Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 5

1) De inkomensverdeling en de meting van de inkomensongelijkheid

a. Decielverdeling
i. Decielspanning= inkomensaandeel 10% rijkste/inkomensaandeel 10% armste
ii. In België. Verdeelt me de bevolking in decielen= 10% van de gezinnen
b. Inkomensverdeling per inkomensklasse
i. Aangifteaandeel betekenen in %
1. Aantal X / totaal . 100 = p239
2. Cumulatieve berekening = x3 = x1+x2+x3 (in %)

c. Gini-coëfficiënt
i. Geeft aan hoe gelijk of ongelijk dat de inkomensverdeling is
1. Kan niet meer dan 1 zijn en minder dan 0 wan de inkomensverdeling
kan niet meer ongelijk zijn dan dat 1 en gelijker dan 0
d. Equivalent inkomen
i. Inkomens worden altijd uitgedrukt per gezin (zoals we in het begin zagen)
maar gezinnen verschillen.
1. Als je rekening houd met de samenstelling van het gezin bereken je
het equivalent inkomen
a. Gezinsinkomen/ factor (geg)= equivalent ink.
b. Gini-coëfficiënt op basis van equivalent inkomen is betere
maatstaf om inkomensongelijkheid te beoordelen.
2) Oorzaken van de inkomensongelijkheid

a. Ongelijke inkomens

i. Begrip : CEO = chief executive officer

ii. Gaussverdeling

1. Er zijn weinig menden die geen talent hebben

2. Er zijn een gemiddeld aantal mensen die talent hebben

3. Er zijn weinig mensen met veel talent (Messi)

b. Maar de ongelijkheid is niet ‘normaal’ …

i. Waarom zijn inkomens niet normaal verdeeld


1. Sponsors

2. Productenverschil

3. Groot vermogen (interest, aandelen kopen en verkopen, …)

ii. Scheve ongelijke inkomensverdeling

1. Weinig gezinnen hebben heel hoog inkomen

2. Meeste gezinnen hebben relatief laag inkomen

iii. Factoren die niet-normale inkomensverdeling verklaart

1. Afkomst: wie in een welvarend gezin opgroeit zal op reis kunnen


gaan en krijgen ook de kans om te gaan studeren en dan later een
goedbetaalde job te krijgen en als je bij een arm gezin opgroeit zal
je het omgekeerde meemaken.

2. Vermogen: als je al een groot vermogen hebt zul je ook meer


verdienen door interest op je bankrekening, beleggen, …

3. Zeldzame begaafdheid: vb Romelu Lukaku zal meer verdienen


dan een bekende kaatser omdat er meer vraag naar is.

4. Productiviteitsverschillen: de sectoren die het meest productiefst


zijn, zijn ook het meest kapitaalintensief

5. Maatschappelijke waardering: een priester word tegenwoordig


minder gewaardeerd dan bv een topadvocaat en dit beïnvloedt
dan oook het inkomen.

3) Instrumenten van de inkomensverdeling

a. Van primair tot belastbaar inkomen


i. De overheid laat de niet-actieven delen in de welvaart en organiseert
daarbij een verplichte solidariteit van de actieven tegenover de niet-
actieven. De primaire inkomensverdeling wordt dus stevig aangepakt

met als bedoeling de inkomens gelijker te verdelen.

b. Belastingstelsels
i. Degressief tarief

1. Iedereen betaalt hetzelfde bedrag belastingen , maakt niet uit hoe


hoog inkomen je hebt. Dus naarmate je meer verdient zal het
belastingpercentage dalen.

ii. Proportioneel tarief of vlaktaks

1. Iedereen betaalt hetzelfde percentage belasting ongeacht het


inkomen.

iii. Progressief tarief

1. Naarmate het inkomen toeneemt, betaal je procentueel meer


belasting.

c. Begrippen

i. personenbelasting = inkomstenbelastingen betaalde door particuliere

ii. Getrapte progressie = elastbaar inkomen word ingedeeld in schijven

iii. Marginaal belastingspercentage = bepaalt de belasting die op elke euro


betaalt wordt

iv. Gemiddeld belastingpercentage = te betalen belastingbedrag/ totale


inkomen

d. Verticale herverdeling

i. Van de hogere naar de lagere inkomensklassen

e. Is de personenbelasting in België te hoog?

i. Wij hebben grote overheid en dus is de belastingdruk hoog is.

f. Sociale zekerheid = sociaal opvangnet


i. Klassieke sociale zekerheid gefinancierd door RSZ-bijdragen en ook door
federale overheid betaalt jaarlijks forfaitaire som.

ii. De sociale bijstand word door de federale begroting gedragen.

iii. Klassieke sociale zekerheid bevat 7 takken:

1. Werkloosheid

2. Pensioenen

3. Gezinsbijslag

4. Ziekte- en invaliditeitsverzekering

5. Arbeidsongevallenverzekering

6. Beroepsziekteverzekering

7. Jaarlijks vakantie

iv. Sociale bijstand omvat

1. Leefloon

2. Inkomensgarantie voor ouderen

3. Uitkeringen aan mindervaliden

v. Taxshift

1. Belastingen gaan verschuiven

a. Bv. Er worden minder belastingen bij zonnepanelen


gevraagd en meer accijnzen

You might also like