Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 69

Eddie Flynn 06 Advocaat van de duivel

1st Edition Steve Cavanagh


Visit to download the full and correct content document:
https://ebookstep.com/product/eddie-flynn-06-advocaat-van-de-duivel-1st-edition-stev
e-cavanagh/
More products digital (pdf, epub, mobi) instant
download maybe you interests ...

Eddie Flynn 07 De handlanger 1st Edition Steve Cavanagh

https://ebookstep.com/product/eddie-flynn-07-de-handlanger-1st-
edition-steve-cavanagh/

13 1 Eddie Flynn 2019th Edition Steve Cavanagh

https://ebookstep.com/product/13-1-eddie-flynn-2019th-edition-
steve-cavanagh/

De dwergen 06 De terugkeer van de dwergen 01 1st


Edition Markus Heitz

https://ebookstep.com/product/de-dwergen-06-de-terugkeer-van-de-
dwergen-01-1st-edition-markus-heitz/

■■ Fifty Fifty ■■■ ■■■ Steve Cavanagh

https://ebookstep.com/download/ebook-54792098/
Xondaro 1st Edition Vitor Flynn Paciornik

https://ebookstep.com/product/xondaro-1st-edition-vitor-flynn-
paciornik/

El zafiro perdido de Zangrabar 1st Edition Steve Higgs

https://ebookstep.com/product/el-zafiro-perdido-de-zangrabar-1st-
edition-steve-higgs/

De labyrintrenner 06 De Labyrintrenner files 1st


Edition James Dashner

https://ebookstep.com/product/de-labyrintrenner-06-de-
labyrintrenner-files-1st-edition-james-dashner/

A fúria do Nuclear 06 6th Edition Ethan Van Sciver Gail


Simone Yildiray Cinar Norm Rapmund

https://ebookstep.com/product/a-furia-do-nuclear-06-6th-edition-
ethan-van-sciver-gail-simone-yildiray-cinar-norm-rapmund/

El escultor 1st Edition Steve Mccloud

https://ebookstep.com/product/el-escultor-1st-edition-steve-
mccloud/
Van Steve Cavanagh zijn verschenen:

Het verweer
Het pleidooi
De getuige
Dertien
Fiftyfifty
Verdraaid
© 2021 Steve Cavanagh
All rights reserved
© 2022 Nederlandse vertaling
uitgeverij Luitingh-Sijthoff bv, Amsterdam
Alle rechten voorbehouden
Oorspronkelijke titel The Devil’s Advocate.
Vertaling Fons Olheten
Omslagontwerp The Orion Publishing Group/Roald Triebels
Omslagbeeld Henry Steadman/Shutterstock
Opmaak binnenwerk Crius Group, Hulshout

ISBN 978 90 210 3757 8


ISBN 978 90 210 3772 1 (e-book)
ISBN 978 90 210 3771 4 (luisterboek)
NUR 332

www.lsamsterdam.nl
www.boekenwereld.com

Uitgeverij Luitingh-Sijthoff vindt het belangrijk om op milieuvriendelijke en


verantwoorde wijze met natuurlijke bronnen om te gaan. Bij de productie van dit
boek is daarom gebruikgemaakt van papier waarvan het zeker is dat de productie
niet tot bosvernietiging heeft geleid.
Voor mijn vrienden John, Matt en Alan
Proloog
Holman-gevangenis,
Escambia County, Alabama
Randal Korn had vier lange jaren op dit moment gewacht.
Hij stond met de armen over elkaar in de executieruimte naar de
mahoniehouten stoel te staren. Die was bijna honderd jaar oud en
was met van het verderop gelegen State Highway Department
geleende wegenverf knalgeel geverfd. De stoel werd Yellow Mama
genoemd.
Honderdnegenenveertig mensen hadden in die stoel gezeten
zonder ooit nog op te kunnen staan.
De digitale klok aan de muur gaf 23.45 uur aan.
Het was bijna zover. Hij verliet de bakstenen kamer en kwam in een
betonnen, verveloze gang met links de deur van de kamer
waarvandaan de stoel werd bediend – de hotbox. Hij liep door naar
het einde van de gang. Daar stonden twee banken tegenover elkaar.
Op de ene zat een geestelijke, op de andere het executieteam, vier
gevangenbewaarders, getraind om de gevangene binnen twee
minuten van zijn dodencel naar de stoel te begeleiden en vast te
gespen.
Korn zwaaide naar het executieteam en de hoofdbewaarder knikte
terug. Hij negeerde de geestelijke. Achter de banken liep een smalle
gang naar links met aan het einde een kleine traliecel. Darius
Robinson zat op de brits tv te kijken. Hij had zijn laatste maaltijd
achter de kiezen – een wienerschnitzel, maisbrood en een Pepsi. De
geestelijke had hem de laatste sacramenten toegediend. Zijn hoofd
en linkerslaap waren net kaalgeschoren. Tussen Darius en Yellow
Mama stond één man.
Zijn naam was Cody Warren.
Cody stond buiten de cel en gebruikte de wandtelefoon. Korn wist
precies wat Cody aan het doen was. Hij had het kantoor van de
gouverneur aan de lijn en wachtte terwijl gouverneur Chris Patchett
de papieren bekeek die Cody hem had gestuurd. Daarin werd om
uitstel van executie gevraagd. Als advocaat met ervaring met
doodstrafzaken in Alabama was Cody dé persoon die de gouverneur
zou kunnen overhalen om het leven van zijn cliënt te sparen.
Korn stond doodstil. Een lange, magere man met weinig spieren en
zonder lichaamsvet. Niet dat hij er wat aan deed. Hij at gewoon
weinig en dat was te zien. Scherpe jukbeenderen waarmee je een
stuk vlees zou kunnen doorsnijden. Nergens ouderdomsrimpeltjes.
Sommigen zeiden dat hij het gezicht had van een zonderlinge
porseleinen pop. Met zijn naar één kant gekamde donkere haar en
zijn zorgvuldig op zijn neus gedrukte bril met draadmontuur zag hij
eruit als een veel oudere man die een jonger lichaam had gestolen
om in te wonen. Korn had kleine, zwarte ogen die door zijn
wenkbrauwen bijna aan het oog werden onttrokken, alsof hij zijn blik
wilde verhullen. Zijn mond was niet meer dan een donkere streep.
Als hij ooit aan sport had gedaan zou dat twee meter lange lichaam
een voordeel geweest kunnen zijn, maar in plaats van aan sport te
doen bleef hij binnen in het donker zitten lezen, leren en denken. Als
een oude spin die een web spon, dat alleen hij kon zien.
Darius Robinson, vijfentwintig jaar oud, had vier jaar eerder voor
moord de doodstraf gekregen. Zijn beroepsmogelijkheden waren
snel uitgeput. Het slachtoffer, een verkoper van tweedehandsauto’s,
was tijdens een overval in de borst geschoten. Een man genaamd
Porter had de verkoper neergeschoten en hem van vijfduizend dollar
beroofd. Robinson had hem naar en van de plek van de overval
gereden. Hij bleef volhouden dat hij niet had geweten dat Porter
bewapend was, hij had hem er alleen naartoe gereden om een
nieuwe auto op te halen. Porter was vierentwintig uur na de overval
door de politie doodgeschoten. Robinson vertelde de jury dat hij niet
bewapend was geweest en dat hij zelfs geen voet op het terrein had
gezet. Hij had de hele tijd in de auto zitten wachten zonder te weten
dat Porter van plan was om iemand te beroven, totdat hij het schot
hoorde. Hij vertelde zelfs dat Porter hem na de overval had gedreigd
neer te schieten als hij hem niet wegreed van de plek van het
incident.
Dat maakte in Sunville County allemaal niets uit. Randal Korn, de
officier van justitie van de county, overtuigde de jury ervan dat
Robinson wist dat Porter bewapend was en van plan was een overval
te plegen. Volgens de wet was dat genoeg om Robinson ter dood te
veroordelen en hem te behandelen alsof hij het pistool zelf had
afgevuurd. Alle executies in Alabama worden in Holman uitgevoerd,
in Escambia County, de county naast Sunville.
Korn wist dat er altijd een gerede kans was dat de doodstraf van
Darius omgezet zou worden, omdat Porter degene was geweest die
de trekker daadwerkelijk had overgehaald.
Cody was ouder dan Korn, en de drieënzestig jaren die hij achter
de rug had, hadden allemaal hun sporen in zijn gezicht
achtergelaten. Zijn voorhoofd was diep gegroefd. Zijn ogen, ingebed
in kraaienpoten, stonden nog steeds helder – vol hoop. Zijn colbertje
lag samen met zijn das op de geschilderde betonnen vloer. Hij
veegde het zweet van zijn voorhoofd over zijn grijze haren en drukte
vervolgens de telefoon weer tegen zijn oor. Cody Warren was een
goede advocaat. Hij zou Darius niet vrij kunnen krijgen, maar hij was
ervan overtuigd dat hij wel zijn leven zou kunnen redden.
‘Al iets gehoord van het kantoor van de gouverneur?’ vroeg Korn.
Cody draaide zich om, schudde zijn hoofd en keek op zijn horloge.
Tien minuten voor middernacht. Tien minuten scheidden Darius
Robinson van zijn laatste stappen naar de stoel. De wandtelefoon
had een directe verbinding met het kantoor van de gouverneur, maar
meestal stonden advocaten in de wacht. Zoals Cody nu. Luisterend
naar een oorverdovende stilte en wachtend op een daad van
barmhartigheid.
‘Hij gaat mijn straf omzetten. Dat weet ik zeker. Ik ben onschuldig,’
zei een stem. Korn draaide zich om. Darius, in zijn dodencel, klampte
zich vast aan de tralies. Hij hipte van de ene voet op de andere en
beet gespannen op zijn lip. Hoewel het in de gang koel was, was zijn
gezicht bezweet. Wachten op een telefoontje dat beslist of je blijft
leven of gaat sterven kan iemand verscheuren. De spanning was van
Darius’ gezicht af te lezen.
Korn haalde zijn mobieltje uit zijn zak, swipete, toetste iets in en
hield het tegen zijn oor.
‘Vicegouverneur Patchett,’ zei Korn. ‘Ik ben hier met Cody Warren
en de man om wie het gaat, meneer Robinson. Volgens mij staat de
heer Warren al een tijdje in de wacht terwijl hij probeert het kantoor
aan de lijn te krijgen.’
Tegen de gouverneur van Alabama was een afzettingsprocedure
gestart. Die was uitgesteld omdat de gouverneur met ziekteverlof
was. Op dat moment lag hij in een ziekenhuis in Arkansas. Omdat hij
zich niet in de staat bevond nam de vicegouverneur zijn taken over.
Korn toetste op het speakericoontje zodat Cody en Darius het ook
konden horen.
‘Ik ben de zaak nog aan het overwegen, wilde eigenlijk eerst uw
mening horen,’ zei Patchett.
‘Prima, geeft u me even de gelegenheid om de situatie met de heer
Warren te bespreken. Blijft u aan de lijn.’
Warren smeet de hoorn op de haak. Hij had al bijna een uur in de
wacht gestaan. Korn vond het fijn om hem te laten weten dat hij de
gouverneur te spreken kon krijgen wanneer hij maar wilde. Dit soort
machtsspelletjes gaven hem een kortstondig gevoel van opwinding.
‘Luister, Korn. Zijn rol in de overval was klein, van welke kant je het
ook bekijkt. Hij verdient het niet om te sterven, en dat weet jij ook.
Hij is jong en heeft nog een heel leven voor zich. Ik ben ervan
overtuigd dat er ooit nieuw bewijs boven tafel zal komen waardoor
zijn naam gezuiverd zal worden. Alsjeblieft, geef hem nou gewoon
een kans,’ zei Warren. Zijn stem klonk krakerig en schel – hij was vijf
dagen, dag en nacht, in touw geweest om Darius Robinson van de
stoel te redden.
Korn bleef hem met het uitdrukkingsloze poppengezicht
onbewogen aankijken. Hij reageerde niet en genoot van de
vragende blik in Warrens ogen. Warren speurde met ingehouden
adem naar een antwoord, naar een sprankje hoop.
Niemand zei wat. Niemand durfde adem te halen. Korn kon, als hij
dat wilde, doodstil blijven staan, een van de andere eigenschappen
waardoor hij af en toe bijna levenloos leek. De onheilspellende stilte
die hen omhulde was vervuld van mogelijkheid en vrees. Korn
dompelde zich onder in die dreigende stilte alsof hij aan het baden
was in dood water.
Opeens werd de stilte doorbroken. Darius haalde adem. Hij haalde
diep adem. Zoals het tijdelijke vacuüm in de ruimte wanneer de kern
van een ster instort en alles in zijn gebroken hart wordt gezogen,
vlak voordat hij implodeert.
‘Porter richtte na de overval een wapen op me! Als ik niet had
gedaan wat hij zei had hij me vermoord. Ik wist niet dat hij iemand
zou neerschieten en beroven. Dat zweer ik jullie!’ schreeuwde
Darius. Angst en wanhoop dropen van ieder woord.
‘Ik geloof je,’ zei Korn.
‘Wat zeg je?’ vroeg Warren.
‘Ik geloof hem. En de vicegouverneur zal doen wat ik hem vertel.
Wacht maar, geef me even de tijd, het zal allemaal spoedig voorbij
zijn,’ zei Korn.
De tranen stroomden Darius Robinson over de wangen.
Cody Warren stond erbij alsof er net een last van vijfhonderd pond
van zijn schouders was gewenteld. Hij keek naar het plafond,
fluisterde een dankjewel naar de hemel en sloot zijn ogen. Hij had
het leven van een jonge man gered, en op dat moment voelde niets
zo zoet als die opluchting.
Hij beende naar de dodencel, stak zijn armen door de tralies en
pakte het hoofd van zijn cliënt vast. ‘Het gaat goed komen,’ zei hij.
Korn drukte met zijn duim op het telefoonschermpje. ‘Gouverneur,
bent u nog aan de lijn?’
‘Ja. We hebben maar heel weinig manoeuvreerruimte, Randal. Wat
wil je dat ik doe? Door wat de heer Warren naar voren heeft
gebracht neig ik ertoe om de straf om te zetten, maar ik zal niet
tegen mijn officier van justitie ingaan – niet als je er een
uitgesproken mening op na houdt. Hoe sta je hierin?’
Korn deed een stap naar achter en genoot van het tafereeltje vóór
hem. Warren en Robinson omhelsden elkaar door de tralies van de
cel. Ze huilden nu allebei.
‘Ik heb met de heer Warren gepraat. Zijn argument voor het
omzetten van Robinsons straf is bijzonder overtuigend. Ik begrijp dat
uw voorkeur daar ook naar uitgaat. Het is niet gemakkelijk om in
naam van de gerechtigheid iemands leven te nemen,’ zei Korn.
Warren en Robinson glimlachten nu door hun tranen heen, nee, ze
lachten. De immense, onvoorstelbare angst die hen wekenlang in
zijn greep had gehouden, was verdwenen en de opluchting was
totaal.
‘Maar dat is nou net de reden waarom we in deze zaak de straf in
stand móéten houden,’ zei Korn.
Warren was de eerste die in de gaten had wat Korn net had
gezegd. Hij keek als door een wesp gestoken om en staarde naar de
officier van justitie.
‘Een jury heeft de heer Robinson veroordeeld voor moord en hem
de doodstraf gegeven. We tonen die jury en het slachtoffer van de
heer Robinson geen respect als we hem laten leven. Nee, als het
aan mij ligt sterft Darius Robinson vannacht.’
Warren wilde naar Korn toe lopen, maar twee bewakers versperden
hem de weg, grepen hem vast en duwden hem terug.
‘Zoals ik al zei, Randal, zal ik niet tegen jouw wens ingaan. De
executie zal zoals gepland doorgaan. Beroep afgewezen,’ zei
Patchett.
Het gevangenispersoneel had wekenlang geoefend voor deze dag.
Ze controleerden of de riemen stevig waren, of de spons op het
hoofd genoeg saline bevatte en of de elektroden zorgvuldig
bevestigd waren. Ze waren in minder dan twee minuten klaar,
verlieten de executieruimte en lieten Robinson vastgegespt en
geblinddoekt op Yellow Mama achter.
De bakstenen ruimte zelf was relatief klein. De stoel stond in het
midden, met de voorkant naar het grote raam voor de
toeschouwersruimte. De controle van het elektrische systeem werd
vanuit een apart vertrek gedaan. Korn zou de executie door het
ruitje van de deur van de controlekamer bekijken.
Robinsons blauwe gevangenispak had een kleine verandering
ondergaan. Zijn linkerbroekspijp was vlak boven de knie weggeknipt.
Op zijn kuit was een elektrode bevestigd die met een geleidergel
was ingesmeerd. Beide benen waren bij de enkels met dikke leren
riemen met glanzende zilveren gespen aan de stoel vastgesjord.
Rond zijn maag, borst, armen en voorhoofd zaten meer riemen. Een
spons met precies de juiste hoeveelheid saline zat al aan de
elektrode op wat ze de ‘helm’ noemden, de kap waar Korn de
meeste opwinding over voelde. Als er te veel saline in de spons zat
zou er kortsluiting veroorzaakt worden. Te weinig, en het hoofd van
Darius zou in de fik vliegen.
Het gevangenisuniform zat onder de vochtplekken. Onder de armen
en op de borst. Robinson zweette als een otter. Hij was weliswaar
strak vastgegespt, maar trilde toch als een pistool in een kinderhand.
Met een hendel in de controlekamer werd het gordijn in de
executieruimte opengetrokken, waardoor de glazen wand en de
mensen erachter zichtbaar werden. Een vijftal getuigen. Geen
nabestaanden van de dode autohandelaar die door Porter was
vermoord. Nee, dit waren professionele getuigen en journalisten.
Cody Warren ontbrak. Hij was het gebouw uitgezet. Korn kon de
getuigen zien, maar zij hem niet. Zijn raam was van doorkijkglas.
De veroordeelde kreeg de gelegenheid voor een laatste woord.
‘Ik ben onschuldig, iedereen weet dat.’
Korn wist het. En het interesseerde hem geen bal. Hij was geen
openbaar aanklager in een staat met de doodstraf geworden om
zichzelf druk te maken over schuld of onschuld. Het was het systeem
dat hem aansprak. Het rechtssysteem was niet meer dan een
dekmantel om zijn ware aard te verhullen.
Alles was nu rustig. Toen hoorde hij de machine tot leven komen.
Korn hoorde ook nog iets anders: een laag bromgeluid dat
plotseling luider werd. Robinsons linkerschouder schokte en klapte
vervolgens tegen de stoel.
Yellow Mama was aan haar eerste cyclus begonnen.
Bijna tweeënhalfduizend volt joeg nu door Robinsons lichaam. Korn
sperde zijn ogen open, zijn lippen gingen iets van elkaar. Hij kreeg
een metalige smaak in zijn mond. De sfeer was geladen.
De eerste twee seconden leek het alsof Robinsons schouders door
een onzichtbare kracht tegen de rugleuning van de stoel werden
gedrukt. De volgende twee seconden schokte zijn lichaam alle
kanten op, alsof er een drilboor in zijn maag zat. Deze eerste optater
zou hem buiten westen moeten krijgen, zijn hart moeten laten
stoppen.
Dat gebeurde allebei niet. De menselijke schedel is een waardeloze
geleider.
Na opnieuw vijf seconden werd de stroom uitgeschakeld. Toen hij
weer werd ingeschakeld, was het slechts zevenhonderd volt. Na
dertig seconden zou de machine automatisch uitschakelen. Als
Robinson dan nog niet dood was, zou alles opnieuw beginnen.
Korn stond bij het raam en keek toe, onafgebroken, zonder zijn blik
van Robinson af te wenden.
Hij bleef naar de man in de stoel kijken, zelfs toen diens huid
begon te roken. Zelfs toen door de stroom diens linkerscheenbeen
brak. Zelfs toen er bloederig schuim uit diens mond kwam.
Korn had de hele tijd het gevoel dat er elektriciteit door zijn eigen
bloedvaten stroomde, een soort primitieve kracht. Als officier van
justitie lagen leven en dood in zijn lange, gekromde handen. En hij
vond dat heerlijk. Hij had deze man gedood, misschien niet zelf,
maar zo voelde het wel, en die gedachte was bedwelmend. Iemand
neerschieten of overhoopsteken was voor Korn iets totaal anders. Te
dierlijk. Korn doodde door de macht te gebruiken van zijn functie, en
van zijn geest, en van zijn vakkundigheid. En daar beleefde hij meer
plezier aan dan hij ooit had kunnen denken. Al die tijd hoopte hij dat
Robinson in leven bleef, nog ietsje langer.
Lang genoeg om het lijden te laten voortduren.
Toen het achter de rug was hing er een rookwolk boven Yellow
Mama en was Korn buiten adem.
Het duurde negen minuten voordat Darius Robinson dood was.
En tijdens die negen helse minuten voelde Randal Korn dat hij echt
leefde.
VIJF MAANDEN LATER

Skylar Edwards

Skylar Edwards verstopte zich in de hoek van de keuken van Hogg’s


Bar en gebruikte beide duimen om een bericht op haar telefoon te
typen. De klikjes die ze bij iedere tik op het schermpje hoorde waren
niet meer dan effectgeluidjes, ze imiteerden het geluid van een oud
toetsenbord, maar zelfs die klikjes verrieden de woede die ze net in
haar bericht had gestopt. Ze was klaar met het berichtje, drukte op
versturen en deed de telefoon terug in haar broekzak. Ze hoopte dat
de bareigenaar nog niet naar haar op zoek was gegaan.
Het was bijna middernacht, de keuken was al urenlang dicht. De
chef-kok, die die kwalificatie nauwelijks verdiende, had de grill met
een vieze doek afgeveegd en was kort erna vertrokken. Ze had geen
goede reden om daar te zijn, anders dan dat ze vijf minuten privacy
met haar telefoon wilde. Een antwoord zou niet lang op zich laten
wachten. Haar vriend, Gary Stroud, stuurde nooit lange berichtjes.
Om zijn slechte spelling te verbergen gebruikte hij emoji’s, of gifjes.
Maar Skylar had helemaal geen tijd om te wachten. Ze liep door de
dubbele deuren naar de gang, langs de toiletten en via een andere
deur de bar in.
Er waren nog maar drie klanten. Locals uit Buckstown. Uit de
luidspreker die in de hoek van de bar stond klonk nog steeds rustige
rockmuziek, maar de klanten letten er niet op. Ze keken naar de tv.
‘Hé, Ryan, kun je het geluid wat harder zetten?’ vroeg de grote
man aan het eind van de bar. Hij was daar na het eten gaan zitten
en zat er nog steeds. Hij zat te werken en dronk ondertussen
mineraalwater en gingerbeer. Ze had hem hier eerder gezien. Hij
kwam meestal binnen als het rustig was, deed wat schrijfwerk en
keek naar een wedstrijd. Geen aantrekkelijke man, maar hij was
goedgebouwd en gaf altijd flinke fooien.
Ryan zette twee volle bierglazen voor de andere twee klanten neer.
‘Natuurlijk, Tom,’ zei hij.
Tom. Dat was zijn naam. Ze wist dat hij als openbaar aanklager bij
het Openbaar Ministerie werkte. Ze had hem op tv gezien en had het
een maand of vijf geleden zelfs met hem over een van zijn zaken
gehad. Over de man die in Escambia County was geëxecuteerd. Tom
had geholpen om de man veroordeeld te krijgen. Hij zei er weinig
over, maar ja, hij praatte sowieso niet veel. Ryan Hogg, de
bareigenaar, deed altijd extra aardig tegen hem.
Ze keek op naar de tv terwijl Ryan de stereo zachter zette en het
volume van de flatscreen aan de wand boven de bar
omhoogdraaide. De nieuwe gouverneur, Patchett, was op het
nieuws, en praatte over de fabriek.
‘... ik zal alles doen wat nodig is om die banen bij Solant Chemicals
te redden...’
‘Gaan ze de fabriek sluiten?’ vroeg Ryan.
‘Daar dreigen ze al jaren mee,’ zei Tom. ‘Als de gouverneur erbij
betrokken is, ziet het er deze keer serieus uit.’
Skylar begon lege glazen te verzamelen terwijl ze ondertussen naar
de tv bleef kijken. Haar vader, Francis, werkte op die fabriek. Hij
reed op de vrachtwagen, al zo’n twintig jaar, en hij verdiende
genoeg om Skylar naar de universiteit te kunnen laten gaan. Skylar
was intelligent; toch was ze niet in aanmerking gekomen voor een
beurs, en haar vader betaalde haar collegegeld. Als hij die baan
kwijtraakte zou ze misschien moeten stoppen. Nog iets om zich
zorgen over te maken.
Haar telefoon zoemde in haar broekzak. Ze draaide zich om zodat
Ryan niet kon zien dat ze hem uit haar zak haalde. Ryan Hogg was
geen slechte baas. Hij betaalde iets beter dan de meeste anderen en
hij pikte niets in van haar fooien. Hij zei nooit iets ongepast en
raakte haar met geen vinger aan. Toch betrapte ze hem er soms op
dat hij naar haar loerde. En niet op een manier waarop een baas
controleert of zijn werkneemster tijd verdoet met het appen met
haar vriendje. Het was maar een blik, maar het gaf haar toch een
beetje een misselijkmakend gevoel.
Ze opende het berichtje. Een hartje en Kom alsjeblieft snel. Gary’s
zus, Tori, gaf die avond een feest en hij had haar gesmeekt om zich
ziek te melden. Ze had hem gezegd dat ze moest werken en daar
baalde hij van. Hij had lopen zeuren dat ze vroeg weg moest gaan
en naar hem toe moest komen. Skylar wilde Gary geen valse hoop
geven. Ze was moe en had weinig zin in feesten. Hij had dagenlang
lopen emmeren over het feest en daarom had ze Tori geappt en
haar gevraagd of het feest nog aan de gang zou zijn als haar dienst
erop zat.
‘Is dat een tweeduimengesprekje?’ vroeg Andy.
Ze kende zijn stem en draaide zich glimlachend naar hem om. Andy
had zijn handen vol vieze bierglazen. In de tijd dat zij afgeleid was
geweest had hij de rest van de tafels afgeruimd.
‘Wat bedoel je met een tweeduimengesprekje?’ vroeg ze.
‘Als jij en Gary ruzie hebben gebruik je beide duimen bij het appen.
Soms denk ik dat je het schermpje breekt, zo snel typ je,’ zei hij.
Ze schonk hem een warme glimlach. Andy Dubois maakte het werk
in Hogg’s Bar een stuk aangenamer. Hij was jonger dan zij, ietsje
maar, en zou in september beginnen met zijn studie. Een intelligent
joch, met een warm hart. Een grotere uitblinker dan Skylar, want hij
had een volledige beurs gewonnen. Ze misgunde het hem niet, want
dat was de enige manier waarop Andy naar de universiteit zou
kunnen. Andy was alleen met zijn moeder. In Buckstown kon de
blanke middenklasse, waartoe de ouders van Skylar behoorden, zich
redden en verdiende genoeg om geld opzij te kunnen zetten. De
arme zwarte en immigrantenfamilies die aan de andere kant van de
stad woonden leken het zwaarder te hebben. Als Skylar klaar was
met de studie zou ze als de wiedeweerga uit deze stad verdwijnen.
Ze wist dat Andy hetzelfde zou doen, en hij zou zijn moeder
meenemen.
Andy draaide zich met een glimlach om en bracht de vieze glazen
naar de bar. Ze zag uit de achterzak van zijn spijkerbroek een
paperback steken. Ieder vrij moment was Andy aan het lezen. Hij
had geen mobiele telefoon. Skylar dacht dat ze, als ze net zoveel tijd
aan lezen zou hebben besteed als dat ze op haar telefoon had
gekeken, misschien toch die beurs wel gekregen zou hebben. Maar
goed, het herinnerde haar er ook aan dat ze volgende maand een
nieuwe telefoon zou kunnen nemen. Ze had al besloten om haar
oude met wat beltegoed aan Andy te geven.
Skylar pakte de laatste glazen en Ryan gaf de twee klanten aan de
bar bedekt te kennen dat het tijd was om af te sluiten.
Het waren indrukwekkende mannen. De een was groot, de ander
was van gemiddelde lengte, maar beiden waren wandelende
spierbundels.
Twee smerissen, allebei in burgerkleren, buiten diensttijd.
De grote was hulpsheriff Leonard. Hij had rood haar, een snor en
behoorlijk wat kapsones. De ander was hulpsheriff Shipley. Hij had
kleine, donkere ogen die vanuit vreemde hoeken licht leken te
vangen – bijna alsof er achter zijn oogbollen vuur brandde waar
slechts af en toe een glimp van te zien was. Hij was niet zo’n
heethoofd als Leonard, maar Skylar vermoedde dat hij gevaarlijker
was.
Ze waren stamgasten en zaten altijd op krukken aan de bar, zodat
ze geen fooi hoefden te geven aan de serveerster. Ryan deelde de
barfooien niet. Wat op tafel werd gelegd was voor Skylar en Andy,
de biljetten die op de bar werden gelegd waren voor hem.
‘Hé, Sky, werkt je vader nog steeds op de fabriek?’ vroeg Leonard.
Hij noemde haar Sky. Niemand anders deed dat, maar ze
glimlachte en gaf als altijd antwoord.
‘Zeker,’ zei ze.
‘Voor heel wat mensen worden het moeilijke tijden,’ zei Shipley,
waarna ze verdergingen met hun eigen gesprek. Skylar laadde de
afwasmachine in terwijl Tom zijn papieren bij elkaar greep, zijn
rekening betaalde en de voordeur uit liep. Ryan begon de lichten uit
te doen. Pas toen begrepen Shipley en Leonard de boodschap en
vertrokken. Ze maakten de bar aan kant; daarna zei Ryan tegen
Skylar en Andy dat ze konden gaan.
Ze gingen samen weg. Om ongeveer kwart over twaalf stapten ze
de avondwarmte in. Ze wuifde Andy goedenacht, waarna hij aan zijn
lange wandeling naar huis begon. Een appje.
Een antwoord van Tori: Welk feest?
Skylar haalde haar vingers door haar haren en vloekte. Ze nam een
screenshot van Tori’s berichtje en stond op het punt om die met een
wtf? Je loog over een feest? aan Gary te sturen, toen haar telefoon
ging. Het was Tori. Ze nam aan.
‘O, mijn god, het spijt me. Kom alsjeblieft, ik heb het verkloot,’ zei
Tori. Op de achtergrond klonk harde rockmuziek.
‘Wat is er verdomme aan de hand? Gary heeft me wekenlang aan
mijn kop gezeurd om naar dat grote feest bij jou thuis te komen.’
‘Ja, kom nou maar gewoon,’ zei ze aarzelend.
Skylar was al met Tori bevriend nog voordat ze Gary zelfs maar had
ontmoet. Ze kende haar goed en wist het als ze iets achterhield.
‘Wat is er aan de hand? Vertel, nu. Of anders bel ik Gary en...’
Tori onderbrak haar.
‘Ik ben in Buddy’s Bar. Gary is bij mij thuis. Alleen. Je moet gaan...’
‘Vertel me verdomme wat er aan de hand is, of ik...’
‘Hij heeft een ring gekocht,’ zei Tori.
Skylar sloeg een hand voor haar mond op het moment dat ze een
hap lucht nam. Daardoor werden haar lippen min of meer vacuüm
gezogen, alsof ze geen lucht meer wilde laten ontsnappen. Zo bleef
ze even staan.
‘Het spijt me, ik heb het zo vreselijk verkloot. Alsjeblieft, ga daar
nou maar gewoon naartoe. Hij wacht op je om je te verrassen. Dus
doe verdomme verrast en vertel hem niet dat ik het je heb verteld.’
‘Ik kan niet geloven dat hij dit heeft gedaan...’
‘Hij is het al wekenlang aan het plannen geweest. Het is op de dag
af vijf jaar sinds je hem hebt ontmoet. Bij mij thuis. Hij wilde er iets
speciaals van maken.’
Er klonk nu warmte door in Tori’s stem en Skylar voelde dat ze
tranen in haar ogen kreeg. Vreugde golfde vanuit haar maag
omhoog en zette zich vast in haar keel. Zij en Gary hadden een
gedenkdag – gemarkeerd door hun eerste afspraakje. Ze wist niet
eens meer wanneer ze elkaar voor het eerst hadden ontmoet, maar
dat hij dat nog wel wist was ongelofelijk lief, en dat hij zich al deze
moeite had getroost.
‘We gaan zussen worden,’ zei Skylar. ‘Echte.’
‘Betekent dit dat je ja gaat zeggen!’ zei Tori.
‘Natuurlijk ga ik ja zeggen.’
Ze praatten nog even door, waarna Skylar het telefoontje
beëindigde. Ze moest naar Gary en kon haar opwinding bijna niet
bedwingen.
Hogg’s Bar lag aan Union Highway, ongeveer drie kilometer buiten
Buckstown, naast een pompstation.
Skylar stond zich naast de weg af te vragen wat ze zou doen.
Ze zou de stad in kunnen lopen. Dat had ze eerder gedaan. Maar
het was vannacht warm en ze was tien uur aan één stuk in de weer
geweest. Er reed altijd wel verkeer op de weg en dat minderde hier
bij binnenkomst van Buckstown altijd vaart tot zo’n vijftig kilometer
per uur. Ze zou met gemak een lift kunnen krijgen.
Dat had ze ook eerder gedaan. De stad had maar één taxibedrijf.
Geen van de onlinetaxibedrijven had zich tot dat moment in Alabama
gevestigd. Mensen kropen hier zelf achter het stuur. Zelfs als ze te
veel gedronken hadden.
Skylar stond langs de weg te wachten tot er een nuchtere,
vriendelijke chauffeur langskwam.
Ze was net begonnen haar vader te appen dat hij niet op hoefde te
blijven, toen een vrachtwagen met oplegger vaart minderde. Hij gaf
een lichtsignaal en stopte naast haar. Het portier aan de
bijrijderskant ging open. Skylar greep de klink en klom omhoog
zodat ze in de donkere cabine kon kijken.
Ze kon het gezicht van de chauffeur niet goed zien omdat hij een
pet ophad. Eén hand lag op het stuur, de andere op zijn dij.
‘Wil je een lift, jongedame?’ zei hij.
Er klopte iets niet aan deze man. Een geur in de cabine. Haar vader
was vrachtwagenchauffeur, ze was dus gewend aan de geur van
zweet, pruimtabak en koffie. Dat was het niet. Het was iets anders.
Iets smerigs.
Haar vader vond het vreselijk als ze dit deed. Hij maakte zich altijd
erg veel zorgen om haar. Volgens hem was ze te goedgelovig. Ze
moest nodig harder worden, anders zou er over haar heen worden
gelopen. Of erger. Natuurlijk had Skylar dit weggewuifd, maar op dit
moment dacht ze dat haar vader misschien toch gelijk had. Ze kon
zich voorstellen dat ze in zou stappen en dat, in de paar minuten dat
het duurde om in de stad te komen, een hand over de zitting naar
haar toe zou glijden. En vervolgens dat de truck niet in de stad zou
stoppen, dat ze Gary niet zou ontmoeten, dat ze nooit verloofd zou
raken en dat haar gezicht op een melkpak zou verschijnen. Maar
goed, ze wist niet of mensen van haar leeftijd met hun gezicht op
melkpakken terechtkwamen. Misschien deden ze dat niet meer, of
misschien was het alleen voor kinderen.
Toen trad het analytische deel van haar hersens in werking. De
kans dat haar iets zou overkomen tijdens een ritje met een vreemde
was klein. Erg klein. Misschien een kans van één op een miljoen. Ze
moest ophouden met zich zorgen te maken en gewoon in die
verdomde cabine stappen.
De chauffeur stak een hand uit om haar naar binnen te helpen.
Zijn huid was smerig. Ze kon het zweet op zijn hand zien, en de
lichte trilling, misschien van opwinding dat hij een jonge vrouw in
zijn cabine had. En een aantrekkelijke ook.
Iets in haar schreeuwde NEE.
‘Weet je, het is goed. Het spijt me, meneer, ik heb net bericht van
mijn vriend gekregen dat hij me op komt halen,’ zei ze, terwijl ze
terug op het asfalt stapte.
De chauffeur vloekte, maar ze hoorde niet precies wat omdat ze
het portier van zijn cabine dichtsloeg. Hij gaf gas en reed weg,
terwijl Skylar haar adem onder controle probeerde te krijgen.
Toen hoorde ze een wagen stoppen, precies op de plek waar de
truck had gestaan. Ze keek naar binnen en zag wie er achter het
stuur zat.
Dit was oké. Dit was geen vreemde. Het was misschien wel de
laatste persoon die ze verwachtte te ontmoeten. Maar ze kon rustig
instappen. Ze kende de chauffeur. Ze had hem nog geen twintig
minuten daarvoor in Hogg’s Bar horen praten terwijl ze de vieze
glazen ophaalde.
Skylar ging op de passagiersstoel zitten, zei dat ze naar de stad
wilde en begon haar vader te appen.
Je hoeft niet op te blijven. Ik heb een lift naar de stad gekregen van...
Toen de chauffeur haar in het gezicht sloeg gleed haar telefoon in
de ruimte tussen de passagiersstoel en de console. En daar bleef hij
liggen.
Skylar kreeg geen tijd om te schreeuwen, of te denken, of te
voelen.
Ze zou Tori’s huis nooit bereiken. Gary nooit meer kunnen kussen,
hem nooit zijn aanzoek horen doen en hem nooit haar antwoord
kunnen geven, en haar hart.
DRIE MAANDEN LATER
1
Eddie

Ik zoek geen problemen. Dat hoeft ook niet.


Ze vinden me vanzelf wel.
Als ze me geld zouden opleveren, zou het misschien nog niet eens
zo slecht zijn. Sommigen worden advocaat in de hoop veel geld te
verdienen. Geld is mooi, begrijp me niet verkeerd. Zoals iedereen
heb ik graag een rol bankbiljetten in mijn zak, maar ik wil ’s nachts
ook graag kunnen slapen. Hoe meer geld je in je zak hebt en hoe
meer tuig door jouw toedoen weer op straat terugkomt, hoe
moeilijker het is om te slapen. De rijkdom van een strafpleiter kan je
afmeten aan zijn bankrekening en aan de last die op zijn schouders
drukt. Tot die dag, die magische dag dat hij ophoudt met het zich
aan te trekken. Dan is er alleen nog het geld en daar kan hij dan van
genieten zonder dat zijn geweten hem in de weg zit.
Ik heb dat pad nooit bewandeld. Een cliënt die schuldig is vrij
krijgen was tegen de regels. Mijn regels. Dit maakt me of de
slechtste strafpleiter ter wereld, of de beste, afhankelijk van hoe je
het bekijkt. Ik hoefde er gelukkig niet over na te denken, want als ik
écht slecht bij kas zat, kon ik altijd naar Vegas om een gokje te
wagen aan de goktafels, en dat was genoeg om me erdoorheen te
helpen. Een vorig leven als oplichter is handig als strafzaken het
even af laten weten. Op dit moment ging het goed. Mijn nieuwe
partner, Kate Brooks, was een echte rainmaker. Meestal liet ze het
shit regenen op grote advocatenkantoren en bedrijven tijdens
groepsvorderingszaken die over ongewenste intimiteiten gingen. En
ze was er verrekte goed in. Onze detective, Bloch, die met Kate was
meegekomen, was zo ongeveer de vindingrijkste privédetective die
ik ooit had ontmoet. Dat Kate en Bloch jeugdvriendinnen waren
zorgde ervoor dat laatstgenoemde een beetje ontdooide. Ze zei niet
veel. Meestal praatte ze alleen met Kate. Dat betekende niet dat ze
onvriendelijk was – ze zei wat als ze wat te zeggen had en het was
goed om dan te luisteren.
Mijn advocatenkantoor floreerde. Harry Ford, een gepensioneerde
New Yorkse rechter en nu mijn adviseur, ontving op kantoor cliënten,
terwijl ik me in Center Street en de rechtbank van Brooklyn het vuur
uit de sloffen liep. Harry wilde liever op kantoor blijven zodat hij bij
zijn hond, Clarence, kon blijven, die nu zo ongeveer de kantoorhond
was.
Wat nog ontbrak was een goede secretaresse om de telefoon aan
te nemen, typewerk te doen en alles voor ons te regelen. Een
advocaat is zo goed als zijn administratieve hulp – en normaal
gesproken maar half zo slim.
Kate had een advertentie online gezet voor een juridisch
secretaresse en was bezig met de sollicitaties. Die ochtend zou
iemand op gesprek komen en Kate wilde dat ik erbij zou komen
zitten. We waren partners, alles fiftyfifty, inclusief beslissingen, goed
of slecht. Ze zou kwart over negen komen. Ons kantoor was in
Tribeca, vlak boven een tattooshop. Kate had een kantoor gewild in
een glanzende toren vlak bij Wall Street – helemaal van glas, grenen
en leer. Ik zou nooit op zo’n plek kunnen werken. Uit medelijden met
mij had Kate ermee ingestemd om een goedkope bedoening te
huren boven een tattooshop genaamd Stinkin’ Ink.
Kate en Bloch waren bij het kopieerapparaat in de weer met stapels
papier, Harry was op de bank in de kleine receptieruimte bezig met
Clarence. Hij had voor hem een mooie nieuwe halsband met gps-
zender gekocht. De afgelopen tien minuten had hij zonder succes
geprobeerd het ding te activeren. Ik probeerde de koffiemachine iets
te laten produceren wat mijn gehemelte intact zou laten, toen
beneden de zoemer ging.
‘Eddie, kun jij even kijken. Ik wed dat het Denise is,’ zei Kate.
‘Wie?’
‘Denise Brown, de sollicitant voor de baan van secretaresse. Heb je
haar cv niet gelezen?’
‘Heb je mij een cv gegeven?’
‘Afgelopen week. Het ligt waarschijnlijk nog op je bureau.’
Ik kon me niet herinneren dat ik het had gelezen. Dat wilde niet
zeggen dat ik het niet had gekregen. Administratie is mijn zwakke
plek.
Ik drukte op de knop om de voordeur te openen en wachtte
bovenaan de trap.
Ik hoorde zware voetstappen en vroeg me af of Denise misschien
laarzen droeg. Ik boog me over de balustrade. Degene die de trap
op kwam was wel de laatste persoon die ik wilde zien.
Hij had een gleufhoed op en droeg een oude, grijze regenjas die hij
waarschijnlijk had gekregen van een inmiddels overleden
echtgenote, want dat was ongeveer het enige excuus dat je zou
kunnen hebben voor het dragen ervan. Onder die jas droeg hij een
maatpak, en dat pak was gevuld met een bak problemen van
honderdvijfentachtig pond.
‘Ik ben bang dat je op moet donderen, tenzij je hier bent voor het
baantje van secretaresse,’ zei ik.
Eenmaal boven tikte hij tegen zijn hoed en keek me glimlachend
aan op een manier die me deed denken aan een krokodil die op het
punt stond om een hap uit mijn kont te nemen.
‘Mijn secretaressevaardigheden zijn niet meer wat ze geweest zijn,’
zei hij.
‘Kun je typen en koffiezetten? Zo ja, dan ben je aangenomen. Het
betaalt slecht, maar het werk is dan ook waardeloos.’
‘Ik ben hier voor werk. Maar het heeft niets te maken met typen.
Mag ik binnenkomen?’
Zijn naam was Alexander Berlin. De laatste keer dat ik hem zag
werkte hij voor het ministerie van Buitenlandse Zaken. Ik had
gehoord dat hij sindsdien overal en nergens had gewerkt – CIA, NSA,
ministerie van Justitie. Hij was een fixer, een advocaat van kwade
zaken, en iemand die de wet naar zijn hand zette om een resultaat
te boeken voor welke afdeling van de federale overheid het ook
maar was die hem op dat moment inhuurde. Hij wist waar alle
gouvernementele lijken waren begraven. En als hij een klus voor me
had, was ik niet geïnteresseerd.
‘Ik heb geen klus nodig. Wat het ook is, mijn antwoord is néé.’
‘Je hebt nog niet gehoord wat het is. Geef me tien minuten en een
kop hete koffie. Als je er geen trek in hebt? Prima, dan vertrek ik.
Zonder wrok. Even goede vrienden.’
‘Ik denk dat het voorbarig is om te zeggen dat je geen wrok gaat
koesteren, je hebt mijn koffie nog niet geproefd. En je zult mijn
antwoord niet leuk vinden. Ik ben niet geïnteresseerd, Berlin.’
Kennelijk regende het buiten, want zijn oude jas was zeiknat en
drupte op de trap. We hadden nog geen tijd gehad om de
vloerbedekking schoon te maken en zijn druipende jas begon een
schone plek te maken tussen de vlekken.
‘Luister naar wat ik te zeggen heb, Eddie. Alsjeblieft,’ zei Berlin.
‘Geef me één goede reden waarom ik naar jou zou moeten
luisteren.’
Berlin zette zijn hoed af en keek me met vermoeide, vochtige ogen
aan. ‘Omdat, als je dat niet doet, een joch van negentien vermoord
gaat worden.’
‘Vermoord? Door wie?’
‘Feitelijk door mij.’
2
Eddie

Berlins jas hing aan de kapstok in de hoek en drupte op de vloer.


Hij haalde een bril uit zijn zak en begon die met het brede uiteinde
van zijn stropdas schoon te wrijven. Als de oude jas een gekoesterd
geschenk was van een geliefd iemand, dan leek de das eerder een
presentje van een doodsvijand. Ik liet hem even zijn gang gaan,
klapte het dossier dat op mijn bureau lag dicht en richtte mijn
aandacht op hem.
‘Wie is het joch en waarom ben jij straks verantwoordelijk voor zijn
dood?’
‘Dat is een lang verhaal. Weet je wat ik voor de overheid doe?’
‘Niet echt, nee.’
‘Ik kan het je niet vertellen. Niet zonder geheime informatie te
onthullen en daarmee verraad te plegen. Wat ik je wel kan vertellen
is dat ik door allerlei overheidsafdelingen word ingehuurd om
problemen op te lossen.’
‘Ik wist dat je een of andere fixer was. Wat voor soort problemen
los je op?’
‘Het soort problemen dat Fortune 500-bedrijven hebben met het
overheidsbeleid en dat wetshandhavers hebben als hun handen
gebonden zijn. En het soort probleem dat wij twee jaar geleden
hadden.’
Ik had Berlin voor het eerst ontmoet in de staat New York, nadat
een FBI-agent was neergeschoten. Berlin hielp ons bij het opruimen
van de rotzooi.
‘Is een van je honden weer dol geworden?’ vroeg ik.
Hij schudde zijn hoofd. ‘Laten we het erop houden dat het bewaren
van de status quo onderdeel is van mijn rol. De overheid houdt niet
van verandering. Het maakt niet uit wie er in het Witte Huis zit, de
dagelijkse politie- en justitietaken hebben orde en consistentie
nodig. Dit speelt op staats- en federaal niveau. We worden nergens
door beperkt. In Sunville County, Alabama is een openbaar
aanklager genaamd Randal Korn, en die moest herkozen worden.’
‘Heb je de lokale verkiezing van een officier van justitie
gemanipuleerd?’
Berlin rolde met zijn ogen.
‘Alsjeblieft, Eddie. We hebben landelijke verkiezingen in meer
landen gemanipuleerd dan ik kan tellen. Dit stelde niets voor. Er zijn
bedrijven die onze politici financieren, en zij hebben altijd invloed op
lokale verkiezingen. Iemand met geloofwaardigheid en geld heeft
het tegen Korn opgenomen, en ik heb een aantal telefoontjes met
de financiers van de nieuweling gepleegd en heb hen overgehaald
om hun chequeboek te trekken. Meer was niet nodig. In de VS win je
verkiezingen door geld te besteden. Normaal gesproken wint degene
die het meest spendeert.’
‘Oké, dus?’
‘Dus ik werd een beetje nieuwsgierig. Korn is de afgelopen
zeventien jaar de officier van justitie van Sunville County geweest. In
zijn ambtsperiode heeft hij de misdaadcijfers tot recordlaagtes terug
weten te dringen. Dat is de reden waarom we hem mochten. Goed
voor de zaken, goed voor de huizenprijzen in het gebied, goed voor
investeerders. Handhaaf de status quo. Ik had het na de verkiezing
moeten laten rusten, maar er klopte iets niet aan deze man. Ik groef
dieper en wat ik vond was verontrustend.’
‘Wat was dat?’
Voordat Berlin antwoord gaf stokte hij, afgeleid door het lawaai
buiten mijn kantoor. De gebruikelijke commotie. Ik stond op, opende
mijn deur op een kier en keek wat er aan de hand was. Harry
vervloekte de nieuwe digitale halsband die hij voor Clarence had
gekocht omdat hij de gps-functie nog steeds niet had weten te
activeren. Zijn agitatie sloeg over op de hond, die iedere keer blafte
als Harry vloekte. Het kopieerapparaat was weer eens vastgelopen
en Bloch ramde met een vuist tegen de zijkant. De telefoon ging.
Kate nam aan. Ze klemde de telefoon tussen schouder en kin terwijl
ze een laptop in haar handen hield. Georganiseerde chaos. Ik sloot
de deur, ging zitten en gebaarde Berlin dat hij door moest gaan.
‘Het klinkt daarbuiten behoorlijk druk,’ zei hij.
Hij was aan het treuzelen. Er was iets wat hij moest zeggen, maar
hij kon het niet. Nog niet.
‘Vertel me nu maar het hele verhaal. Hierbinnen geldt een
geheimhoudingsplicht. Hier is het veilig.’
Berlin gluurde naar de foto’s op mijn bureau. Mijn dochter, Amy,
tijdens zomerkamp, peddelend in een kano. Ik had de foto’s van
mijn ex opgeborgen. Zij was verdergegaan met een andere man.
‘Leuk kind,’ zei Berlin. ‘Hoe oud?’
‘Vijftien. Kom op, je hebt nu lang genoeg getreuzeld, voor de draad
ermee.’
Zijn blik haakte zich in die van mij. Zijn ogen waren rood. Hij keek
bezorgd. Zijn wallen leken opeens veel zwaarder.
‘Sunville County staat boven aan de lijst met veroordelingen tot de
doodstraf. De county bevat een paar stadjes, maar geen grote
steden. Randal Korn heeft meer mensen naar de dodencel gestuurd
dan welke andere officier van justitie dan ook, één op de twintig
personen die nu in de Verenigde Staten in de dodencel zitten is daar
door Korn naartoe gestuurd. Honderdvijftien veroordelingen in
zeventien jaar.’
Ik zei niets. Ik had gehoord dat in het Zuiden ijverige aanklagers
waren die huwelijk, kerk, familie, aanvalswapens en de doodstraf
boven al het andere stelden. Maar zelfs dan konden die cijfers nooit
kloppen.
‘Twee tot drie procent van alle county’s in de VS is verantwoordelijk
voor de veroordeling van de overgrote meerderheid van de
dodencelbewoners. Sunville County staat in die lijst bovenaan. Toen
ik dit ontdekte dacht ik hetzelfde wat jij nu denkt: bullshit. Dit kan
niet waar zijn. Eddie, het klopt voor honderd procent. Ik heb de
lijsten zelf gecontroleerd.’
‘Dit kan niet kloppen.’
‘Kijk. Je weet dat een openbaar aanklager uiterst terughoudend is
met het eisen van de doodstraf, zelfs als het een ernstig misdrijf
betreft. Korn heeft tijdens een moordzaak altijd, zonder
uitzondering, de doodstraf geëist. Er is nooit met succes tegen in
beroep gegaan en hij heeft nooit een rechtszaak verloren.’
‘Waarom eist hij iedere fucking keer de doodstraf? En waarom is dit
nog nooit iemand opgevallen?’
‘O, het ís opgevallen. Toen ik onderzoek deed naar Korn vond ik
een paar kruimels, achtergelaten tijdens eerdere onderzoeken. Al die
onderzoeken leverden kennelijk niets op, want Korn is nog steeds de
openbaar aanklager, dankzij mij. Je wil weten waarom deze kerel
altijd de doodstraf eist? Is dat niet duidelijk?’
‘Voor mij niet.’ zei ik.
‘Waarom gaan mensen het leger in? De meesten zeggen dat ze hun
land willen dienen, veel van hen vanwege familie, of vanwege het
geld of de training die ze daar krijgen, en dan is er het kleine
percentage mensen, de twee procent, die het leger in gaat om één
simpele reden – ze willen doden.’
‘Wil je zeggen dat deze vent, die Korn, openbaar aanklager is
geworden om mensen te kunnen vermoorden?’
‘Nee, dat is niet wat ík zeg, dat is wat híj zegt – voortdurend. Hij is
de koning van de dodencel. En hij is er apetrots op. Ik heb eerder te
maken gehad met slechte mensen. Na een tijdje zie je het in hun
ogen. Korn is een moordenaar. En hij kan daarmee doorgaan omdat
ik hem heb geholpen.’
‘Wie is dat joch dat geëxecuteerd gaat worden?’
‘Zijn naam is Andy Dubois. Over een week begint de moordzaak
tegen hem. Hij is onschuldig en Korn wil toe kunnen kijken als het
joch wordt geëlektrocuteerd. Toen ik het ontdekte over Korn heb ik
iemand naar zijn rechtszaken laten kijken. Dit joch wordt ervan
beschuldigd dat hij een jonge serveerster van een truckerscafé heeft
vermoord. Andy zou nog geen vlieg kwaad kunnen doen. Op dit
moment kan ik Korn op geen enkele manier lozen. Ik had de
mogelijkheid. Ik huurde een advocaat in Sunville in om Andy te
verdedigen. Zijn naam is Cody Warren. Hij bezorgde mij een kopie
van de dossiers. Ze liggen nu in mijn auto. Ik heb al een week niets
meer van Warren gehoord. Zijn secretaresse heeft hem drie dagen
geleden als vermist opgegeven. Ik denk dat hij dood is.’
‘Ho eens even, dat is nogal wat, wat je nu zegt. Een advocaat
wordt vermist en jij denkt dat hij dood is? Wat? Denk je dat Korn
hem heeft vermoord?’
Ik wist niet of het kwam door een speling van het licht door het
zonnescherm voor mijn raam, maar Berlin leek te versomberen en
zijn stem werd matter. ‘Korn is de baas in de grootste plaats in
Sunville – Buckstown. En hij is dikke maatjes met de sheriff. Hij is
bloeddorstig, onbetrouwbaar en meedogenloos. Je kon erop
wachten dat er tijdens zijn termijn een advocaat op mysterieuze
wijze zou verdwijnen. Als Korn het niet zelf heeft gedaan, dan had
hij hulp. Ik denk dat Korn Warrens verdwijning heeft kunnen regelen
zonder zelfs maar met zijn ogen te knipperen.’
‘Bel de FBI,’ zei ik.
‘De FBI-agenten zouden die plaats overspoelen, die gedurende zes
maanden op z’n kop zetten en uiteindelijk met lege handen staan. Ik
heb geen moker nodig maar iemand die slim genoeg is om het tegen
Korn in de rechtszaal op te kunnen nemen en het joch vrij weet te
krijgen. Als Warren iets ergs is overkomen, zal niemand hem ooit
vinden. Korn is daar te voorzichtig voor. Ik kan Warren nu niet meer
helpen. Mijn vraag is of je naar Alabama wil gaan om het leven van
dat joch te redden?’
‘Ik weet niets over deze zaak. Stel dat het joch wél schuldig is? Ik
ben niet voor de doodstraf, maar ik help niet iemand alleen maar om
zijn leven te redden. Niet als hij schuldig is.’
‘Heb je me niet gehoord? Ik heb het onderzocht. Ik geloof dat hij
onschuldig is. Ik denk dat jij dat ook gaat denken. Ze houden hem
vast in de countygevangenis, houden hem geïsoleerd. Eddie, dit is
precies in jouw straatje.’
Buiten het kantoor werd de kakofonie aan geluid steeds luider.
‘Ik moet erover nadenken, maar ik wil weten waarom je dit doet.
Sorry, maar het soort werk dat jij doet betekent dat je je geweten bij
de deur achterlaat als je aan een klus begint.’
Berlins blik dwaalde af, zijn ogen waren twintig jaar en duizend
kilometer ver weg. ‘Ik wist niet wie Korn was toen ik zijn
tegenstander wegwerkte. Er is een grens voor iedereen. Als een
sadist macht over leven en dood heeft en als ik hem die macht heb
gegeven, dan wordt het persoonlijk. Ik heb ooit een eed afgelegd.
Lang geleden, toen ik voor het eerst een wapen omgorde. Zijn
huidige termijn is toe te schrijven aan mijn betrokkenheid, dus ons
lot is gedeeltelijk gelinkt. Ik heb bewijs nodig, iets wat sappig
genoeg is om mij de juiste telefoontjes te laten plegen waardoor hij
rustig met pensioen kan gaan.’
‘Dit gaat om zelfbehoud,’ zei ik.
‘Dat is het niet alleen. Als ik de tijd had zou ik een zaak tegen Korn
opbouwen. Langzaam, solide – steen voor fucking steen. Maar er is
nu een klok aan het tikken. Ik heb geen tijd. Ik moet iets doen
voordat hij dit joch naar de dodencel stuurt. Als ik een leven kan
redden...’
Berlin wendde zijn blik naar mij, zocht mijn ogen en bleef me
aankijken.
Ik kende die blik.
Mensen maken fouten, andere mensen raken beschadigd. Er komt
een tijd dat je beseft dat je lang geleden de uitgang bent
gepasseerd, en je kunt de jaren niet terugdraaien, maar je kunt er
verdomme wel alles aan doen om te voorkomen dat er nog iemand
wordt beschadigd of vermoord. Berlins geweten begon aan hem te
knagen. Voor zijn soort werk moest een prijs worden betaald en het
was bijna tijd om die prijs te innen. Iedereen zoekt uiteindelijk
verlossing. Zo gaat het lied, en ik was datzelfde lied al een hele tijd
aan het zingen.
‘Ik moet met mijn partner en de rest van de firma overleggen,’ zei
ik.
‘Ik wacht wel,’ zei Berlin.
Hij was niet van plan om weg te gaan en later terug te komen. Hij
wilde een antwoord, hier en nu. Misschien dacht hij dat hij me had
en wilde hij niet het risico lopen dat hij me kwijt zou raken. Ik stond
op, opende de deur van mijn kantoor en bleef toen staan. Er klopte
iets niet. Even wist ik niet wat het was, maar toen trof het me als
een donderslag bij heldere hemel.
Ik hoorde niets. Geen geschreeuw. Geen gedreun. Geen gevloek of
geblaf.
Ik trok de deur open in de verwachting dat er niemand zou zijn.
Clarence had zijn nieuwe halsband om, Harry staarde tevreden
naar zijn telefoon. Het kopieerapparaat zoemde terwijl het lustig
kopieën uitspuwde. Bloch stond er met een tevreden glimlach naast.
Kate zat op haar gemak in haar kantoor op haar laptop te rammelen,
en een vrouw die ik niet kende zat achter het bureau dat we als
receptie gebruikten. Ze was een jaar of veertig en had kortgeknipt
blond haar. Ze glimlachte terwijl ze de papieren op het bureau
ordende en af en toe op het computerscherm voor haar keek.
Clarence trippelde naar haar toe. Ze boog zich voorover. ‘Ik vind je
nieuwe halsband heel mooi, Clarence. Heb je verder nog hulp nodig
met de app, Harry?’
‘Nee, dank je. Je hebt al genoeg wonderen verricht voor één
ochtend. O, Eddie, dit is Denise. Vanaf nu werkt ze hier.’
Ze liet Clarence even voor wat hij was, stond op en kwam met
uitgestoken hand op me aflopen.
‘Ik ben Denise. Je hebt een fijn kantoor.’
‘Dat begin ik nu ook te vinden,’ zei ik. Ik hoorde Kate naderbij
komen.
‘Eddie. Ik weet dat we hebben afgesproken om de kandidaten voor
de secretaressepositie te bespreken, maar Denise hier...’
‘Laat me raden. Ze heeft de halsband van Clarence aan de praat
gekregen, het kopieerapparaat gemaakt en al jouw papieren voor
jouw zaak geordend.’
‘En ik heb de koffiemachine gemaakt,’ zei Denise stralend.
Ik nam even de tijd om naar alle gezichten te kijken. Voor het eerst
sinds we in het nieuwe gebouw waren getrokken was iedereen kalm
en blij.
‘Denise,’ zei ik. ‘Je bent niet alleen aangenomen, maar het is je
verboden om deze plek ooit nog te verlaten.’
‘Van nu af zal alles soepel gaan,’ zei Kate.
‘Nou, ik denk dat dit het goede moment is om jullie te vertellen dat
ik erover denk om een tijdje weg te gaan. We hebben een potentiële
zaak buiten deze staat. Een moordzaak. Ik zal er misschien ook
enige hulp bij nodig hebben.’
‘Volgende week is mijn grote scheidingszaak,’ zei Kate.
‘Maak je geen zorgen. Harry en ik kunnen dit wel aan.’
‘Waar gaat de zaak over?’ vroeg Harry.
‘Een of ander joch staat op het punt de doodstraf te krijgen voor
een moord die hij niet heeft gepleegd. We zullen pro bono werken,
maar een vriend betaalt de onkosten.’
‘Ken je de jongen?’
‘Nog nooit ontmoet.’
‘Dus je gaat naar een andere staat om een moordzaak voor niets te
doen, voor een joch dat je nog nooit hebt ontmoet?’ zei Bloch vanuit
de keuken.
‘Ja. Bij dit werk gaat het niet om het helpen van mensen die je
kent. Het gaat om het helpen van de mensen die je níét kent.’
‘Doe het maar. Volgens mij redden we ons hier wel,’ zei Kate.
Ik keek naar Denise. ‘Dat denk ik ook. Maar er is nog iets: de
advocaat van deze jongen wordt vermist. Dit zou weleens gevaarlijk
kunnen worden.’
‘Als dat niet zo was, was het ook geen zaak voor jou,’ zei Harry. ‘Er
is alleen één probleem, Eddie. Je bent niet bevoegd om buiten New
York als advocaat op te treden.’
Berlin stapte het kantoor binnen en haalde een bruine envelop uit
zijn jaszak. ‘Vanaf drie uur vanmiddag is hij dat wel.’
DE EERSTE DAG
3
Korn

Om 9.01 uur wierp Randal Korn de deuren naar het kantoor van de
officier van justitie van Sunville County open en liep enigszins
hinkend zonder wat te zeggen tussen de bureaus van de
secretaresses en de hulpofficieren door. Er was werk te doen. En
trouwens, hij hoefde ook niets te zeggen.
Zijn aanwezigheid was voelbaar.
De deur naar Korns kantoor was voor de helft van glas en minstens
zeventig jaar oud. Zijn naam stond op de ruit geschilderd op de plek
waar de namen van zijn voorgangers ook hadden gestaan. Randal
was nog niet bij de deur of hij werd al gevolgd door een van zijn
assistenten met een documentenmap in de hand. Korn ging achter
zijn mahoniehouten bureau op een met ijzeren knopjes beslagen
groenleren stoel zitten en keek op naar zijn assistent, een man van
een jaar of dertig in een wit overhemd met korte mouwen en met
een blauwe stropdas voor. Tom Wingfield was Korns belangrijkste
assistent. Hij gaf Korn de map.
‘Is dit de index voor de jurysamenstelling in de zaak Dubois?’
Tom knikte.
‘Waar staan we met Andy Dubois?’ vroeg Korn. ‘En geen bullshit,
Tom. Ik wil weten hoe de zaken ervoor staan. Over drie dagen
kiezen we de juryleden.’
Tom trok de knoop in zijn das wat vaster. Hij was de laatste tijd wat
aangekomen. Omdat hij bij iedere gelegenheid proteïneshakes naar
binnen klokte zette hij uit. Hij was al niet een van de kleinsten, maar
nu leek het alsof zijn armen en schouders met helium waren gevuld.
Als Tom niet op kantoor was, was hij in de sportzaal in de weer met
gewichten. Zijn overhemd was oud genoeg om zich de tijd te kunnen
herinneren dat Tom magerder was en dat de mouwen en de knopen
op zijn borst minder onder spanning stonden.
‘Het forensisch bewijs is klaar. Het rapport is compleet, de getuigen
zijn voorbereid. De fotograaf is de foto’s van het moordslachtoffer
aan het vergroten, precies zoals je hebt gevraagd...’
‘Hoe groot?’
‘Ongeveer levensgroot. De jury zal denken dat ze naar het feitelijke
lichaam kijken.’
‘Ik wil dat de kleuren goed overkomen. Herinner hem eraan dat hij
die helderder maakt. Ik wil dat het bloed als het ware van haar
gezicht afspat. Deze foto’s moeten de jury choqueren. Dat is de
eerste stap, weet je nog?’
Tom knikte.
Korn nam alle tijd om zijn hulpofficieren te leren hoe je een
veroordeling in een moordzaak moest krijgen. Het selecteren van
juryleden en hen ervan overtuigen dat iemand de doodstraf moet
krijgen is niet gemakkelijk. Het zit in de mens, dus ook in de
juryleden, om iemands leven te willen redden. Daarom moesten ze
meteen gechoqueerd worden, bij voorkeur met afbeeldingen die ze
van hun levensdagen niet meer van hun netvlies zouden kunnen
krijgen. Hoe gruwelijker en bloederiger, hoe beter.
Daarna moest je hun iemand bieden die ze kunnen haten. Een
verdachte die die walgelijke, bloederige puinhoop had veroorzaakt.
Tegelijkertijd moest je het slachtoffer bijna als een heilige profileren.
Schilder het af als een echt persoon – als een goed, eerlijk,
godvrezend lid van de gemeenschap. Maak het slachtoffer onderdeel
van de jury, maak het voor ieder jurylid net zo vertrouwd als een
echtgenoot, een kind of ouder.
Hoe meer de juryleden gaan houden van het slachtoffer, hoe meer
ze de verdachte gaan haten.
De laatste stap was de moeilijkste. Er waren twee benaderingen.
Als de jury overwegend christelijk was gebruikte Korn Bijbelpassages
over vergelding die hij met de jaren uit zijn hoofd had geleerd – oog
om oog, dat soort succescitaten. Naast de Bijbelbenadering was er
ook de persoonlijke benadering. Zorg dat de juryleden denken dat
hun kind, echtgenoot, partner of ouder de volgende kan zijn als ze
niets doen om de maatschappij te beschermen en deze duivel niet
naar de dodencel sturen.
Een doodstrafzaak was een oefening in het ontmenselijken van een
verdachte – je moest ze omturnen in een angstaanjagend monster
dat gedood moest worden. Was een jury daar eenmaal van
overtuigd, dan was het niet moeilijk om aan te tonen dat de
verdachte schuldig was. Zolang de juryleden bang waren voor de
verdachte zouden ze hem veroordelen. Haat is een geweldige
motivator, maar niet genoeg om een jury te laten doden. Angst is
veel beter. Angst is een krachtig wapen. Eentje dat Korn lang
geleden had leren te gebruiken.
‘Hoe zit het met Dubois’ advocaat, Cody Warren? Is er al een teken
van leven van hem?’ vroeg Korn.
‘Geen idee. Zijn secretaresse heeft hem al dagenlang niet gezien.
Rechter Chandler zegt dat de zaak doorgaat, of hij nu wel of niet
komt opdagen.’
‘Mooi,’ zei Korn.
‘Er is nog wel iets anders,’ zei Tom. Hij aarzelde, legde zijn
wijsvinger op zijn lippen en deed zijn ogen dicht. Het leek alsof een
of andere onzichtbare kracht voorkwam dat Tom wat zei. Een soort
plichtsbesef misschien. In ieder geval iets wat Korn er bij hem uit
moest zien te krijgen.
‘Ik hoorde gisteravond een paar bodes in de kamer van de rechter
met elkaar praten. Het lijkt erop dat er een aanvraag voor een
gastadvocaat is goedgekeurd.’
‘Een of andere advocaat uit een andere staat die op zoek is naar
groepsvorderingszaken?’
‘Nee,’ zei Tom. ‘Tenminste, ik denk het niet. Naar wat ik heb
begrepen komt deze kerel vanuit New York om Andy Dubois te
verdedigen.’
‘Wanneer heb je dit ook alweer gehoord?’ snauwde Korn.
‘Gisteravond. Ik hoorde ze praten toen ik het kantoor afsloot om
naar huis te gaan.’
‘Een advocaat uit New York? Wie?’
‘Een vent genaamd Eddie Flynn.’
In Korns ogen begon een heel klein vuurtje op te laaien. Hij streek
met zijn tong langs zijn lippen. ‘Probeer zo veel mogelijk te weten te
komen. Flynn is een serieuze speler. Ik heb over een paar zaken van
hem gelezen. Ik wil alles weten. Er moet een of andere connectie
zijn tussen Dubois en Flynn. Dubois heeft geen cent te makken, hij
zou zich nooit een advocaat kunnen veroorloven. De American Civil
Liberties Movement zal Flynn ook niet betalen; die zou wel een van
haar eigen advocaten hiernaartoe sturen. Misschien is er een
connectie met het kantoor van Cody Warren, maar dat lijkt me niet
erg waarschijnlijk. Ga met de bodes praten, met de rechters, met
wie dan ook, maar probeer uit te vinden waarom Flynn hier is om
een onbetekenende moordenaar te vertegenwoordigen.’ Daarna
richtte hij zijn aandacht weer op de map en bladerde door de
documenten.
‘Geen probleem, ik zal het uitzoeken. Wie is hij? Ik heb nog nooit
van Eddie Flynn gehoord.’
‘Hij is een handgranaat, dat is wat hij is. Er doen over hem
geruchten de ronde. Volgens sommigen was hij voordat hij advocaat
werd een oplichter, en sindsdien is hij de jury’s in Manhattan met zijn
mooie praatjes aan het beduvelen.’
Wingfield knikte, liep de kamer uit en liet Korn alleen met zijn
gedachten.
Het was een sober ingericht kantoor met aan de ene kant
dossierkasten en aan de andere kant een paar ingelijste foto’s van
Korn met verschillende burgemeesters en politici. Hij draaide rond op
zijn stoel en keek naar de honderdvijftien apart ingelijste
portretfoto’s die aan de wand achter zijn stoel hingen. Mannen in
verschillende stadia van verwarring, met ogen van opengesperd tot
neergeslagen, slaperig. Het zien van deze fotowand deed hem
rechtop zitten. Hij kreeg opeens een verlicht gevoel. Dit was zijn
erfenis. Zijn levenswerk. Dit waren de mannen die hij naar de
dodencel had gestuurd. Tot dan toe had hij negenenzeventig van
hen zien sterven.
Het was niet genoeg, bij lange na niet.
Zijn vader was een man geweest die werd verteerd door gedachten
aan de familienaam. Hij had een fortuin vergaard op de
aandelenmarkt en had het meeste ervan in zijn testament aan Korn
nagelaten. Maar Korn was niet geïnteresseerd in zijn vaders geld. Of
in het geld van wie dan ook. Hij had altijd genoeg geld gehad, dus
geld had voor hem geen aantrekkingskracht. Hij had nu dertig
miljoen op zijn bankrekening staan, en nog steeds interesseerde het
hem geen bal. Wat Korn ter harte had genomen, waren zijn vaders
woorden over familie-erfgoed. Dat was veel belangrijker.
Het maakt niet uit hoeveel geld je hebt als je doodgaat, zoon. Een
man wordt niet afgemeten aan de bundel bankbiljetten in zijn kluis.
Het gaat om het spoor van gebroken vijanden dat je achterlaat. Dat
is bepalend voor je leven. Als je aan het eind nog steeds overeind
staat en je hebt al je tegenstrevers overwonnen, dan weet je wie de
beste is.
Korn ontleende kracht aan de gezichten van de doden en van
degenen wie hij de doodstraf had bezorgd. Darius Robinson was de
laatste die hem dat persoonlijke plezier had bezorgd. Andy Dubois
zou het volgende gezicht worden op de wand.
Hij pakte de telefoon, belde het kantoor van de sheriff en vroeg
naar sheriff Lomax. Hij werd na een korte onderbreking
doorverbonden.
‘Een goedemorgen,’ zei Lomax op een lijzige plattelandstoon.
‘Ik ben benieuwd of er al iets bekend is over onze vermiste
advocaat?’
‘Nog niets. Sorry. We blijven zoeken, en rondbellen. Ik heb een
paar van mijn beste mensen op deze zaak gezet.’
‘Blij dat te horen. En, hoe ging het vissen dit weekend?’
‘Behoorlijk goed. Ik heb een meerval gevangen die me bijna een
hengel heeft gekost.’
‘Blijf uitkijken naar Cody Warren. Als hij wordt gevonden wil ik dat
onmiddellijk weten. Ik bid voor zijn veilige terugkomst.’
‘Dat doen we allemaal, Randal.’
‘Nog een fijne dag, sheriff,’ zei Korn, waarna hij ophing.
Tien minuten later sjeesde Korn in zijn Jaguar door de scherpe
bochten van de landweggetjes aan de rand van Buckstown. Hij sloeg
een paar keer af en belandde op steeds smaller wordende
weggetjes, totdat hij op een zandpad reed dat nergens naartoe leek
te leiden. Na weer tien minuten weken de dikke bomen aan beide
kanten, terwijl het pad verder slingerde naar de rivier de
Luxahatchee. Buckstown lag midden in Sunville County. Ten noorden
van Buckstown lag Talladega Forest, een paar honderdduizend
hectaren met pijnbomen; ten zuiden van de stad lag moerasland dat
was ontstaan door overstromingen van de Luxahatchee. In het
oosten lag vruchtbare landbouwgrond en in het westen het
industriegebied van de county met een staalfabriek en een grote
chemische fabriek die voortdurend op het randje van sluiting
balanceerde.
Korn stopte, stapte uit en baande zich een weg tussen de
uitdunnende bomen. De bomen waren erg oud en er hingen
draperieën van Spaans mos aan. Op deze plek werd de Luxahatchee
smaller, om een paar kilometer zuidelijker zijn volle omvang te
krijgen. Over zijn oevers kolkte bruin, snelstromend water. Korn was
opgegroeid in een appartement in Lower Manhattan met uitzicht op
de East River. Hij keek vanuit zijn slaapkamerraam vaak naar het
donkere water, een nieuwsgierige puber die zich afvroeg wat voor
geheimen op de bodem van de rivier lagen. En ook hoe de rivier zo
modderig en zwart werd. En hoeveel mannen zijn vader vanaf
Brooklyn Bridge buitelend die ijskoude diepte had in gestuurd.
Het bruisende, voortbulderende water bracht zijn gedachten weer
terug naar het heden en vormde de baslijn voor de krekels en
cicaden die nog steeds in de vroege ochtendzon aan het zingen
waren. Het orkest kreeg bijval van een ander geluid. Een V8-motor
kwam grommend tot stilstand. De motor sloeg af, een autoportier
ging piepend open en werd met een klap dichtgeslagen.
Voetstappen ritselden door het struikgewas.
4
Lomax

Sheriff Colt Lomax kreeg in de buurt van de oever een smerige lucht
in zijn neus. Hij had de politieauto op de zandweg geparkeerd en
baande zich een weg naar de ontmoetingsplaats. Korn had hem
tijdens het telefoongesprek gevraagd naar het vissen – een code die
betekende dat ze elkaar hier moesten ontmoeten. Als Korn hem had
gevraagd hoe het met zijn bowlingarm ging zouden ze elkaar op de
parkeerplaats van de bowlingbaan ontmoeten. Vergelijkbare codes
golden voor de parkeerplaats van het restaurant, het boothuis aan
het meer en de oude molen. Vissen betekende ‘de rivier’, dus daar
werd hij verwacht.
Korn was een behoedzaam man.
De vegetatie die door de hitte en vochtigheid aan het rotten was,
was niet verantwoordelijk voor de geur die sterker werd naarmate
Lomax verder kwam. De zoete rottingslucht die van het mos en de
rivier komt is eigenlijk best lekker. Dit was anders. Soms dacht hij
dat die geur van Korn kwam, alsof de man van binnenuit wegrotte.
Als hij het rook hield hij zich voor dat hij het zich verbeeldde –
niemand kon zo stinken, tenzij die persoon dagenlang in de rivier
had gelegen, dood en vol gassen.
Hij kwam bij een kleine open plek aan de oever en zag Korns lange
gestalte onder de takken van een pijnboom, schuilend tegen de zon.
‘Het is heter dan in de hel,’ zei Korn.
Zijn accent was moeilijk te bepalen. Soms klonk hij alsof hij
geboren en getogen was in Sunville County, maar klonk in een
woord iets van zijn Manhattan-achtergrond door. Net genoeg om
Lomax eraan te herinneren dat Korn niet van hier was. Lomax vroeg
zich af of Korn de hele tijd probeerde het Sunville-accent te imiteren
– of hij voortdurend een rol aan het spelen was voor een
onzichtbaar publiek, om af en toe heel even de façade te laten
zakken om de ware Korn te tonen.
De officier van justitie zag er bleek en zweterig uit. Hij was niet te
zwaar, verre van dat. Korn zag er altijd mager en ziekelijk uit. Zijn
porseleinen huid leek permanent bedekt door een flinterdun laagje
zweet. Korn zorgde ervoor dat hij uit de zon bleef. Hij haalde een
zakdoek uit zijn zak en wiste zich het zweet uit zijn nek en van zijn
voorhoofd.
‘Je zou nu toch onderhand wel gewend moeten zijn aan de hitte,’
zei Lomax.
‘Ik haat de zon. Altijd gedaan en dat zal altijd zo blijven.’
‘Wat is het probleem? Ik heb je al gezegd dat Warren is ingevroren.
Niemand zal hem vinden.’
‘Dit gaat niet over Warren. Althans, niet helemaal.’
Daar was het weer, die stank, die Lomax trof als een baksteen op
zijn hoofd.
‘Nee, dit gaat over zijn vervanger. Ik heb gehoord dat er een of
andere hotshot vanuit New York hiernaartoe komt om ons tijdens de
zaak Dubois het vuur na aan de schenen te leggen.’
‘Daar zou ik me geen zorgen om maken. Dubois is netjes
opgeborgen. Het maakt niet uit of dat stadsjongetje een goede
advocaat is. Vrijspraak zal het nooit worden, niet met de bekentenis.’
‘Daar maak ik me ook geen zorgen over. Dubois heeft geen familie
of connecties in New York, en zijn moeder heeft geen nagel om haar
kont mee te krabben. Mijn zorg betreft de vraag hoe deze advocaat
verdomme ingehuurd heeft kunnen worden. Er is iets wat we niet
weten. Iets wat we over het hoofd zien.’
‘Wil je dat ik met Dubois ga praten?’
‘Doe dat maar. Laat Dubois maar weten dat een fancy advocaat de
zaken voor hem alleen maar erger maakt en dat dat wel het laatste
is wat hij nodig heeft. Dat herinnert me er trouwens aan dat ik nog
steeds Dubois’ oude celgenoot, Lawson, moet voorbereiden op het
proces.’
‘Lawsons getuigenis en wat we verder nog hebben moeten toch
genoeg zijn om elke jury over de streep te trekken. Pieker maar niet
over die stadsjongen.’
Korn stapte snel uit de schaduw en boog zich over naar de sheriff.
Lomax deed een stap naar achteren. Zijn hartslag ging omhoog. Als
het moest kon Korn snel zijn. Als een spin die voelt dat er een vlieg
in zijn web is beland. Zo voelde Lomax zich – alsof hij net een trilling
had veroorzaakt in een dunne draad en daarmee iets hongerigs had
wakker gemaakt wat hem ieder moment kon verslinden. Zweet
droop van zijn gezicht en zijn mond voelde alsof hij op een droge
steen had staan zuigen.
Toen Korn sprak klonk diens stem lager, alsof hij een hond aan het
africhten was.
‘Denk jij dat ik bang ben voor dat New Yorkse meneertje? Ik ben
daar opgegroeid, ik ken dat soort kerels. Ik kan ze iedere fucking
dag in de rechtszaal verslaan. Waag het niet om iets anders te
denken, geen seconde.’
‘Ik wilde je niet beledigen,’ zei Lomax. Hij wendde zijn blik af zodat
hij niet in Korns kille, dode ogen hoefde te kijken. ‘Ik bedoelde
alleen maar dat we niets overhaasts moeten doen. Als twee
advocaten die aan dezelfde zaak werken vermist raken zal deze
plaats overspoeld worden door FBI-agenten.’
Korn knikte. ‘Ik begrijp wat je bedoelt, maar de FBI zal niets vinden.
Hetzelfde als de laatste keer. Als ik denk dat Flynn moet worden
koud gemaakt doe je me toch zeker wel dat genoegen. Of niet,
sheriff? We hebben het erover gehad. Een vijand van gerechtigheid
is een vijand van óns. Je hebt gezien wat Dubois met Skylar Edwards
heeft gedaan. Daar mag hij niet mee wegkomen. En als iemand ons
in de weg loopt...’
Lomax knikte. Zijn blik dwaalde af. Hij was de eerste politieman op
de plek geweest toen het slachtoffer werd gevonden. Hij had met
eigen ogen de gruwelijkheden gezien die aan haar lichaam waren
toegebracht. Ze hadden Andy Dubois snel op kunnen pakken en
Lomax had hem redelijk snel een bekentenis weten te ontfutselen.
Daarna kwam het fucking medisch rapport binnen en was het niet
meer zo duidelijk dat Dubois de dader was. Maar het was te laat. Hij
was al aangeklaagd en Korn had besloten dat Dubois de moordenaar
was. Er was nog wel even gesproken over verdere onderzoeken naar
alternatieve verdachten, maar Korn had daar niets over willen horen.
Another random document with
no related content on Scribd:
Mysterious Passes over the Concealed Candle are Made and Its Color
Announced
The performer hides a small compass in his palm. It is held in
place by a wire clip, gripped between the second and third fingers
near the knuckles. A wave of the hand over the tube containing a
candle will affect the compass if any candle other than the white one
is used. Its needle will vibrate when approaching the concealed
magnet, and by determining quickly the position of the magnet, the
color may be announced.
Those who offer guesses usually insist that some electrical device
is used.
Desk Slide in Top of Drawer
Placing a lock lid in the top of a desk drawer provided a writing
board and also gave privacy to the drawer, as shown in the sketch.

The Lid Provides a Writing Slide and Gives Privacy to the Drawer

A lady’s desk in a nicely furnished room was used for the


telephone and as the desk was often locked there was no place on
which to rest the instrument or to take notes. The drawer lid, locked
with a chest lock, proved effective. The lid may be moved back so as
to expose the contents of the drawer. It was finished to match the
desk.—Contributed by Victor Labadie, Dallas, Tex.
Repairing a Broken Fly-Screen Frame

Sheet-Metal Braces Used on a Loose Window-Screen Frame to Make It Rigid

An old broken fly-screen frame was made quite rigid with the use
of metal braces, cut as shown and fastened with nails to each
corner. The brace was cut from sheet metal, and the edges A and B
were cut and bent at right angles to the main part, with their extreme
edges bent over the frame. These were sufficient to make the frame
as rigid as a new one.
Raising the Temperature of a Room
The temperature of a room may apparently be raised several
degrees with the same expenditure of heat, and greater comfort will
result by the application of a simple principle. In summer a moist day
seems warmer than a dry one though the thermometer registers the
same. By permitting steam to escape from a radiator or keeping a
kettle boiling on the stove, the air is moistened and feels warmer.
A Carbon Electric Water Heater
The water heater illustrated is for use on a 110-volt circuit without
added resistance. It consists of two electrodes which are immersed
directly in the water; and while it is not as artistic as the usual
nickelplated heater, it is usually more economical and has the
distinct advantage that it cannot be burnt out. It may be made as
rapid in action as desired, is inexpensive and very convenient where
water is required for experimental or industrial purposes.
For the electrodes, procure two ¹⁄₂-in. uncoppered carbons, and
drill a hole in the top of each of these so that feed wires can be
attached. The handle is shaped from a piece of hard wood. The
lower end is hollowed out half round at either side, so that the
carbons will fit in snugly. Four small holes are then drilled through
from side to side for binding wires, and a large hole is made in the
center for the feed wires. Two smaller branch holes are then drilled
to join the center hole, so that the double feed cord may be branched
out to reach both electrodes. The outer edge of the handle is neatly
rounded off and boiled in paraffin so as to render it impervious to
moisture.
Remove sufficient insulation from the feed cord to make a good
connection with the carbons. Fish the wire through the handle from
the upper end. Pull each of the two ends pretty well through, so that
they can be securely threaded into the holes previously made in the
carbons. Have the latter quite hot and run in as much solder as
possible, forcing it in with the end of a match as it becomes plastic.
Remove all traces of the flux, and paint the connection with some
melted pitch, taken from the top of a discarded dry cell. The feed
cord may then be pulled up tightly, which will draw the carbons in
place. They are then bound by threading through several strands of
copper wire. If the holes in the wood are slightly countersunk, and
two small grooves filed around each carbon at the right places to let
the holding wires in, the binding feature may be disposed of very
neatly.
In some localities the water is so free from all mineral salts that it
will not carry the current freely, which means that the electrodes
must be placed closer together, or else a small pinch of common salt
may be added to the water. Although, in sterilizing instruments,
boiling eggs, or something of that sort, this would be of no
advantage, the salt greatly hastens the boiling.
Preventing Looseness of Drawer Handles

Drawer handles frequently become loosened and sometimes


cause further annoyance by falling to the floor or becoming lost,
because the bolt fastening, as shown in the sketch, is not secure.
This may be avoided by inserting a rubber band between the head of
the bolt and the drawer front. When the knob is drawn up tightly the
pressure of the rubber band prevents it from becoming loosened.—
Contributed by O. F. Germaine, Akron, Ohio.
An Electrical Dancer
The modification of the well-known mechanical dancer shown in
the illustration is based on the principle of the electric bell. While the
amusing antics of the mechanical dancer are controlled by the hand,
the manikin shown is actuated by the electromagnet.

When the Contact is Made the Figure Dances


The mechanism is contained in a box. It consists of an
electromagnet with a soft-iron armature carried by a spring. A wire
from the battery goes to the magnet. The other terminal of the
magnet connects with the armature spring at L1. The spring is bent
at a right angle at its other end, L2, and carries a platform, L3,
strengthened by a smaller disk underneath. The dancer performs
upon this platform.
A contact spring, S, is carried by the armature spring. A contact
screw, C, is adjustable in its contact with the spring S. A wire runs
from the contact screw to the binding post B, to which the other
battery wire is connected.
The current keeps the platform in constant vibration, causing the
dancer to “dance.” By means of the screw C, the action of the
current may be varied, and the “dancing” will vary correspondingly.
The figure is made of wood with very loose joints and is
suspended so that the feet barely touch the platform.—Contributed
by Edward C. Connelly, Wilkesbarre, Pa.
Child’s Swing Built of Pipes in Narrow Space

This Substantial Swing Guards the Youngsters from Injury by Brushing


against the Brick Walls

A narrow space between two city houses was used to erect a


swing, as detailed in the illustration. A piece of 2-in. iron pipe, A, was
cut 1 ft. longer than the space between the walls. Two pieces of 2¹⁄₂-
in. pipe and a 2¹⁄₂ by 2¹⁄₂ by 1¹⁄₄-in. tee, as shown in the detail, was
slipped over the 2-in. pipe, which was built into the walls. A 1¹⁄₄-in.
pipe, B, 20 ft. long, bent as shown, was joined to the tee, and a seat,
C, was attached. The construction of the seat is shown in detail,
being fixed to the wooden part with washers, nuts, and a threaded
nipple, D. A cushion and a removable safety bar, E, were also
features. This swing is safer than one of rope, and will stand much
greater wear.—James N. Reed, San Francisco, Calif.
Door Bumpers Raise Height of Chair
Four wooden door bumpers, of the rubber-tipped knob type,
fastened to the lower ends of the legs of one of the kitchen chairs,
make an almost indispensable high chair, which will bring the table
work to a more comfortable height than the ordinary chair does. The
young child also will appreciate such a chair at the dining table.
When it is no longer needed, the knobs can be unscrewed quickly.—
J. E. McCoy, Philadelphia, Pa.
A Homemade Hawaiian Ukulele
By S. H. SAMUELS

T he one-string banjo, the cigar-box guitar, and similar vaudeville


favorites are giving way to the tantalizing ukulele, and the home
mechanic, to be up to date in his musical craftsmanship, must fall in
line. The size of this instrument makes it especially suited to the
cigar-box type of body construction, as detailed in the several
sketches and shown in the photograph reproduced. This neat
ukulele was made at a cost of 30 cents, by careful selection of
materials from the shop scrap stock.

This Cigar-Box Ukulele Cost the Maker 80 Cents, and Affords Him the
Pleasures of a More Expensive One

A cigar box of good-quality Spanish cedar, about 2¹⁄₂ by 6 by 9 in.,


as shown in Fig. 1, is used for the body. Remove the paper carefully,
so as not to mar the surface, soaking it if necessary. Take it apart,
and if the nail holes are too numerous, or broken out, trim off the
edges. Fit the parts of the body together, as shown in Fig. 2, the top
and bottom pieces resting against the side and end pieces, and the
latter between the sides. Cut the 2¹⁄₂-in. hole in the top piece, as
shown, 3³⁄₄ in. from the neck end. To reinforce the body make strips
A, ¹⁄₄ in. square, and fit them to be glued into the corners at the top
and bottom. Make strips B, ¹⁄₄ by ⁵⁄₈ by 4¹⁄₂ in., and glue them under
the top and on the bottom as indicated in Fig. 2. The final
assembling and gluing of these parts, using animal glue, should be
done after the bridge C is in place, and the other parts are made.
The bridge is of hard wood hollowed underneath the notched edge,
as detailed, and is fitted with a metal string contact.

Fig. 1 Fig. 3
Fig. 2

To Keep in the Fashion in His Musical Craftsmanship, the Home Mechanic


may Make a Cigar-Box Ukulele as Detailed

Spanish cedar or mahogany is suitable for the neck, detailed in


Fig. 3. A single piece is best, but the extension for the pegs and the
wider end at the body may be joined and glued to the main portion of
the neck. Dowels should then be used to reinforce the joints. The
outline of the parts of the neck are shown in detail in Fig. 3. In the
sectional view at the right, the shape of the neck at the thinnest and
thickest parts is shown by the two upper curved, dotted lines. The
nut D is made of mahogany, walnut, or other hard wood, the grain
extending lengthwise, and the notches for the strings spaced as
shown.
The making and spacing of the frets must be done very carefully.
They are of aluminum, brass and other metals being suitable also.
Make the frets ¹⁄₁₆ by ³⁄₁₆ in. and cut grooves ¹⁄₈ in. deep for them.
The spacing of the frets is determined as follows, a standard
practice: The distance from the metal string-contact on the bridge to
the nut should be measured carefully. The first fret, near the head, is
¹⁄₁₈ of this distance from the nut, the total length being in this
instance, 13 in. The second fret is set ¹⁄₁₈ the distance from the first
fret to the bridge; the third, ¹⁄₁₈ from the second fret to the bridge, etc.
The frets must fit tightly in the grooves, requiring no special
fastening. The tuning pegs may be bought or made.
In assembling the parts, fasten the end of the body to the neck,
with glue, reinforced by screws. Set its upper edge parallel with the
fingerboard, and so that the latter is flush with the top of the body,
when fitted to it. Assemble the body, without the top, gluing it to the
end, fixed to the neck. When this portion is thoroughly dried, fit the
top into place finally, and glue it. The whole construction is then
cleaned, sandpapered, stained, and shellacked or varnished. The
stringing of the instrument is simple, and the strings may be
purchased in sets.
Homemade Suitcase Extension

A handy addition to the traveler’s equipment is a suitcase


extension that may be removed when not in use, and folded
compactly, inside of the suitcase if desired. This latter feature is
provided for by arranging the extension to be folded vertically at the
middle. Heavy leather, cloth board covered with strong linen, or
canvas of a suitable color may be used. If cloth board is used it
should be cut the size of the side of the suitcase, and smaller
sections hinged to it at the folds. The leather need not be reinforced
if it is fairly strong. Cut the leather at A, B, C, and D, and arrange it to
be folded on the dotted lines. Rivet guides for the straps, as at E. Fit
the corners with buttons or snaps F, which are locked in position
when the extension is in use. The device slides over the suitcase
and may be drawn tightly against it when empty.—R. S. Matzen, Fort
Collins, Colo.
Putty Deadens Glossy Surfaces in Photography
Attempts to make “close-up” photographs of machinery, or highly
polished objects, often fail because the reflection of light upon the
bright surfaces causes a blur in the photograph. Some
photographers use putty to deaden the gloss. A lump of putty is
rubbed over the surface gently where a brilliant reflection is visible,
or the entire surface is rubbed so that it presents an even, dead
finish on the ground glass of the camera, when focusing.—Ralph W.
Tillotson, Erie, Pennsylvania.

You might also like