Professional Documents
Culture Documents
2024 - Informatiebrochure Hoger Redder
2024 - Informatiebrochure Hoger Redder
Hoger Redder
1
Inhoud
Inhoud
Algemene informatie examens Hoger Redder……………………………………………………………………………………….1
Examens………………………………………………………………………………………………………………………………………………..2
Zwembadexamens Basis Redder……………………………………………………………………………………………………..…….3-4
Zwembadexamens Hoger Redder……………………………………………………………………………………………….…………3-9
Praktijkexamens op het droge…..……………………………………………………………………………………………….…………10-11
Slagingsvoorwaarden………………………………………………………………………………………………………….…………..……11
Algemeen herexamen…………………………………………………………………………………………………………………………..12
Wie Hoger Redder wil worden, wacht een uitdagende cursus waarbij de cursist wordt
ondergedompeld in de rijke wereld van de redder.
De theorie wordt gegeven door een erkende docent die elke cursist zal helpen om de
theorie van EHBO, reanimatie, redding en functioneren eigen te maken.
De praktijk wordt deels op het droge gegeven voor EHBO en reanimatie en deels in het
zwembad voor de reddingstechnieken.
Van elk vak werden studievragen opgesteld, zodat de cursist goed kan voorbereiden
voor zijn theoretisch examen. De examenvragen komen uit de studievragen.
Elke cursist dient minstens 50% te behalen voor elk theorievak (EHBO, reanimatie,
redding en functioneren).
Theorie-examens
Op het einde van de cursus dienen de cursisten een schriftelijk examen af te
leggen.
Wie voor één of meerdere cursusmodules niet slaagt (dient deze te herkansen
op het eerstvolgende algemeen herexamen). Het theorie-examen wordt
schriftelijk afgelegd in het Nederlands en er worden hiervoor 3 uren voorzien.
De theorievakken waar de cursist voor dient te slagen zijn:
EHBO
Reanimatie
Redding
Functioneren
Wie opnieuw deelneemt aan een cursus om het begeerde diploma van redder
te behalen en al slaagde voor enkele vakken, geniet voor deze vakken een
vrijstelling als deze vrijstellingen behaald werden na 2016.
Praktijkexamens
De reddingsproef BR en reddingssimulatie BR worden – in volgorde –
afgenomen tijdens een les.
De proef mag afgenomen worden in de lengte, alsook in de breedte van het
ondiepe gedeelte.
De zwembadproeven draagt de redder en het slachtoffer een losse T-shirt met
korte mouwen en een losse short.
Een zwembril is niet toegelaten, een leesbril wel.
3
Zwembadexamens
Basis Redder
Apneu- en zwemproef HR
In een 25 meter zwembad. Kandidaat in zwemkledij, zonder zwembrilletje, zonder
neusknijper. Start diep gedeelte. Te water gaan met startduik (1) en 25 meter volledig
onder water zwemmen (2), 25 meter op de rug zwemmen met de polsen uit het
water (3) binnen de tijd van 1 minuut en 15 seconden (4); gevolgd door 150 meter
zwemmen (5) binnen een totale tijd van 4 minuten en 30 seconden. De cursist dient
in deze proef tijdens de cursus te slagen.
(1) Toegelaten: te water gaan met een gepaste techniek volgens de diepte van het zwembad
Als de kandidaat met een lichaamsdeel de wateroppervlakte doorbreekt bij de 25m zwemmen
onder water dan krijgt deze kandidaat een D-score.
(2) Niet toegelaten: ogen boven water voor aantikken of zwemmen
(3) Niet toegelaten: afstoten/aantikken op de buik, maar wel afstoten onder water met armen
opwaarts. De polsen dienen boven water te zijn bij het op de rug zwemmen.
(4) Wie vroeger aankomt, mag onmiddellijk doorzwemmen
(5) Niet toegelaten: waden; toegelaten: wisselen van zwemslag, officiële keerpunten
Als de kandidaat zondigt tegen de regels van (1), (2), (3), (4) en/of (5) resulteert dit in een D-score.
Score Apneu- en zwemproef HR
Fase 1 t.e.m. 4 binnen de 4’15’’ = A Fase 1 t.e.m. 4 ≥ 4’15’’ en kleiner dan 4’30’’ = B
Fase 1 t.e.m. 4 ≥ 4’30’’ en kleiner dan 4’45’’ = C Fase 1 t.e.m. 4 ≥ 4’45’’ = D
6
Zwembadexamens
Hoger Redder
Reddingsproef HR
In een 25 meter zwembad. Kandidaat in zwemkledij met T-shirt en short, zonder
zwembrilletje, zonder neusknijper. Veilig te water gaan met een reddingsgordel (voor
hem, op zijn rug, naast hem of achter hem) (1) en 25 meter zwemmen (2), een
bewusteloos slachtoffer, in het diepe gedeelte van het zwembad, dat met zijn gezicht
naar je toe ligt op de reddingsgordel leggen of in de reddingsgordel te klikken van het
slachtoffer op de rug en dit slachtoffer 25m slepen (3) en de muur tikken binnen de 1
minuut en 10 seconden. Alleen of met hulp van een derde het bewusteloos
slachtoffer volledig uit het water halen en neerleggen op de rug (4) binnen een totale
tijd van 2 minuten voor 1, 2, 3 en 4 onmiddellijk gevolgd door een reanimatie op een
Little Anne (5).
(1) Niet toegelaten: Onveilige manier te water gaan
(2) Niet toegelaten: bewusteloos slachtoffer niet op de rug draaien
(3) Niet toegelaten: gebruik maken van andere hulpmiddelen
(4) Niet toegelaten: het bewusteloos slachtoffer laten vallen of kwetsen
(5) Niet toegelaten: gebruik van AED en O2-koffer, 1 grote fout of 3 kleine fouten tot onderbreking
door docent
Als de kandidaat zondigt tegen de regels van (1), (2) en/of (3) komt er 10 seconden bij voor elke
overtreding. Als de kandidaat zondigt tegen de regels van (4) en/of (5) resulteert dit in een D-score.
Het slachtoffer ligt voorover met het gezicht in het water en met de voeten tegen de muur.
Score Reddingsproef HR
Fase 1 t.e.m. 4 binnen de 1’30’’ met een BLS met maximum 2 kleine fouten = A
Fase 1 t.e.m. 4 ≥ 2’00’’
7
Zwembadexamens
Hoger Redder
Bevrijdingstechnieken
In een 25 meter zwembad. Kandidaten in zwemkledij met T-shirt en short, zonder
zwembrilletje, zonder neusknijper. In het diepe gedeelte van het zwembad neemt de
docent de kandidaat frontaal vast in een greep. De kandidaat bevrijdt zich en start het
slepen van de docent. Op teken van de docent (bijvoorbeeld: een tik op een hand van
de kandidaat) laat de kandidaat de docent los. De kandidaat draait zich om en wordt
door de docent langs achteren vastgenomen. De kandidaat bevrijdt zich en start het
slepen van de docent. Op teken van de docent (bijvoorbeeld: een tik op een hand van
de kandidaat) laat de kandidaat de docent los. (1). De grepen worden door willekeur
bepaald (examenfiche).
(1) Niet toegelaten: lossen van de docent, het kwetsen/pijn doen van de docent, het niet gebruiken
van de aangeleerde bevrijdingstechnieken. Indien één of meerdere van bovenstaande richtlijnen
niet gevolgd wordt door de kandidaat resulteert dit in een D-score.
Score bevrijdingstechnieken
Twee vlotte en correcte uitgevoerde bevrijdingstechnieken = A
Eén vlotte en correcte uitgevoerde bevrijdingstechniek en één waarbij de cursist meer dan 5” nodig
had om zich te bevrijden= B
Twee bevrijdingstechnieken waarbij voor elk meer dan 5’’ nodig waren = C
1 of twee bevrijdingstechnieken werden niet uitgevoerd zoals beschreven in de cursus = D
Reddingssimulatie HR
Enkel kandidaten die slagen in de reddingsproef HR zijn toegelaten tot de
reddingssimulatie HR.
Elke kandidaat voert één reddingssimulatie uit. De reddingssimulatie is door toeval
bepaald (a.d.h.v. het evaluatieformulier).
De reddingssimulatie HR wordt afgenomen op de examendag. De simulatie wordt
afgenomen in het diep gedeelte.
Benodigd materiaal voor de simulaties:
2 reddingsgordels en minstens 1 spineboard (Baxtrap) en een fluitje
Praktijk Reanimatie
Om te slagen voor de praktijk van reanimatie dient de kandidaat 2 reanimaties uit te
voeren.
Het jurylid evalueert beide kandidaten gelijktijdig, maar afzonderlijk. Het jurylid kan
een niet beschreven fout bestraffen met een kleine of grote fout (voorbeeld de
kandidaat voert de borstcompressies op de buik uit).
De protocols hoe we reanimeren en wat grote en kleine fouten zijn, worden uitgelegd
tijdens de cursus.
11
Praktijk examens op
het droge
Praktijk EHBO
De kandidaten leggen per twee de EHBO-proeven af: één kandidaat treedt op als
hulpverlener, de andere is het slachtoffer. Vervolgens wisselen ze van functie. De
docent mag ook de rol van het slachtoffer op zich nemen. De EHBO-situaties worden
door toeval bepaald.
Het jurylid stelt gerichte vragen. Elke kandidaat beantwoordt vragen en verleent
effectief hulp bij de medekandidaat (fictief slachtoffer) of de docent. Materiaal: O2-
toedieningssysteem inhalatie, EHBO- en verbandkoffer, draagberrie of spineboard,
deken.
Voorbeelden van effectieve hulpverlening: inhalatie O2 geven, een wonde
ontsmetten, het slachtoffer vervoeren.
De kandidaat dient EHBO toe te passen volgens het vierstappenplan en dat bij zowel
de levensbedreigende aandoeningen (zoals een hartinfarct) als bij de veel
voorkomende aandoeningen (zoals een verstuiking).
Tijdens de cursus leert de kandidaat welke handelingen die hij dient uit te voeren bij
de meest voorkomende levensbedreigende aandoeningen en veel voorkomende
aandoeningen.
Eén grote fout of een veelheid van kleine fouten leidt tot uitsluiting.
Algemeen herexamen
Cursisten krijgen een 2de kans om het begeerde diploma te halen op het
eerstvolgende algemeen herexamen. Wie een cursus heeft afgelegd, maar voor een
theoriemodule niet geslaagd was, krijgt een 2de kans op het eerstvolgende
algemeen herexamen. Dezelfde regel geldt voor de praktijkexamens van reanimatie
en EHBO.
Wie afwezig is op dit algemeen herexamen kan geen aanspraak meer maken op een
extra kans. Deze kandidaat kan zich echter wel opnieuw inschrijven voor een cursus
en genieten van de vrijstellingen voor de vakken waarvoor hij wel al slaagde.
Het inschrijvingsgeld wordt gehalveerd voor deze kandidaten.
Opgepast: de zwembadproeven hoger redder vormen één geheel, m.a.w. ben je
voor 1 van de zwembadproeven niet geslaagd, dan dien je deze allemaal op het
algemeen herexamen opnieuw af te leggen en dan dien je voor al de
zwembadproeven te slagen.