Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 10

Lesbrief:

VRAGERS & AANBIEDERS


Vak: Economie
H4: De arbeidsmarkt
VRAAG EN AANBOD OP DE
ARBEIDSMARKT
Vraag naar arbeid (Qv) Aanbod van arbeid (Qa)

• Werkgevers (vragen naar arbeid) • Werknemers in loondienst (bieden zich aan om te werken)
+ +
• Zelfstandigen (hebben hun eigen bedrijf) • Zelfstandigen
+ +
• Openstaande vacatures • Werklozen

WERKGELEGENHEID: BEROEPSBEVOLKING = AANBOD VAN ARBEID


• Het aantal personen met een baan (de • Alle arbeidskrachten van 15 tot pensioengerechtigde
werknemers en zelfstandigen) leeftijd die willen en kunnen werken
BEROEPSBEVOLKING
Totale bevolking
Jonger dan 15 jaar tot AOW-gerechtigde leeftijd (potentiele AOW
15 jaar beroepsbevolking Gerechtigden

Niet
Beroepsbevolking beroepsbevolki
ng

Werkloze
Werkzame beroepsbevolking
beroepsbevolking

Werknemers Zelfstandigen
FACTOREN DIE DE VRAAG EN AANBOD VAN
ARBEID BEÏNVLOEDEN
Vraag naar arbeid (Qv) Aanbod van arbeid (Qa)

• De groei van de economie • Omvang van de werkzame bevolking (vrouwen die


toetreden tot de arbeidsmarkt)
• De hoogte van het loon
• Loon
• De hoogte van het minimumloon
• Leeftijd waarop gewerkt mag worden
• Arbeidswetgeving

Participatiegraad: het percentage van de bevolking tussen 15 en 67


dat tot de beroepsbevolking hoort
𝒃𝒆𝒓𝒐𝒆𝒑𝒔𝒃𝒆𝒗𝒐𝒍𝒌𝒊𝒏𝒈
𝑷𝒂𝒓𝒕𝒊𝒄𝒊𝒑𝒂𝒕𝒊𝒆𝒈𝒓𝒂𝒂𝒅 = x 100%
𝒃𝒆𝒓𝒐𝒆𝒑𝒔𝒈𝒆𝒔𝒄𝒉𝒊𝒌𝒕𝒆 𝒃𝒆𝒗𝒐𝒍𝒌𝒊𝒏𝒈
DE PERFECTE ARBEIDSMARKT
• Qv = vraag naar arbeid
• Qa = aanbod van arbeid
• p* = L = loon
✓ Vraag en aanbod van arbeid vind elkaar altijd
✓ Als de vraag- of aanbodlijn verschuift ontstaat er
een nieuw evenwichtsloon
✓ Werkloosheid is tijdelijk
✓ Een markt van volledige mededinging / volkomen
concurrentie
✓ Individuele vragers (naar arbeid) of individuele
aanbieders (van arbeid) kunnen de evenwichtsprijs
niet beïnvloeden.
✓ Het product is homogeen (niet van elkaar te
onderscheiden.
DE ARBEIDSMARKT IS NIET PERFECT!
• Arbeid is GEEN homogeen product:
• Immers een notaris kan het werk van een arts niet uitvoeren en een stratenmaker niet het
werk van een notaris.

• Arbeid is opgedeeld in verschillende deelmarkten.


• De markt naar docenten economie of de markt naar chirurgen

• Bij de vraag naar arbeid wordt niet alleen gekeken naar de hoogte van het gewenste loon,
maar ook naar ervaring, opleiding, kennis etc.

• Vakbonden onderhandelen collectief over arbeidsvoorwaarden en loon (CAO)

• De overheid heeft arbeidswetgeving ingesteld die bepalen hoe lang iemand mag werken en
welk minimumloon er geldt.
DE ROL VAN DE VAKBOND OP DE
ARBEIDSMARKT
• Werkgevers en werknemers onderhandelen over arbeidsvoorwaarden zoals:
• Loon
• Werktijden
• Vakantiedagen etc.

• Deze arbeidsvoorwaarden worden vastgelegd in een cao (collectieve arbeidsovereenkomst) die


eventueel algemeen verbindend wordt verklaard. (het geld niet voor één bedrijf of alleen de
leden van de vakbond maar voor de hele sector)

• VAKBONDEN komen op voor de belangen werknemers

• WERKGEVERSORGANISATIES komen op voor belangen van de werkgevers

• Kijken: https://www.youtube.com/watch?v=NBsy7MNqzNg
INVLOED CAO - /MINIMUMLONEN OP
ARBEIDSMARKT (prijs onder marktevenwicht)
Welk invloed heeft een CAO loon onder de evenwichtsprijs?
50

Loon x (€ 1.000)
Gegeven zijn de volgende functies voor Qa en Qv:
• Qa = 5p - 50
• Qv = - 8p + 314 40

In de onderhandelingen tussen werkgevers en vakbonden wordt 30


een cao-loon afgesproken van €22,50
Cao-loon
GEVOLG: 20
• Het voor het aanbod → Qa = 5 x 22,5 – 50
Qa = 62,5
10
• De voor de vraag → Qv = -8 x 22,5 + 314
Qv = 134
0 50 100 150 200 250
CONCLUSIE: Aantal arbeiders
bij een lagere loon, dan de evenwichtsloon zijn er weinig mensen vacatures (x 1.000)
die zich aanbieden om te werken en zijn er meer
arbeidsplaatsen beschikbaar.
VACATURES = VRAAG > AANBOD → 134 – 62,5 = 71,5 (x 1.000)
INVLOED CAO - /MINIMUMLONEN OP
ARBEIDSMARKT (prijs boven marktevenwicht)
Welk invloed heeft een minimumloon boven de
evenwichtsprijs? 50

Loon x (€ 1.000)
Gegeven zijn de volgende functies voor Qa en Qv:
• Qa = 5p - 50
40
• Qv = - 8p + 314
30 minimumloon
De overheid grijpt in op de arbeidsmarkt en stelt een
minimumloon vast van €30
20
GEVOLG:
• Het voor het aanbod → Qa = 5 x 30 – 50
Qa = 100 10

• De voor de vraag → Qv = -8 x 30 + 314


Qv = 74 0 50 100 150 200 250
Aantal arbeiders
CONCLUSIE: werkloosheid (x 1.000)
bij een hogere loon, dan de evenwichtsloon zijn meer mensen
bereid om te werken en zijn er minder arbeidsplaatsen
beschikbaar (arbeid wordt duurder voor de werkgever)
WERKLOOSHEID = AANBOD > VRAAG → 100 – 74 = 26 (x 1000)
OORZAKEN VAN WERKLOOSHEID
WERKLOOSHEID kan verschillende oorzaken hebben:

1. Frictiewerkloosheid (kortdurende werkloosheid)


• De tijd dat iemand werkloos is in verband met verhuizing en het zoeken naar een baan na
je afstuderen

2. Conjuncturele werkloosheid
• Werkloosheid dat ontstaat door schommelingen in de economie
• In tijden van laagconjunctuur, nemen de bestedingen af → daalt de productie → daalt de
vraag naar arbeid → neemt werkloosheid toe

3. Structurele werkloosheid
• Kosten van arbeid zijn te hoog → werkgevers zoeken naar manieren om efficiënter
(kostenbesparend) te produceren
• Door automatisering, mechanisering en robotisering zijn minder arbeiders nodig (kapitaal
vervangt arbeid)
• Ook kunnen werkgevers de productie verplaatsen naar het buitenland (landen met lage
loonkosten) → werkplekken gaan verloren in eigen land

You might also like