Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 56

gebruikers

handleiding
buitenboordmotor

F4
Belangrijke aanwijzingen

Aan de eigenaar

Dank dat u voor ons merk en product heeft gekozen. Deze handleiding bevat informatie voor de correcte bediening,
onderhoud en zorg van de buitenboordmotor. Maak u vertrouwd met deze eenvoudige instructies, dat geeft de
zekerheid dat u het meeste plezier aan uw buitenboordmotor beleeft. Wanneer u nog aanvullende vragen heeft, neem
dan contact op met uw dealer. Belangrijke informatie wordt benadrukt op de volgende manieren:

Dit symbool geeft een potentieel gevaarlijke situatie aan. LET OP! WEES OPLETTEND! UW VEILIGHEID KAN IN
GEVAAR ZIJN!

WAARSCHUWING
Wanneer een WAARSCHUWING genegeerd wordt, kan dat ernstig letsel of zelfs dodelijke gevolgen hebben voor de
degene die de buitenmotor bedient, een omstander of degene die de buitenboordmotor repareert of inspecteert.

LET OP
LET OP geeft aan dat er speciale maatregelen genomen moeten worden om, mogelijke, motorschade te voorkomen.

OPMERKING
Een OPMERKING geeft belangrijke informatie om bepaalde procedures makkelijker of duidelijker te maken.
Om een lange levensduur te garanderen is het van belang om de instructies en aanwijzingen in de handleiding nauwlettend
te volgen. Het niet volgen van de handleiding en instructies kan motorschade en het vervallen van de garantie als gevolg
hebben.

OPMERKING
De F4 buitenboordmotor en de standaard aanwezige accessoires zijn gebruikt als uitgangspunt voor de uitleg en
illustraties in deze handleiding. Daarom kan het voorkomen dat sommige onderdelen of procedures in deze handleiding
geen betrekking hebben op ieder model.
Inhoud

Algemene informatie 1
Veiligheidsinformatie 2
Belangrijke labels 2
Veiligheidslabels 2
Waarschuwingslabels 3
Brandstof instructies 4
Brandstof 4
Motorolie 5
Schroef keuze 6

Basisonderdelen6
Hoofdonderdelen 7
Tankdop 8
Ventilatieschroef 8
Brandstofkraan 8
Stuurhendel 9
Schakelhendel 9
Gashendel 9
Gashendel stelknop 10
Noodstopschakelaar 11
Stopschakelaar 11
Choke trekknop 11
Startgreep trekstarter 11
Stuurweerstand knop 11
Kantel blokkeerhevel 12

Gebruik 13
Draaggreep 13
Plaatsen van de motor 14
Positionering van de motor 14
Vastzetten van de motor 15
Inloopprocedure 16
Procedure voor viertakt motoren 16
Controles voor het starten 18
Brandstof 17
Starten van de motor 19
Motor warm draaien 20
Bedieningsorganen 15
Motor 15
Motoroliepeil controleren 15
Brandstof tank vullen 16
Bediening 17
Brandstoftoevoer 18
Uitvoeringen met handstart 19
Schakelen 21
Vooruit, achteruit 21
Motor afzetten  22
Procedure 20
Afstellen van de trimhoek 23
Trimhoek instellen 24
Inhoud
Boottrim instellen 24
Motor kantelen 25
Omhoog kantelen 25
Omlaag kantelen 26

Onderhoud27
Specificaties 27
Vervoer en opslag 29
Buitenboordmotor opslaan 30
Procedure 30
Smering 30
Schoonmaken 30
Gelakte oppervlakten 32
Periodiek onderhoud 33
Onderdelen 33
Onderhoudsschema 34
Smeren 35
Schoonmaken en afstellen bougie 36
Brandstofsysteem controleren 37
Stationair toerental 37
Motorolie verversen 38
Bedrading en stekkers controleren 36
Uitlaatlekkage 39
Schroef controleren 40
Schroef verwijderen 40
Schroef plaatsen 41
Staartstukolie verversen 42
Controle en vervanging anode(s) 43
Coating van de romp 43

Problemen oplossen 44
Diagnose 44
Tijdelijke maatregelen in noodsituaties 48
Schade door aanvaring 48
Starter werkt niet 49
Noodstart procedure 49
Motor is onder water geraakt 50
Procedure 51
Algemene informatie
Het serienummer van de buitenboordmotor is ingeslagen op het label aan de linkerkant van de motor klembeugel.
SN = Serial Number, verder is het type, vermogen en gewicht aangegeven. Noteer het serienummer op onderstaande
afbeeldingen, deze is noodzakelijk voor de identificatie van de motor en vergemakkelijkt het bestellen van onderdelen.

1 Serienummer

• Lees deze handleiding geheel door voor het eerste gebruik van de buitenboordmotor. U raakt daardoor vertrouwd
met de eigenschappen van de motor en de veiligheids- en onderhoudsvoorschriften
• Lees voordat u gaat varen de handleiding van de boot en alle aanwezige labels. Overtuig u ervan dat u de inhoud
daarvan begrijpt
• Gebruik deze motor niet wanneer het vermogen ervan hoger ligt dan maximaal voor de betreffende boot is
toegelaten. Een te hoog vermogen maakt het gebruik van de boot dan onveilig. Wanneer het onbekend is wat het
maximaal toelaatbare vermogen voor de boot bedraagt, neem dan contact op met de dealer of fabrikant van de boot
• Wijzig de buitenboordmotor niet. Wijzigingen kunnen de buitenboordmotor onveilig of onbruikbaar maken. Een
verkeerde schroefkeuze en verkeerd gebruik kunnen motorschade veroorzaken en het brandstofverbruik doen
toenemen. Vraag uw dealer naar de juiste procedures
• Gebruik de buitenboordmotor nooit na gebruik van alcohol, verdovende middelen of drugs. Bij 50 procent van alle
ongelukken met boten is sprake van alcohol- of drugsgebruik
• Zorg voor een goedgekeurd zwemvest voor iedere opvarende van de boot. Draag bij voorkeur een zwemvest bij het
varen. Kinderen en personen die niet kunnen zwemmen, dienen altijd een zwemvest te dragen, alle inzittende dienen
een zwemvest te dragen wanneer de weerscondities mogelijk gevaar kunnen opleveren
• Benzine is uiterst brandbaar, de dampen ervan kunnen explosief zijn. Sla benzine zorgvuldig op. Verzeker u ervan dat
geen benzine, of benzinedampen lekken voordat de buitenboordmotor gestart wordt
• Deze buitenboordmotor produceert uitlaatgassen waaronder het giftige koolmonoxide, een kleurloos, geurloos gas
waarvan inademing kan leiden to bewusteloosheid en zelfs de dood. Symptomen van koolmonoxidevergiftiging zijn
onder meer misselijkheid, duizeligheid en slaperigheid. Zorg er voor dat de cabine en stuurstand goed geventileerd
worden. Voorkom een geblokkeerde uitlaat
• Controleer het gashendel, het schakelhendel en de stuurinrichting op een juiste werking voordat u de
buitenboordmotor start
• Bevestig het veiligheidskoord aan een stevig deel van uw kleding, arm of been. Wanneer u de stuurstand verlaat, zal
het koord los van de noodstopschakelaar schieten en de buitenboordmotor laten afslaan
• Verzeker u ervan dat u beschikt over de juiste voorgeschreven wettelijke kennis en eventueel een vaarbewijs
noodzakelijk voor het besturen van de boot
• Stel u vooraf op de hoogte van de weersvoorspelling.
F5
Ga niet varen onder ongunstige weersomstandigheden
Tuesday, January 15, 2002 4:11:09 PM

1
Algemene informatie
• Stel anderen op de hoogte waar u naar toe gaat varen, laat een vaarplan achter bij een verantwoordelijk persoon en
schrap dit na uw terugkomst
• Verzeker u ervan dat u weet wat de vaareigenschappen van de boot zijn onder verschillende omstandigheden.
Vaar altijd met een veilige, toegelaten snelheid en houd het overige waterverkeer scherp in het oog
• Let in het bijzonder op zwemmers tijdens het varen
• Houd een ruime afstand ten opzichte van zwemgebieden aan
• Wanneer een zwemmer zich dicht bij de boot bevindt, zet de buitenboordmotor dan in neutraal en zet de motor af
• Breng verpakkingen van gebruikte motorolie terug naar het verkooppunt of bied deze aan als klein chemisch afval
• Giet nooit olie in de motor zonder gebruik van een trechter. Veeg gemorste olie direct af
• In geval van twijfel vraag uw dealer naar de juiste procedure om verpakkingen af te voeren. Gooi nooit illegaal enige
verpakking weg

Lees de handleidingen en labels


Voor het eerste gebruik of onderhoud aan deze buitenboordmotor adviseren wij dringend om:

Deze handleiding geheel te lezen


De handleiding van de boot waarop deze buitenboordmotor gebruikt wordt te lezen
Alle labels op zowel de buitenboordmotor als de boot te lezen
Wanneer u nog vragen heeft, contact met uw dealer op te nemen

WAARSCHUWINGS LABELS
Neem contact met uw dealer op wanneer deze labels ontbreken of beschadigd zijn.
F4

2
Algemene informatie

Het noodstartsysteem is niet voorzien van een startblokkering. Verzeker u ervan dat de schakelhevel in de stand
‘’neutraal’’ staat.

• Houd handen, haar en kleding weg van het vliegwiel en andere draaiende delen
wanneer de buitenboordmotor in gebruik is.
• Raak geen elektrische delen aan bij het starten of tijdens het gebruik.

• Lees deze handleiding en labels.


• Draag een goedgekeurd zwemvest.
• Bevestig het veiligheidskoord aan het zwemvest, arm of been zodat de motor automatisch stopt wanneer
u de stuurplaats verlaat. Dit voorkomt dat de boot onbestuurd verder kan varen.

3
Algemene informatie
4

Benzine is hoogst ontvlambaar en explosief. Zet de motor af voordat u brandstof tankt. Draai de tankdop en de
ventilatieschroef dicht wanneer de motor niet in gebruik is.

LET OP
Deze zijde naar boven

BENZINE EN BENZINEDAMPEN ZIJN UITERST BRANDBAAR EN EXPLOSIEF!


• Rook niet bij het tanken, houd afstand van vonken, open vuur en andere ontstekingshaarden
• Zet de buitenboordmotor af voor het tanken
• Vul alleen brandstof bij in een goed geventileerde ruimte. Losse brandstoftanks buiten de boot vullen
• Mors geen brandstof. Veeg gemorste brandstof direct weg met een droge doek
• Vul niet te veel brandstof bij
• Draai na het tanken de tankdop stevig dicht
• Wanneer u benzine ingeslikt heeft, overmatig benzinedamp ingeademd heeft of benzine in de ogen
gekregen heeft direct medische hulp inschakelen
• Wanneer benzine op de huid gemorst wordt, deze direct met zeep en water verwijderen.
Draag geen kleding waar benzine op gemorst is
• Laat het benzinevulstuk op de trechter of tankopening rusten om elektrostatische vonken te vermijden

LET OP
Gebruik uitsluitend verse, schone benzine die in schone benzinetanks opgeslagen is geweest en niet vervuild is met water
of verontreinigingen

Aanbevolen benzine:
Ongelode Euro 95
Benzine

Wanneer de buitenboordmotor ‘’pingelt’’, gebruik dan een ander merk brandstof of ongelode super benzine.

4
Algemene informatie

Motorolie
Aanbevolen motorolie:

Viertakt motorolie die voldoet aan de volgende SAE en API classificaties:


Motorolie classificatie SAE: SAE 10W-30 of 10W-40
Motorolie classificatie API: SE,SF,SG,SH,SJ, SL
Motorolie hoeveelheid (zonder oliefilter): 0,5 L

OPMERKING
Wanneer het voorgeschreven olietype niet beschikbaar, kan op basis van de buitentemperatuur, een alternatief met
behulp van onderstaande tabel uitgezocht worden:

10W-40

F5
5
Tuesday, January 15, 2002 4:11:13 PM
Basis onderdelen

LET OP
Alle viertakt buitenboordmotoren worden vanaf de fabriek geleverd zonder motorolie.

Keuze van de schroef


De prestaties van iedere buitenboordmotor zijn in grote mate afhankelijk van de juiste schroef. Een verkeerde schroef
heeft niet alleen een negatieve invloed op de prestaties, maar kan ook ernstige motorschade veroorzaken. Het toerental
van de buitenboordmotor is afhankelijk van de afmetingen van de schroef, de spoed daarvan en de belasting van de
boot. Wanneer het toerental te hoog of te laag is voor de motor, zal deze niet optimaal presteren. In het algemeen is
voor zware belastingen een kleine spoed beter geschikt, omdat hiermee beter het juiste toerental kan worden bereikt.
Een schroef met een grotere spoed is weer beter geschikt voor een lage belasting.

1. Diameter van de schroef


2. Spoed van de schroef
3. Schroef type

OPMERKING
F5
Kies een schroef waarmee de buitenboordmotor het middelste of de bovenste helft van het toerental haalt met het gas
Tuesday, January 15, 2002 4:11:13 PM
volledig open en een maximale boot belasting. Wanneer het motor toerental onder bepaalde omstandigheden (zoals een
minimale boot belasting) boven het maximum toegelaten toerental uitkomt, neem dan gas terug om de buitenboordmotor
in het toegelaten toerenbereik te houden.

6
Basisonderdelen

OPMERKING
Afbeelding kan afwijken van de werkelijkheid. Sommige onderdelen zijn niet standaard op alle uitvoeringen.

11

1 12

13

3
10
19 2

14
18

4
17 21
9

16
8
15

5
20

7 6

1. Motorkap
2. Sluiting Motorkap
3. Handgreep
4. Stelschroef
5. Anticavitatieplaat
6. Schroef
7. Inlaat koelwater
8. Trimbeugel
9. Klembeugel
10. Stuurhendel
11. Ventilatieschroef
12. Tankdop
13. Starthandgreep
14. Noodstopschakelaar/stopschakelaar
15. Klemschroef
16. Oog voor kabel
17. Tankaansluiting
18. Chokeknop
19. Schakelhevel
20. Brandstoftank

7
Basisonderdelen
Brandstoftank
De buitenboordmotor is voorzien is van een ingebouwde brandstoftank, die de volgende onderdelen kent:

1. Tankdop
2. Ventilatieschroef
3. Ingebouwde brandstoftank

Tankdop
Sluit de brandstoftank af. Om de tankdop te openen deze tegen de klok in draaien.
Ventilatieschroef
Bevindt zich op de tankdop. Om de ventilatieschroef te openen deze tegen de klok indraaien.
Brandstofkraan
Sluit of opent de toevoer van de brandstof uit de ingebouwde brandstoftank

1. Brandstofkraan

De brandstofkraan heeft twee standen: een om toevoer uit de ingebouwde tank


te selecteren, een voor een losse brandstoftank. Met de kraan in deze positie kan er brandstof
naar de carburateur stromen. Voor normaal gebruik dient de kraan in deze stand te staan.

8
Basisonderdelen

‘’OPEN’’ stand bij gebruik van een losse tank.

‘’OPEN’’ stand voor de ingebouwde brandstoftank

Stuurhendel
Beweeg de stuurhendel naar links of rechts om van richting te veranderen.
.

Schakelhendel
De buitenboordmotor heeft drie schakelstanden: Vooruit (Forward:F), Neutraal (N) en Achteruit (Reverse R). Om te
schakelen gashendel dicht draaien om het toerental eerst terug brengen naar stationair toerental. Schakel de gewenste
positie in met een snelle beweging.

1. Vooruit (Forward:F)
2. Neutraal (N)
3. Achteruit (Reverse R).

Gashendel
Het gashendel bevindt zich op de stuurstang. Draai het gashendel tegen de klok in

9
F5
Basisonderdelen
om de snelheid te verhogen, met de klok mee om snelheid te verminderen.

Stelknop frictie gashendel


De bedieningskracht nodig voor het draaien van het gashendel kan met deze stelschroef ingesteld worden naar eigen
voorkeur. Draai de stelschroef met de klok mee om het gashendel zwaarder te laten draaien, tegen de klok in om het
gashendel lichter te laten draaien.

1. Stelschroef
2. Noodstopschakelaar koord

WAARSCHUWING
Draai de stelschroef niet te strak aan. Wanneer deze te strak staat kan het moeilijk zijn om het gashendel dicht te draaien,
wat een ongeval tot gevolg kan hebben. Wanneer een constante snelheid gewenst is, kan de schroef aangedraaid worden
op de gewenste stand van het gashendel.

Noodstopschakelaar veiligheidskoord
De buitenboordmotor zal alleen functioneren wanneer de noodstopschakelaar geborgd is met het borgplaatje.
Het borgplaatje is verbonden aan het veiligheidskoord. Bevestig het veiligheidskoord aan een stevig deel van uw
kleding, arm of been. Wanneer u de stuurstand verlaat, of overboord slaat zal het koord het borgplaatje los van de
noodstopschakelaar trekken, waarna de noodstop in werking treedt. Dit voorkomt dat de boot door kan varen zonder
bestuurder.

WAARSCHUWING
Bevestig het veiligheidskoord aan een stevig deel van uw kleding, arm of been. Bevestig het veiligheidskoord niet aan een
deel van de kleding dat makkelijk kan afscheuren. Let er op dat het veiligheidskoord nergens achter kan blijven haken,
waardoor het niet meer kan functioneren. Voorkom dat het veiligheidskoord ongewild los schiet tijdens normaal gebruik.
Wanneer het motorvermogen weg valt kan de boot onbestuurbaar worden en abrupt snelheid verliezen. Dit kan er voor
zorgen dat personen en voorwerpen in de boot naar voren geslingerd worden.

OPMERKING
De buitenboordmotor kan niet gestart worden wanneer het borgplaatje van de noodstopschakelaar verwijderd is.

10
Basis onderdelen

Stop knop
Knop indrukken om de buitenboordmotor te laten stoppen. Bij het indrukken wordt de ontsteking uitgeschakeld en zal
de motor stil vallen.

Chokeknop
Chokeknop uittrekken om het brandstofmengsel rijker te maken bij het starten.

Startgreep
Om de buitenboordmotor te starten de startgreep eerst rustig uittrekken tot een weerstand voelbaar is. Vervolgens de
startgreep in een snelle beweging recht naar u toe te trekken.

Stuurweerstand versteller
De wrijving en daarmee de weerstand waarmee de buitenboordmotor om zijn as draait, kan ingesteld worden. Door de
versteller strakker of losser te draaien kan de weerstand naar eigen voorkeur ingesteld worden.

Draai de versteller met de klok mee om de weerstand te verhogen


Draai de versteller tegen de klok in om de weerstand te verlagen
F5
WAARSCHUWING
Tuesday, January 15, 2002 4:11:18 PM
F5
Draai deTuesday,
versteller niet te15,
January strak aan.
2002 Wanneer
4:11:18 PM de weerstand te hoog ingesteld wordt, kan het moeilijk zijn om te sturen
wat een ongeval als gevolg kan hebben.

11
Gebruik

Blokkeerpen
Met de blokkeerpen kan de minimale trimhoek van de buitenboordmotor ten opzichte van de spiegel van de boot
ingesteld worden.

Kantelblokkeerhevel
Om de buitenboordmotor in de omhoog gekantelde positie te houden, moet de kantelblokkeerhevel op de klembeugel
geplaatst worden. Til de hevel om de motor te ontgrendelen.

Vergrendeling afdekkap
Om de afdekkap te ontgrendelen, de beugel omhoog en van de kap af trekken. Let er bij het terugplaatsen op, dat de
afdekkap goed in de rubberen afdichting valt. Vergrendel de kap door de beugel omhoog en over de haak te trekken.

12
Gebruik
Gebruik de kantelblokkeerinrichting niet tijdens het vervoer van de buitenboordmotor. Door de bewegingen tijdens het
transport kan de vergrendeling losschieten. Wanneer de buitenboordmotor niet in de normale positie vervoerd kan
worden, gebruik dan een extra ondersteuning om de motor in de gekantelde positie te vervoeren.

Vergrendeling afdekkap

Vergrendeling bovenste afdekkap

Om de afdekkap te ontgrendelen, de beugel omhoog en van de kap af trekken. Let er bij het terugplaatsen op, dat de
afdekkap goed in de rubberen afdichting valt. Vergrendel de kap door de beugel omhoog en over de haak te trekken.

1. Vergrendeling afdekkap.

Draaggreep
Aan de achterzijde van de buitenboordmotor is een draaggreep geplaatst die het mogelijk maakt de motor met één
hand te dragen.

1. Draaggreep

13
Gebruik

Installatie

LET OP
Een verkeerde diepgang van de buitenboordmotor of obstructies voor een goede waterstroom langs de romp (bijvoorbeeld
door accessoires als zwemtrappen, dieptemeters of de constructie van de romp) kunnen voor opspattend water zorgen. Er
kan ernstige motorschade ontstaan wanneer de motor continu gebruikt wordt bij een opspattende waternevel.

OPMERKING
Controleer de positie van de buitenboordmotor met een maximaal beladen boot. Controleer met stilliggende boot of
de buitenboordmotor dan niet zo laag hangt, dat de uitlaat van het koelwater onder water staat of dat golven over de
buitenboordmotor kunnen slaan.

Plaatsing van de buitenboordmotor

WAARSCHUWING
• Een te hoog vermogen voor de boot kan ernstige instabiliteit tot gevolg hebben. Gebruik geen buitenboordmotor
met meer vermogen dan het maximum toegestane vermogen waarvoor de boot goedgekeurd is. Is dit maximale
vermogen niet bekend, neem dan contact op met de producent van de boot
• De hier gegeven informatie is uitsluitend ter informatie bedoeld. Het is onmogelijk om volledige instructies te
geven voor iedere mogelijke combinatie van boot en buitenboordmotor. Een juiste installatie hangt gedeeltelijk
af van ervaring en de specifieke combinatie van buitenboordmotor en boot. Een verkeerde installatie van de
buitenboordmotor kan gevaarlijke gevolgen hebben waaronder slechte vaareigenschappen, verlies van controle over
de boot of brandgevaar. Houd rekening met het volgende:
• Permanent geïnstalleerde buitenboordmotoren dienen door de dealer of door een ervaren technicus geplaatst
te worden. Wanneer u de motor zelf plaatst, moet u eerst in de juiste procedures door een ervaren technicus
onderricht worden
• Voor draagbare modellen geldt dat uw dealer of een ervaren technicus u de juiste procedures moet laten zien

Plaats de buitenboordmotor op de kiellijn van de boot en zorg ervaar dat de boot zelf goed in balans is, is dit niet het
geval dan zal de boot moeilijk zijn te sturen. Raadpleeg uw dealer voor de installatie bij boten die geen kiel (-lijn)
hebben of die een asymmetrische romp hebben.

1. Kiellijn

14
Gebruik

Spiegelhoogte
Om uw boot zo efficiënt mogelijk te laten varen, moet de romp- en motorweerstand in het water zo laag mogelijk
zijn. De hoogte van de spiegel en de positie van de buitenboordmotor hebben een grote invloed op deze weerstand.
Wanneer de buitenboordmotor te hoog geplaatst wordt, dan kan dat slip van de schroef en een te hoog toerental
veroorzaken. Hierdoor ontstaat vermogens- en stuwverlies en oververhitting. Wanneer de buitenboordmotor te laag
hangt, zal de weerstand in het water toenemen en de maximale snelheid afnemen. Plaats de buitenboordmotor zodanig
dat de anticavitatieplaat 0 tot 25 mm dieper in het water hangt dan de onderkant van de romp.

Onderzijde boot

0-25mm (0-1in)

Anticavitatieplaat

OPMERKING
De optimale plaatsingshoogte van de buitenboordmotor hangt af van de combinatie van buitenboordmotor en boot
en het gebruik van de boot. Door de motor op verschillende hoogtes te plaatsen kunt u testen welke positie de beste
resultaten geeft. Neem contact op met de producent van de boot voor de juiste plaatsingshoogte.

Vastzetten van de buitenboordmotor


1. Plaats de buitenboordmotor zodanig op de spiegel dat deze zich zo nauwkeurig mogelijk op de kiellijn (aslijn) van
de romp bevindt. Draai de klemschroeven stevig vast. Controleer regelmatig of de klemschroeven nog vast zitten,
omdat deze door motortrillingen los kunnen gaan zitten.

WAARSCHUWING
De buitenboordmotor kan van plaats verschuiven of zelfs van de spiegel vallen wanneer de klemschroeven los gaan zitten.
Dit kan verlies van controle over de boot of zelfs ernstig letsel veroorzaken. Verzeker u ervan dat de klemschroeven vast
zitten en controleer de klemschroeven ook regelmatig onder het varen.

F5
Tuesday, January 15, 2002 4:11:22 PM
15
Gebruik
2. Wanneer de buitenboordmotor is voorzien van een oog voor een veiligheidskabel, gebruik dit dan om een
veiligheidskabel of ketting aan vast te maken. Bevestig het andere eind van de kabel of ketting aan een stevig punt op de
boot. Wanneer de buitenboordmotor per ongeluk los van de spiegel raakt, zorgt deze veiligheidskabel of ketting ervoor
dat de buitenboordmotor niet geheel in het water valt en zinkt.

Inloopperiode
Uw nieuwe buitenboordmotor heeft een inloopperiode nodig waarbinnen de verschillende onderdelen op elkaar in
kunnen slijten. Het juiste gebruikt tijdens de inloopperiode is van essentieel belang voor de levensduur en prestaties.

LET OP
Het niet opvolgen van de instructies voor de inloopperiode kan ernstige motorschade en een verkorte levensduur als
gevolg hebben. Deze schade wordt niet gedekt in de garantie

Procedure voor viertakt uitvoeringen


Belast de buitenboordmotor (ingeschakeld en voorzien van een schroef) als volgt:
1. Gedurende het eerste draaiuur: Laat de motor maximaal 3.000 tpm. draaien, dit is ongeveer halfgas.
2. Gedurende het tweede draaiuur: Laat de motor maximaal 4.000 tpm. draaien, dit is ongeveer driekwart gas.
3. Gedurende de hierop volgende acht draaiuren: Voorkom dat de buitenboordmotor langer dan 5 minuten achter
elkaar met vol gas belast wordt
4. Na de eerste 10 draaiuren: De buitenboordmotor kan normaal belast worden.

Voor het starten

WAARSCHUWING
Wanneer een van de hierna genoemde onderdelen niet geheel correct functioneert, laat het dan nakijken of repareren
voordat de buitenboordmotor gebruikt wordt. Een ongeval kan anders een gevolg zijn.

LET OP
Start de buitenboordmotor nooit wanneer deze uit het water is. Dit kan oververhitting en ernstige motorschade tot gevolg hebben.

Brandstof
Verzeker u ervan dat u over genoeg brandstof voor de vaart beschikt
Verzeker u ervan dat er geen brandstof lekkages zijn en geen brandstof dampen
Bedieningsorganen
Controleer of het gashendel en de stuurinrichting goed functioneren voor het starten
De bediening ervan moet soepel gaan, mag niet blijven hangen of te veel vrije slag hebben
• Controleer of er geen losse of gebroken bevestigingen zijn
• Controleer de werking van de starter en stopknop wanneer de buitenboordmotor in het water hangt
Motor
• Controleer de motor en de motorophanging
• Controleer of er geen losse of beschadigde bevestigingen zijn
• Controleer de schroef op schade

16
Gebruik

Motoroliepeil
• Zet de buitenboordmotor in een rechte positie (niet gekanteld)
• Controleer het motoroliepeil via de olievuldop. Het niveau moet tussen de beide merktekens liggen.
Vul olie bij wanneer het niveau onder het onderste merkteken ligt. Nooit meer vullen dan tot het hoogste
merkteken, te veel olie moet afgetapt worden.

1. Oliepeilstok

1. Oliepeilstok
2. Minimaal niveau
3. Maximaal niveau

Brandstof tanken (ingebouwde tank)

WAARSCHUWING
Benzine en benzinedampen zijn zeer brandbaar en explosief. Houd afstand van vonken, sigaretten, open vuur en andere
ontstekingsbronnen.

1. Kantel de buitenboordmotor omlaag naar de verticale positie. Draai de tankdop los.


2. Vul voorzichtig de tank.
3. Draai de tankdop stevig vast, veeg gemorste brandstof direct weg.

Inhoud brandstoftank:
1,1 liter

F5 F5
Tuesday,
Tuesday,
JanuaryJanuary
15, 200215,
4:11:24
2002 4:11:24
PM PM

17
Gebruik

Brandstoftoevoer openen

WAARSCHUWING
• Verzeker u ervan dat de boot stevig vast ligt en dat u voldoende ruimte heeft om te manoeuvreren voordat u de
motor start. Verzeker u ervan dat er geen zwemmers in de nabijheid zijn.
• Wanneer de ventilatieschroef op de tankdop geopend wordt, zal er benzinedamp vrijkomen. Benzine en
benzinedampen zijn zeer brandbaar en explosief. Houd afstand van vonken, sigaretten, open vuur en andere
ontstekingsbronnen wanneer u de ventilatieschroef opent.
• Deze buitenboordmotor produceert uitlaatgassen waaronder het giftige koolmonoxide, een kleurloos, geurloos gas
waarvan inademing kan leiden to bewusteloosheid en zelfs de dood. Symptomen van koolmonoxidevergiftiging zijn
onder meer misselijkheid, duizeligheid en slaperigheid. Zorg er voor dat de cabine en stuurstand goed geventileerd
worden. Voorkom een geblokkeerde uitlaat

1. Open de ventilatieschroef op de tankdop één slag.

2. Open de benzinekraan
2. Knijp in de balgpomp tot er een weerstand voelbaar is (losse tank)

18
Gebruik

Motor starten

WAARSCHUWING
Start de buitenboordmotor altijd in neutraal, om te voorkomen dat de boot ongewild gaat varen.

1. Zet de schakelhevel in de stand neutraal.


2. De buitenboordmotor is voorzien van noodstopschakelaar en een veiligheidskoord, bevestig het koord aan een
stevig deel van uw kleding of aan een arm of been. Plaats vervolgens het borgingsplaatje in de noodstopknop.

WAARSCHUWING
• Bevestig het veiligheidskoord aan een stevig deel van uw kleding, arm of been. Bevestig het veiligheidskoord niet
aan een deel van de kleding dat makkelijk kan afscheuren. Let er op dat het veiligheidskoord niet ergens achter kan
blijven haken, waardoor het niet meer kan functioneren.
• Voorkom dat het veiligheidskoord ongewild los schiet tijdens normaal gebruik. Wanneer het motorvermogen weg
valt kan de boot onbestuurbaar worden en abrupt snelheid verliezen. Dit kan er voor zorgen dat personen en
voorwerpen in de boot naar voren geslingerd worden.

3. Draai het gashendel naar de ‘’START’’ positie.

4. Trek de chokeknop helemaal uit. Wanneer de motor aangeslagen is, de chokeknop weer terugschuiven naar de
‘’RUN’’ positie.

19
Gebruik

OPMERKING
• Bij een warme motor hoeft de chokeknop niet gebruikt te worden.
• Wanneer de chokeknop bij een draaiende motor in de ‘’START’’ positie blijft staan, zal de motor onregelmatig lopen
of afslaan.

5. Trek voorzichtig aan de startgreep tot u weerstand voelt. Trek dan in een krachtige en snelle beweging recht naar u
toe om de motor te starten.

6. Laat de startgreep hierna niet los, maar laat het startkoord zich geleidelijk oprollen.
7. Draai het gashendel langzaam terug naar de volledig gesloten positie.

OPMERKING
• Een koude motor moet eerst warm draaien.
• Wanneer de motor niet aanslaat na de eerste poging, herhaal dan de startprocedure. Wanneer de motor na 4 of 5
keer starten niet aanslaat. Open dan het gashendel ongeveer 1/8 tot ¼ en probeer het opnieuw. Wanneer een warme
motor niet wil aanslaan, volg dan dezelfde procedure.

Motor warm draaien

1. Nadat de motor aangeslagen is, de chokeknop ongeveer halverwege inschuiven. Warm de motor circa 5 minuten
lang na het starten op door maximaal 1/5 of minder gas te geven. Wanneer de motor op bedrijfstemperatuur is,
moet de chokeknop geheel ingeschoven worden. Wanneer dit nagelaten wordt, zal de levensduur van de motor
afnemen.
2. Controleer of er water uit de wateruitlaat stroomt.

OPMERKING
• Wanneer de chokeknop niet teruggeschoven wordt, zal de motor afslaan.
• Bij buitentemperaturen lager dan -5°C moet de chokeknop nadat de motor aangeslagen is, nog circa 30 seconden
uitgetrokken blijven.

20
Gebruik

LET OP
Een constante waterstroom uit de wateruitlaat toont aan dat de waterpomp het koelwater rond pompt. Wanneer er geen
water uit de uitlaat stroomt terwijl de motor draait, kan deze oververhit raken met ernstige motorschade als gevolg. Stop
in dat geval onmiddellijk de motor en controleer of de waterinlaat geblokkeerd is en maak deze vrij. Wanneer dat niet het
geval is, neem dan contact met uw dealer op.

Schakelen

WAARSCHUWING
Verzeker u ervan voor het schakelen, dat er zich geen zwemmers of obstakels in de nabijheid bevinden.

LET OP
Sluit altijd eerst het gas, zodat de motor stationair loopt voordat u van vooruit naar achteruit schakelt en viceversa.

Vooruit of achteruit
1. Draai het gashendel naar de volledig gesloten positie.

2. Verplaats de schakelhevel in een stevige, snelle beweging van neutraal naar vooruit.

F5
Tuesday, January 15, 2002 4:11:27 PM
F5
Tuesday, January 15, 2002 4:11:27 PM

F5
Tuesday, January 15, 2002 4:11:27 PM

21
Gebruik

WAARSCHUWING
Wanneer u achteruit vaart, doe dat dan langzaam. Geef niet meer dan half gas. De kans bestaat dat de boot onstabiel
raakt en niet meer onder controle kan worden gehouden, met een mogelijk ongeval als gevolg.

Motor afzetten
Laat de motor enkele minuten stationair lopen of de boot met lage snelheid varen voordat de motor afgezet wordt Het
wordt niet aanbevolen om de motor nadat er met hoge snelheid is gevaren, direct af te zetten.

Procedure
1. Druk de stopschakelaar in, totdat de motor volledig tot stilstand is gekomen.
2. Draai nadat de motor gestopt is de ventilatieschroef op de tankdop dicht en zet de benzinekraan (indien aanwezig)
in de gesloten positie.

OPMERKING
Wanneer de buitenboordmotor voorzien is van een noodstopschakelaar met veiligheidskoord, kan de motor ook afgezet
worden door aan het veiligheidskoord te trekken en daarmee het borgingsplaatje uit de schakelaar te trekken.

Afstellen van de trimhoek


De trimhoek van de buitenboordmotor bepaalt mede de positie van de boeg in het water. Een correcte trimhoek
verbetert de prestaties, verlaagt het brandstofverbruik en belast de motor minder. De juiste trimhoek hangt af van
de combinatie boot, buitenboordmotor en schroef. De correcte trimhoek wordt ook beïnvloed door variabelen als de
vaarsnelheid en golfhoogte.

WAARSCHUWING
Een verkeerde trimhoek (zowel te klein als te groot) kan instabiliteit van de boot veroorzaken en het sturen bemoeilijken.
Hierdoor wordt de kans op een ongeval verhoogd. Verlaag de snelheid wanneer de boot onstabiel begint aan te voelen,
moeilijk te sturen is of niet meer koersvast is en stel de trimhoek bij.

Trimhoek instellen
In de klembeugel bevinden zich 4 of 5 gaten voor het instellen van de trimhoek.
1. Stop de buitenboordmotor.
2. Kantel de buitenboordmotor iets omhoog en draai de blokkeerpen los.

22
Gebruik
3. Plaats de blokkeerpen in de gewenste stand
Om de boeg omhoog te brengen, de blokkeerpen verder van de klembeugel plaatsen.
Om de boeg omlaag te brengen, de blokkeerpen dichten bij de klembeugel plaatsen.
Maak enkele testvaarten om te ondervinden welke stand het beste bij de boot en het gebruik daarvan past.

WAARSCHUWING
Zet de motor uit voordat u de trimhoek wijzigt. Kijk uit dat er geen lichaamsdelen bekneld raken bij het losdraaien of
vastzetten van de blokkeerpen. Vaar voorzichtig wanneer de trimhoek net gewijzigd is. Verhoog geleidelijk de snelheid en
let op of de boot niet instabiel wordt. Een verkeerde trimhoek kan de koersvastheid negatief beïnvloeden.

OPMERKING
De trimhoek van de buitenboordmotor verandert met circa 4 graden wanneer de blokkeerpen één stand van positie wijzigt.

Boottrim instellen
Wanneer de boot planeert, zorgt een opwaartse positie van de boeg voor minder weerstand, hogere stabiliteit en
efficiënt gebruik van het motorvermogen. In het algemeen moet de kiel van de boot daarvoor onder een opwaartse
hoek van 3 tot 5 graden staan. Met de boeg omhoog, kan de boot een sterkere neiging hebben om naar links of rechts
te trekken. Compenseer dit door bij te sturen. Met het verstellen van de trimplaat (indien aanwezig) kan dit effect ook
verminderd worden. Wanneer de boeg laag ligt, is het makkelijker om van stilstand naar planeren te versnellen.

Boeg te hoog
Een te grote trimhoek drukt de boeg te ver omhoog en de achterzijde naar beneden. De prestaties en het verbruik
verslechteren omdat de romp te veel water moet verplaatsen en de luchtweerstand groter wordt. Bovendien kan de
schroef lucht slaan en de boot kan gaan slaan op het water, waardoor de bestuurder en passagiers overboord kunnen
slaan.

Boeg te laag
En te kleine trimhoek laat de romp ‘’ploegen’’ door het water, omdat de boeg wil duiken.
Accelereren wordt moeilijk en het brandstofverbruik stijgt. Bij hogere snelheden wordt de boot instabiel.
De weerstand in het water neemt toe, waardoor de koersvastheid afneemt en de boot moeilijk te sturen is.

F5
Tuesday, January 15, 2002 4:11:29 PM

F5
Tuesday, January 15, 2002 4:11:29 PM
23
Onderhoud

OPMERKING
Afhankelijk van het type boot, kan het verstellen van de trimhoek van de buitenboordmotor weinig effect op de trim van
de boot hebben.

Omhoog en omlaag kantelen


Wanneer de motor gestopt wordt of wanneer de boot in ondiep water afgemeerd wordt, moet
de buitenboordmotor omhoog gekanteld worden om de schroef en staartstuk te beschermen tegen zout water corrosie
en de kans op aanvaringen.

WAARSCHUWING
Verzeker u ervan dat geen omstanders zijn wanneer de buitenboordmotor omhoog gekanteld wordt en dat er geen
lichaamsdelen bekneld raken tussen de motor en de klembeugel.

WAARSCHUWING
Lekkende brandstof kan brand veroorzaken. Draai de ventilatieschroef op de tankdop dicht wanneer de buitenboordmotor
omhoog gekanteld wordt om te voorkomen dat er brandstof lekt.

LET OP
• Volg de procedure ‘’motor afzetten’’ voordat u de buitenboordmotor omhoog kantelt. Kantel de buitenboordmotor
nooit met draaiende motor. Ernstige motorschade als gevolg van oververhitting kan het resultaat zijn.
• Probeer nooit de motor te kantelen door het gashendel neer te drukken, deze kan als gevolg daarvan breken.
• Zorg ervoor dat het motorgedeelte zich altijd hoger bevindt dan de schroef, om te voorkomen dat er water in de
cilinder loopt en motorschade veroorzaakt.
• De buitenboordmotor kan niet gekanteld worden wanneer deze in de stand ‘’Reverse’’ (achteruit) staat.

24
Onderhoud

Procedure voor het omhoog kantelen

1. Stop de motor. Plaats de schakelhevel in de stand ‘’Neutral’’ (Neutraal).

2. Draai de stuurweerstand versteller aan, om te voorkomen dat de motor vrij kan draaien.

3. Draai de ventilatieschroef op de tankdop dicht.

4. Draai de brandstofkraan dicht.

F5
F5
Tuesday,
Tuesday, January
January 15,
15, 2002
2002 4:11:31
4:11:31 PM
PM
F5
Tuesday, January 15, 2002 4:11:31 PM
25
Onderhoud
5. Automatische vergrendeling: pak de handgreep vast en kantel de buitenboordmotor geheel naar voren.
De vergrendeling zal automatisch in werking treden en vergrendelt de buitenboordmotor in de gekantelde positie.

Procedure voor het omlaag kantelen


1. Trek de buitenboordmotor een iets naar u toe.
2. Til de vergrendeling iets op en laat de motor voorzichtig zakken.
3. Draai de versteller van de stuurweerstand los door deze linksom te draaien. Stel de versteller vervolgens
af naar de eigen voorkeur.

26
Onderhoud

Technische specificaties

Afmetingen:
Lengte: 717 mm
Breedte: 361 mm
Hoogte: 1029 mm (kortstaart)
1156 mm (langstaart)
Spiegelhoogte: 567 mm
Gewicht: 22,0 Kg (kortstaart)
24,0 Kg (langstaart)

Prestaties:
Toerental bij vol gas: F4 4.500 - 5.500 tpm
Maximum vermogen: F 4 2,9 kW/4 pk - 5.500 tpm

Stationair toerental
(in neutraal): 1.800 - 2.000 tpm
Motortype: viertakt
Cilinderinhoud: 112 cc
Boring x slag: 59,0 x 41,0 mm
Ontsteking: TCI
Bougie: NGK BR6HS / Denso W20FSR-U
Elektrodeafstand bougie: 0,8 - 1,0 mm
Koelsysteem: waterkoeling
Startsysteem: handstart
Carburatie: met choke
Klepspeling (koude motor): inlaatklep 0,08 - 0,12 mm
uitlaatklep 0,08 - 0,12 mm
Versnellingsbak:
Drie posities: vooruit-neutraal-achteruit
Overbrengingsverhouding: 2.08 (27/13)
Trim en kantelsysteem: handmatig

Brandstof en olie:
Aanbevolen benzine: ongelood normaal
Tankinhoud: 1,1 liter (ingebouwde tank)

Aanbevolen motorolie
Classificatie API: API SE, SF, SG, SH, SJ, SL

Aanbevolen motorolie
Classificatie SAE: SAE 10W30 of SAE 10W40
Smeersysteem: oliepomp
Motorolie inhoud: 0,5 liter
Aanbevolen staartstukolie: hypoïd olie SAE 90
Staartstukolie inhoud: 100 cc

Aanhaalmomenten:
Bougie: 25Nm (2,5 kgm)
Schroef moer: 18 Nm (1.84 kgm)

27
Onderhoud

Transport en opslag van de buitenboordmotor

WAARSCHUWING
LEKKENDE BRANDSTOF KAN BRAND VEROORZAKEN
Voor de buitenboordmotor omhoog gekanteld of op de zijkant gelegd wordt:
• Sluit de ventilatieschroef en benzinekraan wanneer de buitenboordmotor vervoerd of opgeslagen wordt om lekkage
van brandstof te voorkomen.
• WEES VOORZICHTIG met het vervoeren van de losse brandstoftank, ongeacht of dat in een boot of auto plaats vindt
• Vul tanks NOOIT tot de maximale capaciteit. Benzine zet uit wanneer het warmer wordt en kan druk in de tank
veroorzaken. Dit kan lekkage en mogelijke brandgevaar veroorzaken.

WAARSCHUWING
Begeef u nooit onder de buitenboordmotor. Wanneer de motor valt kan dit ernstig letsel veroorzaken.

LET OP
Gebruik de kantelblokkeerinrichting niet tijdens het vervoer van de buitenboordmotor aan de boot. Door de bewegingen
tijdens het transport kan de vergrendeling losschieten. Wanneer de buitenboordmotor niet in de normale positie vervoerd
kan worden, gebruik dan een extra ondersteuning om de motor in de gekantelde positie te vervoeren.

De buitenboordmotor moet vervoerd en opgeslagen worden in de normale verticale positie. Wanneer er onvoldoende
afstand is tot de weg in deze positie, mag de buitenboordmotor alleen in de gekantelde positie vervoerd worden
wanneer de buitenboordmotor voorzien wordt van extra daarvoor bedoelde ondersteuning.

Uitvoering met klemschroeven


Wanneer de motor vervoerd of opgeslagen moet worden, doe dit dan volgens de onderstaande afbeeldingen.

28
Maintenance
Onderhoud

NOTE:
Place a towel or something similar under the outboard motor to protect it from damage.

Storing outboard motor


When storing your outboard motor for prolonged periods of time (2 months or longer), several
OPMERKING
important procedures must be performed to prevent excessive damage.
Leg een handdoek of andere bescherming onder de buitenboordmotor om schade te voorkomen.

Opslag van
·Tode prevent
buitenboordmotor
problems which can be caused by oil entering the cylinder from the sump, keep the
Wanneer de buitenboordmotor
outboard motor invoor
theeen langereshown
attitude periodewhen
(meer transporting
dan 2 maanden)andopgeslagen
storingwordt,
it. If storing or transporting
moeten de the
volgende belangrijke
outboard motor procedures gevolgd
on its side (notworden om schade
upright), te voorkomen.
put it on a cushion alter draining the engine oi1.
·Do not place the outboard motor on its side before the cooling water has drained from it
WAARSCHUWING
completely, otherwise water may enter the cylinder through the exhaust port and cause engine
• Om te voorkomen dat motorolie vanuit het carter in de cilinder loopt, mag de buitenboordmotor uitsluitend in die
trouble.
hier afgebeelde
·Storeposities vervoerd en
the outboard opgeslagen
motor worden.
in a dry, Wanneer de buitenboordmotor
wellventilated place, not in direct op zijn kant opgeslagen
sunlight.
wordt, moet eerste de motorolie afgetapt worden.
• Laat eerst al het koelwater uit de buitenboordmotor weglopen, voordat deze op zijn kant gelegd wordt,
Procedure
omdat anders koelwater in de cilinder zou kunnen lopen en daardoor schade veroorzaakt.
Flushing in a test
• Sla de buitenboordmotor op intank
een droge, goed geventileerde ruimte, niet in direct zonlicht.

Spoelen in een testtank


Do not run the engine without supplying it with cooling water. Either the engine water pump will
LET OP be damaged or the engine will be damaged from overheating. Befor starting the engine, be sure to
supply
Start de motor water
nooit zonderto koelwatertoevoer.
the cooling waterDe passages.
waterpomp zal beschadigd raken en motorschade als gevolg van
verhitting kan het gevolg zijn. Voordat de motor gestart wordt moet er zich water in de waterkanalen bevinden.
1.Wash the outboard motor body using fresh water.
2. Place the fuel cock in the closed position. Tighten the air vent screw on the fuel tank cap.
1. Reinig de
3. buitenkant
Remove met the schoon
enginezoet
topwater.
cowling and silencer cover.
2. Sluit de4.brandstofkraan.
Istall the outboard motor on the in
Sluit de ventilatieschroef test
de tank.
tankdop.
3. Verwijder de afdekkap.
4. Plaats de buitenboordmotor in een testtank.

1= Aanbevolen waterniveau
1.Water surface
2= Laagste waterniveau
2.Lowest water level

27
29
Onderhoud
5. Vul de tank met schoon zoetwater met het minimum niveau boven de anticavitatieplaat.

LET OP
Wanneer het waterniveau in de testtank te laag is (beneden de anticavitatieplaat) en wanneer de koelwatertoevoer niet
voldoende is, kan de motor vastlopen.

6. Laat de motor enkele minuten in de neutraal positie stationair draaien.

WAARSCHUWING
• Raak geen elektrische onderdelen aan wanneer de motor gestart wordt of tijdens het gebruik ervan.
• Houd handen, haar en kleding vrij van het vliegwiel en andere draaiende delen van de motor wanneer deze loopt.

7. Spuit preserveringsolie in de carburateur vlak voordat de motor afgezet wordt. Wanneer dit op de juiste manier
gebeurt, zal de motor gaan roken en bijna afslaan.

OPMERKING
Het is essentieel dat de waterkanalen gespoeld worden om te voorkomen dat deze verstopt raken met zout, zand of
vuil. Gebruik preserveringsolie om motorschade door roestvorming te voorkomen. Spoel de waterkanalen en gebruik de
preserveringsolie op hetzelfde moment.

8. Wanneer geen preserveringsolie beschikbaar is, laat de motor dan met verhoogd stationair toerental lopen
tot dat de brandstof op is en de motor stopt.
9. Plaats een opvangbak onder de carburateur, verwijder de stop en draai vervolgens de aftapschroef
van de carburateur los en laat deze leeglopen.

10. Breng de aftapschroef weer aan en draai deze vast. Breng de stop weer aan.
11. Wanneer er geen preserveringsolie voorhanden is, draai dan de bougie los. Giet vervolgens een theelepel
schone motorolie in de cilinder. Draai de motor handmatig enige keren rond. Monteer de bougie weer.
12. Breng de afdekkap aan.
13. Neem de motor uit de testtank.
14. Laat al het koelwater weglopen. Reinig zorgvuldig de buitenkant.
nuary 15, 2002 4:11:36 PM

30
Onderhoud

Smering
1. Vet het schroefdraad van de bougie in en monteer de bougie met het juiste aanhaalmoment.
2. Vervang de staartstukolie. Controleer of er zich geen water in de olie bevindt wat op een lekke pakking kan wijzen.
3. Smeer alle draaipunten.

Schoonmaken van de buitenboordmotor


Was de buitenboordmotor na gebruik met schoon water. Spoel het koelsysteem met schoon water.

Gelakte oppervlakten
Inspecteer de buitenboordmotor op krassen, deuken en afbladderende verf. Beschadigde oppervlakten zullen eerder
corroderen. Maak zo nodig de beschadigingen schoon en lak ze opnieuw.

Periodiek onderhoud

WAARSCHUWING
Zet altijd de motor af voordat er onderhoud aan uitgevoerd wordt, tenzij nadrukkelijk anders vermeld. Wanneer u of de
eigenaar geen voldoende technische kennis hebt, laat het onderhoud dan door uw dealer of een daartoe gekwalificeerde
technicus uitvoeren.

Onderdelen
Wanneer er onderdelen nodig zijn, gebruik dan uitsluitend originele onderdelen of onderdelen van hetzelfde type,
kwaliteit en materiaal. Onderdelen van mindere kwaliteit dan origineel kunnen storingen veroorzaken. Het gevolg
daarvan kan zowel de bestuurder als de inzittenden in gevaar brengen, omdat de controle over de boot verloren kan
raken. Originele onderdelen en accessoires zijn via uw dealer verkrijgbaar.

31
Onderhoud

Onderhoudschema

De frequentie van het onderhoud kan aangepast worden aan het gebruik van de buitenboordmotor. De onderstaande
tabel dient hiervoor als algemene leidraad. Raadpleeg de betreffende hoofdstukken voor de onderhoudsprocedures die
u zelf kunt uitvoeren.

Wanneer de buitenboordmotor gebruikt wordt in zout, troebel of modderig water, moet deze na ieder gebruik met
schoon water gespoeld worden.

Het l symbool geeft aan dat u deze handeling (desgewenst) zelf kunt uitvoeren
Het ¡ symbool geeft aan dat deze handeling door de dealer uitgevoerd moet worden

Eerste Iedere
Onderdeel Actie
10 uur 50 uur 100 uur 200 uur
(1 maand) (3 maanden) (6 maanden) (1 jaar)
Anode(s) Controleren/vervangen l/¡ l/¡
Waterkanalen Reinigen l l
Klembeugel Controleren l
Brandstoffilter
Controle/reinigen ¡
(in de ingebouwde tank)

Brandstofsysteem Controle l l l
Brandstoftank
Controle/reinigen ¡
(ingebouwde tank)

Staartstukolie Verversen l l
smeerpunten smeren l
Stationair toerental Controleren l/¡ l/¡
Schroef/splitpen Controleren/vervangen l l
Schakelmechanisme Controleren/afstellen ¡
Thermostaat Controleren/afstellen ¡
Gashendel/gaskabel/
Controleren/afstellen ¡
afstelling

Reinigen/afstellen/
Waterpomp ¡
vervangen

Motorolie Controleren/verversen l l
Controleren/afstellen/
Bougie(s) l l
vervangen

Klepspeling
Controleren/afstellen ¡ ¡
Uitlaatpoort/

spruitstuk Controleren/vervangen ¡

32
Onderhoud

Smering
Waterbestendig vet

Bougie schoonmaken en afstellen

WAARSCHUWING
Pas op dat u de porseleinen isolator niet beschadigt bij het losschroeven of vastzetten. Een beschadigde isolator
kan vonken en daarmee brand of een explosie veroorzaken.

De bougie vormt een belangrijk deel van de motor en is eenvoudig te controleren. De staat en kleur van de bougie geeft
bovendien een indicatie van de conditie van de motor. Wanneer bijvoorbeeld de centrale elektrode aan de binnenkant
van de bougie erg wit is, wijst dit op een mogelijk lek in de luchtinlaat of een carburatieprobleem. Neem in dat geval
contact op met uw dealer. Neem regelmatig de bougie los en controleer deze op koolafzetting en de staat van de
elektroden. Wanneer deze versleten zijn dient de bougie vervangen te worden.

Standaard bougie:
NGK BR6HS / Denso W20FSR-U
our dealer.

33
Maintenance
Onderhoud
Maintenance
Before fitting the spark plug, measure the electrode gap with a wire thickness gauge; adjust the
Voordat
Beforeu de bougiethe
fitting monteert, moet eerst
spark plug, de elektrodeafstand
measure the electrode gemeten worden
gap with a wire thickness gauge; adjust the
gap to specification if necessary.
met behulp van een voelmaat. Stel zo nodig de juiste afstand in.
gap to specification if necessary.

1. Spark plug gap


1. Elektrodeafstand
1. Spark plug gap
2. Spark plug I.D. mark (NGK)
2. 2.Bougie
Sparktypeaanduiding (NGK)
plug I.D. mark (NGK)
Bougie elektrodeafstand:
0,8-1,0 mm

Gebruik altijd een nieuwe pakking en reinig het pasvlak van de bougie op de cilinderkop bij de montage van de bougie.
Maak het When fitting
schroefdraad the plug,
schoon always
en monteer metclean the aanhaalmoment.
het juiste gasket surface and use a new gasket. Wipe off any dirt
When from
fittingthe
thethreads
plug, always clean
and screw in the
the gasket surface
spark plug and
to the use a new
correct gasket. Wipe off any dirt
torque
from the threads and screw in the spark plug to the correct
Aanhaalmoment bougie: torque
Spark 25,0 Nm torque:
plug (1,84 kgm)
OPMERKING Spark 2plug
5 . 0torque:
Nm(18.4 ft-lb) (2.55 kgf-m)
2 5 . 0 Nm(18.4 ft-lb) (2.55 kgf-m)
Wanneer er geen momentsleutel beschikbaar is bij het monteren van de bougie, geeft de volgende procedure een goede
indicatie van
If ahet juiste aanhaalmoment:
torque-wrench draai de bougie
is not available whenhandvast
you areaan en vervolgens
fitting a spark nog eena ¼
plug, tot een
good ½ slag vaster.
estimate of the
If a torque-wrench
Controleer het is
aanhaalmoment not available
later met eenwhen you are
momentsleutel. fitting a spark plug, a good estimate
cerrect torque is 1/4 to 1/2 a turn past fingertight. Have the spark plug adjusted to of the
the correct
cerrecttorque
torqueasissoon
1/4 to
as1/2 a turn with
possible past fingertight. Have the spark plug adjusted to the correct
a torque wrench.
Controle brandstofsysteem
torque as soon as possible with a torque wrench.
Checking fuel system
WAARSCHUWING
Checking fuel system
Benzine en benzinedampen zijn uiterst brandbaar en explosief. Houd afstand van vonken, sigaretten, open vuur en andere
Gasoline and its vapors are highly flammable and explosive. Keep away from sparks, cigarettes,
ontstekingsbronnen.
Gasoline and its
flames, or vapors are highly
other sources flammable and explosive. Keep away from sparks, cigarettes,
of ignition.
flames, or other sources of ignition.
WAARSCHUWING
Lekkende brandstof kan tot brand of een explosie leiden.
Leaking fuel can result in fire or explosion.
• Controleer regelmatig op brandstoflekken.
Leaking fuel can
·Check forresult in fire orregularly.
fuel leakage explosion.
• ·Check
Wanneer een lekkage geconstateerd wordt, moet deze door een gekwalificeerde technicus verholpen worden
·Ifforanyfuel leakage
fuel regularly.
leakage is found, the fuel system must be repaired by a qualified mechanic.
• ·If
Ondeugdelijke
any fuel reparaties
leakage is kunnen
found,de the
buitenboordmotor gevaarlijk
fuel system must in het gebruik
be repaired by maken.
a qualified mechanic.
Improper repairs can make the outboard unsafe to operate.
Improper repairs can make the outboard unsafe to operate.
ControleerCheck
de brandstofleidingen
the fuel linesop forlekken, scheuren
leaks, crack,enorwerking. WanneerIfeen
maifunction. defect wordt
a problem geconstateerd,
is found, our dealer or other
Check
moet the fuel
dit direct door lines
qualified uw for leaks,
dealer
mechanic of een
should crack, or maifunction.
gekwalificeerde
repair If a problem
technicus gerepareerd
it immediately. is found, our dealer or other
worden.
qualified mechanic should repair it immediately.

32
32
34
Onderhoud

Controlepunten
• Lekkages
• Lekkende brandstofslangen
• Scheuren of andere beschadigingen in slangen
• Lekkende brandstofaansluitingen

Controle stationair toerental

WAARSCHUWING
Raak geen elektrische onderdelen aan wanneer de motor gestart wordt of tijdens het gebruik ervan. Houd handen,
haar en kleding vrij van het vliegwiel en andere draaiende delen van de motor wanneer deze loopt.

LET OP
Deze procedure moet uitgevoerd worden terwijl de buitenboordmotor in het water hangt, in een testtank hangt of
aangesloten is op een spoelinrichting.

Voor deze procedure is een toerenteller noodzakelijk. De resultaten kunnen verschillen afhankelijk of de motor in een
testtank of in het water hangt.
1. Start de motor en warm deze in de neutraal stand op, tot de motor mooi rond en soepel loopt.

OPMERKING
Het correcte stationaire toerental kan alleen gecontroleerd worden wanneer de motor op bedrijfstemperatuur is. Wanneer
de motor nog te koud is, zal het toerental hoger dan normaal zijn. Wanneer u moeilijkheden ondervindt bij het bepalen of
instellen van het stationaire toerental, neem dan contact op met uw dealer of raadpleeg een gekwalificeerde technicus.

2. Controleer of het toerental op de voorgeschreven waarde ligt. Zie pagina 27 voor het juiste stationaire toerental.
Motorolie verversen

WAARSCHUWING
• Tap de motorolie niet direct af nadat de motor net gestopt is. De motorolie is heet en kan brandwonden veroorzaken.
• Verzeker u ervan dat de buitenboordmotor stevig vastgezet is op de spiegel of een motorsteun.

WAARSCHUWING
• Vul niet meer olie bij dan voorgeschreven. Controleer of de buitenboordmotor rechtop staat (niet gekanteld)
wanneer het motoroliepeil gecontroleerd of vervangen wordt.
• Wanneer het motoroliepeil zich boven het maximum niveau bevindt, dan moet de overtollige motorolie afgetapt
worden. Een te hoog motorolie niveau kan lekkages en motorschade veroorzaken.

WAARSCHUWING
Ververs de motorolie na de eerste 10 draaiuren, daarna iedere 100 uur of iedere 6 maanden om versnelde motorslijtage
te voorkomen.

OPMERKING
Vervang de motorolie wanneer deze nog warm, maar niet heet is.

1. Plaats de buitenboordmotor in een rechte, verticale positie.


2. Houd een opvangbak klaar met voldoende capaciteit om de motorolie op te vangen. Draai de aftapplug los en vang
de motorolie op in de opvangbak. Verwijder vervolgens de olievulplug. Laat de motorolie geheel weglopen. Veeg
gemorste motorolie direct op.
3. Plaats een nieuwe pakkingring over de aftapplug. Smeer de pakkingring licht in met motorolie voor de montage en
draai de aftapplug vast.

35
Onderhoud
Maintenance

If a torque wrench is not available when you are installing the drain screw, finger tighten th
screw just until theAanhaalmoment
gasket comesolie aftapplug
into contact with the surface of the drain hole. Then tight
18,0 Nm (1,84 kgm)
to 1/2 turn more. Tighten the drain screw to the correct torque with a torque wrench as soon
ine is OPMERKING possible.
If a torque wrench is not available when you are installing the drain screw, finger tighten the
screw
Wanneer er geen just until the
momentsleutel gasket comes
beschikbaar into
is bij het contact
monteren with
van the surface
de aftapplug, geeftofdethe drain hole.
volgende Then
procedure eentighten 1/4
4. Add the correct amount of oil through the filler hole. Install the filler cap.
tovan
goede indicatie 1/2het
turn more.
juiste Tighten thedraai
aanhaalmoment: drainde screw to handvast
aftapplug the correct torque
aan en with nog
vervolgens a torque wrench
een ¼ tot een ½ as
slagsoon as
vaster. Controleer het aanhaalmoment later met een momentsleutel.
possible. Recommended engine oil:
4-stroke outboard motor oil
4. Add
4. Vul de correcte the correct
hoeveelheid amount
motorolie ofEngine
bij via oilvulopening.
de through the filler hole. Install the filler cap.
oil quantity:
0.35L(0.37 US qt) (0.31 lmp.qt)
Recommended engine oil:
rd Aanbevolen
4-stroke motorolie:
outboard motor oil
4-takt buitenboordmotor motorolie
Engine oil quantity:
Hoeveelheid (zonder oliefilter)
0.35L(0.37 US qt) (0.31 lmp.qt)
0,5 liter

med
e idle
c.

ge 23.

ould 1.Oil filler cap


1. Olievuldop
5.Start the engine and watch to make sure the iow oil pressure warning indicator turns off.
sure thatenthere
5. Start de buitenboordmotor are no
controleer of oil leaks.
er geen olielekkages zijn.
1.Oil filler cap
LET OP 5.StartIfthe
ng and theengine
low oiland watch to
pressure make sure
warning the iow
indicator oilnot
does pressure warning
turn off indicator
or if there are oilturns
leaks,off.
stopMake
the e
Wanneer het waarschuwingslampje voor een lage oliedruk niet uitgaat, of wanneer er lekkages geconstateerd worden,
sure that
andthere
findare
theno oil leaks.
cause. Continued operation with a problem could cause severe engine damage
acity. moet de motor onmiddellijk afgezet worden om ernstige motorschade te voorkomen.
6. Turn off the engine and wait 3 minutes.Recheck the oil level using the oil filler cap to be
If the
6. Zet de motor low
af en oil 3pressure
wacht warning indicator
minuten. Controleer does
nogmaals het not turn
oliepeil, offtussen
dat zich or if het
there are oilenleaks,
minimum stop the engine
maximum
the level falls between the upper and lower marks. Fill with oil if it is below the lower mark
peil dient and find theVul
te bevinden. cause. Continued
motorolie bij indienoperation with a problem
nodig, tap motorolie af wanneer could cause
het peil severe
boven engine damage.
het maximum
drain to the specified level if it is above the uppermark.
th niveau staat.
6. Turn off the engine and wait 3 minutes.Recheck the oil level using the oil filler cap to be sure
the level falls between the upper and lower marks. Fill with oil if it is below the lower mark,or
drain to the specified level if it is above the uppermark.
2

sen 1
ve the
1. Minimum peil
2. Maximum peil

7. Voer afgewerkte motorolie af als klein chemisch afval conform de geldende voorschriften.
34

34
36
Maintenance
Onderhoud
7.Dispose of used oil according to local regulations.
OPMERKING
NOTE:
Ververs de motorolie vaker wanneer de buitenboordmotor onder zware omstandigheden gebruikt wordt zoals bij het
·Change the oil more often when operating the engine under adverse conditions such as
slepend vissen (trolling).
extended trolling.
Controle van de bedrading en verbindingen
Checking wiring and connectors
• Controleer
·Checkofthat
iedere massakabel
each goed wire
grounding vast zit.
is properly secured.
• Controleer
·Checkdatthat
iedere
eachstekker stevig vast
connector zit.
is engaged secured.
Uitlaat lekkageleakage
Exhaust
Start Start theen
de motor engine andofcheck
controleer that
er geen no exhaust
uitlaatgassen leaks
tussen from the
de cilinder, hetjoints betweenen
uitlaatspruitstuk thedeexhaust
uitlaatkapcover,
vrijkomen.
Water lekkage
cylinder head, and body cylinder.
Start Water
de motor leakage
en controleer of er geen waterlekkages voorkomen bij de verbindingen tussen de cilinderkop, cilinder en
Start the engine and check that no water leaks from the joints between the exhaust cover, cylinder
het uitlaatspruitstuk.
Motorolie lekkage
head, and body cylinder.
Enginedeoil
• Controleer leakage
gehele motor op olielekkages.
Checkvan
• Controle fordeoil leaks on the around the engine.
schroef
Checking propeller
WAARSCHUWING
U kunt ernstig gewond raken wanneer de buitenboordmotor per ongeluk start en u zich in de nabijheid van de schroef
You could be seriously injured if the engine accidentally starts when you are near the propeller.
bevindt.
·Before inspecting, removing, or installing the propeller, remove the spark plugcaps from the
• Voor de controle, inspectie, montage en demontage van de schroef moet eerst de bougiekap van de bougie
spark plugs. Also, place the shift control in neutral, turn the main switch to "OFF" (Off) and
afgenomen worden. Plaats bovendien de schakelhevel in de stand neutraal, zet de hoofdschakelaar op ‘’OFF’’ en
remove the key; and remove the lanyard from the engine stop switch.
neem de sleutel uit het contactslot, verwijder het veiligheidskoord uit de noodstopschakelaar.
·Do not use your hand to hold the propeller when loosening or tightening the propeller nut. Put a
• Gebruik nooit uw hand om de schroef vast of tegen te houden bij het vastzetten of losmaken van de schroefmoer.
wood block between the anti-cavitation plate and the propeller to prevent the propeller from
Plaats een houten blok tussen de anticavitatieplaat en de schroef om deze te blokkeren.
turning.

F5
Tuesday, January 15, 2002 4:11:42 PM

35
37
Maintenance
Checkpoints
Onderhoud
·Check each of the propeller blades for wear, erosion from cavitation or ventilation, or other
Controlepunten Maintenance
damage.
• Checkpoints
Inspecteer ieder schroefblad op slijtage en
·Check the propeller shaft for damage. erosie door cavitatie en andere schade.
• ·Check
Controleer each ofthe
thesplines
de schroefas
·Check propeller blades
pin for
en spiebanen opwearfororwear,
schade. erosion from cavitation or ventilation, or other
damage.
• damage.·Check
Controleer for fish
de splitpen line tangled around the propeller shaft.
op schade.
Controleer the
• ·Check of erpropeller shaft for
zich geen vislijnen damage.
rond de schroefas bevinden.
Controleer the
• ·Check splines pin
de afdichting forschroefas
van de wear oropdamage.
lekkage.
·Check for fish line tangled around the propeller shaft.

·Check the propeller shaft oil seal for damage.


Schroef verwijderen
SpiebaanRemoving
uitvoeringen
the propeller
1. ·Check
Buig de splitpen recht en trek
the propeller
Spline models deze
shaft oilmet eenfor
seal tang los.
damage.
2. Verwijder de schroefmoer
1. Straighten en onderlegring.
the split pin and pull it out using a pair of pliers.
Removing the propeller
2. Remove the propeller nut and washer.
Spline models
1. Straighten the split pin and pull it out using a pair of pliers.
2. Remove the propeller nut and washer.
1

1. Splitpen
2. Schroefmoer 5
3 4
3. Onderlegring 2
4. Schroef
1.Cotter pin
5. Vulstuk
2.Propeller nut
3.Washer
3. Neem de schroef en het vulstuk los van de schroefas.
pin
4.propeller
1.Cotter
2.Propeller
5.Thrustnut washer
Montage van de schroef
3.Washer
4.propeller
3. Remove the propeller and thrust holder.
Installing
5.Thrust
WAARSCHUWING the Propeller
washer
• VerzekerSpline
u er vanmodels
dat het vulstuk geplaatst is voordat u de schroef monteert, anders kan er schade aan het staartstuk
3. Remove the propeller and thrust holder.
en het schroefhuis ontstaan.
Installing the Propeller
• Gebruik altijd en nieuwe splitpen en buig de uiteinden om te voorkomen dat de schroef los komt te zitten en verloren
Spline models
·Be sure to install the thrust holder before installing the propeller, otherwise the lower case and
kan gaan.
propeller boss could be damaged.
·Be sure to use a new cotter pin and bend the ends over securely. Otherwise the propeller could
Brengsure
1. ·Be to install
waterbestendig, the thrust holder
corrosiewerend before
vet aan op deinstalling
schroefas. the propeller, otherwise the lower case and
come off during operation and be lost.
2. Plaats eerst het
propeller vulstuk
boss coulden vervolgens de schroef op de schroefas.
be damaged.
Plaatssure
3. ·Be 1. to usecorrosion
de Apply a new
onderlegring. Draaicotter
de pin and
schroefmoer
resistant bend thethe
zodanig
grease to ends
vast datover securely.
er geen
propeller Otherwise
speling voelbaar
shaft. the propeller
is wanneer de schroefcould
opcome as off
de 2. heen during
Install theoperation
en weer thrust
bewogen and be
holder,
wordt. andlost.
propeller on the propeller shaft.
4. Draai de3. schroefmoer
Install the inwasher. Tighten
lijn met het the
splitpen gatpropeller nut until
in de schroefas. Plaatsthere is nosplitpen
en nieuwe forward-and-backward
en buig de uiteinden
1.daarvan
Applyzorgvuldig
corrosion
movement. om.resistant grease to the propeller shaft.
2. Install the thrust
4. Align holder, and
the propeller nutpropeller on the propeller
with the propeller shaft.
shaft hole. Insert a new cotter pin in the hole and
3. Install the washer. Tighten the propeller nut until there is no forward-and-backward
movement.
4. Align the propeller nut with the propeller shaft hole. Insert a new cotter pin in the hole 36 and

36 38
Onderhoud
Maintenance
Maintenance
bend the cotter pin ends.
Montage van de schroef
bend the cotter pin ends.

OPMERKING
NOTE:
NOTE: If the propeller
Wanneer de schroefmoer na hetnut does not
aandraaien nietalign
in lijnwith
staat the
metpropeller shaft
het splitpengat ophole after tightening
de schroefas, it, loosen the nut
draai de schroefmoer
If the propeller nut does not align with the propeller shaft hole after tightening it, loosen the nut
until it aligns with
dan losser totdat deze in lijn staat. the hole.
until it aligns with the hole.
Changing
Staartstukolie gear oil
verversen
Changing gear oil
WAARSCHUWING
• Verzeker u·Be
ervan sure
dat dethe
buitenboordmotor
outboard motor stevig bevestigd isfastened
is securely aan de spiegel
to theof transom
motorsteun.orWanneer
a stablede motorYou
stand. valt could be
·Be
kan dit ernstig sure
letsel the outboard motor is securely fastened to the transom or a stable stand. You could be
veroorzaken.
severely injured if the outboard motor falls on you.
• Begeef u nooitseverely
·Never deinjured
onder get if the
under the outboard
lower
buitenboordmotor wanneer motor
unit while
deze itfalls
zich ongekantelde
is intilted,
de you.
even when thebevindt,
positie tilt support
ook nietlever or knob is
wanneer
·Never get underinthe
het kantelblokkeermechanisme lower
werking is. unit while
Wanneer it is tilted,
de motor even
valt kan dit whenletsel
ernstig the tilt support lever or knob is
veroorzaken.
locked. Severe injury could occur i1' the outboard motor accidentally tails.
locked. Severe injury could occur i1' the outboard motor accidentally tails.
1. Kantel de1. Tilt the outboard
buitenboordmotor motor
zodanig soaftapplug
dat de that thezich
gearopoil
hetdrain
laagst screw
mogelijkispunt
at the lowest point possible.
bevindt.
1. Tilt thea suitable
outboardcontainer
motor so under
that the gear oilcase.
drain screw is at the lowest point possible.
2. Plaats een2.opvangbak
Place met voldoende the
capaciteit onder hetgear
staartstuk.
2. Place a
3. Removelos. suitable container under
the gear oil drain screw. the gear case.
3. Draai de olieaftapplug
3. Remove the gear oil drain screw.

1. Vulplug staartstuk
2. Olieniveau plug

OPMERKING
1.Gear
Gebruik altijd nieuwe oil drainvoor
pakkingringen screw
de pluggen.
1.Gear oil drain
2.Oil level plug screw
2.Oil level plug
NOTE:
4. VerwijderNOTE:
de olieniveau plug om alle olie te laten weglopen.
·If a magnetic gear oil drain screw is equipped, remove all metal particles from the screw before
·If a magnetic gear oil drain screw is equipped, remove all metal particles from the screw before
installing it.
installing
·Always it.new gaskets. Don not reuse the remove gaskets.
use
·Always use new gaskets. Don not reuse the remove gaskets.
4. Remove the oil level plug to allow the oil to drain completely.
4. Remove the oil level plug to allow the oil to drain completely.

37
37
39
Maintenance
Problemen oplossen
Inspect the used oil after it has been drained. If the oil is milky, water is getting into the gear case
LET OP can cause gear damage. Consult a yours dealer for repair of the lower unit seals.
which
Controleer de afgewerkte staartstukolie. Wanneer de olie melkachtig is, betekent dit dat er water bijgekomen is wat tot
5.With the outboard motor in a vertical position, and using a flexible or pressurized filling
schade kan leiden. Ga naar uw dealer om de pakkingen van het straatstuk te laten controleren.
device, inject the gear oil into the gear oil drain screw hole.

Recommended
5. Gebruik een flexibele gear om
trechter of olievulinstallatie oil:
de staartstukolie in de vulplug te gieten.
Hypoid gear oil SAE#90
Aanbevolen staartstukolie:
Gear oil quantity: Hypoïd SAE 90
75.0 cm (2.54 US oz) 100(2.65
cc lmp.oz)
3
Oliehoeveelheid:

6. 6.Wanneer
When the de verse olie uit de
oil begins to opening
flow outvanofdethe
olieniveauplug begint
oil level plug te lopen,
hole, deze
insert plug
and aanbrengen
tighten en vast
the oil leveldraaien.
plug.
7. 7.Draai de olievulplug
Insert and tightenvast.the gear oil drain screw.

Controle en vervanging
Inspecting van de anodes
and replacing anode(s)
UwHIDEA outboard wordt
buitenboordmotor motors arecorrosie
tegen protected from corrosion
beschermd door anodes.by sacrificial
Controleer anodes.
de anodes Inspectenthe
regelmatig external
verwijder
anodes
schilfers vanperiodically. Remove scales from the surfaces of the anodes.
het anode oppervlak.

WAARSCHUWING
Dodenot
Verf paint
anodes anodes,
nooit, as this
daardoor would
verliezen render
ze hun them ineffective.
werking.

Coating van de romp


Coating the boat bottom
Een schone romp verbetert de prestaties van de boot. Houd daarom het onderwaterschip zo schoon mogelijk en
A clean hull improves boat performance. The boat bottom should be kept as clean of marine
verwijder aangroei. Gebruik een anti-fouling coating om aangroei te voorkomen. Gebruik geen anti-fouling die koper of
growth as possible. If necessary, the boat bottom can be coated with an anti-fouling paint
grafiet bevat, deze coatings versnellen de corrosie van de buitenboordmotor.
38

40
Notities

41
Problemen oplossen

Storingen zoeken
Een probleem in het brandstof-, ontstekings- of verbrandingssysteem kan de oorzaak zijn van moeilijk starten, verlies
van vermogen en andere problemen. Hier vindt u de basis controles en mogelijke oplossingen voor storingen.

Starter werkt niet


V. Is er sprake van defecte starteronderdelen?
A. Neem contact op met uw dealer

V. Staat de schakelhevel in neutraal?


A. Schakel in neutraal

Motor slaat niet aan, starter werkt


V. Tank leeg?
A. Vul brandstof bij

V. Brandstof is vervuild of oud?


A. Vul tank met verse brandstof

V. Brandstoffilter verstopt?
A. Vervang of reinig het filter

V. Wordt de juiste startprocedure gevolgd?


A. Zie pagina 16

V. Geeft de brandstofpomp problemen?


A. Neem contact op met uw dealer

V. Zijn de bougies schoon en van het goede type?


A. Controleer de bougie (s), reinig of vervang met het correcte type

V. Is de elektrodeafstand van de bougie verkeerd?


A. Controleer en stel zo nodig af

V. Zijn de kabels van de ontsteking beschadigd of maken ze slechte verbinding?


A. Controleer op slijtage en breuken. Controleer alle stekkerverbindingen, vervang versleten of gebroken kabels

V. Is de ontstekingsunit defect?
A. Neem contact op met uw dealer

V. Zijn het veiligheidskoord en het borgplaatje aangesloten?


A. Bevestig het borgplaatje en koord

V. Is er sprake van inwendige motorschade?


A. Neem contact op met uw dealer

42
Problemen oplossen

Motor loopt onregelmatig en valt soms stil


V. Is de bougie vet of van het verkeerde type?
A. Controleer de bougie, reinig of vervang met het juiste type.

V. is het brandstofsysteem geblokkeerd?


A. Controleer of er geen brandstofleidingen gedraaid of geknakt zijn.

V. Is de brandstof oud?
A. Vul de tank met verse brandstof.

V. is het brandstoffilter verstopt?


A. reinig of vervang het filter.

V. Is de ontsteking defect?
A. Neem contact op met uw dealer.

V. Is de elektrodeafstand van de bougie correct?


A. Controleer en stel zo nodig bij.

V. Is de bedrading van de ontsteking beschadigd of slecht aangesloten?


A. Controleer alle kabels op breuk en slijtage. Controleer de stekkerverbindingen.

V. Wordt de verkeerde motorolie gebruikt?


A. Ververs de olie met olie van de juiste classificatie

V. Is de thermostaat verstopt of functioneert deze niet goed?


A. Neem contact op met uw dealer.

V. Is de ventilatieschroef op de tankdop gesloten?


A. Draai de ventilatieschroef open.

V. Is de chokeknop uitgetrokken?
A. Schuif de chokeknop geheel terug.

V. Is de motor positie te hoog?


A. Plaats de motor in de correcte positie.

V. Is de carburateur verstopt?
A. Neem contact op met uw dealer

V. Is de brandstofleiding goed aangesloten?


A. Sluit de leiding correct aan.

V. is de afstelling van de gasklep correct?


A. Neem contact op met uw dealer

43
Problemen oplossen

Motor verliest vermogen


V. Is de schroef beschadigd?
A. Repareer of vervang de schroef.

V. Is de spoed en de diameter van de schroef correct?


A. Installeer een schroef met de correcte specificaties.

V. Is de trimhoek goed?
A. Stel de trimhoek in voor de beste prestaties.

V. Is de motor op de juiste hoogte op de spiegel geplaatst?


A. Positioneer de motor op de correcte hoogte.

V. Is het onderwaterschip aangegroeid?


A. Reinig het onderwaterschip.

V. Zijn de bougies vet of niet van het juiste type?


A. Reinig de bougies of vervang met het juiste type bougie.

V. Is de schroefas omwikkeld met wier of andere obstructies?


A. Verwijder wier en andere materialen.

V. Is het brandstofsysteem geblokkeerd?


A. Controleer op geknikte of afgeknepen brandstofslangen.

V. is het brandstoffilter verstopt?


A. Reinig of vervang het filter.

V. Is de brandstof oud?
A. Vul de tank met verse brandstof.

V. Is de elektrodeafstand van de bougie correct?


A. Controleer en stel zo nodig bij.

V. Is de bedrading van de ontsteking beschadigd of slecht aangesloten?


A. Controleer alle kabels op breuk en slijtage. Controleer de stekkerverbindingen.

V. Wordt het juiste type brandstof gebruikt?


A. Vul de tank met de correcte brandstof.

V. Wordt niet de juiste motorolie gebruikt?


A. Controleer en ververs met motorolie van het juiste type.

V. Is de thermostaat verstopt of functioneert deze niet goed?


A. Neem contact op met uw dealer.

44
Problemen oplossen

V. Is de ventilatieschroef op de tankdop gesloten?


A. Draai de ventilatieschroef open.

V. Is de benzineslang goed aangesloten?


A. Sluit de slang correct aan.

V. is een bougie van het juiste type gebruikt?


A. vervang door een bougie van het voorgeschreven type.

V. Reageert de motor niet goed op het schakelmechanisme?


A. Neem contact op met uw dealer.

De motor trilt extreem


V. Is de schroef beschadigd?
A. Repareer of vervang de schroef.

V. is de schroefas beschadigd?
A. Neem contact op met uw dealer.

V. Is de schroefas omwikkeld met wier of andere obstructies?


A. Verwijder wier en andere materialen.

V. Zitten de bouten en moeren van de motorbevestiging los?


A. Draai bouten en moeren aan.

V. Is de stuurinrichting beschadigd of heeft deze te veel speling?


A. Neem contact op met uw dealer.

45
Q. Is steering pivot loose or damaged?
A. Tighten or have serviced by our dealer.
Problemen oplossen
Temporary action in emergency
Aanvaringsschade
Impact damage
WAARSCHUWING
De buitenboordmotor kan ernstig beschadigd raken door een aanvaring bij het varen of bij het transport van de
The outboard motor can be seriously damaged by a collision while operating or trailering.
buitenboordmotor. Deze beschadigingen kunnen de buitenboordmotor onveilig in het gebruik maken.
Damage could make the outboard motor unsafe to operate.
Wanneer de buitenboordmotor een object onder water raakt, volg dan de volgende procedure.
If the outboard motor hits an object in the water, follow the procedure below.

1.
1. Stop the engine immediately.
Zet onmiddellijk de motor af.
2. Inspect the control system and all components for damage. Also inspect the boat for damage.
2. Controleer alle onderdelen op schade. Controleer ook of de boot beschadigd is.
3. Whether damage is found or not, return to the nearest harbor slowly and carefully.
3. Ongeacht of erour
4. Have schade geconstateerd
dealer wordt:
inspect the vaar direct
outboard met lage
motor snelheid
before naar de it
operating dichtstbijzijnde
again. haven.
4. Laat uw dealer de buitenboordmotor controleren voordat u deze weer in gebruik neemt.

43

F2-5
Tuesday, January 15, 2002 3:19:56 PM

46
Problemen oplossen

Startmechanisme werkt niet

Wanneer het startmechanisme niet functioneert (de motor kan niet met de starthandgreep gestart worden) kan de
buitenboordmotor met de volgende noodprocedure gestart worden.

WAARSCHUWING
• Gebruik deze procedure alleen in noodgevallen en uitsluitend om terug naar de haven te kunnen varen voor reparatie.
• Bij deze noodprocedure werkt de veiligheidsblokkering voor het schakelmechanisme niet meer. Verzeker u ervan dat
de schakelhevel in de stand neutraal staat, anders zou de boot onverhoopt kunnen wegvaren met als mogelijk gevolg
een ongeval.
• Bevestig het borgplaatje op de noodstopschakelaar en vervolgens het veiligheidskoord op een stevige plaats van uw
kleding, of aan een arm of been.
• Bevestig het veiligheidskoord niet aan een kledingstuk dat makkelijk kan scheuren. Voorkom dat het veiligheidskoord
verstrikt raakt of ergens achter kan blijven hangen waardoor het niet meer functioneert.
• Wanneer het motorvermogen weg valt kan de boot onbestuurbaar worden en abrupt snelheid verliezen. Dit kan er
voor zorgen dat personen en voorwerpen in de boot naar voren geslingerd worden.
• Verzeker u ervan dat er niemand achter u staat wanneer u aan het startkoord trekt.
• Het koord kan als en zweep naar achteren slaan en iemand verwonden.
• Een onbeschermd niet afgedekt vliegwiel kan zeer gevaarlijk zijn. Houd losse kleding en andere objecten vrij van
de motor wanneer u deze start. Gebruik de noodprocedure en het noodstartkoord uitsluitend volgens de hier
beschreven procedure. Raak het vliegwiel of andere bewegende delen niet aan wanneer de motor loopt. Installeer
het startmechanisme of de afdekkap niet wanneer de motor loopt.
• Raak de ontstekingsspoel, bougiekabel, bougiekap of enig ander elektrisch onderdeel aan bij het starten of bedienen
van de motor. U kunt mogelijk een elektrische schok krijgen.

Noodstart procedure van de buitenboordmotor


1. Verwijder de afdekkap.
2. Schakel de buitenboordmotor in de neutraal positie.

3. Ontkoppel de verbinding van het terugwind mechanisme.

47
Problemen oplossen
4. Verwijder drie bouten en neem het terugwindmechanisme los.

5. Plaats twee bouten terug om de benzinetank weer vast te zetten.

F5
Tuesday, January 15, 2002 4:11:50 PM

6. Verzeker u ervan dat de motor in neutraal staat en dat het borgingsplaatje in de noodstopschakelaar zit.

7. Plaats de knoop van het startkoord in de uitsparing van het starterhuis en wind het koord met de klok mee om het huis.
8. Trek rustig aan het koord totdat een weerstand voelbaar is.
9. Trek het koord nu hard achteruit om de motor te starten. Herhaal indien nodig.

our
48
our our
our
Problemen oplossen

Waterschade
Wanneer de motor per ongeluk geheel onder water terecht is gekomen, moet deze direct door uw dealer behandeld
worden omdat anders vrijwel onmiddellijk corrosie zal gaan optreden. Wanneer het niet mogelijk is om de
buitenboordmotor direct bij de dealer te brengen, volg dan onderstaande procedure om de schade zo veel mogelijk te
beperken:

Procedure:
1. Reinig de motor grondig met schoon zoet water en verwijder modder, zand, zout, wieren en dergelijke.

2. Verwijder de bougie en laat het aanwezige water via de bougiegaten uit de cilinder lopen.
3. Tap de brandstof van de carburateur, brandstofslangen en brandstoffilter af. Tap de motorolie geheel af.

4. Vul de motor met verse motorolie.

Hoeveelheid motorolie:
0,5 liter

5. Giet motorolie in de bougiegaten en de carburateur. Laat de motor enkele slagen maken door de trekstarter met de
hand te draaien, of met het noodkoord rond te draaien.

6. Breng de motor zo snel mogelijk naar de dealer.

49
Problemen oplossen

LET OP
Probeer niet om de buitenboordmotor te starten, voordat deze geheel is gecontroleerd.

Notities

50
i m p o rt e u r :
99920-NMARI-OM2

Tel: +31 (0)347-349 749 WWW.NIMARINE.EU

You might also like