anticipatie, anafoor

Eufemisme: Het gebruik van woorden die de situatie verzacht.

Hij is heengegaan -> klinkt zachter als Hij is dood.

Hij is werkzoekend -> Beter als Werkloos

De ouderen  de bejaarden

Litotes: wordt gebruikt om ervoor te zorgen dat dingen minder indrukwekkend klinken.

Dat heb je niet slecht gedaan -> Dat heb je goed gedaan.

Hij is niet lelijk -> hij is knap

Hij is niet dom -> hij is slim

Hyperbool: je gebruikt het als je wil overdrijven.

Dit boek weegt een ton -> Dit boek is zwaar

Deze schooldag duurde een eeuwigheid -> Deze schooldag duurde lang

Hij is de snelste man ter wereld -> hij is erg snel.

Anticipatie: Je gebruikt verwijswoorden waarvan de lezer nog niet weet waarnaar ze verwijzen.

Misschien gebeurt het, het kan zomaar je geluksdag zijn, want als je naar de casino gaat kun je veel
geld winnen.

Hij verslind alle dieren, hij is de koning van de Afrika, het is de leeuw.

Mensen krijgen er dagelijks mee te maken. Het is een grote oorzaak van veel ontevredenheid en
leugens. Nepnieuws wordt tegenwoordig veel verspreid.

Anafoor: Meerdere zinnen beginnen achter elkaar met dezelfde woorden.

Ik zie ik zie wat jij niet ziet