Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 11

Katalyse en

gaschromatografie

Door: Daphne Janssen & Ségolène Rook

Klas: 5V

Docent: Meneer Velzeboer

Datum: 1 Maart 2024


Inhoud

Deel 1 .......................................................................................................................................................3
Deel 2 (Daphne) .......................................................................................................................................5
Deel 2 (Ségolène) .....................................................................................................................................8
Uitvoering ............................................................................................................................................8
Analyse met de GC ...............................................................................................................................8
Resultaatverwerking ............................................................................................................................9
Deel 1
Opdracht 1

Katalyse is belangrijk voor de welvaart, omdat ten eerste 80% van de chemische producten
afhankelijk is van katalyse. Ten tweede door toepassing van katalyse is de productie in de chemische
industrie op huidige schaal mogelijk en neemt het energieverbruik van de chemische energie enorm
af. Ten derde vindt er nog steeds nog steeds op grote schaal onderzoek plaats naar nieuwe
katalysatoren.

Opdracht 2

De waarneming van Berzelius hield in dat een oplossing van zetmeel na sterk verhitten niet werd
omgezet in glucose. Echter na toevoeging van een beetje zwavelzuur werd het zetmeel wel omgezet
in glucose, zonder dat de hoeveelheid zuur veranderde.

Opdracht 3

De belangrijkste ontdekking van Döbereiner op het gebied van katalyse was dat fijnverdeelde platina
de omzetting van waterstof en zuurstof in water bevordert zonder zelf verbruikt te worden.

Opdracht 4

Döbereiner noemde dit fermentatie, omdat het erg leek op de omzetting van suiker in alcohol door
gist.

Opdracht 5

Het is een redoxreactie omdat het zink, een metaal, veranderd van lading en dit kan alleen bij
eenredoreactie. De halfreactie zijn 𝑍𝑛(𝑠) → 𝑍𝑛2+ + 2𝑒 − & 2𝐻+ + 2𝑒 − → 𝐻2 (𝑔). De
totaalreactie wordt dan vervolgens 2𝐻 + 𝑍𝑛(𝑠) → 𝑍𝑛2+ + 𝐻2 (𝑔).

Opdracht 6

2𝐻2 (𝑔) + 𝑂2 (𝑔) → 2𝐻2 𝑂(𝑙)

Opdracht 7

Döbereiner had geen belangstelling voor het patent op zijn lamp, omdat hij zei: 'ik hou meer van de
wetenschap dan van geld'. Hiermee bedoelt hij dus dat geld er niet voor moet zorgen dat de
wetenschap wordt tegengehouden.

Opdracht 8

Deze vraag stond niet in het boekje.

Opdracht 9

De formule voor decaan is C12H26. Dit betekent dat je bij de algemene reactievergelijking van het
Fischer-Tropsch-proces, voor de n 12 zal moeten invullen. Dit komt omdat er dan dodecaan gevormd
zal worden. Hier komt dan deze reactievergelijking uit: 25𝐻2 (𝑔) + 12𝐶𝑂(𝑔) → 𝐶12 𝐻26 (𝑔) +
12𝐻2 𝑂(𝑔)
Opdracht 10
Het moet in de molaire verhouding 2:1 worden aangeboden want deze verhouding zal zorgen dat de
reactie sneller zal plaatsvinden waardoor de reactie optimaal zal plaatsvinden. Dit zal komen door de
verhouding deeltjes in de reactievergelijking.

Opdracht 11

Het zou mogelijk zijn want synthese gas bestaat uit H2 en CO, deze zal je in principe kunnen halen uit
biosmassa. Dit zou bijvoorbeeld kunnen gebeuren door vergassing.

Opdracht 12

De retentietijd is een indicatie voor de identiteit van een stof, omdat de ene stof sneller de detector
bereikt dan de andere stof. De tijd is afhankelijk van de verschillende factoren, waaronder interactie
tussen de stof en de stationaire fase van de kolom. Deze interactie wordt weer beïnvloed door de
chemische eigenschappen van de stof, zoals de polariteit.

Opdracht 13

Het principe van chromatografische scheiding bij kamertemperatuur houdt in dat de stof eerst zo
wordt verwarmd dat er sprake is van een gasvormige stof. Vervolgens wordt dit door de kolom
gegooid, waarbij de ene stof sneller bij de detector is dan de andere stof. Elke stof heeft een eigen
bindingssterkte (affiniteit).

Opdracht 14
1685 𝑒𝑒𝑛ℎ𝑒𝑖𝑑
𝑅𝑒𝑠𝑝𝑜𝑛𝑠𝑓𝑎𝑐𝑡𝑜𝑟 (𝑠 tan 𝑑 𝑎𝑎𝑟𝑑) = = 842,5
2,0 𝜇𝑔 ⋅ 𝑚𝐿−1 𝜇𝑔 ⋅ 𝑚𝐿−1
2368 𝑒𝑒𝑛ℎ𝑒𝑖𝑑
𝑅𝑒𝑠𝑝𝑜𝑛𝑠𝑓𝑎𝑐𝑡𝑜𝑟 (𝑚𝑒𝑛𝑔𝑠𝑒𝑙) = = 842,5
𝐶𝑚𝑒𝑛𝑔𝑠𝑒𝑙 𝜇𝑔 ⋅ 𝑚𝐿−1

Geeft
2368
𝐶𝑚𝑒𝑛𝑔𝑠𝑒𝑙 = ≈ 2,81 𝜇𝑔 ⋅ 𝑚𝐿−1
842,5
Omschrijven naar

2,81 𝜇𝑔 ⋅ 𝑚𝐿−1 = 0,00281 𝑚𝑔 ⋅ 𝐿−1

0,00281 𝑚𝑔 ⋅ 𝑚𝐿−1 = 2,81 𝑚𝑔 ⋅ 𝐿−1


De concentratie van stof A in het mengsel is ongeveer 2,81 mg/L -1
Deel 2 (Daphne)
Vraag U1

20 Ml, het betekent dat het totale aantal lucht in de buis rond de 60 zal blijven.

Vraag U2

Het buisje moet verwarmd worden om de reactie te versnellen.

Vraag U3

Ja want dan is er bij het onderzoek minder variabel waardoor je het beter met elkaar kan
vergelijken.

Vraag U4

De gassen lopen weg waardoor de metingen kunnen afwijken.

Vraag U5

Anders gaat het glas smelten en zou er een gevaarlijke situatie kunnen ontstaan.

Vraag U6

Er waren geen verschillen. Er zou wel eventueel een verschil zijn

Analyse met de gc

O2/CO CH4 CO4


Piekoppervlakte 297071 3288856 11065
chromatogram R-spuit
Piekoppervlakte 283158 2614410 215266
chromatogram P-spuit

Vraag A1

Voor de methaan en zuurstof dat in de buis zit zal er een daling plaatsvinden. Dit komt omdat deze
stoffen reageren wanneer het met de verwarmde koper in aanmerking komt waardoor het minder
zal worden. Voor de koolstofdioxide verwacht ik een verhoging aangezien dit de reactiestof is die
ontstaat.

De reactiecomponent die ontbreekt is water, dit komt omdat de piekoppervlakte van water te klein
zal zijn. Daarom zal water niet goed af te lezen zal zijn vanuit de grafiek en ontbreekt deze
reactiecomponent.

Vraag A2

Niet al het methaan is verbrand in de reactie, na de reactie is er nog methaan over. Dit zie ik doordat
de piekoppervlakte van de P-spuit bij methaan 2614410 is waardoor ik kan concluderen dat er nog
veel methaan over is.

Vraag A3

Voor O2/CO en CH4 is er beide een daling en voor de CO2 is er stijging. Dit is zoals ik had verwacht.
Resultaatverwerking

Mijn resultaten:

CH4 O2/CO CO2


R-spuit 1 0,090 0,003
P-spuit 0,79 0,086 0,065
Resultaten andere groepjes:

Vraag R1

Hoe meer ontstane stof er wordt gemeten hoe hoger het rendement is van de katalysator. Deze
gemeten stof houdt in wat het piek-oppervlak van deze stof is. Doordat het aantal CO2 is
toegenomen kunnen we zeggen dat er veel volledige verbranding heeft plaatsgevonden.

Vraag R2

Een katalysator is een stof die de snelheid van een bepaalde chemische reactie beïnvloedt zonder
zelf verbruikt te worden. Een katalytisch effect zegt dus iets over het effect dat de katalysator heeft
op de snelheid van de reactie, in dit geval dus de katalysator Al2O3. De katalysator aluminiumoxide
kan erg goed tegen hoge temperaturen, zonder hierbij zijn structuur te verliezen. Dit kan je verklaren
met de resultaten, omdat hier een hoge temperatuur voor gebruikt is.

Vraag R3

Wat mij opvalt aan de resultaten van ons is dat er toch wel veel onvolledige verbranding heeft
plaatsgevonden. Als je naar alle resultaten kijkt, valt mij de resultaten van platina erg op. Dit is enkel
door één groepje gedaan, dus misschien kloppen de resultaten niet helemaal, maar je ziet daar dat
er weer weinig volledige verbranding is opgetreden.

Vraag R4

Stap 1: Adsorptie van methaan op het katalysatoroppervlak

𝐶𝐻4 (𝑔) + 𝐶𝑢𝑂 → 𝐶𝐻4 (𝑎𝑑𝑠) + 𝐶𝑢𝑂(𝑠)


*de 'ads' staat voor adsorptie

Stap 2: Reactie tussen adsorbeerde methaan en zuurstof om water en koolstofdioxide te vormen

𝐶𝐻4 (𝑎𝑑𝑠) + 2𝑂2 (𝑔) → 𝐶𝑂2 (𝑔) + 2𝐻2 𝑂(𝑔)


Stap 3: Desorptie van water

𝐻2 𝑂(𝑎𝑑𝑠) → 𝐻2 𝑂(𝑔)

Stap 4: Desorptie van zuurstof

𝑂2 (𝑎𝑑𝑠) → 𝑂2 (𝑔)
Vraag R5

In de productspuit zitten de stoffen CH4, O2, CO, CO2 en H2O. De volgende nevenreacties zouden er
kunnen optreden:

𝐶𝑂2 + 𝐻2 𝑂 → 𝐻2 𝐶𝑂3 ,

2𝐶𝑂 + 𝑂2 → 2𝐶𝑂2 ,

𝐶𝑂 + 𝐻2 𝑂 → 𝐶𝑂2 + 𝐻2

𝐶𝑂2 + 𝐻2 → 𝐶𝑂 + 𝐻2 𝑂.

Vraag R6

Het ontstaan van een nevenreactie zal de grootste rol spelen bij de katalysator Al2O3 want in deze
katalysator komt het element zuurstof voor. Dit element zou vervolgens los van het aluminium
kunnen komen en/of met koolstof reageren.

Vraag D1

De meest geschikte katalysator om in te kopen zou CuO/Al2O3 zijn want deze heeft het meest
voordeel in meerdere aspecten. Je kan meer van deze stof voor een lagere prijs inkomen wat het
voordeliger maakt. Daarnaast komt platina zelden in de natuur voor waardoor het ook niet makkelijk
te verkrijgen zal zijn. Er is ook niet veel informatie over hoe platina invloed heeft op het milieu. De
stof palladium is zelf ongevaarlijk maar de verbindingen van deze stof kunnen kankerverwekkend
zijn en schadelijk voor het milieu waardoor deze stof ook niet handig is om te gebruiken. Er is bij
gebruik van CuO/Al2O3 een nadeel, er is veel onvolledige verbranding waardoor veel
koolstofmonoxide ontstaan i.p.v. dat er koolstofdioxide ontstaat wat minder schadelijk is. Maar
wanneer je de metingen hiervan vergelijkt met de andere opties, zul je niet veel verschil zien en zal
dit aspect dus niet uitmaken.

Vraag D2

Nee want ook al heeft onze gekozen stof het meeste kans op een nevenreactie, zal dit qua kosten
nog steeds voordeliger zijn.
Deel 2 (Ségolène)
Uitvoering
Vraag U1

Er is 23 mL aangegeven op de R-spuit, dus het totale volume in de 63 mL, wat dus meer volume is
dan het beginvolume (60 mL). Dit kan komen door wrijving.

Vraag U2

Het katalysatorbuisje moet eerst verwarmd worden, omdat de reactie zo sneller verloopt.

Vraag U3

Het katalysatorbuisje moet ook worden opgewarmd, voordat er een reactie ondergaat, omdat er bij
onderzoek minder variabel is waardoor je het beter met elkaar kan vergelijken.

Vraag U4

Als de spuiten niet genoeg zijn afgesloten dan zullen de stoffen ontsnappen. Hierdoor kunnen je
metingen afwijken.

Vraag U5

Het is van belang de hoogte van de statiefklemmen en de kleur van de vlam nauwkeurig te bepalen,
omdat er anders gevaarlijke situaties kunnen ontstaan.

Vraag U6

Er zijn geen verschillen zichtbaar.

Analyse met de GC
Vraag A1

Ik verwacht een daling voor de stoffen methaan (CH4) en zuurstof(O2). Dit zijn namelijk de stoffen die
met elkaar gaan reageren en dus verbruikt worden. Ik verwacht een stijging bij het koolstofdioxide
(CO2). Dit is namelijk de stof die ontstaat als je de andere stoffen met elkaar gaat laten reageren.

De reactiecomponent water mist in de tabel en deze stof is ook niet goed zichtbaar in het
chromatogram. Dit komt omdat het piekoppervlak van water zo klein is dat het niet zichtbaar is.

O2/CO CH4 CO2


Piekoppervlakte 297586 3278902 10302
chromatogram R-spuit
Piekoppervlakte 307308 2582054 15794
chromatogram P-spuit

Vraag A2

Er heeft tijdens de reactie geen volledige verbranding plaatsgevonden. Dit kunnen we ten eerste
zien, omdat de koperkorrels niet groen/donkerder zijn geworden. Daarnaast was de O2/CO
nulmeting 0,091. Onze meting O2/CO geeft 0,094, meer dus. Dit komt omdat er onvolledige
verbranding heeft plaatsgevonden. Wat je kan veranderen om de reactie beter te laten verlopen, is
het meer toevoegen van zuurstof.

Vraag A3
Bij O2/CO is er in de P-spuit een stijging waargenomen ten opzichte van de R-spuit. Bij CH4 is er in de
P-spuit een daling waargenomen ten opzichte van de R-spuit. Bij CO2 is er in de P-spuit een stijging
waargenomen ten opzichte van de R-spuit. Dit komt deels overeen met de verwachting uit vraag A1.
De voorspelling over CH4 en CO2 zijn juist (daling en stijging). De voorspelling over O2/CO is echter
niet juist. Je zou verwachten dat er zuurstof verbrand en daardoor minder wordt, maar door de
(deels) onvolledige verbranding is er toch een stijging.

Resultaatverwerking
Relatieve piekoppervlaktes:

CH4 O2/CO CO2


R-Spuit 1 0,908 0,003
P-Spuit 0,094 0,787 0,005

Vraag R1

Hoe meer ontstane stof er wordt gemeten hoe hoger het rendement is van de katalysator. Deze
gemeten stof houdt in wat het piek-oppervlak van deze stof is. Op het onderstaande plaatje zie je
dat de resultaten van de katalysoren redelijk gelijk zijn aan elkaar. Echter zie je dat de katalysator
palladium het meest effectief is. Hier heeft veel volledige verbranding opgetreden. Er is dus veel CO2
ontstaan als gemeten stof.

Vraag R2

Een katalysator is een stof die de snelheid van een bepaalde chemische reactie beïnvloedt zonder
zelf verbruikt te worden. Een katalytisch effect zegt dus iets over het effect dat de katalysator heeft
op de snelheid van de reactie, in dit geval dus de katalysator Al2O3. De katalysator aluminiumoxide
kan erg goed tegen hoge temperaturen, zonder hierbij zijn structuur te verliezen. Dit kan je verklaren
met de resultaten, omdat hier een hoge temperatuur voor gebruikt is.

Vraag R3

Wat mij opvalt aan de resultaten van ons is dat er toch wel veel onvolledige verbranding heeft
plaatsgevonden. Als je naar alle resultaten kijkt, valt mij de resultaten van platina erg op. Dit is enkel
door één groepje gedaan, dus misschien kloppen de resultaten niet helemaal, maar je ziet daar dat
er weer weinig verbranding in het algemeen heeft opgetreden.

Vraag R4

Stap 1: Adsorptie van methaan op het katalysatoroppervlak

𝐶𝐻4 (𝑔) + 𝐶𝑢𝑂 → 𝐶𝐻4 (𝑎𝑑𝑠) + 𝐶𝑢𝑂(𝑠)

*de 'ads' staat voor adsorptie

Stap 2: Reactie tussen adsorbeerde methaan en zuurstof om water en koolstofdioxide te vormen

𝐶𝐻4 (𝑎𝑑𝑠) + 2𝑂2 (𝑔) → 𝐶𝑂2 (𝑔) + 2𝐻2 𝑂(𝑔)

Stap 3: Desorptie van water

𝐻2 𝑂(𝑎𝑑𝑠) → 𝐻2 𝑂(𝑔)

Stap 4: Desorptie van zuurstof

𝑂2 (𝑎𝑑𝑠) → 𝑂2 (𝑔)
Vraag R5

In de productspuit zitten de stoffen CH4, O2, CO, CO2 en H2O. De volgende nevenreacties zouden er
kunnen optreden: 𝐶𝑂2 + 𝐻2 𝑂 → 𝐻2 𝐶𝑂3

Verbranding van koolmonoxide (CO): 2CO + O₂ → 2CO₂

Water-gas shift reactie: CO + H₂O → CO₂ + H₂

CO₂ + H₂ → CO + H₂O

Vraag R6

Het ontstaan van een nevenreactie zal de grootste rol spelen bij de katalysator Al2O3 want in deze
katalysator komt het element zuurstof voor. Dit element zou vervolgens los van het aluminium
kunnen komen en/of met koolstof reageren.

Vraag D1

De meest geschikte katalysator om in te kopen zou CuO/Al2O3 zijn want deze heeft het meest
voordeel in meerdere aspecten. Je kan meer van deze stof voor een lagere prijs inkomen wat het
voordeliger maakt. Daarnaast komt platina zelden in de natuur voor waardoor het ook niet makkelijk
te verkrijgen zal zijn. Er is ook niet veel informatie over hoe platina invloed heeft op het milieu. De
stof palladium is zelf ongevaarlijk maar de verbindingen van deze stof kunnen kankerverwekkend
zijn en schadelijk voor het milieu waardoor deze stof ook niet handig is om te gebruiken. Er is bij
gebruik van CuO/Al2O3 een nadeel, er is veel onvolledige verbranding waardoor veel
koolstofmonoxide ontstaan i.p.v. dat er koolstofdioxide ontstaat wat minder schadelijk is. Maar
wanneer je de metingen hiervan vergelijkt met de andere opties, zul je niet veel verschil zien en zal
dit aspect dus niet uitmaken.

Vraag D2

Nee want ook al heeft onze gekozen stof het meeste kans op een nevenreactie, zal dit qua kosten
nog steeds voordeliger zijn.

You might also like