Download as pdf or txt
Download as pdf or txt
You are on page 1of 18

FmX Autopilot

Korte installatie handleiding

Revisie 1g 14 jun 2011


Algemeen.

Dit is een korte installatie handleiding voor de Trimble Autopilot systemen met FmX display.
Een Autopilot systeem bestaat uit 2 hoofdgroepen:
1. Het platform gedeelte:
a. Elektrische bekabeling.
b. Stuurhoek sensor.
c. RTK Antenne.
d. Hydraulische stuurklep.
e. Counter-balance.
f. Hydraulische leidingen.
2. Het uitwisselbare gedeelte:
a. FmX Display.
b. Navigatie Controller.
c. GPS Antenne.

Electrische installatie.

Bepaal een goede plek voor de Navigatie Controller. De Navigatie Controller moet op een
makkelijk bereikbare plaats bevestigd worden, zodat indien nodig de controller gemakkelijk
op een andere trekker overgezet kan worden. Een slede en/of vleugel moeren/bouten zijn
aan te bevelen. Afhankelijk van de situatie kan de meegeleverde bevestigingsplaat gebruikt
worden.
De controller moet altijd haaks op de lengte, hoogte- en dwars- assen van de trekker
gemonteerd worden voor een optimaal functioneren van de gyroscopen, zie 3 mogelijkheden
in figuur 1. De richting van de stekkers is hierbij niet van belang.

Fig. 1.

Korte installatie handleiding FmX 2


Aan de Navigatie controller zitten 2 verdeelkabels waar de overige kabels op aangesloten
worden. De kabels kunnen het beste achter de kabine panelen weg gewerkt worden.
Zorg wel voor een goede toegankelijkheid van de seriële aansluitstekker van de PC, het
groene controle lampje en de zekeringen.
Alle stekkers zijn unieke van vorm, naam en nummer. Hierdoor is verkeerd aansluiten bijna
onmogelijk.
De aandachtspunten zijn in figuur 2 weer gegeven.

Fig.2.

• De voedingskabel met de 25 A zekering rechtstreeks op de accu aansluiten zodat de


Autopilot aan blijft met het contact uit. De 4 polige Deutsch stekker P1 aansluiten op
stekker R4 van de Power Bus kabel.
De FmX voedingskabel aansluiten op stekker P1 van de Power Bus.
De Navigatie controller voedingskabel aansluiten op stekker P4 van de Power Bus.
• Wanneer stekker R2 en P2 verbonden zijn kan de Autopilot opgestart worden met de
witte knop achterop het FmX scherm.
• Om de aparte AAN/UIT schakelaar te gebruiken moet deze via de verlengkabel met
stekker R7 verbonden worden met stekker P2, zie figuur 3.

Korte installatie handleiding FmX 3


Fig.3.

• Stekker R3 kan gebruikt worden voor de losse pin van de FMD schermkabelboom.
Een FMD scherm gebruikt echter stekker P4 i.p.v. P3 van de Navigatie Controller.
• Ook op de stuurhoeksensor verbindingskabel zit een losse pin. Deze moet in positie 1
van stekker 13 van de 2e (kleine) kabel van de navigatie controller.
• Bieper, hydraulische kleppen, GPS antenne en druksensor kabels kunnen gewoon
aangesloten worden.
• Boven op het hydraulisch kleppen blok staat in witte letters aangegeven welk
solenoïde A is en welke solenoïde B is.
• (Bij gebruik van een FMD en de 252 GPS antenne kan de blinde connector op P-12
lichtbalk-reserve gebruikt worden voor de afdichting van de GPS kabel op het kabine
dak wanneer er geen antenne gemonteerd is.)

Korte installatie handleiding FmX 4


Het FmX scherm zelf bezit nog de volgende aansluitmogelijkheden:

Item Trimble Part No. Omschrijving


1. FmX integrated display
2. 66694 FmX powerkabel
3. 50449 of 58957-05 GPS kabel, 5M, TNC/TNC RT hoek
4. 68040-00S Ag25 GNSS antenne
Trekker antenne aansluiten op GPS1
Werktuig antenne aansluiten op GPS2 (optie)
5. 62120 Antennekabel en voet aansluiten op RTK
6. 22882-10 Sitenet™ radio antenne
(5&6: 59560-24 RTK radio kit)
7. 65522 FmX naar NavController II kabel met extra aansluitpoort
8. 54601 NavController II hoofdkabel
9. NavController II
10. 67259 FmX powerkabel met relais en schakelaar
11. 67258 FmX basis powerkabel
12. Schakelaarkabel
13. Schakelaar - optie
14. Contact aansluitkabel (liever niet gebruiken)
15. FmX camerakabel
16. AgCam camera (maximaal 4 stuks)
17. Uitwendige luidspreker

Korte installatie handleiding FmX 5


De stuurhoeksensor parallel met de lengte-as van de trekker/fusee monteren voor een
optimaal functioneren van de gyroscoop (dus niet vertikaal of op de zijkant). Het type label
moet naar onderen of boven wijzen.
De richting van de stekker is niet van belang.
Vanwege de casterhoek van de fusee mag de stuurhoek sensor een afwijking tot maximaal
10 graden van de horizontaal hebben, maar liefst zo vlak mogelijk.

Fig.4.

De sensor hoeft niet op het draaipunt te staan maar moet wel het volle bereik van het
stuurwiel meedraaien. Dus niet op een spatbord montuur zetten!

De GPS antenne moet zodanig geplaatst


worden dat hij altijd terug op het zelfde
plekje gezet kan worden.

De GPS antenne moet vrij staan van


obstakels zoals zwaailichten,
Michelinpoppen, etc, om signaalreflectie
en afscherming te voorkomen

De GPS antenne moet zover mogelijk


van andere antennes staan om
interferentie te voorkomen.

Korte installatie handleiding FmX 6


De GPS antenne moet op het midden van het dak. Het hart van de antenne moet minimaal
10 cm voor de achteras komen, zie figuur 5.

minimum 10 cm

Fig.6.

De Radio antenna mag het dak of op


de zijkant staan. Ook hier geldt dat
de antenne beter zover mogelijk van
andere antennes staat om
interferentie te voorkomen.
Het zelfde geldt voor de antenne
kabels. Met name CB kabels en
antennes kunnen behoorlijk storen.
Fig.5.

Hydraulische installatie.

Voordat je begint moet je weten op wat voor hydraulisch systeem je gaat aansluiten.
• Wat voor hydrauliek pomp is er gemonteerd? Een LS pomp met variabele opbrengst,
een tandwielpomp met een vaste opbrengst of een combinatie hiervan?
• Is deze pomp alleen voor het sturen of word deze pomp voor meerdere doeleinden
gebruikt?
• In het geval van een tandwielpomp, wat is de opbrengst (l/min) ?
• Zijn er overdruk ventielen in het huidige systeem

Korte installatie handleiding FmX 7


Bekijk onderstaand schema om te bepalen welk systeem er nodig is op huidige machine.

Load sensing

Load Power P–T


Sensing Ja beyond Ja LS1 - LS2

Nee Nee

P= Orb P
T= Orb T
LS= Orb LS
Gebruik Ls1&Ls2

Pomp => P= EF
Gesimuleerde
Ja 30/cc Ja T=Retour
LS
70l/min LS=LS1&LS2

Open center

Gesimuleerde Pomp =>


Plaats Load
LS Ja 30/cc Ja
sensing
70l/min

Nee Nee

P = Pers Pomp
EF = P - Prio ventiel
T =Retour
P = Pers Pomp Gebruik Ls1&Ls2
EF = P - Orbitrol
T =Retour
Gebruik Ls1&Ls2

Korte installatie handleiding FmX 8


Zorg voor het juiste hydraulische schema van het voertuig of werktuig.
Afhankelijk van het type stuurhydrauliek is er een “Open Center” (54039-126) of een “Load
Sensing” (54039-121)platform kit geleverd. Dit zijn generieke kits. Voor een aantal trekker
modellen kan een modelspecifieke kit geleverd worden.
Locatie Autopilot ventielenblok
• Zorg voor voldoende ruimte rondom het AP blok
• Zorg voor beschermde omgeving
• In de meeste gevallen is rechts onder de cabine achter de trap de beste plek om het
manifold te monteren.
Slangen van hydrauliek installatie
• Zorg dat de slangen altijd vast liggen
• Zorg dat de slangen niet tegen te warme elementen liggen
• Houd de slangen zo kort mogelijk en maak geen scherpe bochten
• Gebruik altijd de juiste diameter
Counter Balance blok
• Monteer in geval van een meedraaiend stuur (Bijna alle trekkers behalve John Deere
en sommige Renault/Claas) of voor plaatsing druksensor)
• Houd ruimte om ventielen nog te kunnen verstellen
• Zorg voor beschermde omgeving

Sluit aan als volgt:


• Poort A van het manifold verbinden door T-stuk met de rechter stuurleiding.
• Poort B van het manifold verbinden door T-stuk met de linker stuurleiding.
• De counter-balance monteren tussen de T-stukken en de orbitrol.
• De Poorten C1 en C2 (cilinder1) horen aan de kant van de T-stukken.
• De Poorten V1 en V2 (valve) horen aan de orbitrol kant.
• De druksensor monteren in de counter-balance. Wanneer de load sense van de
orbitrol op LS1 gemonteerd is dan mag de druksensor ook op PX poort gemonteerd
worden.
• Op het manifold een drukleiding aansluiten op de P-poort en de retourleiding op de
T-poort.
• De P-comp (Drukcompensatie) monteren.
• Bij Load Sensing systemen de LS2-poort aansluiten op de load sense lijn naar de
pomp.
Wanneer de druk en retour bij de orbitrol afgetakt worden, moet de load sense van de
orbitrol aangesloten worden op de LS1-poort. De LS2-poort moet dan verbonden
worden met de load sense lijn die van de orbitrol naar pomp vertrok.
• Wanneer LS1 en LS2 gebruikt worden dan moet ook de PTS klep gemonteerd
worden. Bij enkel gebruik van LS2 geen PTS klep monteren.

Korte installatie handleiding FmX 9


Check valve
Retour poort
P Poort

PX LS1

P Comp Retour poort

PTS klep
LS2
Lock out
A poort Lock out
B poort
A poort B poort

Fig.7 Overzicht manifold in closed center systeem

Omschrijving Stuknummer Code


PTS klep (drukwisselklep) 56904 PTS3-10 0-40
P-Comp 2.8 bar (druk regelklep) optie voor 56909 DPS2-10 F-F-40
kleine stuur cylinders
P-Comp 11 bar (druk regelklep) standaard 56910 DPS2-10 F-F-160
Lege P-Comp spoel * 56907 2186484
* te gebruiken als de oliepomp enkel voor het sturen gebruikt wordt (geen andere functies)

De 2 Lock-out valves van de A- en B poort zijn te herkennen aan code POC1-10 F-0-005
De check valve in de retour is te herkennen aan code CV1-10 P-0-5.

Aanbevolen nippels Poort


3/4 UNF naar 12L P, T, A, B, C1, C2, V1, V2
7/16 UNF naar 8L LS2 en LS1

• De drukleiding door het sandwich ventielen blok leiden. De P-poort is de ingang en


EF-poort de uitgang.
• De PTS klep wordt niet gebruikt.
• In de P-comp wordt de lege spoel geplaatst.
• In de BPV-poort komt de drukregelaar.

Korte installatie handleiding FmX 10


P-uit Poort: EF
(effective flow) overdrukklep

BPV poort

P-in
Poort

lege
spoel

Lock out
A poort

A poort B poort

Fig.8 Overzicht manifold in open center systeem (kit 54039-26)

Omschrijving Stuknummer Code


Bypass Pressure Valve 7.6 bar (druk 66113 DPS2-10 P-F-110
regelklep) optie voor kleine stuur cylinders
BPV 10 bar (druk regelklep) standaard 66114 DPS2-10 P -F-145
Lege P-Comp spoel 56907 2186484
Bypass Sandwich valve met overdrukklep 55272

Aanbevolen nippels Poort


3/4 UNF naar 12L P, T, A, B, EF, C1, C2, V1, V2

Let op!!
Het Open Center ventielen blok mag niet meer dan 70 Liter/min flow hebben. Dus let
goed op de opbrengst van de tandwiel pomp. Af te lezen op de pomp of vraag dit na.

Oude kleppen van H2 Stuknummer Code


Bypass Pressure Valve 2.8 bar (druk 59119 DPS2-10 P-F-40
regelklep) optie voor kleine stuur cylinders
BPV 11 bar (druk regelklep) standaard 56922 DPS2-10 P -F-160

Korte installatie handleiding FmX 11


Fig.9. Load Sensing op stuurcircuit.

Fig.10. Load Sensing op power beyond.

Korte installatie handleiding FmX 12


Fig.11. Open Center met Sandwichklep (debiet kleiner dan 70l/min).

Fig.12. Open Center Stuur met losse Prioriteitsklep en LS Autopilot klep.

Korte installatie handleiding FmX 13


Fig.13. Open Center pomp met LS Orbtitrol en Open Center Autopilot klep (debiet kleiner
dan 70l/min)
Aan te raden wanneer de LS druk te laag het voertuig prioriteitsventiel te bedienen.

Korte installatie handleiding FmX 14


Opties

1. Externe logschakelaar.
Een externe logschakelaar of relais kan aangesloten worden op poort A of B. Tussen de
pinnen 10 en 11 moet het contact gemaakt (loggen bij hoog) of verbroken worden (loggen bij
laag). Dit kun je instellen in bij configuratie\werktuig instellingen.
Digitaal signaal van de ISO werktuigstekker pin 4 mag rechtstreeks op pin 11.

2. NMEA output voor andere werktuig controller.


Door een seriële kabel aan te sluiten op de LAPTOP / PC connector van de Navigatie
Controller kan de GPS info in NMEA formaat door gegeven worden.
Je kan dit activeren in configuratie\GPS instellingen\NMEA output. Meestal zijn de GGA en
VTG strings voldoende.

3. Extern inschakelen.
Een externe schakelaar in de armleuning/console/joystick van het voertuig of een voerpedaal
kan aangesloten worden op pin 7 van
stekker P5 van de Navigatie controller. De
inschakel pulse moet meer dan 4,5V zijn
en langer dan 0,5 seconden duren.
Op pin 2 is een vrije 5V uitgang ter
beschikking.
Op pin 11 is een vrije signaal massa ter
beschikking voor het voetpedaal.

Korte installatie handleiding FmX 15


4. AG3000 steun.

De AG3000 steun wordt gemonteerd onder de RAM-bal van de FMX.


Gebruik M5x20 schroeven i.p.v de standaard M5x16.
De AG3000 modem wordt bevestigd met M4x16 schroeven en M4 moertjes.
Aansluiten met het korte adapter kabeltje.

U kunt er ook voor kiezen de AG3000 aan de buitenzijde met de connector en led’s naar
voren te monteren,. zie inzet.

Korte installatie handleiding FmX 16


5. Navigatie Controller Slede

Verwijder de bevestigingschroeven uit de 2 connectoren. Om de schroeven niet kwijt te


raken kunt u de clipjes terug op de schroef drukken en de schroef aan de kabel binden met
een tie-strap.
Steek de connectors in de Navigatie Controller. Plaats de Navigatie Controller in de slede
met de connectoren aan de kant van de draaiknoppen en draai deze vast.
Zet de connectorsteun stijf tegen de connectoren en zet de M6 boutjes vast. Zorg wel dat de
connectoren volledig in controller zitten.
Plaats de slede op de gewenste plek waarbij de draaiknoppen goed bereikbaar moeten zijn.

Korte installatie handleiding FmX 17

You might also like