Professional Documents
Culture Documents
Download ebook pdf of 连续介质力学 基础和应用 1St Edition 康国政 蒋晗 阚前华 full chapter
Download ebook pdf of 连续介质力学 基础和应用 1St Edition 康国政 蒋晗 阚前华 full chapter
■■■
Visit to download the full and correct content document:
https://ebookstep.com/download/ebook-54995884/
More products digital (pdf, epub, mobi) instant
download maybe you interests ...
https://ebookstep.com/product/power-negara-syarifurohmat-pratama-
santoso-s-ip-christine-anggi-sidjabat-ba-ir-m-han/
https://ebookstep.com/product/sunan-ad-darimi-jilid-2-imam-ad-
darimi/
https://ebookstep.com/product/dealing-with-the-bad-boy-febriani-
ad/
https://ebookstep.com/product/iulius-paulus-ad-neratium-libri-iv-
gianni-santucci/
Nilai Nilai Akhlak dalam Surat Ad Dhuha Saadatus
Salamah
https://ebookstep.com/product/nilai-nilai-akhlak-dalam-surat-ad-
dhuha-saadatus-salamah/
https://ebookstep.com/product/crenca-e-islam-1st-edition-mawlana-
diya-ad-din-khalid-al-baghdadi/
https://ebookstep.com/product/ad-2000-regelwerk-
taschenbuch-2016-verband-der-technischen-uberwachungs-vereine/
https://ebookstep.com/product/imamah-uzhma-konsep-kepemimpinan-
dalam-islam-prof-dr-abdullah-ad-dumaiji/
https://ebookstep.com/product/zadul-ma-ad-bekal-perjalanan-
akhirat-jilid-5-ibnu-qayyim-al-jauziyah/
Another random document with
no related content on Scribd:
De inboorlingen wagen het zelfs den tijger zonder vuurwapenen te
jagen. Zij nemen twee meterlange bamboesperen, die in een
tweesnijdend zwaard uitloopen. In grooten getale omsingelen zij den
tijger in het kreupelhout waarin zij hem hebben gedreven. In de nauwe,
open paden zijn netten uitgezet; hier en ginds een uitweg zoekend,
verwikkelt de tijger er zich in. Dan snellen de mannen toe en stooten
hem hun wapen in het hart.
In het noord-oosten van Azië wagen de inboorlingen het zelfs niet den
naam van den tijger uit te spreken, want hij is voor hen een voorwerp
van godsdienstige vereering; als iemand van den tijger spreekt, dan
gelooven zij, dat hij het hoort en dadelijk zal komen! Op zijn spoor in het
bosch worden offeranden gelegd. Wie een tijger doodt, zal, zeggen de
Toengoezen, onder de klauwen van een tijger sterven. In Siam en
Korea [191]eet men zijn vleesch om daardoor zijn woeste kracht
deelachtig te worden. Vorsten en rijke lieden op Java richten gevechten
aan tusschen een buffel en een tijger; schouwspelen, die niet minder
ruw zijn dan de stierengevechten in Spanje. De beide strijders worden
te samen in een groote kooi gezet en een van beiden moet het leven
laten. Het komt echter voor, dat de beide tegenstanders, als de tijger
zich reeds heeft vastgebeten aan de ooren van den buffel, of zijn
klauwen in diens nek heeft gezet en de buffel zich weer heeft bevrijd en
hem op de horens heeft genomen, den strijd moede worden en er van
afzien, alsof zij een stilzwijgende overeenkomst hadden gesloten, zich
niet meer door ruwe menschen tegen elkaar op te laten zetten!
Nog een bijzonder soort tijgers, dat in Tibet inheemsch is, moet hier
herdacht worden. Marco Polo, de beroemdste reiziger van de
Middeleeuwen, vertelt reeds van de vele roofdieren, tijgers en beren,
die het land overstroomden, toen de Mongolen het land hadden
verwoest, en tegen welke men zich slechts kon verweren door het
aansteken van groote vuren van bamboeriet. Het bamboeriet, zoo
vertelt hij, springt met zulk een geweldigen knal uit elkaar, dat de
roofdieren verschrikt de vlucht nemen, en dat zelfs de menschen in
onmacht vallen. Dat zal de goede Marco Polo voor 630 jaar wel een
beetje hebben overdreven en tegenwoordig komt het roofgedierte niet
meer zoo veelvuldig voor. Veel griezeliger zijn de tijgers, die door de
Tibetanen aan de ingangen van hun witgepleisterde, steenen huizen
zijn geschilderd, om booze geesten te bannen. Zij hebben afschuwelijke
klauwen en sperren den muil open, alsof zij een os met huid en haar
zouden kunnen verslinden; daarbij zijn zij x-beenig en over het geheel
zeer merkwaardig.
[Inhoud]
45. Slangen en slangenbezweerders.
De Cobra is de vergiftigste slang van Indië. Zij komt overal vrij vaak
voor; eveneens in Achter-Indië, in Zuid-China, op de Soenda-eilanden
en op Ceylon. Zij is nu eens geelachtig, met een tikje naar het
blauwachtige, dan bruin en op de buik vuilwit, en anderhalve meter lang.
Als ze geprikkeld wordt, heft ze het voorste gedeelte van het lichaam als
den hals van een zwaan omhoog en zet de acht voorste ribben zoo wijd
uit, dat onder den kop een zwelling ontstaat; op de rugzijde vertoont
zich een gele teekening, die aan een bril doet denken. Het overige deel
van het lichaam is opgerold en geeft de noodige stevigheid, als ze met
het bovenlijf heen en weer zwaait, gereed bliksemsnel haar giftigen beet
te doen.
De Cobra leeft overal, waar zij een beschut hol vindt, in oude muren,
hoopen steen en hout, onder boom wortelen of in afgestorven
boomstammen, en zij versmaadt menschelijke woningen ook niet.
Dikwijls kan men haar slaperig en onbeweeglijk ineengerold voor haar
hol zien liggen. Nadert men, dan glijdt ze snel en geruischloos in haar
hol; wordt ze aangevallen, dan verdedigt zij zich met een wapen, dat
even gevaarlijk is als een geladen revolver. Zij is een dag- of, beter
gezegd, een schemeringsslang, vermijdt echter zonnegloed en hitte en
gaat pas na zonsondergang in de dichte struiken van de moerassen op
de jacht naar hagedissen, kikvorschen, vogels, muizen en andere kleine
dieren. Zij klimt in boomen en zwemt over groote beken. Zelfs een voor
anker liggend schip is niet veilig voor haar; zij zwemt door het water en
klimt langs den ankerketting in de hoogte. Het wijfje legt twintig
langwerpige eieren, zoo groot als duiveneieren, maar met een weeke
schaal. Mannetjes en wijfjes moeten zeer aan elkaar gehecht zijn; is
een van beide gedood, dan vertoont de ander zich spoedig daarna op
dezelfde plaats.
Pythonslang.
Behalve de cobra leeft de reuzen- of pythonslang in de bosschen van
Oost-Azië. Zij is lichtbruin of roodbruin, bij de buik wit, en heeft op den
rug donkere vlekken. De grootste soort wordt tot 8 meter lang. De
allergrootste kunnen het jong van een hert opeens verslinden;
gewoonlijk stellen zij zich tevreden met kleinere zoogdieren of vogels.
Het moet zijn voorgekomen, [196]dat zulk een reptiel een kind heeft
verslonden. Maar in het algemeen gaat de pythonslang niet op
menschen af, als zij haar huid niet behoeft te verdedigen. Zelfs een
volwassen man is beslist tegenover haar verloren; ze bezit ontzaglijke
spierkracht, kan haar spieren zoo lang gespannen houden als zij wil, en
laat haar slachtoffer niet eerder los, dan nadat het niet meer ademt.
Bombay is een parel onder de steden der aarde en de sleutel tot Indië.
Hier landt men, als men met de stoomboot van Europa door het Suez-
kanaal naar Indië reist, en van hier gaat men met den spoortrein
verder. In de haven liggen ontelbare [197]schepen, die daar lossen en
lading innemen, want Bombay is een rijke handelsstad met 300.000
inwoners.
In Bombay leeft de rest van een vroeger groot en machtig volk. Zes- à
zevenhonderd jaren voor de geboorte van Christus leefde er een wijs
man, Zoroaster, en grondvestte den godsdienst, die door geheel Perzië
en de daaraan grenzende landen geldt en in wiens naam Xerxes zijn
onoverzienbare legerscharen tegen Griekenland aanvoerde. Toen in
het jaar 650 de oorlogzuchtige zendelingen van den Islam, Perzië
overstroomden, vluchtten vele duizenden der aanhangers van
Zoroaster naar Indië. En die rest van het volk leeft nog in Bombay en
draagt den naam van Parsi. Zij zijn de eigenlijke bezitters van Bombay
en beheerschen als verstandige, nijvere en rijke kooplieden den handel
der stad.
Voordat men aan boord gaat, moet men zich door een arts laten
onderzoeken, want Bombay is een broeinest der pest. Daarna worden
de sterke kabeltouwen losgemaakt en de schroeven beginnen te
draaien; een uur duurt het, voordat het gevaarte langzaam de haven uit
is, maar dan glijdt de stoomboot door de zeebocht tusschen ontelbare
schepen van de meest verschillende nationaliteiten en achter ons ligt
Bombay met zijn huizen, kerken en schoorsteenen en zijn dicht bosch
van masten.
Op het bovenste dek van de „Dehli” hebben de officieren van het schip
slechts toegang; hier is de kajuit met het stuurrad en het kompas en
daar achter ligt de kajuit van den kapitein. Het middelste dek met zijn
beschermend zonnedak staat ter beschikking der reizigers. Voor een
tien kilometer lange ochtendwandeling moet men zeventigmaal dit dek
rondgaan. Op de ruime oppervlakte spelen de Engelschen cricket en
opdat de ballen niet over boord vliegen, zijn er netten gespannen. Een
prachtige salon bevat schrijftafels en sofa’s, ja zelfs een piano en op
het achterdek ligt de rookkajuit, waar men na het eten koffie drinkt. Op
het onderste dek liggen de slaaphutten, waar het zoo warm is, dat men
zich niet kan toedekken.
Den 17den October glijden wij Kaap Komorin voorbij, de zuidelijke punt
van Indië. Indien wij van daaruit zuidelijk stoomden, zouden wij na
anderhalven dag bij den aequator zijn en voor ons zouden zich de
geweldige waterwoestijnen van het zuidelijk halfrond uitstrekken.
Stoomden wij dan steeds verder in deze richting, dan zouden wij ten
slotte twee kleine, eenzame rotseilanden ontmoeten, welker naakte
kusten door de stormen van den Indischen Oceaan worden gezweept,
Nieuw-Amsterdam en St. Paul. Maar daarna zou het deel van het
vasteland van de zuidelijke poolstreek, dat Wilhelm II heet, grenzen
aan onze vaart stellen.
Burke was niet alleen. Hij had ongeveer vijftien Europeanen bij zich.
Eenigen hunner waren wetenschappelijke mannen; zij moesten de
plantenwereld van het land, de vreemde families van de
buideldieren, de steenformaties, het klimaat, enz. onderzoeken. Een
dezer geleerden heette Wills. Verder waren er nog bedienden, die
paarden en transport moesten verzorgen.