Professional Documents
Culture Documents
NJB 2023 1078 - Kroniek Van Het Strafprocesrecht
NJB 2023 1078 - Kroniek Van Het Strafprocesrecht
Naast de oorlog in Oekraïne en de voortslepende politieke discussies over het stikstofbeleid, de opvang van
vluchtelingen en de aardbevingsschade, brak ook de strafrechtelijke actualiteit een aantal malen door in de
hoofdlijnen van het nieuws. Dat gebeurde door een aantal uiteenlopende gebeurtenissen die sprekende
beelden opleverden. Die volgen in vogelvlucht in de inleidende beschouwingen van deze kroniek. Vervolgens
worden in de gebruikelijke rubrieken (beleid en onderzoek, wetgeving en rechtspraak) de overige strafrechtelijke
actualiteiten van het afgelopen half jaar besproken.
Auteurs nen tegen Rusland bij het EHRM. De Grote beginsel. Enige notities over zijn inhoud en van de Raad van State over het concept-
1. Alle auteurs zijn werkzaam bij de Erasmus Kamer van het EHRM verklaarde de klach- omvang’, NJB 1969, p. 485-495 en A.C. ’t wetsvoorstel tot wijziging van de Penitentiai-
Universiteit Rotterdam. Prof. mr. J.S. Nan ten op 22 november 2022 voor een deel Hart, Openbaar ministerie en rechtshand- re beginselenwet in verband met aanvullen-
en prof. mr. P.A.M. Verrest zijn hoogleraar ontvankelijk: EHRM 22 november 2022, having, Arnhem: Gouda Quint 1994, de maatregelen tegen georganiseerde
straf(proces)recht. Mr. C.L. van der Vis is appl. nrs. 8019/16, 43800/14 en p. 30-57 en 120-121. criminaliteit tijdens detentie van 6 april 2023.
wetenschappelijk docent straf(proces)recht. 28525/20. 9. ‘Onvoorstelbaar grote hoeveelheid drugs Zie verder Kamerstukken II 2022/23, 24587,
De kroniekperiode loopt grofweg van half 5. mensenrechten.nl/actueel/ in Rotterdam en Antwerpen gevonden: 160 nr. 894 en de brief in de bijlage bij Kamer-
september 2022 tot maart 2023. Met ont- nieuws/2023/01/31/demonstratierecht- ton coke in 2022’, AD 10 januari 2023. stukken II 2022/23, 29911, nr. 374.
wikkelingen nadien is slechts mondjesmaat onder-druk-blijkt-uit-aanhouding-klimaat- 10. ‘Gearresteerde Nederlanders waren van 13. Kamerstukken II 2022/23, 29911, nr.
6. Zie Rb. Den Haag 28 februari 2023, 25 september 2022. 14. Zie D. van Toor, ‘Nederland is geen
Noten ECLI:NL:RBDHA:2023:2284: het gebied 11. Zo is een extra grond voor plaatsing in narcostaat: over de (on)zin van een omstre-
2. Rb. Den Haag 17 november 2022, waarop de gedragsaanwijzing betrekking de EBI toegevoegd. Zie Wijziging van de den concept’, AA 2022, p. 896-901.
ECLI:NL:RBDHA:2022:12216, had werd verkleind tot enkel het zich Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing 15. Onderzoeksraad voor Veiligheid, Bewa-
ECLI:NL:RBDHA:2022:12217, ophouden op de A12 en niet in de omge- van gedetineerden in verband met de wijzi- ken en beveiligen, Lessen uit drie beveili-
ECLI:NL:RBDHA:2022:12218, ving. ging van de regeling inzake de plaatsing in gingssituaties, Den Haag, februari 2023.
ECLI:NL:RBDHA:2022:12219. 7. Zo kan opruiing op indirecte wijze plaats- de extra beveiligde inrichting en de herbe- 16. Zie Kamerstukken II 2022/23, 29911,
3. politie.nl/informatie/transcriptie-van- vinden, zie HR 24 maart 2020, oordeling hiervan en het uitsluiten van nr. 395, p. 13-18.
persconferentie-jit-mh17-op-8-februa- ECLI:NL:HR:2020:447 (Context). Zie verder gedetineerden met een verhoogd vlucht- of 17. Zie H. Nelen e.a., Koers bepalen.
ri-2023.html. ook HR 15 december 2020, maatschappelijk risico van regionale plaat- Over de lessen van de versterking aanpak
4. Wel is er o.a. nog de procedure die ECLI:NL:HR:2020:2020 (Blokkeerfriezen). sing, Stcrt. 2022, 33928. georganiseerde drugscriminaliteit, Den
Oekraïne en Nederland hebben aangespan- 8. Zie J.M.A.V. Moons, ‘Het opportuniteits- 12. Zie het advies van de Afdeling advisering Haag: Boom criminologie 2023.
18. Jessica Loudis, ‘The cartel, the journalist andere lidstaten voor de bestrijding van evaluaties wel eens anders geweest. dood’, NJB 2017/774, afl. 14.
and the gangland killings that rocked the criminaliteit, en 6) de tenuitvoerlegging van 24. FATF-rapport, p. 7, 41-47. 33. Kamerstukken II 2022/23, 34843, nr.
Netherlands’, The Guardian 6 oktober straffen – inclusief vrijheidsbeneming (o.a. 25. FATF-rapport, p. 48. 68, p. 19.
2022; Jean-Pierre Stroobants, ‘La Mocro CPT). 26. FATF-rapport, p. 73-74. 34. J.H.L.J. Janssen, W.H.B. Dreissen & K.
Maffia terrorise les Pays-Bas pour faire 20. FATF, Anti-money laundering and 27. FATF-rapport, p. 9, 79-82. Men zou Juncker, Naar een aparte strafbaarstelling
libérer son chef’, Le Monde 22 oktober counter-terrorist financing measures - The hieruit kunnen afleiden dat de noodzaak van psychisch geweld? Voor- en tegen-
2022. Netherlands, Fourth Round Mutual Evalua- van het wetsvoorstel Confiscatie criminele argumenten, Expertisecentrum Veiligheid
19. Om helemaal compleet te zijn, zouden tion Report, Paris: FATF/OECD 2022. goederen dat op het moment voor advies Avans Hogeschool 2022.
de volgende bronnen en invalshoeken moe- 21. Council of the European Union, Evalua- aanhangig is bij de Raad van State, niet zo 35. Zie ook T. Engelfriet, ‘Psychisch geweld.
ten worden gecombineerd, die tezamen een tion report on the ninth round of mutual hoog is. Vaak nauwelijks zichtbaar en niet expliciet
vrijwel volledige externe blik op het Neder- evaluations (report on the Netherlands), 28. FATF-rapport, p. 12, 32, 181-184 en strafbaar’, PROCES 2021, p. 371-374.
landse strafrecht opleveren: 1) rechtspraak Brussel, 2 december 2022. Voorwerp van EU-rapport. 36. De onderzoekers hebben als concept
van internationale hoven, het EHRM en het evaluatie waren de uitvoering door Neder- 29. EU-rapport, p. 12-13, 77, 95. opgesteld: ‘Hij die wederrechtelijk stelsel-
Hof van Justitie voorop, 2) andere dwin- land van het kaderbesluit inzake het Euro- 30. De evaluatoren vinden dat het hof matig ernstig inbreuk maakt op de geestelij-
gende beoordelingen van het Nederlandse pees aanhoudingsbevel, het kaderbesluit feitelijk de hoogste rechter is en dus de ke integriteit van een ander, terwijl hij weet
recht (zoals evaluaties over adequate imple- wederzijdse erkenning vrijheidsbenemende bevoegdheid (of plicht) moet hebben om of redelijkerwijs moet vermoeden dat zijn
mentatie en uitvoering van EU-wetgeving maatregelen, het kaderbesluit voorwaarde- prejudiciële vragen te stellen aan het Hof handelen ernstig inbreuk maakt op de gees-
door de Europese Commissie, 3) systeem- lijke sancties en het kaderbesluit inzake van Justitie. Zie EU-rapport, p. 10. telijke integriteit van die ander wordt
beoordelingen, zoals die van CEPEJ, 4) toezichtmaatregelen als alternatief voor 31. B. de Wilde e.a., Strafbaarstelling van gestraft met ….’
evaluaties die zien op wetgeving en praktijk voorlopige hechtenis. lijkschennis, Den Haag: WODC 2022. Zie 37. N.L. Holvast e.a., Beelden van geweld.
ten aanzien van de bestrijding van bepaalde 22. coe.int/en/web/cpt/-/council-of-euro- kort J.M. ten Voorde, ‘Seksuele misdrijven: Een mixed-methods onderzoek naar geweld
strafbare feiten – denk aan o.a. de FATF, pe-anti-torture-committee-carries-out- vijf ontwikkelingen’, PROCES 2023, p. 5-9. en agressie tegen journalisten, Den Haag:
GRECO, 5) evaluaties van de strafrechtelijke 16-day-visit-to-the-netherlands. 32. Zie ook W.L.J.M. Duijst & T. Krap, Boom juridisch 2022.
samenwerking die Nederland heeft met 23. Dat is zeker wat betreft eerdere FATF- ‘Lichamelijke integriteit bij leven en na de
vraag op of het strafrecht nog altijd een louter publiek- indien zelfonderzoek en zelfmelding uitgebreid zouden
rechtelijke aangelegenheid is of dat private partijen daar- moeten worden naar andere strafbare feiten dan fraude
in ook een rol toebedeeld kunnen (of moeten) krijgen. Er en corruptie.
lijkt sprake van verschuivende publiek-private verhoudin-
gen die mogelijk de weg vrijmaken voor publiek-private Publiek-private verhoudingen in het strafrecht; de rol van
samenwerking in het strafrecht.38 Los van de breedvoerige de poortwachter
fundamentele discussie over de karakterisering van ons Hoewel dat strikt genomen niet binnen deze kroniek-
strafprocesrecht en de vraag of er plaats is voor privatise- periode valt, sluit het voorgaande aan bij Rotterdamse
ring, is het goed de verschillende private verschijningsvor- onderzoek naar de bijzondere rol van advocaten als poort-
men te onderscheiden en te onderzoeken. Onderzoekers wachter. Van Wingerde & Hofman onderzochten de invul-
van de VU Amsterdam hebben in opdracht van het WODC ling van de rol van poortwachters (accountants, advocaten,
in dit kader rechtsvergelijkend en empirisch onderzoek belastingadviseurs en notarissen) bij de bestrijding van
verricht naar de zelfmelding van fraude en corruptie door criminaliteit, in het bijzonder witwassen.40 De beroeps-
bedrijven in Duitsland, Engeland, Wales, Frankrijk en de groepen zijn volgens de onderzoekers gegroeid in hun rol
Verenigde Staten.39 Daaruit worden de eventuele opbreng- die aanvankelijk vooral werd ervaren als aan hen te zijn
sten en risico’s voor de Nederlandse situatie gedestilleerd, opgelegd. Desondanks blijkt de invulling van die rol nog
daar het in ons land (nog) ontbreekt aan enig beleids- of altijd moeilijk. Met betrekking tot de hiervoor besproken
wettelijk kader. Er wordt in het onderzoek ook aandacht dubbelrol van advocaten is het interessant dat ook in dit
besteed aan de rol van de advocaat die als leider van het onderzoek de poortwachters aangeven de meldplicht
interne onderzoek een onafhankelijke rol dient aan te tegenstrijdig te vinden aan de vertrouwensrelatie met cli-
nemen die vervolgens niet strookt met diens partijdigheid enten.41 Bovendien is een gebrek aan ‘guidance’ als pro-
in relatie tot de cliënt. Op basis van de rechtsvergelijkende bleem gesignaleerd. De invulling van de rol brengt dan
studie hebben de onderzoekers voorwaarden, incentives, ook nog altijd veel onzekerheden met zich, hetgeen speci-
aandachtspunten voor de procedure en rechtswaarborgen fiek ten aanzien van het anti-witwasbeleid vanwege de
geformuleerd. Uit het empirische onderzoek volgt onder zogenoemde ‘risk based-benadering’ spanningen oplevert.
meer dat zelfonderzoek als positief wordt ervaren, met Ook over de gevolgen van hun handelen bestaan onzeker-
name vanwege de efficiëntie en de grote opbrengst aan heden. De angst om het verkeerd te doen kan dan de over-
informatie die tijdens dat onderzoek door het bedrijf zelf hand nemen en soms kiezen poortwachters er dan voor
vergaard is. Voor zelfmelding ligt dit anders, omdat de om bepaalde dienstverlening niet meer aan te bieden. In
voordelen daarvan nog niet opwegen tegen de nadelen, zoverre lijken de open normen een averechtse werking tot
zoals de onduidelijkheid over de gevolgen van die mel- gevolg te hebben. De uitvoeringspraktijk van de poort-
ding, de rol van advocaten en spanningen tussen de OM- wachter, die in ieder geval op papier een zeer waardevolle
transactiepraktijk en het oordeel van de rechter in een en efficiënte rol vervult, staat voor uitdagingen.
strafzaak. Ook voor zelfonderzoek worden risico’s c.q. Dat is eigenlijk symptomatisch voor de publiek-priva-
nadelen onderkend. Daaronder worden – niet verrassend te samenwerking in het strafrecht. Er valt winst te beha-
– verstaan het risico op zelfincriminatie, kosten van het len door de rollen van deze private partijen in het straf-
onderzoek, reputatieschade en de vraag in hoeverre het recht te vergroten, maar beide onderzoeken laten vooral
OM kan vertrouwen op de informatie die vergaard is tij- zien dat er zowel op het gebied van beleid als regelgeving
dens het zelfonderzoek. Het is volgens de meerderheid nog veel moet gebeuren om die samenwerking binnen de
van de bevraagde deskundigen een goed streven om deze strafrechtelijke rechtshandhaving tot een juridisch succes
vorm van privaat onderzoek te reguleren, maar met dien te maken.
verstande dat de bereidheid om zelfonderzoek te verrich-
ten en tot zelfmelding over te gaan, kan afnemen. Als 3. Wetgeving
Nederland tot regulering overgaat, verdient volgens de
onderzoekers de rol van advocaat als onafhankelijk onder- Modernisering Wetboek van Strafvordering
zoeker enerzijds en als partijdig raadsman anderzijds in Het wetsvoorstel voor het gemoderniseerde Wetboek van
het bijzonder de aandacht. Regulering kan volgens hen Strafvordering heeft inmiddels een eigen Kamerstuknum-
voorts bijdragen aan transparantie (en daarmee ook als mer: het omvangrijke wetsvoorstel werd op 17 maart 2023
middel tegen het idee van een klassenjustitie) en bescher- ingediend bij de Tweede Kamer.42 De parlementaire
ming bieden aan slachtoffers van fraude en corruptie als- behandeling is daarmee officieel begonnen. Vorig jaar had
mede aan natuurlijke personen die als verdachten worden de Afdeling Advisering van de Raad van State thematisch
aangemerkt. Vervolgonderzoek is ten slotte aangewezen haar visie op dit wetgevingsproject gegeven en begrijpe-
38. Over die verschuivingen sprak Cleiren notarissen in hun rol als poortwachter, Den lid 4 sub c Wwft (kunnen) vallen bij hun En eerder Kamerstukken II 2015/16, 29279,
tijdens de Thorbeckelezing in 2010: C.P.M. Haag: Sdu 2022. werkzaamheden als in die Wwft beschre- nr. 325 en Kamerstukken II 2019/20,
Cleiren, Evolueren naar meer horizontale en 41. De rol van poortwachter houdt volgens ven. 29279, nr. 539.
multidimensionale verhoudingen in het de onderzoekers in dat de professionele 42. Kamerstukken II 2022/23, 36327, nrs. 49. W.F. van Hattum, ‘Straffen met meer
strafrecht, Deventer: Kluwer 2010. Zie over dienstverleners (periodiek) onderzoek moe- 1-3. dan twintig jaar: aantallen en aandachts-
publiek-private samenwerking in het straf- ten doen naar hun cliënt, bij twijfel over de 43. Zie daarover de Beslisnota van 20 okto- punten’, Sancties 2020/74.
recht ook D.G.J. Grimmelikhuijzen, goede bedoelingen van die cliënt hun dien- ber 2022, 4269964. 50. Conceptwetsvoorstel Wijziging van het
‘Publiek-private samenwerking bij strafrech- sten moeten weigeren of stopzetten en dat 44. Kamerstukken II 2022/23, 36327, nr. 3, Wetboek van Strafrecht in verband met de
telijke rechtshandhaving’, BSb 2022-6, zij transacties waarvan het vermoeden par. 6. verhoging van het strafmaximum voor deel-
p. 239-243. bestaat dat die verband houden met illegale 45. Stb. 2022, 276. neming aan een terroristische organisatie.
39. C.A. Meerts e.a., Zelfonderzoek en zelf- geldstromen moeten melden als ongebrui- 46. Kamerstukken II 2022/23, 36327, nr. 3, 51. Concept-memorie van toelichting bij
melden van fraude en corruptie door kelijk bij de FIU. Een en ander om te voor- par. 7.3. Wijziging van het Wetboek van Strafrecht
bedrijven, Den Haag: WODC 2023. komen dat hun dienstverlening wordt 47. Kamerstukken I 2022/23, 35871, D en in verband met de verhoging van het straf-
40. K. van Wingerde & C. Hofman, Wach- misbruikt en om de integriteit van het Verslag van de vergadering van 21 februari maximum voor deelneming aan een terro-
ters aan het woord. Dilemma’s van accoun- financieel stelsel te beschermen. Specifiek 2023 (2022/23 nr. 20). ristische organisatie, p. 3.
tants, advocaten, belastingadviseurs en voor advocaten geldt dat zij onder artikel 1a 48. Kamerstukken II 2020/21, 35871, nr. 3.
tigheid aan de meest ernstige levensdelicten eenzelfde De ruime reikwijdte van het
maximum oplevert.
voorstel en de mogelijke
Wetsvoorstel seksuele misdrijven
Op 10 oktober is het wetsvoorstel seksuele misdrijven omkering van de bewijslast
naar de Tweede Kamer gestuurd.52 Na de tweede consulta-
tieronde is het wetsvoorstel op een aantal punten gewij- stuiten op bezwaren die vast
zigd naar aanleiding van de verkregen input uit de advie-
zen. Zo is bijvoorbeeld door de ruimere reikwijdte van en zeker onderwerp van
aanranding en verkrachting de eerder voorgestelde zelf-
standige strafbaarstelling van seksuele handelingen bij parlementaire discussie worden
een persoon die als gevolg van een staat van geestelijke
dan wel lichamelijke onmacht in een positie verkeert dat
hij/zij niet in staat is om de wil te uiten, komen te verval-
len. In voorgesteld artikel 254 zijn de strafverzwarings- gesteld dat ‘de drager een aannemelijke, verifieerbare en
gronden voorts bij elkaar gebracht; denk aan de gevallen niet op voorhand onaannemelijke verklaring aannemelijk
waarin het feit wordt begaan in de hoedanigheid van [zal] moeten maken dat het (onverpakte) bezit van het
ambtenaar, of indien de schuldige werkzaam is in een desbetreffende voorwerp, mede gelet op de aard van het
penitentiaire inrichting dan wel in de maatschappelijke voorwerp en de omstandigheden van het geval, een der-
of gezondheidszorg, etc. Verkrachting en aanranding zelf gelijk maatschappelijk aanvaardbaar doel dient’. Dat is
zijn uitgebreid met een aantal specifieke strafbaarstellin- bepaald geen messcherpe formulering. De ruime reik-
gen ten aanzien van kinderen in drie leeftijdscategorieën wijdte van het voorstel en de mogelijke omkering van de
(respectievelijk zestien tot achttien jaren, twaalf tot zes- bewijslast stuiten op bezwaren die vast en zeker onder-
tien en beneden de twaalf jaar). In de memorie van toe- werp van parlementaire discussie worden. Tegelijkertijd
lichting worden de overige wijzigingen ten opzichte van moet de vraag worden gesteld wat deze wetswijziging toe-
de laatste consultatieversie uitgebreid besproken.53 In de voegt aan het bestaande instrumentarium. Artikel 27
brief van 12 december, waarin de Minister van Justitie en WWM behelst immers al het verbod op het voorhanden
Veiligheid de Kamer heeft geïnformeerd over het imple- hebben van voorwerpen van de genoemde categorie IV
mentatietraject, wordt duidelijk gemaakt dat de wet onder 6, inhoudende alle door de minister aangewezen
urgentie heeft.54 Het is de bedoeling dat de wet in 2024 in voorwerpen die geschikt zijn om daarmee personen ern-
werking zal treden. stig lichamelijk letsel toe te brengen. Is dit wetsvoorstel
dan louter symbolisch?
Landelijk verbod op bezit en verkoop gebruiksmessen
Om het steekwapengeweld onder jongeren terug te drin- 4. Rechtspraak
gen is ter consultatie aangeboden het wetsvoorstel tot
een verbod op de verkoop van gebruiksmessen aan min- Post-Jaddoe
derjarigen en het dragen daarvan in de openbare ruim- Er was in de vorige kroniekperiode wat gedoe over de
te.55 Dit wetsvoorstel is onderdeel van het ‘Actieplan beoordeling in cassatie van een veroordeling die pas in
wapens en jongeren’ en betreft een uitbreiding van de hoger beroep tot stand is gekomen. In de zaak Jaddoe had
reeds bestaande verboden in artikel 13, 26, 27 en 31 het Mensenrechtencomité namelijk geoordeeld dat de ver-
WWM. Een aantal gemeenten dat kampt met steekwapen- korte motivering van de Hoge Raad op de voet van artikel
geweld heeft inmiddels via de APV, ter aanvulling op de 81 RO, niet door de beugel van artikel 14 lid 5 IVBPR kon.
WWM, het dragen van messen of andersoortige scherpe Die laatste bepaling geeft immers het (zachte) mensen-
voorwerpen die als steekwapen gebruikt kunnen worden, recht om een veroordeling door een hoger rechtscollege te
verboden. Door de gemeenten wordt het landelijk verbod laten beoordelen. Daarbij moeten zowel de feiten als het
toegejuicht vanwege de eenheid in regelgeving, omdat er recht aan een herbeoordeling (kunnen) worden onderwor-
thans regionale verschillen (kunnen) bestaan. Maar de pen. Het Comité viel – niet unaniem overigens – over het
Raad van State is kritisch over het voorstel. Zo vraagt de feit dat met de verkorte motivering ‘the Supreme Court
Raad zich in het licht van rechtszekerheid af of de delicts- did not provide adequate details of its considerations of
omschrijving voldoende bepaald is. Bovendien wijst de the lawfulness and sufficiency of the facts and evidence
Raad op het risico van een omgekeerde bewijslast die het used and the reasoning of its re-assessments. The Com-
voorstel tot gevolg lijkt te hebben. In artikel 27 lid 3 mittee therefore considers that in the present case, the
WWM wordt een categorie toegevoegd onder de Ministe- Supreme Court did not properly assess the sufficiency of
riële vrijstelling, en wel voor zover het wapens betreft facts and incriminating evidence which supported the
van de categorie IV onder 6, of wanneer het gaat om author’s conviction’. Het lijkt er dus op dat, in de woorden
maatschappelijk aanvaardbare activiteiten, waaronder van Bektesevic en Gonzalez Bos, een gebrek aan motive-
activiteiten op het gebied van educatie, recreatie, sport, ring door de Hoge Raad doet vermoeden dat dus onvol-
beroeps- of bedrijfsuitoefening en onderhoudswerkzaam- doende naar de inhoud is gekeken.56 Het hele systeem
heden. Een algeheel verbod betekent aldus dat de bezitter hoeft niet op de schop. Er is veeleer sprake van een moti-
steeds zal moeten aantonen dat hij maatschappelijk aan- veringsprobleem, aldus ook procureur-generaal Bleichrodt
vaardbare redenen heeft om het voorwerp bij zich te dra- in diens conclusie voor het Post-Jaddoe-arrest van de Hoge
gen. Ter zake wordt in de memorie van toelichting Raad.57
52. Kamerstukken II 2022/23, 36222, nr. 2. 58. S.M.A. Lestrade, ‘Kroniek van het 62. Met een bekennende verdachte is de zijn dat deze geen uitdrukkelijke weerleg-
53. Zie Kamerstukken II 2022/23, 36222, straf(proces)recht’, NJB 2022/2363, afl. 33. strafrechter doorgaans natuurlijk snel klaar ging behoeft. Een aangevoerd alternatief
nr. 3, onder 8. 59. HR 24 januari 2023, (in bewijsrechtelijke zin dan), getuige ook scenario kan ook tot een onterechte vrij-
54. Kamerstukken II 2022/23, 34843, nr. ECLI:NL:HR:2023:40. art. 359 lid 3, tweede volzin Sv. Waarmee spraak leiden, zie daarover L. Stevens,
65. 60. Concl. P-G Bleichrodt, niet gezegd is dat ook een bekennende Onterechte vrijspraken? Over hoe de rech-
55. Wijziging van de Wet wapens en muni- ECLI:NL:PHR:2022:1143, bij HR 24 januari verklaring met voldoende gezonde argwaan ter redeneert met een alternatief scenario
tie in verband met de invoering van een 2023, ECLI:NL:HR:2023:40; en D. Bektesevic moet worden beoordeeld. De diverse her- van de verdachte (oratie VU), Den Haag:
verbod op de verkoop van bepaalde & N. Gonzalez Bos, ‘De Hoge Raad als zieningszaken zijn daarvan steeds pijnlijke Boom juridisch 2017. Zie ook L. Stevens,
gebruiksmessen aan minderjarigen en het higher tribunal in de zin van artikel 14 lid 5 voorbeelden. ‘Komt een verdachte met een alternatief
dragen daarvan in de openbare ruimte. De IVBPR’, NJB 2022/2488, afl. 35. 63. Vergelijk HR 19 januari 2010, scenario’, Strafblad 2017/2.
consultatietermijn is inmiddels verstreken. 61. HR 20 december 2022, ECLI:NL:HR:2010:BK2880, NJ 2010/475, 65. Zie bijvoorbeeld A.N. Biersteker & B. de
56. D. Bektesevic & N. Gonzalez Bos, ‘De Hoge ECLI:NL:HR:2022:1864. Zie in algemene zin m.nt. J.M. Reijntjes. Wilde, ‘Het gebruik van kennelijk leugen-
Raad als higher tribunal in de zin van artikel ook T.J. van der Rijst & L. Stevens, ‘Meer 64. De Hoge Raad verwijst naar HR 16 achtige verklaringen van verdachten in
14 lid 5 IVBPR’, NJB 2022/2488, afl. 35. (ruimte) voor het gebruik van zwijgen in de maart 2010, ECLI:NL:HR:2010:BK3359, NJ bewijsmotiveringen’, DD 2015/77.
57. HR 24 januari 2023, bewijsconstructie of oude wijn in nieuwe 2010/314, m.nt. Y. Buruma. Een lezing van
digheden maar ook als kennelijk leugenachtig – en niet cale boeteprocedure gedwongen was onder andere bank-
bijvoorbeeld als een vergissing – moet worden beschouwd afschriften van een Luxemburgse bank (waar hij een of
en ten derde wat de relevantie is voor de bewijsvoering als meer rekeningen zou hebben) over te leggen aan de Belas-
geheel en dus voor het aannemen van de bewezenverkla- tingdienst, haalde het niet.
ring van de omstandigheid dat de verdachte op een De zaak is heel belangrijk omdat het EHRM naar ons
bepaald punt kennelijk leugenachtig heeft verklaard (nog weten voor het eerst een volledig kader schept om te toet-
los van de omstandigheid dat de feitenlezing van de ver- sen of het nemo tenetur-beginsel van toepassing is en
dachte naar het oordeel van de rechter niet aannemelijk is eventueel geschonden wordt. Allereerst moet worden beke-
geworden). De Hoge Raad adviseert feitenrechters uitein- ken sprake is van enige druk die is uitgeoefend op de
delijk dan ook terughoudend gebruik te maken van deze betrokkene. Vervolgens is het de vraag of die druk is uitge-
wat bijzondere bewijsconstructie. Veelal zal het voldoende oefend rondom een procedure die kan worden bestempeld
zijn om een onwaar gebleken verklaring van de verdachte als een ‘criminal charge’ of de verkregen, belastende infor-
in de bewijsvoering te betrekken – ook zonder deze als matie daarna alsnog in een zo’n procedure tegen hem
bewijsmiddel te bezigen – als het uitblijven van een ont- wordt gebruikt. Het EHRM noemt dit de twee voorvereis-
zenuwende verklaring over sterk belastende feiten of ten. Daarna moet worden beoordeeld of het gebruik van
omstandigheden of ter weerlegging van een alternatief de door dwang verkregen belastende informatie wel onder
scenario. Het betreffen, nogmaals, geen nieuwe regels, het bereik van het nemo tenetur-beginsel valt. Dat heeft
maar duidelijk is wel geworden dat de kennelijk leugen- met de bekende kwestie te maken van de wils(on)afhanke-
achtige verklaring niet (te) snel van stal moet – en ook lijkheid van het te verkrijgen materiaal. Het beginsel
niet hoeft – te worden gehaald. beoogt hoofdzakelijk de verklaringsvrijheid c.q. het zwijg-
recht te respecteren en beslaat niet wilsonafhankelijk
materiaal.67 Het belang van de onderhavige zaak is erin
gelegen dat duidelijk is dat de overheid onder dwang docu-
Het betreffen geen nieuwe regels, menten, dus wilsonafhankelijk materiaal, mag opvragen.
Voorwaarden zijn wel dat de documenten reeds bestaan
maar duidelijk is wel geworden dat (en dus niet door de betrokkene moeten worden gecre-
eerd) en dat de overheid weet dát zij bestaan (een zogehe-
de kennelijk leugenachtige ten fishing expedition is daarmee uit den boze). Hierna
moet worden nagelopen of de wijze van verkrijgen niet als-
verklaring niet (te) snel van stal nog onoverkomelijk is. Als de toegepaste dwang namelijk
een schending van artikel 3 EVRM oplevert, is het gebruik
moet – en ook niet hoeft – te van de resultaten ervan niet toegestaan. Dat is ook het
geval bij wilsonafhankelijk materiaal. Ten slotte moet, als
worden gehaald sprake is van (potentieel) gebruik in een punitieve proce-
dure van door druk afgedwongen materiaal dat binnen het
bereik van het nemo tenetur-beginsel valt, worden bezien
of de gang van zaken per saldo niet de beschermende wer-
Dat het natuurlijk wel kan, volgt uit de onderhavige king van het beginsel tenietdoet (‘extinguish the very
zaak. Het hof had tegen de verdachte diens aantoonbare essence of the privilige’), waardoor artikel 6 EVRM toch
leugenachtige verklaring over het moment waarop hij wel nog geschonden zou worden. Daarvoor moet worden geke-
en wanneer niet met het slachtoffer seks zou hebben ken naar drie eerder al geformuleerde factoren: ‘the nature
gehad, als bewijsmiddel gebruikt. In verband hiermee and degree of compulsion used to obtain the evidence; the
werd door het hof ook overwogen dat de verdachte een existence of any relevant safeguards in the procedure; and
verhaal had verzonnen over een heimelijke relatie met the use to which any material so obtained is put.’
het slachtoffer toen hij geconfronteerd werd met de belas- De Legé kreeg nul op het rekest omdat de opgevraag-
tende omstandigheid dat zijn (sperma)sporen op het de documenten reeds bestonden en de overheid van het
lichaam van het slachtoffer waren aangetroffen. Dit laat- bestaan daarvan al op de hoogte was (de Belastingdienst
ste mocht ook van de Hoge Raad. was dus niet aan het vissen). De dwangsom leverde op
zich wel de vereiste dwang op en door de fiscale boete kon
Nemo tenetur; De Legé/Nederland gesproken worden van een criminal charge, maar van een
In een uitspraak van 4 oktober 2022 heeft het EHRM de schending van artikel 3 EVRM was daarmee natuurlijk
beperkte invulling door de Hoge Raad van het nemo tene- geen sprake. Aan de (laatste) vraag of de procedure niet
tur-beginsel geaccordeerd.66 Het beginsel houdt in algeme- toch nog oneerlijk was voor De Legé, kwam het EHRM
ne termen in dat iemand (natuurlijk) niet hoeft mee te daarom niet toe.
werken aan zijn eigen veroordeling. De fiscus pleegt in
voorkomende gevallen evenwel via een civiele dwangsom Beklag tegen beslag
van de belastingplichtige bepaalde stukken te verkrijgen. In januari kwam de Hoge Raad tot enige bijstelling van
Maar mag dat wel van Straatsburg, als een criminal char- zijn rechtspraak over beklag tegen beslag, specifiek over
ge aanwezig is of te verwachten valt of die informatie de beoordeling door de beklagrechter of voortzetting van
nadien in een dergelijke procedure tegen hem wordt het beslag in overeenstemming is met de vereisten van
gebruikt? Ja, dus. De klacht van De Legé dat artikel 6 proportionaliteit en subsidiariteit en de mogelijkheden
EVRM was geschonden omdat hij in verband met een fis- tot het doen van een hernieuwd beklag.68 Maar eerst
66. EHRM 4 oktober 2022, accused through the use of compulsory ECLI:NL:HR:2023:81 en van de Innovatiewet Strafvordering en het
ECLI:CE:ECHR:2022:1004JUD005834215 powers but which has an existence inde- ECLI:NL:HR:2023:128. Besluit innovatie strafvordering, Stb. 2022, 362.
(De Legé/Nederland). pendent of the will of the suspect such 69. Zie de uiteenzetting daarvan in Concl. 71. Rb. Noord-Nederland 19 december
67. EHRM 17 december 1996, as, inter alia, documents acquired pursuant A-G Harteveld, ECLI:NL:PHR:2022:889, 2022, ECLI:NL:RBNNE:2022:4797 en Rb.
ECLI:CE:ECHR:1996:1217JUD001918791 to a warrant, breath, blood and urine sam- par. 4.3-4.7, bij HR 31 januari 2023, Overijssel 30 december 2022,
(Saunders/het Verenigd Koninkrijk), par. ples and bodily tissue for the purpose of ECLI:NL:HR:2023:128. ECLI:NL:RBOVE:2022:4015.
69:‘(…) the use in criminal proceedings of DNA testing’. 70. Besluit van 15 september 2022 tot vast-
material which may be obtained from the 68. HR 31 januari 2023, stelling van het tijdstip van inwerkingtreding
72. Dat is een lang verhaal kort. Zie uitge- 2022, ECLI:NL:HR:2022:1438, NJ 2023/43, beïnvloedende en vrijheidsbeperkende dentie HR 31 mei 2022,
breid hierover o.a. J.J. Oerlemans, ‘Meer m.nt. W.H. Vellinga. maatregel: wet en werkelijkheid’, DD ECLI:NL:HR:2022:807, NJ 2022/250, m.nt.
duidelijkheid over EncroChat-operatie’, 78. HR 21 oktober 2022, 2022/6, p. 84-85. J.M. ten Voorde.
Computerrecht 2021/195. ECLI:NL:HR:2022:1438, NJ 2023/43, m.nt. 84. Zie de recent verschenen editorial over 90. Art. 14c lid 6 Sr geeft slechts de moge-
73. B.W. Schermer & J.J. Oerlemans, ‘De W.H. Vellinga. het vijfjarig bestaan van de GVM-maatre- lijkheid tot geven van toezichtsopdracht aan
EncroChat-jurisprudentie: teleurstelling voor 79. Ingevoerd als onderdeel van de Wet gel: S. Struijk, ‘Risicovolle GVM-toepassing’, de reclassering en art. 6:3:14 lid 1, aanhef
advocaten, overwinning voor justitie?’, Langdurig Toezicht (Stb. 2015, 460) en in Sancties 2023/19. en onder a sub 4 Sv houdt in dat het OM is
TBS&H 2022/2. werking getreden op 1 januari 2018. 85. HR 29 november 2022, belast met het toezicht op de naleving van
74. Rb. Overijssel 30 december 2022, 80. Hof Arnhem-Leeuwarden 27 juli 2021, ECLI:NL:HR:2022:1763. voorwaarden die in dit geval aan een
ECLI:NL:RBOVE:2022:4015. ECLI:NL:GHARL:2021:7359. 86. Zie annotatie N. Jörg bij HR 7 juli 2020, (gedeeltelijk) voorwaardelijke straf zijn
75. Rb. Noord-Nederland 19 december 81. HR 13 december 2022, ECLI:NL:HR:2020:1215, NJ 2020/410. verbonden.
2022, ECLI:NL:RBNNE:2022:4797. ECLI:NL:HR:2022:1860. 87. Hof Den Haag 24 maart 2021, 91. HR 9 maart 2021,
76. Zie Landgericht Berlin 19 oktober 2022 82. Zie Kamerstukken II 2013/14, 33816, ECLI:NL:GHDHA:2021:569. ECLI:NL:HR:2021:248.
– (525 KLs) 279 Js 30/22 (8/22). nr. 3, p. 15. 88. HR 7 juli 2020, ECLI:NL:HR:2020:1215,
77. Concl. P-G Bleichrodt, 83. E.A.E. Fechner, M.H. Nagtegaal, P.M. NJ 2020/410.
ECLI:NL:PHR:2022:819, bij HR 21 oktober Schuyt & M.J.F. van der Wolf, ‘De gedrags- 89. Onder verwijzing naar recente jurispru-