Professional Documents
Culture Documents
Romeinse Deel 1
Romeinse Deel 1
1. Italische periode
Beetje onderontwikkeld ivglm griekse kunst
Was op dat moment in hoogklassieke periode
Focus op krijgers, weinig overlevering
5eE vC: rome gaat in grenszone v Italische volkeren
= cultuur ontwikkelen beinvloed door Etrusken (italische roots met
toch eigen ontwikkelingen)
rome kent culturele ontw
2. Etruskische periode
Grote invloed op romeinse kunst (zie deeltje Etrurië)
3. Grieks-Hellenistische periode
Dit soort tempelbouw zal blijvende invloed
hebben
Kunststromingen van Grieken worden mode
in Rome
Vb Attisch wordt Neo-attisch
Intaglio: handtekeningstempel, neo-attisch
Kenmerken van Romeinse beeldende kunst en architectuur
1. Dualisme van stijlen
Rom kunst = fusiekunst: mengvormen beinvloed door versch invloeden
Oost-rom: beinvloed door oosten: syrië enzo oosterse elementen in kunst
2eE/1eE: laat-hellenisme: fusievormen hellenistische en romeinse kunst
2. Staatskunst vs volkskunst
Propagandakunst
Vaak afbeeldingen van keizers = roem en heldhaftigheid uitdrukken
vanuit volk ontstaan: soms afkooksel of eigen expressies om keizers te eren
3. Centrum vs periferie
In rome en in rijke steden: kunst van hoge kwaliteit
In random steden: kunst van lage kwaliteit
Zie vb: op zelfde moment gemaakt maar totaal
andere kwaliteit
5. Horror vacui
Opkomende nadruk op interieur
alles beschilderen
Ook op bv sarcofagen
Tempel van venus en roma
@rome
Chronologie
8eE - 3eE/2eE vc vroeg romeinse kunst
- 753-509 koningstijd
- 509-146 vroege en midden-republiek
Stedelijke ontwikkelingen
- Na defensief systeem: stad volwaardig ontwikkeld
- Vakwerkbouw opgevuld met steen ipv leem ofzo
=> steviger
- Rechthoekige huizen: w later typisch atriumhuis
Best bewaard = tempels => etruskisch beinvloed door
etruskische dominantie
- Stenen onderbouw, stevige muren
- Gebouwd op podium
- 3x6 zuilen
+ grote frontaliteit itt Griekse: 1 opening ipv langs overal
kunnen binnengaan
Innovaties in kunst
- Optimalisering van etruskische stijlen
- Bronskunst importeren (nooit lokaal gemaakt)
ROMA
Beschilderd graf op de Esquiliunus
(3eE-2eE)
Kenmerken:
1. Grote technische evolutie
Vanaf 3eE/2eE: expansie van rome
= steden bouwen voor kolonisten
creatief zoeken naar nieuwe vormentaal
Zie romaanse kunst: gebaseerd op laat-rom kunst
= grote ruimten: veel mensen huizen
grote invloed op vroeg-christelijke kerken
+ nieuwe materialen: romeins beton
= snel & goedkoop bouwen in sneltempo kunnen bouwen
4. Monumentaliteit
Zeer grote gebouwen, vb thermen van caracalla => 20 voetbalvelden
Architectuur en architectuurtheorie
Keizer Hadrianus: persoonlijke interesse in architectuur
naam veel gevonden op gebouwen
Severus en Celer
- Architecten voor Domus Aurea
- Gemaakt voor keizer Nero
Rabirius
- 1vd eersten die werkte met beton
Apollodores van damascus
- Ontwierp markt van trajanus: innovatief gebouw
M. Vitruvius Pollio
- Architectuurtheorie vanaf Augustinus in boek
“de architectura” principes van goede architectuur opschrijven,
2 types:
1. Spontaan gegroeide steden
Vb Rome
- Gedefinieerd door ligging: tiber, heuvels
- Geleidelijke opbouw, demografische groei
Begin 4eE: ommuring bouwen: 7km
- Omsluit bewoonde gebieden stad al vrij uitgebreid
- Groeit verder op organische wijze geinspireerd door grote hoofdwegen (via’s)
2eEvC: grotere complexen determineren structuur
1eE: expansie gebonden aan wegennet zie foto
4eE: stad mega hard uitgebreid + nieuwe muur van Aurelialis
- Stad defensief versterken: beschermen tegen germanen
- Nieuwe grote instellingen vb thermen
+ gebouwen aan rand mee in muur opnemen
heel wanordelijk, organisch gegroeid
1 miljoen inwoners
2. Nieuw gestichte of heringerichte steden
Herinrichten is tussenvorm
- Vooral in oosten: vroegere hellenistische rijk
bij overname amper werk aan door bloeiende beschaving
- Impressionanter maken: zie propagandistische cultuur
Vb Delos: mecca van slavenhandel
- Gebouwen toevoegen en structureren maar geen structurele veranderingen
= typisch vb oosterse stad
Vb Palmyra
- 2eE vC wienig impressionant, vrij eenvoudig
- 2eE nC: tijdens Ceverische keizers veel aanpassingen
monumentaal! Brede straten met zuilen en portieken
Paestum, 600vC
Dicht bij italische wereld
Ommuring geplaats
Heel rationele urbanisatie
Weinig poorten: defensief bedoeld
Nieuwe kolonie beschermen
Heel systematisch centrale forum
= makrt, bestuursfunctie
Regelmatige woonblokken (afhv topografie)
Riolering aanwezig: goeie watervoorziening
Beinvloed door etrusken
VANAF NU HEEL ACTIEF VEEL STEDEN BIJBOUWEN
Rationeel uitgedacht
Forum aan kruising vd hoofdwegen
- Cardo maximus: centrale noord-zuidstraat
- Decumanus maximus: centrale oost-weststraat
Ook politieke gebouwen aanwezig
@portugal/spanje
@algerije
@rijngebied
Pompeii
In oorsprong geen romeinse stad, was van osken:
italisch volk met griekse invloed
5eE vC: start ontw stedelijke kern
Grieks beinvloed + romeins aangepast
3eE: politieke downfall
4eE/5eE: demografische afname, ontstedelijking
steden kleiner, muur rond kleiner deel
= compacter, makkelijker verdedigbaar
Vb Sagalassos
- Werd door romeinen verder uitgebouwd: in totaal 30 hectare
- Na downfall terug naar oorspronkelijke stad: 20 hectare
Tetrarchie: 4 keizers: 2 hoofdkeizers met 2 onderkeizers
hebben residentiestad
Deze steden floreren, voelen niet echt afname
Milaan wordt belangrijker dan rome: geen inkrimping gebeurd
Behouwt imposante structuur
Vb Trier @moezel
- Keizer zal hier verblijven: kent nog steeds grote expansie en monumentaliteit
Materialen en decoratiesystemen
Bouwmaterialen
bouwen met lokale beschikbare materialen
- Klei, leem
- Terracotta voor bedaking: bescherming tegen regen
door bakken
+ decoratieve functie
Vaak fel beschilderd
- Baksteenarchitectuur: ruw zichtbaar, vb ostia
- Natuursteen
Vb opus quadratum: tempel van augsutinus en livia
= rechthoekige blokken zoals grieken
- Betonbouw: opus caementicium
- Marmer: duur om te importeren
o Marmerinlegvloeren
o Mozaïeken
o Zuilen en muurplaten
Bouworden
2. Religieuze architectuur
Minder creatief dan grieken, wel monumentaler: terassen, portalen…
Veel heligdommen geweid aan verschillende goden
Vaak rechthoekig maar soms ook koepelbouw/cirkelvormig
= heel vernieuwend en invloedrijk
5. Woningbouw
Domus
= huis voor 1 gezin + slaven 10 inwonenden ongeveer
Eigen watervoorziening: gat in dak: regenwater opvangen en
ondergronds opslaan
Atrium = open ruimte in midden vh huis
Flatgebouwen
= insulae
Vanaf demografische groei is hierin opkomst
meerdere gezinnen in 1 gebouw
5-6 verdiepingen
Vaak winkel op eerste verdieping, rijke op 1e met balkon
Villa’s
Villa urbana: huis buiten de stad
Villa rustica: hier gebeurde productie van wijn/voeding, werd naar stad geëxporteerd
6. Eremonumenten
Triomfbogen: vaak om iets te vieren = propagandafunctie
Erezuilen
7. Funeraire architectuur
Graven in vorm van huizen: vaak familiegraven met tuintjes
- Opgesteld zoals huizen in de straat
Gebouwtjes met sculpturen die meestal de overledene voorstellen, geplaatst op sokkel
Grafpijlers en graftorens versierd met sculptuur, pilasters, halfzuilen
Rotsgraven met monumentale gevels
Grote mausolea: meestal op rond of polygonaal grondplan
Romeinse beeldhouwkunst
Weinig eenheid door grootte vh rijk & invloeden v andere culturen
Etruskische/griekse makers naar rome => werken in hun stijl in rome
3eEvc: hellenistische stijl beinvloedt romeinse stijl
2eEvc: neo-attische kunst, sculptuur en geleidelijke verzelfstandiging
- Heropleving attische kunst
- Kopieerwerk: romeinse makers leren hierdoor de technieken
Vrouw met patera: romeinse handeling = verzelfstandiging
Evoluties in keizertijd: loskomen van griekse kunst
- Zoeken naar optische effecten van licht en schaduw
- Creëren van nieuwe effecten van beweging
- Zoeken naar beter perspectief: nooit echt gelukt tem REN
Portretkunst
Heel omnipresente kunststijl: veel functies
Oorsprong portretkunst
- Vooroudercultus
Dodenmaskers maken: voorouders blijven voortleven
en bepalen geluk van kinderen
verklaart naturalistische stijl
- Egyptisch naturalisme: indirecte invloed
- Hellenistische stijlen: iets idealiserender maar toch individualistischer dan klassiek grieks
- Italisch expressionisme: intensieve uitdrukkingskracht
- Individualisme: vanaf Aristoteles 4eEvC: promoot individueel denken/persoonlijke ervaringen
Trends in de portretkunst
- Idealiserende trend
Vooral bij leiders: heroïserende intonatie
Duidelijke hellenistische invloed
- Veristische trend
Overdreven realisme
Vooral bij privépersonen
Vaak bustes: typisch romeinse vernieuwing
Ouderdom benadrukken: rimpels, deformaties ed
- Eerste eeuw
Eerst heel academisch, typische kenmerken
Dezelfde haartooi, typische fysionomische familietrekken: driehoekig gezicht
Vrouwenportretten worden mode
Meer karakterisering en psychologische uitdrukking = terugkeer laat-republ realisme
- Tweede eeuw
Portret van trajanus: combinatie idealisering + realisme
= tendens tot vertrouwelijke goedmoedigheid
Introductie van de baard bij hadrianus
Plastische uitvoering van iris en pupil in oog!!!!
vroeger enkel inkleuring, nu ingelegde materialen
om realistischer beeld te creëren
Barokke effecten: diepe krullen = schaduw en dramatiek
Obv manuele boor ipv bijtel
- Derde eeuw
Breuk met hellenistische en klassieke idealen
Meer abstraherende vormen
Karakterportretten: agressie in uitdrukkingen bij mannen
Haren worden simpeler weergegeven: kleine groeven
Vrouwenportretten blijven classicerend en rustig
Vaak met lange haren tot op schouders
- Laat-romeinse ontwikkelingen
Verval van keizerlijke portretkunst
Typologisch portret: keizers worden niet anders afgebeeld dan volk
= technische achteruitgang, idem bij privékunst
Inspiratiebronnen
- Griekse/hellenistische voorstellingen = mythologische scenes
≠ waargebeurd, ≠ echte personages, = altijd verheerlijking
o Gr: amper reliefs
o Hell: opkomst reliefs op sarcofagen maar nog steeds minieme productie
Alexander de grote tegen perzen
(op sarcofaag)
realistisch
privéstuk, ≠ monumentaal
uitzonderlijk/uniek relief
Ontwikkelingen en kenmerken
1. Late republiek, vroeg principaat
Voorloper vh historisch relief
Aemilius behaalt overwinning v Gr vasteland
Slag bij putna
= honoreren @delphi
Bovenop pilaar: relief: niet goed bewaard
Afb historische scene + portret van generaal
Stijl v uitwerking volledig grieks
o Evenwichtig, lineair
≠ realisme
Aurelius draagt dit op aan voorgaande keizer
= oudere beeldstijl
- Invloed oosterse kunst
- Minder materialisme: figuren zweven
L: keizer aurelius
- Toont zich als toegankelijk
= waarden en normen propageren
R: realisme
- Keizer als opperpriester
- Levendig
- Keizerlijke context
= waarden en normen propageren
Bronzen
omnipresent aanwezig in rom rijk maar weinig overlevering door omsmelting
Openbaar of privé: thuis in kapel, zelfs armsten investeerden hierin
Funeraire sculptuur
= voortleven vd doden in wereld vd levenden
vertelt veel over maatschappij: gewoontes etc
Want vaak realistische weergave
Context vd graftombes: belangrijk om beter hist/maatsch/sociaal te plaatsen
2. Grafstenen, stèles
Numeriek grootste aantal: werd op elk soort graf geplaatst
+ herbruikte contexten: grafstenen gebruiken in stadsmuur ofzo
Funeraire altaren
- Om offers uit te voeren
- Afwerking en kwaliteit obv budget
- Vaak portret aangebracht
3. Sarcofagen, askisten
Invloeden en voorlopers
- Vanaf 2eE door revival van inhumatie
- Focus op pronk en praal: rijkversierde kisten
= historische reliefs
Belangrijk kunsthistorisch belang
Productiecentra: 2eE-5eE: continue productie: 1000den sarcofagen teruggevonden
= stijlen goed opvolgen, voorkeur voor (wit) marmer = importeren v carrara met boot
herkomst marmer bepalen via onderzoek
- Attica
Wit/honingkleurig marmer
Lange sculpteertraditie
- Frygië: docimeum
Inlands maar heel hoge kwaliteit
3D, grote figuraties, nissen en zuilen, volle uitgewerkte
beelden
Typerende kenmerken
Hoge kwaliteit
- Rome
Sarcofagen tegen muur: achterkant niet afgewerkt
Enkel voorkant + deksel met opstaande vorm
Typisch kenmerk
Mythologische scenes
Heel hoge kwaliteit
Dorpen
- Typisch villanova = kleine dorpen
- Weinig bewaard door gebruik van vergankelijke materialen
Graven
- Huturne: dode gecremeerd, crematieresten in urne
vb @vulci: villanova tem rom periode
- Brons maar ook vaak terracotta
- Zie hieronder hoe necropool er uit zag: crematie primeert
Inhoud graf @tarquinia, 1e helft 8eEvC
Biconische urne
- 1 handvat
- Altijd in pasto aardewerk gebakken
= aarde + veel andere dingen oa gras enzo
- Gebakken in oven zonder zuurstof = zwarte
kleur
- Geometrische motieven toevoegen
- Beendergruis gebruiken om witte figuren te
maken
- Omgekeerde helm/drinkbeker als delksel
Vrouwengraf: zie juwelen etc
Mannengraf: vaak helm/vechtreferenties om als krijger
afgebeeld te worden
Urne met benendans, geen crematieresten gevonden
was bedoeld voor inhumatie!
= uitzonderlijk voor villanovaperiode
Geen vrouwenfiguur afgebeeld maar toch vrouwelijk
graf: juwelen gevonden,
Deksel: centraal: groot dier/monster/…
= symbool voor dood maar niet duidelijk
Mannetjes: bekogelen dier + erectie = vruchtbaarheid
Pas vanaf komst v grieken bewust de dood afbeelden
700vC
Einde villanovaperiode
Dankzij invloed grieken beginnen pottenbakken
voor het eerst op wiel
Olla = voorraadpot
- Gemaakt op wiel
- Gezuiverde klei + beschilderd
Figuren: rood/zwart/rood/zwart/…
= afwisselend man/vrouw
dans ter ere vd doden?
“8”: f-klank
Tempel b: 510vC
Tempel a: 470-460vC
- Griekse invloed: zie zuilen
- Etruskische twist: zuilen enkel vanvoor
nemen romeinen over
- Op verhoogje: dominantie
- Cellen: tempelprostitutie?
Terracottarelief: toont griekse mythe
etrusken zijn hier grote fan van
Nemen goden over van grieken + iconografie
Zeus = tin/tinia
Tempels geweid aan 2 godinnen
Gebouwen altijd stenen fundering maar rest in
natuurlijke materialen nu verdwenen
Opgerolde gouden plaatjes
- Thefarie: was tyran: weidde 2 tempels aan 2
godinnen
- Plaatjes hingen in tempel B
(zie gaatjes om vast te maken)
Romeinse schilderkunst
Pompeii: kunst in situ bewaren => in originele context
62nC: grote aardbeving
- Veel materiele schade
- Veel van teruggevonden: in algemeen goeie overlevering
1. Bronnen
Antieke literaire bronnen
- Plinius de oudere & vitruvius: vaak schilderijen ifv architectuur
Archeologie
- Wandschilderkunst: Laat-rep tot vroege keizertijd (79nC)
o Verschil afhv sociale functie
o Steeds te bekijken in totaliteit
o Romeinse wandschilderkunst
- Paneelschilderingen: amper overlevering door vergankelijkheid, was populair medium
- Huizen: schilderingen in rijkere huizen/paleizen
o Patriciërshuizen @palatinus, huis van de griffioen, domus v octavianus
@vesuvius-steden: uitbarsting ‘79
schilderkunst in verschillende contexten teruggevonden: buitenmuren, interieurs
2. Invloeden
Griekse invloed
- Figuratieve scènes: mythologisch, episch
- Kopiëren variëren: romeinse kunst wordt autonoom
- Griekse kunstenaars maken werken voor romeinen tijdens keizerrijk
Italische invloed
- Realistische aard
- Narratief, scènes uit dagelijkse leven
- Spontaan en expressief maar geen correct perspectief of samenhang
Etruskische invloed
- Vooral tijdens laat-republiek
- Levendigheid en beweging: zie kleurgebruik
- Thema’s: historische scenes en dagelijks leven
Hellenistisch-egypte
- 2eE-1eEse invloeden
- Weergave landschap
3. Technieken
Fresco’s
- Uitlijning in vochtige wandpleister getekend
- Opvulling, verfpediment w opgenomen in wand
- Blijft heel goed bewaard
- Ideaal bestaat dit uit 7 lagen: deklaag, 3x mortellaag, 3x marmerpoeder
Tempera
- Schilderen met bindmiddel: minder complex
- Vaak voor schilderen op doek
Encaustiek
- Pigmenten gemengd met het was
Kleuren
- Vooral aardkleuren
o Vaak regionaal gevonden
o Specifieke kleuren via internationale handel
Wanden en gewelven
- Onderaan vaak gekleude vlakken
- 1m hoogte: belangrijke delen
- Bovenaan: stucco
o Fijn pleister: kalk en marmerpoeder
o Volgde stijl vh schilderwerk
o Vaak is stucco niet echt maar ook geschilderd
vaak ook bezet met mozaïek
4. Ontwikkeling vd decoratiesystemen
4 pompejaanse stijlen (eigenlijk ontstaan in rome)
Incrustatie stijl: 200-80vC
- Gebaseerd op hellenistische versiering met
verschillende kleuren van marmer
Rom: meer experimenteren met kleur
- Marmerimitatie (in stucco) in versch kleuren
- Geleidelijk aan niet meer in stucco maar met diepte-effect geschilderd
- Ook nepzuilen ed geimiteerd
- Driedelig
o Bovenaan: stucco kroonlijst
o Onderaan: monochroom beschilderde sokkel
o Middendeel: onderverdeeld in panelen: soms architectonische elementen
Architectuurstijl: 80-15vC
- Eerste volledig in italie ontwikkelde stijl
- Dieptesuggestie (niet geslaagd in perspectief)
= ruimte proberen vergroten: architecturale elementen toevoegen vb zuil
hoofdpanelen wsl door andere kunstenaars gemaakt
- Latere fase: 3delig
o Centrum: figuratieve voorstelling onder tympanon
o Zijkanten: diepe doorzichten
o Architectuur minder realistisch
- Geinspireerd op romeins theater die tijd
Theaterstijl: 50-100
- Versmelting voorgaande stijlen, minder homogeen/gedisciplineerd
- Complex architecturaal kader: doorzichten met diep perspectief
- Bovenkant: meer benadrukt door fijne architectuurstructuren
- Overdadige decoratie 3eE stijl doorgegeven: “barok”/”rococo”
- Nieuw: impressionistische schildertechniek: meer plastisch, minder lineair
Latere ontwikkelingen: decoratiestijlen van 2eE-4eE
- Na 100: hoogtepunt voorbij versobering
o Meer marmerplaten en mozaiek
o Meer tempera
- Vooral mengeling 2e/3e stijl
- Kleine taferelen/sierelementjes impressionistisch
- Schilderkunst in catacomben
4eE @rijke villa’s: terugkeer perspectiefillusie 1eE
Het portret
- Populair thema maar slecht bewaard
- Etnische diversiteit te zien + vrouwen
- @pompeii: typologisch portret: zelden individuele trekken
Fayoum-portret @egypte
= Houten panelen of doek, gewikkeld in
mummiewindsels ter hoogte van gezicht
- Romeinse interpretatie: echte fysionomische
trekken
- 1eE-5eE: dateren via kapsels
Het landschap
= volwaardig vanaf hellenistische tijd, voordien 2e pompejaanse stijl: figuratie, zelfstandig, doorzichtig
Alexandrijns of egyptianizerend landschap
- Invloed laat-hell egypte
Constructies en cultusgebouwen + elementen nijl-landschap met felbewegende figuurtjes
Idyllisch-sacraal landschap
- Vooral 1eE
- Slanke, lichte constructies hell bouwkunst, huizen met tuinen, votiefzuilen met vazen, bomen, …
- Ontspannen sfeer
Realistisch landschap
- Invloed gehad op poussin etc
- Villa geplaatst in grootse landschappen: stadsgezichten, maritieme villa’s, tuinen, ..
Mythologisch landschap
- Mengvorm: figuratief en landschap => typisch periode augustus-nero
- Eenheid in figuratie en omgeving
- Figuratie personages < figuratie landschap
Stilleven
- Weinig courant
- Oorsprong: hellenisme
- Kleine panelen met architectonisch kader
- Inclusief levende wezentjes tss objecten
- Geen coherente compositie
- Correct licht en kleur juiste observatie
- Verhoudingen/perspectief niet correct