Thema 1

Aardrijkskunde waar aanwezig?-> actualiteit, landschap

Wetenschap aardrijkskunde kenmerken

Geografische bronnen -> thematische kaarten, GIS
Geografische technieken -> mentale kaarten opbouwen, schetskaarten maken

Ruimtelijk referentiekader
 lokalisatie -> waar?
 plaatsbegrip -> wat ? wie ?
 ruimtelijke processen -> hoe? waarom daar?

Oceanen als geografisch thema

 techniek (diepzeeboringen)
 biologie (planten, dieren)
 geologie (reliëf, ertsen)

Toekomstdenken : Om ervoor te zorgen dat iedereen over de sociale fundamenten beschikt

zonder de planetaire grenzen te overschrijden is het belgangrijk dat de mens
toekomstgericht denkt en handelt

Duurzaamheid opgevolgd door : duurzaamheidsmodellen

Aardrijkskunde : Het is een exacte wetenschap die natuurlijke en menselijke verschijnselen

en processen en hun gevolgen onderzoekt, verklaart, modelleert en voorspelt

Brugvak : Aardrijkskunde is een brugvak omdat er verschillende disciplines met elkaar erin
verbonden zijn

5 P’s

People: geen armoede, geen honger

Planet : leven in water, klimaatactie
Partnership : doelstellingen samen bereiken
Peace : justitie
Prosperity : betaalbare + duurzame energie, ongelijkheid verminderen

Systeem aarde en zijn deelsystemen:

Kosmos: alles buiten de aardse atmosfeer

Atmosfeer: gaslaag tot ruim 1000km boven het aardoppervlak
Hydrosfeer: het water op aarde (oceanen, rivieren,…)
Cryosfeer: het bevroren water op aarde
Biosfeer: alle levende wezens, van eencellige bacteriën tot planten en dieren
Geosfeer: lithosfeer en andere inwendige sferen van aarde, mineralen, gesteenten, het
magma
Noösfeer: het menselijk handelen en bewustzijn, de sociale en intelligente processen van de
mens

Wet methode voor aard: (WOBRR)

-waarnemen
-onderzoeken
-besluiten
-rapporteren
-reflecteren

Mentale kaart: stellen het ruimtelijke beeld voor dat we van de werkelijkheid hebben. (beeld
in hoofd van kaart)

-topografische info verfijnt dit kaartbeeld steeds verder en zo bouw je een topografisch
refkader

GIS (geografische informatiesysteem)

Ring van vuur

Alfred Wegener : → Wie ? Duitse meteoroloog

→ Wat? Hij vond meer aanwijzingen voor het verschuiven van continenten
huizingen zin zo → Introduceert? Continentdrift
→ Theorie aanvaard? Alleen na zijn dood

Argumenten voor continentendrift

1. Fossielen : Er werden op verschillende plekken op aarde fossielen gevonden die
onder de huidige klimaatomstandigheden niet zouden overleven op de plaats van de
opgraving.Vroeger moesten de verschillende continenten dus een grote landmassa
hebben gevormd.
2. Gesteenten : De jongere gesteenten in Noord-Amerika, Europa en Afrika zijn niet van
dezelfde soort en hun gelaagdheid is niet identiek. De jongere lagen zijn dus ontstaan
op het moment dat de continenten niet meer bij elkaar lagen
3. Sporen van ijsafzettingen : In Zuid-Amerika, Afrika en Europa