Voornaam:

Klas:

De 4 seizoenen

de herfst de winter de lente de zomer

1
Voornaam:
Klas:

Vul de tekst verder in:

De herfst begint op en eindigt op .

Dan begint de en die eindigt op .

Op 21 maart begint de en eindigt op 20 juni.

Op 21 juni begint dan de .

Ik verjaar in de .

Schrijf onder de juiste kolom:

Sneeuw, een bloem, bladeren, de zon, Kerstmis, een bij, een paddenstoel, koud,
Pasen, laarzen, de grote vakantie, een muts, een weide, de regen, een strand, ijs,
dieren, de wind, ijsjes, zwemmen

De winter De lente De zomer De herfst

2
Voornaam:
Klas:

De 12 maanden

januari mei september

februari juni oktober

maart juli november

april augustus december

Kleur de vier delen in de vier seizoenskleuren (zie onderaan) en schrijf dan de

juiste maanden die bij het seizoen passen.

geel = de zomer bruin = de herfst

groen = de lente blauw = de winter

3
Voornaam:
Klas:

De 7 dagen
Zet in de juiste volgorde:

zondag vrijdag maandag zaterdag donderdag dinsdag woensdag

Wat doe jij tijdens de week? Vul je weekagenda in met je persoonlijke

activiteiten:

Maandag:

Dinsdag:

Woensdag:

Donderdag:

Vrijdag:

Zaterdag:

Zondag:

4
Voornaam:
Klas:

Het lied: “De 4 seizoenen” Toon Van Belleghem.

Bron afbeeldingen:

https://pixabay.com/nl/vectors/sneeuwman-kerstmis-kleurboek-sneeuw-6763905/

https://pixabay.com/nl/vectors/zomer-reizen-icoon-tekenfilm-6231560/

https://pixabay.com/nl/vectors/bladeren-gebladerte-pictogrammen-5638985/

https://pixabay.com/nl/vectors/bloemen-boeket-planten-flora-5527409/