1

MAAK DE ZINNEN AF. 1

 2

1. Ik ga volgende week op vakantie, dus 23. We geven volgende week een feest, want

2. Vandaag wil Maria de auto nemen maar 24. Terwijl de buurman tegen me stond te praten,

3. Het is slecht weer en daarom 25. Ik ga morgen niet werken , omdat

26. Een baby huilt vaak, als

4. Hij heeft zijn huiswerk niet gemaakt omdat
27. Als je nu niet meteen doet wat ik zeg, dan
5. Dit jaar gaan Ali en Meryem niet op vakantie
hoewel 28. Ik ga naar Vriend EN Taal omdat

6. Ik ga vlug naar de winkel voordat 29. Hij neemt nooit het vliegtuig omdat

30. Ze doen erg hun best, maar

7. Pedro staat elke dag om 7.00 uur op zodat
31. Sorry, ik moet nu weg, want
8. Terwijl ik naar de radio luister,
32. Ik neem de auto in plaats van de fiets als
9. Maria is boos op mij omdat
33. Ik wilde om 12 uur thuis zijn maar
10. Sandra houdt niet van boeken maar
34. Ik deed het licht aan omdat
11. Wij willen een huis kopen nadat
35. Gisterenavond ging ik vroeg naar bed want
12. Ik ben gisteren gaan wandelen hoewel 36. Ik zal je bellen als

13. Ik ga maar vlug naar huis voordat 37. Eten in een snackbar is gemakkelijk maar

14. Als het slecht weer is, … 38. Het is zijn verjaardag en daarom ...

15. We gaan maar naar huis want 39. Ik heb geld nodig en daarom ... .

16. Na de diefstal van mijn fiets 40. Het is mooi weer en daarom

17. Pieter gaat naar de bibliotheek

18. Sorry, ik ben een beetje laat, omdat

19. Zijn baas wordt soms boos als

20. Geef niet teveel snoep aan je kinderen want

21. Als je om 7 uur bij mij thuis bent, dan

22. Oké, dat is goed, maar