Professional Documents
Culture Documents
M&M - Domein Tijd
M&M - Domein Tijd
Tijd: Geschiedenis
Wat is geschiedenis?
- Het geheel van menselijk handelingen die in het verleden plaatsvonden historisch
proces
- De studie van het menselijk handelen in het verleden of het onderzoek en de
beschrijving van het historisch proces
- Historicus die door onderzoek kennis van historisch proces verzamelt en vormgeeft
De bronnen
- Voorwerpen die uit het verleden tot ons zijn gekomen of getuigenissen over het
verleden.
- 2 categorieën
o Overblijfselen
Voorwerpen die meer vertellen over verleden
o Overleveringen
Mondelinge of schriftelijke getuigenissen die een eenvoudige/complexe
gebeurtenis beschrijven, verhalen of becommentariëren
- Indeling
o Geschreven /ongeschreven
Geschreven bronnen
Alle mogelijke teksten waarover we nu beschikken
Elke tekst = een historische bron
Ongeschreven bronnen
Materiele bronnen
o Archeologische bronnen
o Een spoor van menselijke activiteit bv. dagelijkse voorwerpen,
woningen, graven; wegen,…
o Moeten opgegraven worden archeoloog of wetenschapper
o Munten info over handelsbetrekkingen, economische toestanden,
financiële markten, prijzen, personen, instellingen… numismaticus
bestudeert deze zaken
1
o Met de hand vervaagde afbeeldingen kunsthistoricus
o Mechanisch vervaagde afbeeldingen: foto’s, film, …
Immateriële bronnen
o Orale bronnen: mondelinge overleveringen, ver als recent verleden
stammen
o Bv. mythes, sagen en volksverhalen of nu: interviews
o Talen, dialecten, zegswijzen, namen, tradities, kleding,…
o Primaire/secundaire bron
Primaire bron
Direct afkomstig van een persoon die betrokken was bij een bepaalde
gebeurtenis, persoon of tijdsperiode
Kunnen ‘gekleurd’ zijn en foutieve info doorgeven
Secundaire bron
Bevat info die gebaseerd is op info die eerder doorgegeven is door 1 of
meerdere primaire bronnen
Geven een correcter beeld aan bepaalde gebeurtenissen
o Bewuste/onbewuste bron
Bewuste bron
Maker van bron heeft de bedoeling om verslag te doen van een
gebeurtenis aan de tijdgenoten/nageslacht
Onbewuste bron
Niet het doel om het verslag te doen van gebeurtenissen maar leveren wel
veel info aan om het verleden te reconstrueren
Bv. dagboek, verhalen, schoolschriften, kattenbelletjes, …
- Historische kritiek
o Historicus die overblijfselen of overleveringen kritisch bevraagd
o De uitwendige kritiek
Bevraagt de omstandigheden waarin de bron tot stand kwam
Bestaat uit:
De oorsprongskritiek
o Wie ‘maakte’ de bron? Waar en Wanneer werd de bron gemaakt?
De oorspronkelijkheidskritiek
o Is dit de authentieke versie van de bron?
De ontleningskritiek
o Wordt er werk van anderen gekopieerd? Wordt er plagiaat gepleegd?
o De inwendige kritiek
Bevraagt de bron inhoudelijk en peilt naar de boodschap en de waarde van de
bron
Bestaat uit:
De interpretatiekritiek
o Wat wilde de maker eigenlijk meedelen met de bron? Wat is zijn/haar
boodschap? Waarom werd de bron gemaakt?
De gezagskritiek
o Is deze bron historisch waardevol? Dit kan pas geëvalueerd worden na
3 delen onderzoeken:
Inlichtingskritiek
2
Hoe heeft de maker van de bron kennis verworven van wat
hij via de bron te kennen geeft?
Geloofwaardigheidskritiek
In hoeverre is de maker subjectief/objectief geweest bij het
weergeven van de vertelde werkelijkheid
Waardebepaling
Wat is de waarde van deze bron voor de kennis van het
verleden
- Periodisering in de eindtermen
o Tijd tijdsband
o Geschiedenis periodes
o Doel:
Het ontwikkelen en vergroten van het tijdsbewustzijn en van de omgang met
dagelijkse (of cyclische) tijd en historische (of lineaire tijd)
o Historisch tijdsbewustzijn kinderen tot besef komen dat het leven van mensen
beïnvloed wordt door de tijd waarin we leven
De wereld van nu bepaald door de wereld van gisteren en wereld van morgen
o 4 basis indelingen
1. Prehistorie/ oudheid
Tot ca. 500
2. Middeleeuwen
Ca. 500 – ca. 1500
3. Nieuwe tijden
Ca. 1500 tot onze tijd
4. Onze tijden
Periode waarin de kinderen nog levende getuigen kunnen ontmoeten
- Periodisering in de leerplannen lager onderwijs
o Katholiek onderwijs en OVSG dezelfde periodisering
1. Prehistorie/ oudheid
Tot ca. 500
2. Middeleeuwen
Ca. 500 – ca. 1500
3. Nieuwe tijden
Ca. 1500 tot onze tijd
4. Onze tijden
Periode waarin de kinderen nog levende getuigen kunnen ontmoeten
o Gemeenschapsonderwijs:
1. Prehistorie
Tot ca. 3800 v.C.
3
2. Oudheid
Van ca. 3800 v.C. tot ca. 500
3. Middeleeuwen
Van ca. 500 tot ca. 1500
4. Nieuwe tijden
Van ca. 1500 tot onze tijd
5. Onze tijd
4
Geeft de verhoudingen aan tussen de mensen onderling en de verschillende
maatschappelijke geledingen
4. Cultureel domein
Het ruimste
Handelt over de elementen van het dagelijks leven, wetenschap, godsdienst,
gebruiken, gewoontes en kunstuitingen
o Domeinen maatschappelijke referentiekader
1. Sociaal-politiek domein
2. Sociaaleconomisch domein
3. Sociaal-cultureel domein