kans dat de familie Van Oranje Of ik daaraan twijfel? Nee hoor. Maar je weet het pas zeker
daar bezwaar tegen aantekent, is daarmee meteen onder- als het ‘wetenschappelijk’ bewezen is, aldus de programma-
vangen. U ziet, overal is aan gedacht. makers van ‘Historisch Bewijs’.
Vergelijk dat DNA vervolgens met het DNA-profiel dat de
muren van het vernieuwde paleis Huis ten Bosch siert, want Iets zegt mij dat de burgemeester van Delft hier niet aan
daarin is de genetische code van koning Willem-Alexander gaat meewerken. En dat is dan maar goed ook, want ook Wil-
verwerkt. Hij koos deze wandbekleding om transparantie uit lem van Oranje dient nét als de familie De Witt gewoon met
te stralen, aldus de kunstenaar Jacob van Beugel, die het rust te worden gelaten.
voor hem heeft ontworpen. Dat sluit dan prima aan bij het
Het volgende verhaal trof mij, omdat er tegenwoordig wordt gesteld dat privati-
sering in de zorg geen vies begrip is.
Maar in vroeger tijden had men het hier ook al moeilijk mee.
Neem het verhaal van Maria Apers van Mariënburch, Adriaen werd beschreven als “.. dat het Godt Almachtich niet
die getrouwd was met Willem van Croonen- en heeft gelieft, haeren broeder te begenadigen met sijn vijf
burch. Zij waren poorters van Dordrecht. sinnen, verstant ende memorie … (hij was) innocent, simpel,
Maria en Willem dienden op 2 juni ende stom van natuere”. De gezinsleden van het pleeggezin
1654 bij het Gerecht van Dor- hadden hem in die veertig jaar wel iets van gebarentaal
drecht een klacht in tegen de bijgebracht: “… hem by teeckens als andersints syn gewent.”
voogden van Adriaen Apers, Willem Croonenburch en zijn vrouw vonden “… dat Claes
de gehandicapte broer van Geenen, syne huijsvrouw ende kinderen den … innocenten
Maria.⁽¹⁾ door de lange bywoningh seer goede sugt ende genegent-
Maria had een geestelijk heijt toedragende syn …”
gehandicapte, hulpbehoe-
vende broer, ooit de zorg De moeder van de gehandicapte, oma Alid van Beverwijk,
van haar moeder Alid van was toen reeds overleden. Daarom werden twee nieuwe
Beverwijk Cornelisdr., de voogden benoemd: Cornelis van Beverwijk, de broer van
weduwe van Aper van genoemde oma, die priester was in Antwerpen, en Hendrick
Mariënburch, die inmiddels van den Eijnden, de tweede echtgenoot van oma. De oom en
was overleden.⁽²⁾ stiefvader van Adriaen Apers kenden de knul niet, en zij
Oma – de moeder van de hadden zich na het overlijden van oma als voogden volgens
gehandicapte zoon dus – zus Maria Apers ook nooit actief met de zorg bemoeid. Het
had zelf last van een spier- gevolg was geweest dat Adriaen “… qualyck ofte geen
zwakte gehad. Dus had zij cleederen aen sijn lichaem heeft, jae geen schoenen aen sijn
haar zoon zelf nooit heb- voeten, so dat het selve erbarmelyck is …”
ben kunnen verzorgen. Zij
had destijds, meer dan Kennelijk was Adriaen tegen een som kostgeld bij het gezin
veertig jaar tevoren, dan ook van van Claes Geenen geplaatst, maar was het oma die er al die
gezaghebbende artsen het advies jaren voor gezorgd had dat het kind goed gekleed werd. Dat
gekregen om haar zoon Adriaen hadden de nieuwe voogden verwaarloosd. Willem Croonen-
Apers “te besteden buyten haere fa- burch had het idee dat de nieuwe voogden de gehandicapte
milie ten huijse van seeckere Claes bij zich in huis wilden halen, om hem vervolgens ergens in
Geenen, huysman tot Leckerdorp.” Brabant tegen betaling van veel minder kostgeld in een ver-
Waarschijnlijk werd hiermee het dorp zorgingshuis voor geesteszieken onder te brengen: “… voor
Lekkerkerk bedoeld. eenen cleijnen pennick int sothuijs brengen sullen.”
Inmiddels was Adriaen Apers al veertig jaar oud. Daarom pleitten Willem Croonenburch en Maria Apers
Intensieve zorg in het pleeggezin was nodig ervoor om Adriaen in het pleeggezin te laten, waar hij aan
“omme soodanighen stommen onnoselen gewend was: ”soo souden hen … duncken dat (Adriaen)
mensch in sijne behoeffticheden te vol- behoort te blyven ter plaetse daer hem syn eijgen moeder
doen, aangesien hy dagelijcx moet ge- soo veel jaeren heeft laten blyven, ende alwaer hy gewent is.”
cleet, gehavent ende verschoont
werden, gelijck een impotent kint
van een half jaer …”
Deze uitgave beschrijft de ontstaans- De stadskraan Rodermond werd om- Voordat het huis Vest 162 in 1910 werd
en bewoningsgeschiedenis van de streeks 1338 gebouwd aan de kade die gebouwd, stond er een distilleerderij
Kruisweghof. De naam is een verwij- nu Houttuinen heet. In die tijd stond de vanouds genaamd ‘Het Paard’.
zing naar de vroegere Kruisweg, die kraan op de kade, achter een zandbank, Likeurstoker Dirk Struijs stichtte hier
eeuwenlang de grens vormde tussen aan de rivier. In 1410 werd de Nieuwe rond 1800 een branderij/distilleerderij
Dordrecht en de Merwede. Meester Haven gegraven, waardoor kraan Ro- grenzend aan het Kruithuis. Deze li-
timmerman Jan van Seventer bouwde dermond vanzelf aan de monding van keurstokerij werd in 1908 herbouwd
in de 19e-eeuwse schil, nabij de hoek de Nieuwe Haven kwam te staan. Door aan de overzijde van de Vest, waar
van Singel en Vrieseweg op de plek van het stapelrecht moesten goederen in later de limonadefabriek van Romijn
vroegere blekerijen en koepels Dordrecht worden gelost en verhan- gevestigd was. Vanaf 1910 vormde het
(tuinhuisjes), acht huisjes als Kruis- deld. De kraan heeft maar liefst ruim herenhuis aan de Vest - hoek Vriese-
weghof. In 1965 heeft één van de huis- 530 jaar dienstgedaan en werd in 1875 brug het domicilie van directeuren en
jes niet langer een woonbestemming, gesloopt, waarna er op de Merwekade juristen. Later was er gedurende 25
maar wordt gebruikt als garage en een voor die tijd modern exemplaar jaar een meubelwinkel gevestigd, die
berggelegenheid. De overige huisjes kwam te staan. men ‘de Veste’ noemde. De laatste
worden in hetzelfde jaar onbewoon- Dit boek is niet alleen van belang voor jaren heeft dit gemeentelijk monu-
baar verklaard en enkele jaren later af- geïnteresseerden in de Dordtse ge- ment aan de Spuihaven weer een
gebroken. schiedenis, maar ook voor degenen die woonbestemming.
zich willen verdiepen in de hijstech-
nieken van weleer.
Te bestellen bij:
Dordtsebestsellers.nl
Of bij boekhandel
DE VOORMALIGE SCHILDERSWINKEL
KROMME ZANDWEG 33
Voor 1970, in de tijd dat Dubbeldam nog In dit boek nemen we u mee naar het
een dorp was, stond er decennialang Venlo uit de Tachtigjarige Oorlog, waar
“schilderswinkel” op deze woning aan u kennismaakt met de familie Van
de Kromme Zandweg. Balt van der Twist. Venlo ging toen gebukt onder
Giessen had er zijn schilderwerkplaats, oorlog, economische malaise, geloofs-
waar hij zelf zijn verf mengde. Deze vervolging en ziekten. Als Maasschip-
werkplaats werd later voortgezet door pers wisten de Van Twisten als geen
zijn nakomelingen en zou maar liefst ander welke toekomst zij buiten Venlo
140 jaar blijven bestaan. En soms konden opbouwen, in gebieden waar
diende het als vergaderruimte voor het veilig was en men perspectief op
buurtvereniging “de Kromme Zandweg” een betere toekomst had. Ze kwamen
en was haar ereboog er opgeslagen. De als pioniers aan in te ontwikkelen ge-
leilinden en de moestuin rond het huis bieden, zoals de Hoeksche Waard in
zijn inmiddels verdwenen, net als de Zuid-Holland, waar zij nu nog steeds te
jutteperenboom, maar ook nu nog is het vinden zijn. Met de VOC reisden ze naar
goed toeven aan deze voormalige de Oost en latere generaties trokken
zandweg. naar Australië. We zien een grote ver-
scheidenheid aan beroepen en am-
bachten, waaruit dat pionierschap
blijkt. Dit boek is een weergave van het
familieverleden, dat voortdurend in
beweging is. Maar het is slechts een
momentopname, omdat er alweer
kinderen zijn geboren, er intussen
familieleden zijn getrouwd of geschei-
den en helaas ook overleden. Het klink
paradoxaal, maar een familiegeschie-
denis leeft en om die reden kan deze
nooit volledig zijn. De auteurs hopen u
met dit boek een interessante en
boeiende familiegeschiedenis te kun-
nen presenteren.
Van Huib van der Weijden ontvingen wij de volgende reactie op ons artikel over
bakkerij Van Herk in het tijdschrift Dordts Geboren van augustus 2019.
Harm Bosman reageert op het artikel over Joop Wilhelmus in het tijdschrift
Dordrecht Monumenteel van januari 2020.
Beste redactie, de anarchisme van deze groep. Door een oplopend con-
flict tussen voor- en tegenstanders over een samenwer-
Bij het lezen van het laatste nummer kwam ik het artikel king met deze Provogroep, bedankte ik begin 1967 als lid
over Joop Wilhelmus tegen. Een aantal feiten over hem van de partij.
staan hier niet in, die toch wel het noemen waard zijn.
Joop Wilhelmus wilde een
Het eerste Provo/Pornoblad dat hij uitgaf was het maandblad uitgeven, maar
maandblad “GNOT” in 1966/1967. Hierbij de voorpagina. omdat hij weinig geld had,
Hoelang dit blad heeft bestaan, is mij niet bekend. zou hij pas betalen nadat de
In dezelfde jaren speelde Wilhelmus mee in de gedeel- bladen verkocht waren. Om-
telijk in Dordrecht opgenomen film “Professor Columbus”. dat ik via mijn chef op de
Een film van Rob Houwer met in de hoofdrol Jeroen drukkerij eind jaren vijftig al
Krabbé. In deze film komt ook een naakte Phil Bloom voor, had gehoord dat hij seks-
de eerste blote vrouw op de Nederlandse televisie. foto’s in de stad verkocht,
wilde ik eerst de tekst van
Het zal in de zomer van 1966 zijn geweest dat Joop Wilhel- dit blad onder ogen krijgen.
mus voor de deur stond omdat hij een maandblad wilde Na het lezen hiervan en
uitgeven. In die tijd had ik een stencilinrichting aan huis. Ik overwegende dat ik mis-
maakte maandbladen voor onder andere volleybalclub schien nooit zou worden be-
Orawi en verzorgde stencilwerk voor bedrijven en kerken, taald én het feit dat het ma-
zoals de Gereformeerde Bond en de Nederlands Her- ken van een Provo/porno-
vormde Kerk. Dit was een bijverdienste; overdag werkte blad nu niet bepaald paste
ik als handzetter bij een drukkerij. naast een vaste klant als de
Gereformeerde Bond, wei-
Door mijn lidmaatschap van de Pacifistisch Socialistische gerde ik het blad te maken.
Partij (PSP) was ik Joop Wilhelmus wel eens tegen- Overigens woonde mijn
gekomen op openbare vergaderingen van deze partij. Hij chef naast een inspecteur
bietste met een groepje jongeren altijd bier. In het afde- van de politie. Wanneer er
lingsblad van de PSP schreef ik ook enkele artikelen weer eens naaktfoto's in be-
waarin ik negatief was over de Provo's en het zogenaam- slag waren genomen die
www.kvt.nl www.vanpeltontwikkelt.nl
Het feit dat een bedrijf sponsor wil zijn geeft aan
dat het betrokken is bij de geschiedenis, het
cultureel welzijn en daarmee ook de toekomst van
onze mooie stad. Wilt u ons ook ondersteunen?
Download dan het sponsorprogramma
op onze site:
www.augustijnenhof.nl/sponsors
of mail naar:
bestuur@augustijnenhof.nl