HET IMPERIALISME

suprioriteitsgevoel Gevoel meer waard te zijn dan andere

Christelijke bekeringsijver Inzet om mensen te bekeren tot het christendom
theorie Verzameling stellingen en/of wetten. Een theorie steunt dus op
een aantal bewijzen, maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat ze
niet voor verbetering of aanvulling vatbaar zijn.
Great game Benaming voor het conflict tussen het Russisch en Britse rijk
om controle over centraal-Azië tijdens de 19e eeuw. De Russen
willen via centraal-Azië een doorgang forceren naar de
Indische Oceaan. De Britten proberen dat te verhinderen omdat
zij het Russische streven als een beschouwing voor hun
belangen in Zuid-Azië.
White man’s burden Het beschaven van ‘primitieve’ volkeren (Azië en Afrika)
=mission civilisatrice
De oorzaken van het moderne  ECONOMISCH
imperialisme o Industrialisatie
o Havens
 SOCIAAL
o Suprioriteitsgevoel
o Nationale trots
 CULTUREEL
o Christelijke bekeringijver
 POLITIEK
o Status
o expansionisme
dwangarbeid Gedwongen om te werken, schrikbewind
 enkel mannen, vrouwen verkracht

Oorzaken van het moderne imperialisme

 industrialisatie
o Nood aan afzetmarkten
o Goedkope grondstofen
 Bv. Britten = vrachtvaarders
o Steunpunten om schepen te bevoorraden en handelsrouten en -belangen te
beschermen
 Suprioriteitsgevoel
o White man’s burden
 Christelijke bekeringsijver
 Expanionisme
 Status bij koloniaal imperium (Duitsland en Italie)
 Publiek afleiden bij binnenlandse problemen
 Nationale trots
 Compensatie van Franse vernedering door de Duitsers
 Leopold II: beperkte macht
Gevolgen van het moderne imperialisme
 Sommige kolonies: prestigepolitiek-> wel verlieslatend
 Sommige kolonies verzette zich bv. Zoeloes
 Duitsers: Hererovolk bijna volledig uitgeroeid
 Inspanning tussen imperialistische mogendheden
 Koloniale grenzen trekken (Afrika): geen rekening met etnische en religieuze groepen
 Verdeel- en heerspolitiek
 Massale import van goedkope industriële goederen-> minder lokale nijverheid
 Volkeren beschaven (Engels en Frans)

Rusland:

 Machtige vloot-> ijsvrije havens-> warm water

 Azië en Noord-Amerika
 Centraal-Azië: concurrentiestrijd met Britten-> Great Game

Japan

 Oost-Azië: technologie en industrialisatiee

 China: concurrentiestrijd met Rusland
 Winnen

Verenigde Staten

 Ten koste van Mexico en Indiaanse bevolking

 Alaska en andere eilanden
 In Zuid-Amerika: Spanje geeft koloniale imperium op
 Filipijnen

Het congobeleid van Leopold

Standbeeld Leopold in Oostende
 Ter ere van veroveren van Congo
 Toen wisten ze nog niet wat er gebeurde in Afrika
 Hand van Congolees afgezaagd
 Niet weg maar plakkaat met info

Wie was Leopold II

 Zoon (opvolger) Leopold I
 Gehuwd met Marie-Henriette
o Trouwen voor politiek
o Ongezond
o Wou zus
 3 meisjes, 1 jongen (sterft 9j)

Kolonie van Leopold II

 Wou vader opvolgen
 Jaloers op Holland
 MAAR geen toestemming parlement: kost veel geld, belastingen
 DUS kolonie als privépersoon: humanitaire doelen ipv kolonie
 Hij moest investeerders aantrekken

 Livingstone (ontdekkingsreiziger) op expeditie in Centraal-Afrika

 In krant: Leopold
 Livingstone verdwijnt: ‘wie zoekt Livingstone’ -> Stanley

 Vraag naar rubber: industrie, machines, banden

 Rubberboom in Congo
 Arbeidsintensief
 Probleem: komen onvoldoende-> privé afgesloten en dwangarbeid
 Heers- en verdeelpolitiek
 Moeten kota behalen
 Strafexpeditie: handen familie afbinden, shiqotte

 Bloedgeld Congo: station Antwerpen, zoo, park Laken,…

 Valt Britten op: jaloers maar geen medelijden
 Congo onderzoeken: onderzoeksjournalist
 Foto handjes: “the crimes of Congo”= LASTERCAMPAGNE
 Leopold ontkent

 Druk op regering: privékolonie afpakken-> Belgische kolonie

 MAAR Leopold heeft kolonie betaald
 Koning wordt uitbetaald