Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 7

KuBv Cultuur van de Massa

Introductie en jeugdcultuur

Amerika wordt gidsland


Tot WOII werden nieuwe stromingen in de kunst en de cultuur in Europa uitgedacht. Alle nieuwe ontwikkelingen
vonden hier hun oorsprong. Europese modehuizen bepaalden het straatbeeld. Wilde een rijke Amerikaan of
Braziliaan rond de 20e eeuwwisseling kunstwerken kopen of zich in de laatste mode steken, dat deed hij dit niet in
eigen land, maar in Frankrijk.
In 1945 was Europa echter in elk opzicht failliet: financieel, materiaal, mentaal, moreel. Veel
vooruitstrevende kunstenaars, acteurs en filmmakers waren gevlucht voor de nazi’s en de geheime diensten in de
Sovjet Unie en uiteindelijk in de VS beland. Toen in mei 1945 de oorlog ten einde kwam, was de rol van Europa als
hét culturele gidsland uitgespeeld. De
VS namen deze rol over.
Deze inculturatie begon al met
de komst van de Amerikaanse soldaten
in West Europa. Vanuit de jeeps werd,
naast kauwgom en chocola, de
Amerikaanse way of life uitgevent. Na
de bevrijding werd er cheek-to-
cheekgedanst op Amerikaanse muziek.
Wat een verschil met de
kleinburgerlijkheid van het Nederland
van rond de oorlog, waarin iedereen
zijn best deed om maar zo normaal en
gezagsgetrouw mogelijk te zijn. Amerika
kon niets meer fout doen bij de
Nederlandse en overige West-Europese jeugd. Europa was saai, Amerika was ‘hot’.

De Amerikaanse kunst van voor WOII was, anders dan het Europese modernisme, populaire kunst - bedoeld als
vermaak voor het grote publiek. De film was een Europese uitvinding, maar de Amerikanen zagen het volledige
commerciële potentieel. De westerns, slapsticks en romantische drama’s uit Hollywood werden overal ter wereld in
de bioscopen vertoont en door het publiek verslonden.Ook de uitvoerende kunsten (zoals jazzmuziek) en de
podiumkunsten (zoals musicals) waren niet bedoeld als artistiek experiment, maar als vermaak.
We zien hier twee kernbegrippen uit de cultuurwetenschappen ontstaan: De Europese kunst was
overwegend High Art oftewel museumkunst – kunst die zich niet richt op het grote publiek, maar bedoeld is als
intellectuele en artistieke uitingen voor een select publiek. Denk hierbij aan opera’s, symfonieorkesten, klassiek
ballet, experimentele films, schilderkunst, beeldhouwkunst, etcetera. De Amerikaanse cultuur was meer Low Art
oftewel straatkunst. Voorbeelden zijn blockbusterfilms, musicals, reproducties van bekende schilderijen, graffiti, alle
vormen van rock en popmuziek, etcetera.

Het fenomeen ‘Teenager’


Na de oorlog had men in West Europa geen trek meer in de eigen vooroorlogse High Art. Men wilde vooral genieten
van het leven. Vandaar ook, naast het feit dat de Amerikanen de helden waren, dat de Amerikaanse kunst en cultuur
zo snel aansloeg in West Europa. Niet alleen werd originele Amerikaanse muziek grijs gedraaid op de Europese
radiostations, ook namen de Nederlandse, Franse en Duitse zangers en bands de stijl van hun Amerikaanse collega’s
over. Nederlandse bands noemden zichzelf ‘The Blue Diamonds’ of ‘The Rocking Thunders’.
Bovendien verscheen een compleet nieuw fenomeen: het muziektijdschrift, speciaal gericht op jongeren
zoals ‘Tuney Tunes’ (1942-1966 – “Bevat de teksten der laatste dance-songs en tevens wetenswaardigheden van
radio, gramofoon en film”) en ‘Muziek Expres’ (1956-1989). In het radioprogramma ‘Tijd voor Teenagers’ (1963-1966)
werd voor het eerst een top 10 van meest populaire nummers bekend gemaakt. Eindeloos veel andere hitlijsten
zouden volgen.
De muziekbladen en hitlijsten hebben een nauwelijks te onderschatten rol
gespeeld in het ontstaan en de ontwikkeling van een typische jongerencultuur
– een groep die vanaf de jaren 1950 bekend stonden als de ‘teenagers’. Voor
de oorlog bestond er niet zoiets als een aparte jeugdcultuur. De noodzakelijke
ingrediënten hiervoor ontbraken simpelweg: vrije tijd, geld, minder sociale
controle en de massamedia (eigen tijdschriften,radiozenders, platenspelers
etc.).
Na de oorlog, met de opkomst van de verzorgingsstaat, kregen
jongeren meer kansen om zichzelf te ontplooien. Het was niet langer nodig om
zo snel mogelijk een baantje te vinden om mee te helpen in het onderhoud
van het gezin. Opa en oma kregen een AOW uitkering en een aanleunwoning
toegewezen, dus de kleinkinderen konden langer naar school, het geld van de
krantenwijk mochten ze zelf houden en zelfs een eigen slaapkamer kwam
binnen het bereik van de ‘gewone’ (jonge)man. Eindelijk hadden jongeren de
tijd, de ruimte en het geld om te doen waar ze zelf zin in hadden.
Ondanks alle diversiteit binnen de jeugdcultuur (je had nozems, mods,
pleiners, beatniks etc.) hadden de verschillende subculturen duidelijke
kenmerken met elkaar gemeen. Op de eerste plaats is er sprake van een duidelijke groepsidentiteit. Leden van de
zelfde groep waren herkenbaar aan hun kleding, haardracht en eventuele andere gadgets zoals brommers. Welke
kledingmerken wel of niet te dragen en welke muziek, acteurs en schrijvers wel of niet ‘goed’ waren leerde men in de
muziektijdschriften zoals Tuney Tunes.
Daarnaast lagen al deze groepen op hun eigen wijze in de clinch met hun ouders, de leraren, politie en
andere gezagsdragers. Dit kwam duidelijk naar boven toen eind jaren 1950 de bioscoopvertoning van de film ‘Rock
around the clock’ werd verboden in diverse Nederlandse gemeenten. De Nederlandse overheid maakte zich grote
zorgen over de zedenverwildering van de Nederlandse jeugd…

Over de rellen die uitbraken rond deze film en de context waarin dit alles geplaatst dient te worden gaat het volgende
artikel uit VPRO’s ‘Andere Tijden’:

Rock & Roll in Apeldoorn

Nederland was vijftig jaar geleden in de ban van Rock & Roll; de
burgers sidderden terwijl de jeugd danste en joelde. En dat alles naar
aanleiding van de film ‘Rock around the Clock’ van Bill Haley en zijn
Comets. Een anonieme notariszoon vat in een commentaar in de
Nieuwe Apeldoornse Courant van 26 oktober 1956 de sfeer prachtig
samen: “Rock, everybody, roll, everybody…In extase bewegen zich
dansers over de vloer. Plotseling klinkt een wild geluid: de saxofonist
neemt het monotone thema over. Het publiek raakt in vervoering. De
chaos is op de dansvloer losgebroken. De jongens en meisjes zijn niet
meer te houden. Dat is het beeld van de razernij, die zich voor de ogen
van de verbaasde toeschouwer afspeelt bij de ‘Rock ’n Roll’, de rage die
thans ook in Nederland vele volgelingen heeft.

Op dit ogenblik wordt in een aantal Nederlandse steden de


Amerikaanse film ‘Rock around the Clock’ vertoond en het is deze
rolprent, die de rock-bacterie in ons land heeft gebracht. De gevolgen
hiervan bleven niet uit. Er zijn bioscoop-expoitanten, die de film uit hun
programma moesten nemen omdat de bezoekers – meestal jongelui –
dreigden het theater tijdens de voorstelling met de grond gelijk te maken. In enkele plaatsen kwam het na de
vertoning van de film tot excessen, waaraan de politie een einde moest maken. In Apeldoorn werd de film verboden,
doch de relletjes bleven niet uit.”
Vreemde muziek uit Amerika
“Shake Rattle and Roll!”

De rage van de rock&roll kwam overwaaien uit Amerika. Daar waren al enkele jaren ontwikkelingen aan de gang die
ouders en autoriteiten ernstig ongerust maakten. De zwarte rythm and blues-muziek was begin jaren vijftig opgepikt
door blanke muzikanten en leidde tot een muziekstijl die de jeugd het hoofd
op hol bracht. De energie die van de muziek uitging en de nadruk op ritme
deden volwassenen verzuchten dat het ‘apenmuziek’ was maar op jongeren
had het juist een onweerstaanbare aantrekkingskracht. Bovendien ging de
muziek gepaard met teksten die voor die tijd ongekende toespelingen op
seksualiteit bevatten; alweer een element dat jongeren beviel en ouders het
hoofd deed schudden. Maar het meest controversieel was misschien nog
wel het feit dat het meeslepende ritme van de muziek aanzette
tot....dansen! Met afgrijzen werd de jeugd gadegeslagen die zich massaal op
de dansvloer stortte, niet om zich te wagen aan een keurige foxtrot, maar
om te ‘shaken’ met de knieën en meisjes de lucht in te gooien.

Het Nederlandse muziekblad Tuney Tunes deed in september 1955 verslag


van de gekte die in Amerika was uitgebroken. De verslaggever van het blad
bevond zich op een feest in Connecticut en was duidelijk niet onder de
indruk van de kwaliteit van de geboden muziek. Maar zijn grote verbazing
betrof de vreemde gedragingen van het publiek: “Flessen drank worden tevoorschijn gehaald en weldra wankelt en
waggelt het hele ‘publiek’ op de maat van ‘shake, rattle and roll’ door de zaal, compleet met whiskeyflessen in de
handen.” en “...deze dansen gaan blijkbaar volgens een geheim recept. In een moordend tempo grijpen de partners
elkaar met twee handen om het middel en starten vervolgens met een gespring en een dosis ‘gooi en smijt’-werk dat
een normaal mens hun bewegingen niet meer kan ‘volgen’...De grootste danswaanzin sinds de Charleston noemen
de dagbladen het en de politie noch de ouders weten er raad op...”.

Om de waanzin die zich van Amerika meester had gemaakt te benadrukken, deed de auteur van het artikel er nog
een schepje bovenop: “De historici vertellen dat de ‘rock ’n roll’ een jaar of tien geleden is ontstaan. Via het Zuiden
baande deze ‘ziekte’ zich een weg naar Californië en thans beleeft de Oostkust de finale. In verscheidene steden is de
‘rock ’n roll’ verboden, omdat hij ‘...een belemmering van de volksgezondheid en de goede moraal van de
gemeenschap is’”. En tenslotte eindigde het artikel met een verontrustende mededeling: “Ook in ons land is de
‘Rythm and Blues’-muziek al populair...De grammofoonplaten van Bill Haley and his Comets vinden een gretig
onthaal...”

De doorbraak van Bill Haley


“Rebels en gedurfd”

Bill Haley (zie afbeelding) wordt wel gezien als de grondlegger van de rock&roll. In
ieder geval was zijn ‘Crazy man crazy’ de eerste rock&roll-plaat die in 1953 in de
hitparade in Amerika kwam. Maar de echte grote doorbraak voor Bill Haley kwam
met het nummer ‘Rock around the Clock’. Het nummer was al op de plaat
uitgebracht toen regisseur Richard Brooks besloot het te gebruiken als thema voor
zijn film Blackboard Jungle. De film laat het verhaal zien van een groep leerlingen
van een school in een New Yorkse achterbuurt die in opstand komen tegen hun
leraren. Hoewel de makers benadrukten dat de film bedoeld was als
waarschuwing tegen de toenemende jeugdcriminaliteit, paste het verhaal
moeiteloos in de rij films die in die dagen ongekend populair waren onder jongeren en allemaal opstandigheid tot
thema hadden. Films als ‘The wild one’ (1953) met Marlon Brando en ‘Rebel without a cause’ (1955) met James Dean
hadden veel succes en Blackboard Jungle paste in dezelfde trend.
Het gebruik van ‘Rock around the Clock’ bij de tienerfilm had enorme gevolgen. Het grote publiek maakte kennis met
de rock&roll en Bill Haley stond maandenlang op nummer 1 in de Amerikaanse pophitparade. Tegelijk raakte de
rock&roll-muziek versmolten met het levensgevoel uit de film: het verzet van jongeren tegen het gezag van
volwassenen. In de film gooien leerlingen de jazzplaten van hun
leraren kapot onder het roepen van ‘rock and roll’. Meer
letterlijk dan in deze scène kon de generatiekloof niet
beschreven worden. Rock&roll werd definitief de eerste
exclusieve jongerenmuziekstijl en zelfs meer dan dat. De term
werd een symbool voor de opkomende jongerencultuur; ruig,
onconventioneel, rebels, gedurfd, sexy en jong. Uit
enthousiasme bij de vertoningen van Blackboard Jungle danste
het publiek mee in de bioscoopzaal en er werd met stoelen
gesmeten. Bill Haley, met zijn babyface en spuuglok, stond aan
de wieg van dit nieuwe fenomeen.

De commercie rook onmiddellijk z’n kansen en bracht in 1956 de


eerste officiële rock&roll film uit. Niet erg origineel voortbordurend op de titelsong van Blackboard Jungle werd de
officiële titel van de nieuwe film: Rock around the Clock. Met optredens van Alan Freed, Bill H aley and his Comets,
Little Richard en The Platters draaide de film eigenlijk alleen nog maar om de muziek, het magere verhaaltje was
slechts omlijsting. Wereldwijd werd de film een enorm kassucces.

Nederland gaat overstag


“Belhamelneigingen”

In Nederland drong de Amerikaanse rock&roll-muziek langzaam door. De single ‘Shake, rattle & roll’ van Bill Haley
was in 1955 weliswaar in ons land te verkrijgen maar kreeg heel beperkte aandacht. In hetzelfde jaar werd de film
Blackboard Jungle, onder de titel Het Zaad der gewelddadigheid, in Nederland uitgebracht (gekeurd voor achttien
jaar en ouder), maar ook deze trok niet veel belangstelling.

Pas in de herfst van 1956, toen de film ‘Rock around the Clock’ in première ging, sloeg de rock&roll-koorts goed toe.
Ineens was het land in de ban, overal verschenen artikelen over de nieuwe rage waarbij de afkeurende toon
overheerste. Sommige publicaties beperkten zich tot een ‘recensie’ van de film zoals Jan Blokker in het Algemeen
Handelsblad die zoals gebruikelijk zijn afkeer in ironie verpakte: “De heer Bill Haley, iemand uit de Verenigde Staten
die een geheel nieuwe muziek heeft uitgevonden welke hij en zijn aanhangers rock and roll noemen...artiesten die
niet alleen op een bas tokkelen, maar het instrument ook telkens op de grond gooien.” Maar de meeste artikelen
gingen uitgebreid in op het verschijnsel rock&roll en vooral op de gevaren voor de jeugd. Zo trok in Panorama onder
de titel ‘Rock ’n roll, een nachtmerrie in dollarritme’ de auteur Dick Hendrikse van leer: “Rock ’n roll heet het geluid,
dat rampspoed bracht in Amerika. Het geluid, dat een spoor van verbijstering, verwildering, afschuw en laaiend
enthousiasme door Amerika heeft getrokken, nu als een orkaan in Engeland woedt en binnenkort ook voor
plaatselijke depressies op het continent zal zorgen.”

In kranten en tijdschriften werden eindeloos voorbeelden aangedragen van de wanordelijkheden die zich in het
buitenland rond de rock&roll hadden voorgedaan. Termen als “heidens kabaal; hel en stampei in de meest letterlijke
zin; belhamelneigingen; een orgie van geloei; hees geschreeuw; stuiptrekkende nozems in verwilderde bewegingen;
jonge dames zo overstuur, dat ze elkaar met schoenen om de oren sloegen” werden gebruikt. En daarmee wekten de
commentaren een verwachting die als vanzelf werkelijkheid werd: hoe harder het establishment tekeer ging tegen de
rock&roll, hoe aantrekkelijker de jeugd het vond en hoe meer reden er was om het ook daadwerkelijk tot een paar
leuke rellen te laten komen.

In première
“Rock&Roll-koorts”

Hoezeer de aandacht – en dan vooral de waarschuwingen – in tijdschriften en kranten voor de rock&roll invloed had
op de loop van de gebeurtenissen rond de film ‘Rock around the Clock’ is aangetoond door de auteurs Krantz en
Vercruysse in 1959. Zij maakten een overzichtelijk chronologisch lijstje. Toen de film op 1 september in de grote
steden Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Leiden in première ging, verliepen de voorstellingen rustig. Bijna twee
weken later, op 11 en 12 september, publiceerden vrijwel alle grote kranten opvallende artikelen (met aandacht
trekkende foto’s) over de ‘Rock&Roll-koorts’ in Engeland, naar aanleiding van relletjes bij vertoning van de film in
Manchester. Pas daarna deden zich ook in Nederland ongeregeldheden voor. Zo was er op 15 september in Utrecht
sprake van “herrieschoppen door kleine groepjes” wat drie dagen later uitmondt in de waarschuwing dat “de film uit
roulatie zal worden genomen als de jeugd zich niet beter gedraagt.” Eind september zijn er “ernstige
ongeregeldheden” in Enschede en in Rotterdam is er begin oktober sprake van “herrie’. De onrust deed zich tot het
eind van het jaar nog in diverse plaatsen voor.

Behalve bij de media legden Krantz en Vercruysse ook de schuld bij de overbezorgde autoriteiten: “Dit leidde in
sommige gevallen tot ostentatieve voorzorgsmaatregelen, die het gehele publiek prikkelden en kleine groepen
daaruit tot een al te beweeglijke en luidruchtige opwinding brachten. Deze ‘regiefouten’ werden zowel door de
politie als door de zaaldirecteuren en gemeentebesturen gemaakt... Bij de ongeregeldheden gedurende de maand
oktober 1956 bij de vertoning van Rock around the Clock – nadat het in september 1956 jazzconcerten waren
geweest die wangedrag bij jongeren hadden opgeroepen – kon meermalen opgemerkt worden, hoezeer juist
preventieve verbodsbepalingen ergere gevolgen hadden dan de onverkorte vertoning van de film in een groot aantal
plaatsen. De omvangrijkste en langst durende wanordelijkheden speelden zich te Apeldoorn af, waar vertoning van
de film verboden was. (…) De moeite van het vermelden waard is nog, dat de directie van het Minerva-theater te
Apeldoorn, waar de film zou draaien, ontstemd was over het verbod. Zij vreesde in het geheel niet voor haar
meubilair en interieur.”

Onrust in Apeldoorn
“Wij eisen rock&roll!”

Na lang wikken en wegen – vertelt zijn vrouw – besloot de toenmalige burgemeester Des Tombe van Apeldoorn de
film ‘Rock around the Clock’ te verbieden. Er kwamen berichten uit het buitenland en uit verschillende plaatsen in
Nederland dat de vertoning tot ongeregeldheden en zelfs vernielingen had geleid en dat wilde de burgemeester,
verantwoordelijk voor de openbare orde, voorkomen. Op zaterdag 20 oktober verscheen dan ook op het affiche in de
vitrine van bioscoop Minerva dat de film op last van de burgemeester niet in het theater te zien zou zijn. Dat zette
kwaad bloed. En wat begon als een onschuldig protest groeide, door onhandig optreden van de politie, tenslotte uit
tot 3 dagen van onrust in Apeldoorn.

“In Apeldoorn was nooit iets te doen”, vertellen drie


tieners van toen die inmiddels respectabele middelbare
heren zijn geworden, “dus we hadden wel zin in een
verzetje”. Op die bewuste zaterdagavond verzamelden er
extra veel jongeren bij ijssalon La Venezia, er hing iets in de
lucht. Er was wat rumoer over het verbod op de film maar
het bleef vooralsnog bij gemopper. Toen stak de zoon van
de groenteboer bij wijze van spreken de lont in het
kruitvat: hij opende de ramen van de woning boven de
winkel en draaide op zijn pick-up het gewraakte nummer
‘Rock around the Clock’. Terwijl de muziek over de markt
schalde, begonnen mensen te dansen. Daarna liep de zaak
verder uit de hand: jongeren sprongen voor een stadsbus
die zich door de menigte probeerde te wurmen, anderen
gooiden met bloemkolen en er werd gescandeerd: ‘Rock and roll’! De politie greep in, hield twee jongens aan en
terwijl zij meegevoerd werden naar het bureau vormde zich een steeds groter wordende stoet van protesterende
jongeren.

Daarmee was de toon voor de komende dagen gezet. De politie hield charges – er was een samenscholingsverbod -
terwijl jongeren zich steeds weer verzamelden, borden meevoerden met de tekst ‘rock and roll’ en zich hier en daar
te buiten gingen aan baldadigheden. In het politierapport van zaterdag rapporteerde brigadier Pastoor nog om 10
over 3 ’s nachts dat er enkele arrestaties zijn verricht en : “...dat de jongelui naderhand nog steeds weer door het
centrum van Apeldoorn hebben gelopen en geschreeuwd van Rock and Roll. Daarbij hebben zij deze woorden op het
gemeentehuis gezet en ook in de Nieuwstraat op de muur van kapper Gaston deze woorden gezet, waarbij zij tevens
hebben geschreven ‘Weg met de burgemeester’.” Op zondag gingen de relletjes door waarbij, volgens het
politierapport op die dag, “...gedurende de hele avond groepsvorming optrad, waarbij de kreet “Rock and Roll’
voortdurend herhaald werd en gebruik gemaakt werd van stukken karton, houten schotten van marktkramen met de
bekende woorden. Hierbij vielen verschillende baldadigheden voor, zoals gooien met stenen, halve klinkers en
straatstenen...” Op deze dag werd ook een ruit bij de burgemeester ingegooid, een daad die de burgemeestersvrouw
zich nog goed weet te herinneren: “Die steen ging rakelings langs de slaap van mijn man.”

De jeugdcultuur wordt geboren


“Teddy Boys, nozems, Halbstarken en Stilyagi”

Uiteindelijk liepen de relletjes in Apeldoorn met een sisser af. Na vier dagen verstomden de protesten, volgens
ooggetuige Chris Eybergen nadat de burgemeester had beloofd dat de film alsnog gedraaid mocht worden als de
jeugd zich verder rustig hield. In januari 1957 ging de film alsnog in roulatie in bioscoop Minerva zonder dat er nog
één wanklank werd gehoord. Ook in andere plaatsen bleek toegeven aan de wensen van de jeugd de beste oplossing.
In Gouda ontstonden er rellen nadat de burgemeester daar, in oneindige wijsheid, besloten had de film wel te
draaien maar zonder geluid. Dat leverde de nodige wanordelijkheden op in de bioscoopzaal. Maar toen de volgende
dag besloten werd de film dan toch maar met geluid te vertonen, bleef het rustig.

De angst voor de ‘nozem’ was de film vooruitgesneld. Al jaren sprak er bij deskundigen en in de media een
toenemende bezorgdheid over lusteloze jeugd zonder enige belangstelling. Midden jaren vijftig werd die bezorgdheid
nog eens extra gevoed doordat sommige jongeren zich openlijk manifesteerden als ‘anders’; een internationaal
verschijnsel. “Nog maar betrekkelijk kort geleden begon het aanzien van de massajeugd te veranderen. Grote
groepen van haar vertegenwoordigers begonnen zich in
extravagante, opvallende, ja uitdagende kleding te steken –
en naar men de indruk kreeg nog meer dan voorheen in grote
bendes te opereren... Weliswaar kleden de ‘Teddy Boys’ (→
zie afbeelding) , de ‘Nozems’, de ‘Halbstarken’, de ‘Stilyagi’
zich op ongelijke wijze, maar bij allen is toch het
extravagante, opvallende, uitdagende in hun kleding op te
merken. In hun haardsteden wekken zij dezelfde indruk bij de
gezeten burgerij: aan de bestaande orde kenden ze geen
grote waarde toe, ze bezitten een negatieve en agressieve
mentaliteit en ze zoeken, zich van hun bijeen horen dof
bewust, aaneensluiten. Het kan niemand verwonderen, dat
deze jongeren verslingerd raken aan een vormloze, haast
barbaarse mode-dans: de rock&roll, die begeleid wordt door
een volstrekt onmuzikale muziek.” (uit Krantz en Vercruysse)

In de praktijk bleken over het algemeen ook de nozems brave pubers die zich alleen zo nu en dan wilden uitleven en
zich voornamelijk in hun kleding, met knetterende brommers en rauwe muziek wilden onderscheiden van de
volwassenen. Een verschijnsel dat tegenwoordig – na de hippies, de punkers, etc. – niemand meer vreemd in de oren
klinkt. Maar in de jaren vijftig was het betrekkelijk nieuw en onwennig. Meer geld en meer vrije tijd dan ooit tevoren
gaven tieners de kans een eigen leven te leiden: “Het kopen van een bepaalde plaat, het kiezen van kleren en
nadenken over de kleur van je schoenen waren essentiële onderdelen van het tienerleven. De straat, de ijssalon en
de bioscoop waren de belangrijkste ontmoetingsplaatsen. Door de uitvinding van de transistorradio konden steeds
meer tieners onafhankelijk van hun ouders naar een zelf gekozen programma luisteren.” De jeugdcultuur was
geboren.

Verwerkingsvragen lesbrief ‘Cultuur van de Massa – introductie en jeugdcultuur’


Bestudeer de lesbrief en beantwoord de volgende vragen:
Geef drie redenen waardoor Amerika na WOII de rol van cultureel gidsland van Europa overneemt:

1._____________________________________________________________________________________________

2._____________________________________________________________________________________________

3._____________________________________________________________________________________________

Leg uit welke factoren hebben bijgedragen aan het ontstaan van een jongerencultuur:

1.____________________________________________________________________________________________

2.____________________________________________________________________________________________

3.____________________________________________________________________________________________

4.____________________________________________________________________________________________

Geef twee verklaringen voor het feit dat de Rock&Roll films bij hebben gedragen aan de populariteit van deze muziek-
en dansstroming onder jongeren.

1._____________________________________________________________________________________________

2._____________________________________________________________________________________________

Het maken van films is een dure grap – een flop kan een filmmaatschappij tot faillissement brengen. Leg uit dat het
maken van Rock&Roll films echter een relatief veilige investering is.______________________________________

_______________________________________________________________________________________________

_______________________________________________________________________________________________

Leg uit dat het acteren in Rock&Roll films weinig eisen stelde aan het acteerwerk van de acteurs.________________

_______________________________________________________________________________________________

_______________________________________________________________________________________________

De oudere generatie had grote bezwaren tegen de Rock&Roll. Verklaar waarom de bezwaren (klachten / angsten) die
de ouderen hadden juist verantwoordelijk zijn geweest voor de populariteit van Rock&Roll bij de jeugd.

_______________________________________________________________________________________________

______________________________________________________________________________________________

_______________________________________________________________________________________________

Behoord de Rock&Roll tot de High Art of de Low Art? Leg je antwoord uit. _________________________________

______________________________________________________________________________________________

You might also like