Televisiestudies

You might also like

Download as docx, pdf, or txt
Download as docx, pdf, or txt
You are on page 1of 2

Constructiedenken (John Fiske, John Hartley, Hall): betekenis ligt in codes.

Codes zijn verbindingssystemen en de betekenis is dus gebaseerd op sociale conventies. Representatie (Hall): representration als constitute (betekenis is afhankelijk van interpretatie). - Weergeven - Symboliseren - Vertegenwoordigen Identiteit (Hall): - Zelfbeeld (ook groepen). - Een proces van telkens weer worden . Cultureel burgerschap: Verbondenheid met anderen, juist ook via media. - Democratainment (Hartley): televisie is een transmoderne leraar (Identity & difference). - Encoding/decoding en zijn werking valt terug te vinden in de kern van cultureel burgerschap. Ideologie: een samenhangend systeem van ideeen waarmee (elementen van) cultuur en samenleving kunnen worden begrepen. Hegemonie (anthonio Gramsci): hegemonie naturaliseert klassentegenstellingen (maakt klassenideologie acceptabel). Zo gaat klassenideologie onproblematisch deel uitmaken van alledaagse kennis. De intellectuelen (traditioneel (in dienst van de macht) of organisch) vertalen de denkwijze tussen de klassen. Interpellatie (louis Althusser): Aanspreken. Althusser: interpellatie is hoe ideologie ons vormt. Ideologie vormt een perfecte cikel om ons heen van (h)erkenning maar ook van miskenning, namelijk de miskenning dat het ooit anders zou zijn geweest. Deze perfecte cirkel ging Hall te ver. Vertoog/discours (michel foucault): Alles wat er over een onderwerp gezegd en geschreven over een bepaald onderwerp. Een vertoog is ideologisch geladen. Voorbeeld: Toerismevertoog (Ideologie: West is best). Governmentality (foucault): toegepaste vorm van hegemonie. We vinden de domiantie ideologie normaal . De discipline wordt bij onszelf gelegd. Het speelt onbewust in op ons zelfbeeld en geweten. Encoding/decoding (Stuart Hall):

Pierre Bourdieu: (marxist) klasse heeft niet alleen te maken met geld, ook met cultureel kapitaal. Mensen die dit onderscheid kunnen maken, horen bij de elite. In het geval van kunst zijn de kunstmakelaars en kunstjournalisten de bewakers van het juiste jargon en de goede smaak en houden ze de scheidslijn tussen elite en plebs in standt. Dit wordt distinctie genoemd. Televisuality (john caldwell): De zoektocht naar (nieuw) publiek, gecombineerd met uitvindingen als de video-insert en split screen (sport) behoren tot de belangrijkste factoren voor het ontstaan van een nieuwe look van televisie. Dit staat voor een trend in televisieprogramma s waarin de nadruk meer komt te liggen op de stijl en vorm van televisie. Karl Marx: De dominante ideologie is gekoppeld aan het wereldbeeld van de heersende klassen. Omdat cultuurproducten worden geproduceerd onder kapitalistisch regime, zijn er ongelijkheden van macht, status en winst.

John Fiske: er zijn verschillende codes in televisie: - Sociale codes (aankleding, make-up, omgeving, gedrag etc) - Technische codes (camera, licht, geluid) - Conventional representional codes (narratief, conflict, actie, dialoog) - Ideologische codes (individualistisch, ras, klasse, materialisme). y Introduceert drie overkoelende begrippen (plezier, macht en polysemie = veelbetekendhei). Kritiek: te subjectief en idelaistisch (McGuigan). y De rol van televisie is als podium voor de populaire smaak. y Door plezier verbonden met het werk van Foucault. Foucault; programma s behagen ons door ons te verleiden op een bepaalde manier over onszelf te denken. Als jonge carrierevrouw (de co-assistent), stoere slimme vrouw (CSI, Bones) etc. Fiske en Hartley: televisie is de bard van onze tijd; de nieuwe verbreider van orale cultuur in de vorm van nieuws en vermaak. Rituele functie van televisie (James Carey). Een regelmatig ritueel waarbij bestaande normen en waarden, ideeen en idealen gezamelijk worden herbevestigd. Jim McGuigan: kritiek op Fiske. Vond dat onderzoekers naast de culturele economie van het plezier, ook de financiele economie van televisieproductie en eigendom van televisie(productie)maatschappijen serieus moeten durven nemen. Televisie kan niet alleen positief geinterpreteerd worden. Ook in populaire televisie komt racisme en vreemdelingenhaat voor. Revisionisme: verkwanselen van de kritische marxistische erfenis. David Morley: Vaders wil is wet wat betreft de afstandsbediening. Hall s model over lezingen is te beknopt. Laat geen ruimte voor misverstanden. Klassenpositie moet altijd worden verbonden met de specifieke vertogen die kijkers gebruiken. Raymond williams: Flow (programma s zonder begin en einde). Was er al voor encoding/decoding model. Cultuur is een proces van betekenisgeving. Mobile Privatization: maatschappelijk-televisuele constellatie van publiek en private ontvangst. Kim: Gaze (man) en Glance (vrouw). Ien Ang: instituationeel perspectief (kijkcijfers zijn essentieel voor wat er wordt uitgezonden) vs etnografisch perspectief. Zygmunt Bauman: Vloeibare maatschappij/moderniteit. Benedict Anderson: Verbeelde gemeenschap. Je kent elkaar niet, maar voelt je toch verbonden door gedeelde ideeen (over wat het zou zijn een natie te zijn, 9/11). Het geval Dallas. Kijkposities: houden van, haten, ironisch houden van, ironisch haten. Ideologie van de massacultuur:

You might also like