Kijken naar Kinderen A: De leefwereld van het

kind

WERKSTUK DEEL 3: Verkenning van ontwikkelingspsychologische aspecten.

Ontwikkelingsdomein 1 : fysieke ontwikkeling Ontwikkelingsfase: het oudere lagereschoolkind

Het kind heeft de afgelopen jaar een enorme groeispurt gekend. Ze is nu één van de grootste
meisjes van de klas. Er is ook al sprake van seksuele rijpingsprocessen, de primaire en de secundaire
geslachtskenmerken kennen beide veranderingen. Als we kijken naar de primaire kenmerken heeft
ze haar maandstonden al. Als secundaire kenmerken heeft ze al een aantal jaren borstgroei.
Gedurende het gesprek kwam ze heel ongemakkelijk over. Dit kan eventueel komen door een
negatief zelfbeeld. Ik vermoed dit doordat zij behoort tot de groep van vroegrijpe meisjes. Door dit
ongemak ging ik hier niet dieper op in, dit om het gevoel van veiligheid van het kind bij mij te
bewaren.
Tijdens de voetbaltrainingen van X zag ik haar uithoudingsvermogen, haar grove en fijn motorische
vaardigheden keer op keer verbeteren.

Ontwikkelingsdomein 2 : sociale ontwikkeling Ontwikkelingsfase: het oudere lagereschoolkind

Ik heb het vermoeden dat X deel wil uitmaken van de groep in haar klas en in haar voetbalclub. Dit
doordat ze vaak praat over Y, van wie ik uit vele gesprekken vermoed dat zij het populaire meisje is.
Deze drang is zeker toepasselijk in haar leeftijdscategorie. Toen ik vroeg wat ze belangrijk vindt in
een vriendschap kwamen de woorden vertrouwen, eerlijkheid, verdraagzaamheid,… naar boven. Op
de vraag of er zaken zijn die niet kunnen, sprak ze onder andere van overdragen, uitlachen en liegen.
Hieruit leid ik af dat er vermoedelijk een aantal ongeschreven regels zijn binnen de groepen waarin X
zich begeeft. Ze mengt zich voornamelijk in meisjesgroepen maar geeft aan af en toe te willen
voetballen met de jongens. Dit doet ze echter niet vaak aangezien ze schrik heeft niet meer
geaccepteerd te worden door de groep. Ze schuift haar eigen wensen dus aan de kant om erbij te
horen. Ik vermoed daardoor dat de druk om de groepscode te volgen groot is. Vanuit gesprekken
met X leid ik ook af dat Y (het populaire meisje) 3 goede vriendinnen heeft. Hierdoor vermoed ik dat
er sprake is van een bijenkorfstructuur. In deze structuur neemt X volgens mij de positie van de
werkers of de stil zwijgende meerderheid in. Dit omdat ze moeite doet om geaccepteerd te blijven in
de groep en er dus ook bij wil blijven horen.
Het kind speelt graag Kubb. Dit is een spel waar ze samen alle blokken van het andere team moet
omgooien. Haar team speelt dus samen en met een gezamenlijk doel voor ogen. Dit is een
associatieve spelvorm.
X speelt graag voetbal. Dit is een georganiseerd teamspel. De liefde voor georganiseerde teamspelen
is typisch voor het oudere lagereschoolkind.

De ouders zeggen een verandering te merken in de band met hun dochter. Ze vertelden mij dat ze
het gevoel hebben gemakkelijker op discussies te stoten. Deze discussies gaan vaak over regels. Dit
komt volgens mij doordat X steeds kritischer kijkt naar de regels die haar ouders opleggen. Haar
ouders proberen deze verandering op te vangen door haar zelfstandig beslissingen te laten nemen.
Dit maakt dat X de band met haar ouders ondanks de discussies nog steeds heel goed vindt. X voelt
zich groot en wil ook doen wat haar oudere broer en haar ouders doen, met name uitgaan. Dit
verlangen vangen de ouders op door haar te laten meegaan met hen tijdens het uitgaan, zo proeft X
van die wereld in een relatief veilige context.