Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 4

H6.

Soorten en populaties
6.1 De verwantschap tussen soorten

Een soort; Een groep organismen met veel overeenkomstige eigenschappen,


 Die onderling kunnen voortplanten
 En daarbij vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen

Er is binnen een soort grote variatie

Mens Hond

 Rijk: Animalia (dieren)  Animalia


 Stam: Chordata (gewervelden)  Chordata
 Klasse: Mammalia (zoogdieren)  Mammalia
 Orde: Primates (Primaten)  Carnivora
 Familie: Hominidae (mensachtigen)  Canidae
 Geslacht: Homo (mensen)  Canis
 Soort: sapiens  Lupus
 (Ondersoort): (sapiens)’  (Familiaris)
Populatiegrotte in kaart brengen
Populaties: groepen organismen van dezelfde soort in een bepaald gebied

 Tellen
 Schatten door nesten, uitwerpselen
 Oppervlakte doorrekenen (extrapoleren)
 Merken en terugvangen (N1xN2/ N3) = populatiegrootte
 N1 = totaal gemerkt
 N2 = totaal teruggevangen
 N3 = aantal gemerkt van teruggevangen dieren

In Nederland….
 Grootste probleem voor natuur; Versnippering van natuurgebieden

Gevolg Versnippering :
 Er zijn in een gebied vaak Beperkde factoren
 Nestruimte
 Leefruimte
 Voedsel
 Populaties van diersoorten (bijvoorbeeld een populatie damherten in een bos) kan
nier meer verplaatsen om beter gebied te vinden
 Maar ook; wolven, bijen, zalmen, plantensooorten, etc
 Populaties sterven hierdoor uit
 Ook, de genetische variatie neemt af; Hogere kans op ziektes

Verschilen tussen organismen


 Organismen leven vaak in dezelfde omgeving
 Bijv: Koeien, mollen, mussen
 Ze hebben alleen vaak een ander habitat
 Koeien leven op het gras, langs het water
 Mollen onder de grond
 Mussen op de grond/lucht
 Binnen een habitat hebben organismen een bepaald optimum van (a)
biotische factoren waarin ze voorkomen
 Verschil tussen abiotisch en biotische factoren
 Welke abiotische en biotische factoren kan je bedenken

Relaties tussen soorten


 In een ecosysteem staan levende dingen met elkaar in verbinding:
 Zon laat gras groeien  gras wordt gegeten door herten  herten
worden gegeten door wolven  wolven gaan dood, geven weer
voedingsstoffen voor gras  etc, etc
 Voedsselketen
 Voedselweb
 Prediatie: jacht van dieren op prooi
 Populaties schommelen rond predator/prooi relatie
 Soms kunnen predators van prooi wiseelene als eentje schaars wordt

Predator prooi relatie


 Lemming vs Hermelijn

Symbiose = langdurig samenleven van individuen van verschillende soorten


Gastheer Gast

Matualisme Voordeel Voordeel

Commensalisme Voordeel

Parasitisme Nadeel Voordeel

Mutualisme:
 Beide partijeen hebben voordeel: Mutualisme
 Bijvoorbeeld: Buffels met vogels die parasieten eten
 Zwam die op de wortels van bomen groeien
 Of: Cleaner Fish. Zij maken de kieuwen van andere vissen schoon
Commensalisme: Een partij heeft voordeel

Een parasitisme
Een partij heeft voordeel, de ander nadeel
 Teken, luizen, parasiten
 Of schimmels

You might also like