Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 89

Machinerichtlijn

Mechanische risico’s
Hefwerktuigen

1
Inhoud

❑ Richtlijn « Machines »
❑ Normen
❑ Risicoanalyse voor machines
❑ Technisch dossier

2
Richtlijn 2006/42/EG

« Machines »

3
Veiligheid van machines: basisproblematiek

Motivering voor veiligheid van machines en installaties:

geen risico biedt voor personen (dieren, uitrusting, ...)

in overeenstemming is met de geldende voorschriften

in aannemelijke voorwaarden op economisch en menselijk vlak kan


gebruikt worden

mij niet blootstelt aan mogelijke strafrechtelijke vervolgingen

mij niet blootstelt aan eisen tot schadevergoeding (in het kader van de
"productaansprakelijkheid")

4
Machineveiligheid: actuele benadering

Evolutie in de benadering van machineveiligheid:

Toenemend belang van machineveiligheid als onderdeel van kwaliteit

Integratie van de veiligheid in het ontwerp

Groeiende voorkeur voor materiële veiligheidsoplossingen

Instrumenten voor objectieve gevaarsidentificatie en risicoevaluatie

Beschikbaarheid van normen (algemeen aanvaarde technische referenties)

Ook van toepassing op bestaande arbeidsmiddelen

5
Fabrikant vs Gebruiker

tijd
Fabrikant Gebruiker
Indienststelling
Verplichtingen
Verplichtingen fabrikant Verplichtingen gebruiker
Hiërarchische lijn / preventiedienst

• Conform richtlijn bouwen • Adequaat onderhoud


• Controle EG-verklaring aanwezig (HL/P)
• EG-verklaring van • procedure voor wijzigingen
• Instructies voor gebruiker (HL/P)
overeenstemming
• Opleiding gebruiker (HL/P)
• CE-markering aanbrengen
• Nakijken opvallende tekorten (P)
• Keuring EDTC indien vereist (HL/P)
• Veslag voor onderzoek indienststelling
opstellen (P)
(HL= Hiërarchische lijn, P= Preventiedienst

6
De Europese Richtlijn "Machines" : Structuur
Artikel 1 Toepassingsgebied
Artikel 2 Definities
Artikel 5 In de handel brengen en in bedrijf stellen
Artikel 7 Vermoeden van overeenstemming en geharmoniseerde normen
Artikel 12 Procedures voor de overeenstemmingsbeoordeling van machines
Artikel 13 Procedure voor niet voltooide machines
Artikel 16 CE-markering

Bijlage I Essentiële veiligheids- en gezondheidseisen betreffende het ontwerp en de


bouw van machines

Bijlage II Verklaringen
Bijlage III CE-markering
Bijlage IV Categorieën machines waarvoor de andere procedures gelden
Bijlage V Lijst van veiligheidscomponenten
Bijlage VI Montagehandleiding voor niet voltooide machines
Bijlage VII Technisch dossier & technische documenten

Relevante artikels en bijlagen


7
Verantwoordelijkheid voor
toepassing van de richtlijn

NORMALE VERANTWOORDELIJKE

de fabrikant of

zijn gevolmachtigde (gevestigd in de Gemeenschap)

ANDERE VERANTWOORDELIJKEN

indien de fabrikant of zijn gevolmachtigde hun verplichtingen niet vervullen :


elk ander persoon die de machine in de handel brengt of in dienst neemt ....
ook de personen die :
machines of machinedelen samenbouwen of die
machines bouwen voor eigen gebruik

8
Voorbeeld van een machine

9
Voorbeelden van « samenbouw »

10
Artikel 1: Toepassingsgebied

De richtlijn machines is van toepassing op:

- Machines;
- Verwisselbare uitrustingsstukken;
- Veiligheidscomponenten;
- Hijs- en hefgereedschappen;
- Kettingen, kabels en banden;
- Verwijderbare mechanische overbrengingssystemen

- Niet voltooide machines

11
Artikel 1: Toepassingsgebied

De richtlijn machines is NIET van toepassing op:


- Materieel voor kermissen – amusementsparken;
- Machines voor nucleaire doeleinden;
- Wapens, vuurwapens (schiethamers wel);
- Vervoermiddelen:
- landbouw- bosbouwtrekkers voor wat valt onder 2003/37/EG,
- motorvoertuigen die vallen onder andere richtlijnen
- motorvoertuigen voor competitie
- vervoer door lucht, over water en treinnetten,
- Zeeschepen en offshore eenheden;
- Machines voor militaire of politionele doeleinden;
- Machines voor onderzoeksdoeleinden voor tijdelijk gebruik in labos;
- Mijnliften;
- Machines voor het verplaatsen van kunstenaars tijdens een optreden;

12
Artikel 1: Toepassingsgebied

De richtlijn machines is NIET van toepassing op:

- Elektrische apparatuur → Laagspanningsrichtlijn


- huishoudelijke apparaten voor privé-gebruik
- audio- en video apparatuur, informatietechnologie, kantoormachines,
laagspanningsschakelmaterieel, elektromotoren

Was vroeger minder duidelijk: Indien voor een bepaalde machine de risico’s hoofdzakelijk
van elektrische oorsprong zijn, is voor die machine uitsluitend
Richtlijn 73/23/EEG(2) van toepassing.

13
Artikel 2: Definities

Machine:
- Samenstel,
- voorzien van een aandrijfsysteem,
- niet op basis van rechtstreekse menselijke spierkracht,
- van onderling verbonden onderdelen of componenten waarvan ten
minste één kan bewegen,
-samengevoegd voor een bepaalde toepassing.

Eveneens een machine:


-> montage op een vervoermiddel of in een gebouw
-> samenstellen bedoeld om als één geheel te functioneren
-> heffen van lasten door menselijke spierkracht

14
Artikel 2: Definities

Verwisselbaar uitrustingsstuk:
Een inrichting die na inbedrijfstelling van een machine of trekker door de
bediener zelf hieraan wordt gekoppeld om deze een andere of bijkomende
functie te geven, voor zover dit uitrustingsstuk geen gereedschap is;

Veiligheidscomponent:
Component
- die een veiligheidsfunctie vervult,
- die afzonderlijk in de handel wordt gebracht,
- waarvan het niet en/of verkeerd functioneren de veiligheid van personen in
gevaar brengt, en
- die niet nodig is voor de werking van de machine of die door gewone
componenten kan worden vervangen om de machine te doen werken.

15
Bijlage V : Veiligheidscomponenten

1. Afschermingen voor verwijderbare mechanische overbrengingssystemen.


2. Beveiligingsinrichtingen voor de detectie van personen.
3. Aangedreven beweegbare afschermingen met vergrendeling voor persen en/of spuitgietmachines.
4. Logische eenheden ter verzekering van veiligheidsfuncties.
5. Kleppen met extra voorzieningen voor storingsdetectie voor de beheersing van gevaarlijke
bewegingen of machines.
6. Systemen voor de afvoer van emissies van machines.
7. Afschermingen en beveiligingsinrichtingen ter bescherming van personen blootgesteld aan
bewegende delen die zijn betrokken bij het werk met de machine.
8. Bewakingsvoorzieningen voor belastingsbegrenzing en beheersing van de bewegingen bij hijs- en
hefmachines.
9. Veiligheidsmiddelen om personen op hun zitplaatsen te houden.
10. Noodstopvoorzieningen.

16
Bijlage V : Veiligheidscomponenten

11. Ontladingssystemen om accumulatie van potentieel gevaarlijke elektrostatische lading te


voorkomen.
12. Energiebeperkingsvoorzieningen en voorzieningen voor drukontlasting als bedoeld in de punten
1.5.7, 3.4.7 en 4.1.2.6 van bijlage I.
13. Systemen en voorzieningen om geluidsemissies en trillingen te beperken.
14. Kantelbeveiligingsinrichtingen (ROPS).
15. Constructies ter bescherming tegen vallende voorwerpen (FOPS).
16. Met twee handen te bedienen bedieningsorganen.
17. In de volgende lijst opgenomen componenten voor machines voor het heffen en/of laten dalen van
personen tussen verschillende stopplaatsen:

17
Artikel 2: Definities

Niet voltooide machine: ! ! !


een samenstel dat
bijna een machine vormt maar
dat niet zelfstandig een bepaalde toepassing kan realiseren.

Een aandrijfsysteem is een niet voltooide machine.

Een niet voltooide machine is slechts bedoeld om


te worden ingebouwd in of
te worden samengebouwd met een of meer andere machines of andere niet
voltooide machine(s) of uitrusting, tot een machine waarop deze richtlijn van
toepassing is;

Vroeger: niet duidelijke definitie in artikel 4 (bestemd te worden ingebouwd of


samengebouwd tot één machine )

18
Niet voltooide machine

Voorbeelden van “niet voltooide machine”

Transportband?

- Om aardappelen en bieten op te voeren, verplaatsbaar met trekker en uitgerust met


elektrische stekker en volledige besturing?
- Om ingebouwd te worden in een houtbreekinstallatie?

Bloemmolen over verschillende verdiepingen?

- Elektrische uitrusting door onderaannemer bekabeld,


- Verbinding tussen bakjeslift (emmer-elevator) en invoer zijn ter plaatse gemaakt.

Uw mening ?

19
Wat valt er onder de machinerichtlijn ?

20
Wat valt er onder de machinerichtlijn ?

21
22
Voorwaarden in handel brengen
in gebruik nemen.
•Risicoanalyse en beoordeling
•Integratie technische veiligheid (1)

•Technisch dossier (2)

•Gebruiksaanwijzing met instructies

•EG-verklaring van overeenstemming (3)


Start
•CE-markering (4)
Bepaling grenzen
machine
Risico-analyse
Identificatie
gevaren
Risico-
beoordelig

Risicoschatting

Risico-evaluatie

Nee Machine Ja
Risicoverlaging Einde
veilig ?

23
Artikel 7: Vermoeden van overeen-
stemming en geharmoniseerde normen

Machines gebouwd overeenkomstig een geharmoniseerde norm waarvan de


referenties in het Publicatieblad van de Europese Unie zijn bekendgemaakt,
worden geacht in overeenstemming te zijn met de essentiële gezondheids- en
veiligheidseisen waarop deze geharmoniseerde norm betrekking heeft.

24
Bijlagen van de
Machinerichtlijn

25
Structuur van de bijlagen

Artikel 1 Toepassingsgebied
Artikel 2 Definities
Artikel 5 In de handel brengen en in bedrijf stellen
Artikel 7 Vermoeden van overeenstemming en geharmoniseerde normen
Artikel 12 Procedures voor de overeenstemmingsbeoordeling van machines
Artikel 13 Procedure voor niet voltooide machines
Artikel 16 CE-markering

Bijlage I Essentiële veiligheids- en gezondheidseisen betreffende het ontwerp


en de bouw van machines
Bijlage II Verklaringen
Bijlage III CE-markering
Bijlage IV Categorieën machines waarvoor de andere procedures gelden
Bijlage V Lijst van veiligheidscomponenten
Bijlage VI Montagehandleiding voor niet voltooide machines
Bijlage VII Technisch dossier & technische documenten
Bijlage X Volledige kwaliteitsborging

26
Voorwaarden in handel brengen
in gebruik nemen.

•Risico-analyse →Bijlage I
•Geïntegreerde veiligheid → Bijlage I
•Technisch dossier → Bijlage VII
•Gebruiksaanwijzing → Bijlage I
•EG-verklaring van overeenstemming → Bijlage II
•CE-markering → Bijlage III

27
Bijlage I
Essentiële veiligheids- en gezondheidseisen
betreffende het ontwerp en de bouw van machines

28
Essentiële veiligheids- en gezondheidseisen:
structuur van bijlage I
Algemene beginselen
1. Essentiële veiligheids- en gezondheidseisen
1.1. Algemeen
1.2. Besturingssystemen (Bediening)
1.3. Beveiliging tegen mechanische gevaren (...risico’s)
1.4. Vereiste kenmerken van de afschermingen en beveiligingsinrichtingen
1.5. Risico’s ingevolge andere gevaren
1.6. Onderhoud
1.7. Informatie (Aanduidingen)
2. Aanvullende veiligheidseisen voor bepaalde categorieën machines
2.1. Machines voor voedingsnijverheid en cosmetica, pharmacie
2.2. Met de hand vastgehouden en/of geleide draagbare machines
2.3. Machines voor de bewerking van hout en vergelijkbare materialen
3. Aanvullende risico's te wijten aan de mobiliteit van machines
4. Aanvullende eisen ivm risico's te wijten aan hijs- en hefverrichtingen
5. Machines uitsluitend bestemd voor ondergrondse werkzaamheden
6. Aanvullende eisen ivm gevaren verbonden aan het heffen van personen

29
Bijlage I : essentiële eisen

ENKELE BASISIDEEËN OMTRENT DE ESSENTIELE EISEN

1. Essentiële eisen = lijst van na te streven doelstellingen voor alle aspecten van de
veiligheid en gezondheid bij het inzetten van machines (29 blz, vroeger 32).

2. Het begrip “essentiële eisen", uitgedrukt in algemeen geformuleerde


doelstellingen, kadert in de "nieuwe aanpak" van de Europese éénmaking. Deze
eisen zijn een onderdeel van de EU-richtlijn (= verplichte toepassing).

3. Waar de essentiële eisen de wettelijke eisen vormen, wordt aanbevolen om voor


de interpretatie en de details van de toepassing gebruik te maken van
Geharmoniseerde Europese normen (geen wettelijke eisen, aanbevelingen, maar
die wettelijk vermoeden van overeenstemming geven).

4. Ook indien nog geen geharmoniseerde normen bestaan voor bepaalde gebieden,
moet de richtlijn worden toegepast, met gebruik van de essentiële eisen zelf.

30
Esentiële veiligheidseisen:
Toelichting - voorbeeld
1.5.1. Risico ten gevolge van de elektriciteitsvoorziening

Wanneer de machine een stroomvoorziening heeft, moet zij zodanig zijn ontworpen,
gebouwd en uitgerust dat alle gevaren in verband met elektriciteit worden of kunnen
worden voorkomen.

De veiligheidsdoelstellingen van Richtlijn 73/23/EEG zijn van toepassing op machines.


Evenwel vallen de verplichtingen betreffende de overeenstemmingsbeoordeling en het in de
handel brengen en/of de inbedrijfstelling van machines, wat betreft de gevaren door
elektriciteit, uitsluitend onder de bepalingen van de richtlijn.

Eerste deel is eigenlijke esentiële eis : heeft de machine elektrische stroomvoorziening,


dan moet deze veilig zijn ! (Tweede deel is verwijzing naar EU-laagspanningsrichtlijn)

Invulling: Geharmoniseerde norm EN 60204-1


Versie 1997: 105 bladzijden, verwijzing naar 48 andere normen.
Versie 2005: 142 bladzijden

31
Voorwaarden in handel brengen
in gebruik nemen.

machines moeten voldoen aan de

ESSENTIELE VEILIGHEIDS- en
GEZONDHEIDSEISEN

uit bijlage I van de machinerichtlijn

32
Bijlage II

Verklaringen

33
Bijlage II: Verklaringen

1 Inhoud
A. EG-VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING BETREFFENDE MACHINES

B. INBOUWVERKLARING BETREFFENDE NIET VOLTOOIDE MACHINES

2 Bewaring
De fabrikant van de machine of diens gemachtigde bewaart de originele EG-verklaring
van overeenstemming tot ten minste tien jaar na de laatste fabricagedatum van de
machine.

De fabrikant van de niet voltooide machine of diens gemachtigde bewaart de originele


EG-inbouwverklaring tot ten minste tien jaar na de laatste fabricagedatum van de niet
voltooide machine.

34
EG-verklaring van overeenstemming
betreffende machines (Type IIA)
❑ Firmanaam & adres fabrikant/gemachtigde in EU
❑ Gemachtigde om Technisch Dossier samen te stellen
❑ Identificatie machine (benaming, beschrijving, functie, model, type, serienummer)
❑ Voldoet aan bepalingen MRL en alle andere gevolgde richtlijnen
❑ Voor bijlage IV- machines: gegevens van de aangemelde instantie (+ nr.
typeonderzoek)
❑ Facultatieve verwijzing naar (geharmoniseerde) normen
❑ Identiteit ondertekenaar met plaats en datum

Taal:
a) De „oorspronkelijke verklaring” moet in één of meer officiële taal (talen) van de Gemeenschap worden
opgesteld.

b) Wanneer een „oorspronkelijke gebruiksaanwijzing” in de officiële taal of talen van het land van gebruik
ontbreekt, moet een vertaling in die taal of talen van het bewuste taalgebied . Deze vertalingen moeten zijn
voorzien van de vermelding „vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing”.

35
EG-VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
van een machine met de richtlijn machines
(Richtlijn 2006/42/EG)

Fabrikant : Firma NV
Adres : Straat nr
2000 Gemeente
België
Verklaart hiermede dat

Machine PVI inpaklijn


merk : Brandname
serienummer : 12030191
bouwjaar : 2013

beantwoordt aan:
bepalingen van de Europese machinerichtlijn (richtlijn 2006/42/EG)
tevens beantwoordt aan de bepalingen van volgende richtlijnen :
−Laagspanningsrichtlijn 2006/95/EG
−EMC-richtlijn 2004/108/EG
Te : Plaats
Datum :
Naam : voornaam naam
Functie : Bestuurder
Gemachtigde om het Technisch Dossier samen te stellen: Dirk Van Mechelen, Prosave bvba

36
Inbouwverklaring betreffende
niet voltooide machines (Type IIB)

❑ Firmanaam & adres fabrikant/gemachtigde in EU,


❑ Gemachtigde om technische documenten samen te stellen
❑ Identificatie machine (benaming, beschrijving, functie, model, type, serienummer)
❑ Essentiële eisen toegepast en vervuld, verklaring van
overeenstemming voor andere RL
❑ een verbintenis om op verzoek v/d autoriteiten de relevante
informatie door te geven. Eveneens een vermelding van de wijze
waarop om intellectuele-eigendomsrechten van de fabrikant onverlet
te laten;
❑ Eventueel verbod tot in gebruikname, tot machine waarin ingebouwd
zelf gecertificeerd is
❑ Identiteit ondertekenaar en plaats en datum

37
Bijlage III: CE-markering

- Verhoudingen respecteren bij vergroting of verkleining.

- De onderdelen van de CE-markering moeten ongeveer dezelfde hoogte hebben, namelijk minimaal 5 mm.

- De CE-markering moet worden aangebracht in de onmiddellijke nabijheid van de naam van de fabrikant of
diens gemachtigde, met gebruikmaking van dezelfde techniek.

38
Bijlage IV ("gevaarlijke machines")

1. Diverse types van cirkelzagen voor hout- en vleesbewerking (en analoge materialen)
2. Vlakschaafmachines met handvoeding voor houtbewerking
3. Eénzijdige vandikte schaafmachines met manuele toe- en afvoer voor hout
4. Lintzagen met vaste of mobiele tafel voor hout- en vleesbewerking (4.1 en 4.2)
5. Gecombineerde machines van de onder 1 t/m 4 en 7 bedoelde machines
6. Pennenbanken met verschillende spillen voor hout, met handvoeding
7. Freesmachines met vertikale as en handvoeding, voor houtbewerking
8. Draagbare kettingzaagmachines voor hout
9. Persen, incl. buigmachines, met manuele toe- en/of afvoer, met slaglengte van meer
dan 6 mm en snelheid van meer dan 30 mm/s
10. Machines voor spuitgieten / vormpersen van kunstoffen en met manuele voeding
11. Machines voor spuitgieten / vormpersen van rubber en met manuele voeding
12. Machines voor ondergrondse werkzaamheden : locomotieven van remwagens,
hydraulische ondersteuningen, verbrandingsmotoren

39
Bijlage IV ("gevaarlijke machines")

13. Met de hand geladen wagens met perssysteem voor ophalen van huisvuil
14. Verwijderbare mechanische overbrengingssystemen, inclusief hun afschermingen.
15. Afschermingen voor verwijderbare mechanische overbrengingssystemen.
16. Garagehefbruggen voor het onderhoud van voertuigen
17. Machines voor het heffen van personen en met valhoogte > 3 m
18. Draagbare bevestigingswerktuigen met explosieve lading en andere slagwerktuigen.
19. Detectoren voor de aanwezigheid van personen.
20. Aangedreven beweegbare afschermingen met vergrendeling voor de machines,
bedoeld in de punten 9, 10 en 11.
21. Logische eenheden voor veiligheidsfuncties.
22. Kantelbeveiligingsinrichtingen (ROPS).
23. Constructies ter bescherming tegen vallende voorwerpen (FOPS).

40
40
Bijlage VI :Montagehandleiding
voor niet voltooide machines
De montagehandleiding voor een niet voltooide machine moet een beschrijving
bevatten van de voorwaarden waaraan moet worden voldaan om een correcte
assemblage met de uiteindelijke machine mogelijk te maken zonder dat de veiligheid en
gezondheid in gevaar worden gebracht.

De handleiding moet worden opgesteld in een officiële taal van de Gemeenschap die
aanvaardbaar is voor de fabrikant van de machine waarin de niet voltooide machine
wordt ingebouwd of diens gemachtigde.

41
Bijlage VII: Technisch dossier
A. Het technisch dossier voor machines
a) Constructiedossier kan gezien worden als de verdediging van de conformiteit van het model met
de richtlijn. Afgezien van de wettelijke eis dat het dossier moet bestaan voor een machine met CE-
markering en EG-verklaring van overeenstemming , is deze vaststelling belangrijk voor de opvatting
van het dossier.

De fabrikant moet de relevante gedeelten kunnen voorleggen aan de bevoegde overheid, bij
gemotiveerde vraag van deze overheid, ook binnen 10 jaar !

De verdediging van de overeenstemming moet geloofwaardig zijn. Hiertoe zal men :


ernstige argumenteringen gebruiken en deze waar nodig onderbouwen met bv. :
testverslagen,
berekeningsnota's,
verwijzing naar normen,
ervaringsgegevens,
logische redeneringen,
...
b) Waarborgen voor de serieproductie

42
Overwegingen

43
Andere richtlijnen van
toepassing op machines

•Laagspannings richtlijn

•Richtlijn EMC interpretatie

•Richtlijn druk uitrusting

•Richtlijn explosie veiligheid

•Richtlijn emissie van geluid

44
Voorwaarden in handel brengen
in gebruik nemen.

Pas op!

CE-markering is geen keurmerk


noch waarborg op veiligheid!!!!!

45
Inhoud

❑ Richtlijn « Machines »
❑ Normen
❑ Risicoanalyse voor machines
❑ Technisch dossier

46
Normen

47
Normalisatie

Proces waarbij met inbreng van belanghebbende partijen


(normen instituten, aangemelde instanties en
fabrikanten) regels (normen) worden opgesteld die codes
van goede praktijk zijn en de stand der techniek
aangeven. Ze bewerkstelligen gewenste of noodzakelijke
eenheid.

48
(Geharmonizeerde) Normen

NORMEN
verzameling van regels, technische specificaties, opgesteld door een
normalisatie-instelling

WETTELIJK GEWICHT
is geen wet, geen verplichting (tenzij verplichtend gemaakt langs
wetgeving)
regels van goede praktijk : overeenstemming geeft vermoeden van goede
werkwijze en van conformiteit met de EVGE
Geeft invulling van de EVGE eisen van de richtlijnen

EUROPESE NORMALISATIE-INSTELLINGEN
CEN : Comité voor Europese Normalisatie
CENELEC : Comité voor Europese Normalisatie inzake Elektrotechniek
ETSI : European Telecommunication Standards Institute

49
Geharmoniseerde normen

• Ontwikkeld door CEN/CENELEC in opdracht van de


Europese Commissie

• Norm wordt geharmoniseerd als ondersteuning van één


of meerdere « nieuwe aanpak » richtlijnen

• Worden geratificeerd door de lidstaten

• Geven vermoeden van conformiteit

50
Geharmonizeerde Europese normen :
Structuur

A Algemene normen, toepasselijk op alle machines, bv. :


EN ISO 12100 Grondbeginselen, algemene ontwerpprincipes en
principes voor de risicobeoordeling

B1 Normen m.b.t. gemeenschappelijke veiligheidsaspecten, bv. :


EN ISO 13857: Veiligheidsafstanden bovenste ledematen
EN 563 : Temperaturen aanraakbare oppervlakken

B2 Normen m.b.t. gemeenschappelijk veiligheidsuitrustingen, bv. :


EN 13850: Noodstopvoorzieningen - Functionele aspecten
EN ISO 14119: Blokkeerinrichtingen voor afschermingen

C Normen voor bepaalde machinetypes of -groepen, bv. :


EN 848-1: Houtfreesmachines met één vertikale as
EN 693 : Hydraulische persen voor koud bewerken metalen

51
Voorbeeld B-Norm
EN ISO 13857:2008 Minimum afstanden, bovenste en onderste ledematen

EVGE 1.3.7 Risico’s ivm bewegende delen: plaatsen van een scherm of beveiligingsinrichting

EVGE 1.4.1 Eisen aan schermen en beveiligingsinrichtingen : moeten voldoende ver van de
gevaarlijke zone verwijderd zijn;

a hoogte van de gevaarlijke zone


b hoogte van de beschermende constructie
c horizontale afstand tot de gevaarlijke zone
1 gevaarlijke zone
2 Referentievlak
3 Beschermende conctructie

52
Voorbeeld B-Norm
EN ISO 13857:2008 Minimum afstanden, bovenste en onderste ledematen
Veiligheidsafstanden bovenste ledematen : EN ISO 13857 Tabel 2 (hoog risico)
hoogte hoogte van beschermende constructie b[mm] (1)
gevaar 1000 1200 1400(3) 1600 1800 2000 2200 2400 2500
a [mm]
horizontale afstand tot aan gevaarlijke zone c [mm]
2700(2) - - - - - - - - -
2600 900 800 700 600 600 500 400 300 100
2400 1100 1000 900 800 700 600 400 300 100
2200 1300 1200 700 900 800 600 400 300 -
2000 1400 1300 1000 900 800 600 400 - -
1800 1500 1400 1100 900 800 600 - - -
1600 1500 1400 1100 900 800 500 - - -
1400 1500 1400 1100 900 800 - - - -
1200 1500 1400 1100 900 700 - - - -
1000 1500 1400 1000 800 - - - - -
800 1500 1300 900 600 - - - - -
600 1400 1300 800 - - - - - -
400 1400 1200 400 - - - - - -
200 1200 900 - - - - - - -

(1) Beschermende constructies met een hoogte van minder dan 1000 mm zijn hierin niet inbegrepen, omdat deze de
bewegingsvrijheid van het lichaam niet afdoende beperken.
(2) Voor gevaarlijke zones groter dan 2700 mm, zie 4.2.
(3) Beschermende constructies lager dan 1400 mm vergen extra veiligheidsmaatregelen.

53
De Machinerichtlijn: Europese Normen (EN)

Bron van geharmonizeerde normen: WWW.NBN.BE

Indien geen geharmonizeerde normen beschikbaar zijn :

• Gepubliceerde normen, nog niet geharmonizeerd of niet


harmoniseerbaar
• Projectnormen (pr)
• Internationale normen (IEC, ISO)
• Nationale normen (NBN, NEN, DIN)
• Publicaties
• ...

54
EN ISO 14121-2: gebruik van normen

If relevant machinery-specific or hazard-specific standards exist (e.g. IEC 60204-1,


which deals with electrical hazards), part of the risk evaluation could consist of
ensuring that compliance with the standard is achieved, taking into account any
limitations of the protective measures relevant to the machinery being
assessed.
As part of the process of risk evaluation, the risks associated with the machinery or
parts of the machinery can be compared with relevant International Standards.
For example:
• risk reduction by inherently safe design, ISO 12100-2;
• safeguarding of electrical equipment, IEC 60204-1;
• control circuit architecture, ISO 13849-1;
• safety reach distances, ISO 13857;
• temperatures of touchable surfaces, ISO 13732-1;
• machine-specific standards, e.g. textile machinery series ISO 11111.

55
Inhoud

❑ Richtlijn « Machines »
❑ Normen
❑ Risicoanalyse voor machines
❑ Technisch dossier

56
Risicoanalyse
Voor machines

57
Machines : risico-analyse en -beoordeling

Risicoanalyse en -beoordeling in het kader van de CE-markering voor


machines of van de machineveiligheid in het algemeen:

Betekenis in de ruime zin: studie van de conformiteit van de machine met de essentiële
(technische) eisen van de verschillende toepasselijke richtlijnen

De systematiek van de risico-analyse en-beoordeling wordt op een algemene wijze


besproken in de Europese norm van het A-type EN 12100:2010 (vroeger 14121-1 en nog
vroeger 1050:1996: Veiligheid van machines - Principes voor de risicobeoordeling

De specifieke toepassing van voormelde principes in veiligheidsrelevante stuursystemen


van machines is verwerkt in de Europese norm van het B1-type
EN 13849-1 1Veiligheid van machines - Onderdelen van besturingssystemen met een
veiligheidsfunctie - Deel 1: Algemene ontwerpbeginselen
of EN IEC 62061 Safety of machinery – functional safety of safety-related electrical, electronic
and programmable eletronic control systems

Specifieke normen voor bepaalde machines of machinegroepen (C-type) geven


aanbevelingen die in feite het resultaat zijn van een risicobeoordeling . Bij bestaan van
dergelijke normen is een "open" beoordeling volgens EN 12100 minder aangewezen.

58
Informatie nodig voor de risicobeoordeling

De informatie moet het volgende bevatten:


• Grenzen of inzet van de machine
• Eisen voor de afzonderlijke levensfasen van de machine
• Ontwerptekeningen of andere middelen die de aard van de machine
beschrijven
• Informatie over de energievoorziening
• Ongevallen en incidentenhistorie
• Informatie over schade voor de gezondheid

De afwezigheid van een ongevallenhistorie, een klein aantal ongevallen of


een geringe omvang van het letsel mag niet automatisch tot de aanname
leiden dat het risico klein is.

59
Risico-beoordeling (volgens EN ISO 12100)
Is vereist door bijlage I, 1.1 Algemene beschouwingen, vanaf de ontwerpfase en maakt
deel uit van het Technisch Dossier.

Start
Bepaling grenzen
machine
Risico-analyse
Identificatie
gevaren
Risico-
beoordelig

Risicoschatting

Risico-evaluatie

Nee Machine Ja
Risicoverlaging Einde
veilig ?

60
Bepaling van de grenzen van de machine
• Afzonderlijke levensfasen tijdens de levensduur van de machine

• De grenzen van de machine inzake het bedoelde gebruik (volgens de


gebruikshandleiding) en het redelijkerwijze voorzienbaar verkeerd gebruik
(rekening houdend met gewone nalatigheid, reflexen, de wet van de minste
inspanning, ...) of van het gebrekkig functioneren ervan

• De voorzienbare gebruiksomstandigheden (industrieel, niet-industrieel,


huishoudelijk, gebruikerscategorieën en -karakteristieken)

• Het te verwachten niveau van opleiding, bekwaamheid en ervaring van de


voorzienbare gebruikers (bedieners incl. onderhoudspersoneel en technici,
leerlingen en jongeren, algemeen publiek, ...)

• Blootstelling van andere personen indien redelijkerwijze te voorzien

61
Risico-beoordeling (volgens EN ISO 12100)
Is vereist door bijlage I, 1.1 Algemene beschouwingen, vanaf de ontwerpfase en maakt
deel uit van het Technisch Dossier.

Start
Bepaling grenzen
machine
Risico-analyse
Identificatie
gevaren
Risico-
beoordelig

Risicoschatting

Risico-evaluatie

Nee Machine Ja
Risicoverlaging Einde
veilig ?

62
Systematische identificatie van de gevaren van de machine
Gevaar: Een bron voor letsel of schade aan de gezondheid
bv. gevaar voor elektrische schok bij aanwezigheid van elektriciteit

Risico: slaat op grootte en waarschijnlijkheid van letsel of schade (scenario)

Vormen van gevaren


• mechanische gevaren
• elektrische gevaren
• thermische gevaren
• gevaren door lawaai
• gevaren door straling
• gevaren door materialen en stoffen
• gevaren door verwaarlozing van ergonomische principes bij het ontwerp
• combinaties van gevaren
• ..........

63
Uitvoering van de gevarenidentificatie
•Doel is het bepalen van
•Welke mogelijke bronnen van ongevallen of schade aan de gezondheid kunnen
bestaan bij de machine en,
•In welke omstandigheden deze gevaren kunnen aanwezig zijn

•Deze identificatie moet principieel slaan op


•Alle mogelijke aspecten van de inzet van de machine
•Gedurende haar ganse loopbaan

•De gevaren kunnen bestaan in diverse omstandigheden, zoals


•Normale werking
•Falen van een functie
•Combinatie van faalwijzen

64
Voorbeelden van risicoanalyse methoden
• Voorbereidende gevarenanalyse - Preliminary Hazard Analysis (PHA)
• Wat-Indien - What-IF
• Defect Situatie en Effect Analyse - Failure Mode and Effect Analysis (FMEA)
• Foutsimulatie voor besturingssystemen
• HAZOP (HAZard and OPerability study)
• MOSAR (Method Organised for a Systematic Analysis of Risks)
• Foutboomanalyse - Fault Tree Analysis (FTA)
• Feitenboomanalyse (ongevallen)

Andere hulpmiddelen: o.a. kontrolelijsten (incl. bijlage I van de machinerichtlijn, bijlagen


uit de normen EN ISO 12100 en EN ISO 14121, ...)

65
Risico-beoordeling (volgens EN ISO 14121-1)
Is vereist door bijlage I, 1.1 Algemene beschouwingen, vanaf de ontwerpfase en maakt
deel uit van het Technisch Dossier.

Start
Bepaling grenzen
machine
Risico-analyse
Identificatie
gevaren
Risico-
beoordelig

Risicoschatting

Risico-evaluatie

Nee Machine Ja
Risicoverlaging Einde
veilig ?

66
Risicoinschatting

Enkele mogelijke uitdrukkingen van het (belang van het) risico :

R = F x S, met : R : risico
F : frequentie / waarschijnlijkheid
S : ernst : graad van mogelijk letsel of schade

R = F1 x F2 x S F1 : frequentie van blootstelling


F2 : waarschijnlijkheid van gevolgen met ernst
Hoofdelementen van het risico:
• de omvang van de schade
• de kans dat schade optreedt * frequentie en duur van de blootstelling
* de kans dat een gevaarlijke situatie optreedt
* technische en menselijke mogelijkheden tot
vermijden of beperken van de schade

67
Risico schatting: methode van Fine en Kinney.
Risico-index: R=WxBxE
Waarschijnlijkheid Blootstelling Ernst
W B E
0,1 Bijna niet denkbaar 0,5 Zeer zelden (< 1/jaar) 1 Gering letsel zonder
verlet
0,2 Praktisch onmogelijk 1 Zelden (jaarlijks) 3 Belangrijk letsel met
verlet
0,5 Denkbaar maar 2 Soms (maandelijks) 7 Ernstige invaliditeit,
onwaarschijnlijk irreversibel
1 Onwaarschijnlijk maar 3 Af en toe (wekelijks) 15 Zeer ernstig, 1 dode
mogelijk in
grensgevallen
3 Ongewoon 6 Regelmatig 40 Ramp meerdere
(dagelijks, 1 keer per doden
shift)
6 Zeer goed mogelijk 10 voortdurend

10 Te verwachten

68
Risico schatting: methode van Fine en Kinney.

Risico-index: R=WxBxE

R Maatregelen
R<=20 Zeer beperkt risico
20<R<=70 Aandacht vereist
70<R<=200 Maatregelen vereist
200<R<=400 Directe verbetering vereist
R>400 Werkzaamheden stoppen

69
Risk estimation
The evaluation of the identified risk is based on the “Risk assessment using hybrid
method” mentioned in EN ISO 14121-2.

70
Severity, Se
Se is the severity of possible harm as an outcome from the identified hazard. The severity is scored as
follows:
1 scratches, bruises that are cured by first aid or similar;
2 more severe scratches, bruises, stabbing, which require medical attention from professionals;
3 normally irreversible injury; it will be slightly difficult to continue work after healing;
4 irreversible injury in such a way that it will be very difficult to continue work after healing, if possible at
all.

Frequency, Fr
Fr is the average interval between frequency of exposure and its duration. The frequency is scored as
follows:
2 interval between exposure is more than a year;
3 interval between exposure is more than two weeks but less than or equal to a year;
4 interval between exposure is more than a day but less than or equal to two weeks;
5 interval between exposure is more than a hour but less than or equal to a day.
Where the duration is shorter than 10 min, the above values may be decreased to the next level.
5 interval less than or equal to an hour. This value is not to be decreased at any time.

71
Probability, Pr
Pr is the probability of occurrence of a hazardous event. Consider, for example, human behaviour, reliability of
components, accident history and the nature of the component or system (e.g. a knife is always sharp, a pipe
in dairy environment is hot, electricity is dangerous by its nature) to determine the level of probability. The
probability is scored as follows:
1 Negligible: e.g. this kind of component never fails so that a hazardous event occurs. No possibility of human error.
2 Rarely: e.g. it is unlikely this kind of component will fail so that a hazardous event occurs. Human error is unlikely.
3 Possible: e.g. this kind of component can fail so that a hazardous event occurs. Human error is possible.
4 Likely: e.g. this kind of component will probably fail so that a hazardous event occurs. Human error is likely.
5 Very high: e.g. this kind of component is not made for this application. It will fail so that a hazardous event occurs.
Human behaviour is such that the likelihood of error is very high.

Avoidance, Av
Av is the possibility of avoiding or limiting harm. Consider, for example, whether the machine to be operated
by skilled or unskilled persons, how quickly a hazardous situation can lead to harm, and the awareness of risk
by means of general information, direct observation or through warning signs, so as to determine the level of
avoidance. The possibility of avoidance is scored as follows:
1 Likely: for example, it is likely that contact with moving parts behind an interlocked guard will be avoided
in most cases should the interlocking fail and the movements continue.
3 Possible: for example, it is possible to avoid an entanglement hazard where the speed is slow and there
is sufficient space or otherwise it is easy to avoid moving parts of machinery.
5 Impossible: for example, it is impossible to avoid a sudden appearance of a powerful laser beam, or in case of an
explosion.

72
Risk evaluation
Risk reduction is necessary

Risk reduction is recommended, e.g. by instructions, warnings

The risk is considered to be tolerable

73
Risico-beoordeling (volgens EN ISO 12100)
Is vereist door bijlage I, 1.1 Algemene beschouwingen, vanaf de ontwerpfase en maakt
deel uit van het Technisch Dossier.

Start
Bepaling grenzen
machine
Risico-analyse
Identificatie
gevaren
Risico-
beoordelig

Risicoschatting

Risico-evaluatie

Nee Machine Ja
Risicoverlaging Einde
veilig ?

74
Risico-evaluatie en risico-aanvaardbaarheid
• Volledige uitschakeling van risico's is dikwijls geen realistische mogelijkheid.

• In zulke situatie betekent "geen risico" eerder een aanvaardbaar risico,


of een risico beneden een als aanvaardbaar beschouwde grens.

• Zulke grens kan bepaald zijn op objectieve wijze, gebaseerd op objectieve,


wetenschappelijke gegevens, of vastgelegd in voorschriften of normen,
bv. de "TLV" voor gevaarlijke stoffen in de lucht (treshold limit value),
de "PELV" (protective extra low voltage).

Dikwijls zal de machineontwerper, de productveiligheidsverantwoordelijke, de


veiligheidskundige, niet beschikken over zulke gegevens en zelf, op een min of meer
subjektieve wijze, moeten beslissen over de aanvaardbaarheid van risico's.

Het is belangrijk dat zulke beslissingen zo objectief mogelijk zijn, en dat zij kunnen
verdedigd worden op een geloofwaardige wijze.

75
Pragmatische aanpak

• Checklist : Eerste benadering, vb. Lijst v/d EVGE of EN ISO 12100-1 of EN ISO 14121-1
➔ Inventaris van gevaren. Vb gebruik van zwavelzuur, bewegende delen, elektriciteit,…

• What If? : -Wat kan er misgaan met de geïdentificeerde gevaren,


-Hoe worden ze een risico?

• FMEA : Betrouwbaarheid van componenten en subsytemen, mechanisch


• HAZOP : Proces industrie, flow, debieten

Leidraad : EN ISO 14121-1 en EN ISO 14121-2

76
77
Hefwerktuigen,
behandelingstoestellen
en intern transport

78
Inleiding

De belangrijkste oorzaken van arbeidsongevallen met behandelingstoestellen zijn onder


meer het verlies van de controle over het toestel en het kantelen van dit toestel. Andere
vaak voorkomende ongevallen zijn de aanrijding van personen en het oneigenlijk gebruik
van de heftruck (als hoogwerker of om andere personen te laten meerijden).

Daarom zijn de functie van bestuurder hef- en reachtruck “veiligheidsfuncties” zoals


beschreven in Codex, Titel I, Hoofdstuk IV

Elke betrekking die het besturen omvat van motorvoertuigen, kranen, rolbruggen,
hijswerktuigen van welke aard ook, machines waarmee gevaarlijke installaties of toestellen
in werking worden gezet, in zover het besturen van die tuigen de veiligheid van
werkgezellen in gevaar brengt.

79
Wetgeving

Gemotoriseerde transportwerktuigen: KB van 4 mei 1999 betreffende het gebruik van


mobiele arbeidsmiddelen

80
Definities
•Intern transport: het verplaatsen, vervoeren en verhandelen van goederen op een
bedrijfsterrein en/of in een bedrijfsgebouw op een efficiënte en effectieve manier, rekening
houdend met de veiligheid van mensen, goederen en milieu.

•Hefwerktuig: Verzamelnaam van zeven verschillende categorieën werktuigen:


• Hijswerktuigen,
• Hoogwerkers,
• Personenliften,
• Goederenliften,
• Personenbouwliften,
• Materiaalliften,
• Toestellen die tijdelijk of bij gelegenheid als dusdanign gebruikt worden.
=> nazicht door een EDTC

•Behandelingstoestel: Geen hangende last


• Vorkheftruck
=> Geen verplicht nazicht door een EDTC, tenzij gebruikt als hefwerktuig.

81
Risico’s bij transport met hulpmiddelen
•Contact met bewegende onderdelen van transportbanden, heftrucks, wagentjes,
hefwerktuigen;
•Omverrijden, stoten van personen;
•Vallende voorwerpen uit slecht gestapelde rekken, niet deskundig geladen paletten, …;
•Contact met bewegende lasten.

Een ongeluk zit in een klein hoekje …


1. Bij het manoeuvreren met de vorkheftruck komt iemand klem te zitten of wordt over iemands
voeten gereden.
2. Een lading valt van de vork tijdens het rijden of terwijl de vork in de stelling geplaatst wordt.
Iemand wordt hierdoor getroffen en loopt een zware hersenschudding en hoofdwonden op.
3. Een vorkheftruckbestuurder neemt al rijdend een werkorder van het prikbord, maar breekt zijn pols
wanneer hij gekneld raakt tussen de kooiconstructie en een staander van een stelling.
4. Een werknemer lift mee op de vorkheftruck, valt eraf en wordt getroffen door de vork.
5. De vorkheftruck met belading is gekanteld. De bestuurder wilde er nog op tijd afspringen, maar is
tussen de heftruck en het wegdek terechtgekomen, met een ernstig, vermoedelijk blijvend letsel aan
de hand, pols en vingers tot gevolg.

82
Oefeningen en
voorbeelden
risicoanalyse

83
84
85
86
87
88
Dank voor uw aandacht

89

You might also like