Download as doc, pdf, or txt
Download as doc, pdf, or txt
You are on page 1of 16

WEER EN KLIMAAT

Weer Klimaa t Tijdelijke toestand Gemiddelde toestand Korte periode (n dag) Lange periode (ten minste 10 jaar) Klein gebied (de kust) Groot gebied (West-Europa) Veranderlijk Standvastig

Weerelementen: factoren die weer bepalen uren zon temperatuur luchtvochtigheid neerslag luchtdruk winden Weerelement Temperatuur Neerslag Luchtdruk Luchtvochtigheid Windrichting Windsnelheid Windkracht Meetinstrument Thermometer Pluviometer Barometer Hygrometer Windvaan Anemometer Windzak Eenheid Graden Celcius Millimeter neerslag Hectopascal Procent Noord, West, Kilometer per uur Beaufort Afkorting C Mm hPa % N, W, Km/h

Klimatogram: diagram met de gemiddelde t-waarden + neerslag per maand

Gebruikte symbolen op een weerkaart

Klimaten en vegetatie
Klimaattype altijd nat Warm met nat seizoen periodiek Droog altijd altijd nat Warmgematigd natte zomer natte winter Koudgematigd zachte winter strenge winter met dooiseizoe n zonder dooiseizoe n Gebergteklimaat Eigenschap Tm+18C Tm+18C + neerslag in warme maanden Max 4 vochtige maanden Geen vochtige maanden Tm +10C Tk + 6C Tm +10C Tm +10C Geen grote tverschillen Geen grote tverschillen met zomer zonder zomer Tm nooit boven 0C T daalt 1C per 180m Vegetatie Regenwoud Savanne Steppe Woestijn Subtropisch woud Mediterraan woud Loofbos Gemengd woud Taiga Toendra Ijswoestijn Geen zonering Eigenschap Verschillende etages, zeer dichte begroeiing Hoge dichte grassen met bomen Korte harde grassen en doornige struiken Zeer weinig planten (wortels tot 30m), cactussen Altijdgroene loofbomen, ondergroei van bamboe, struiken en gras Altijdgroene bomen, verspreid van elkaar Loofbomen, struiken Loofbomen en naaldbomen Naaldbomen Mossen, grassen, moerasplanten, dwergwilgen Geen plantengroei Variabel

Koud

Tm = gemiddelde maandtemperatuur Tk = temperatuur koudste maand Tw = temperatuur warmste maand

DE MENS VEROVERT DE AARDE EN RUIMTE


Aardrotatie
Aardrotatie: draaibeweging van de aarde rond eigen as (tegenwijzerzin) Duur: 23h 56min (t.o.v. de sterren) 24h (t.o.v. de zon) Snelheid aan de evenaar: 40 000 km/dag of 1666 km/h Gevolg: dag en nacht: n deel v/d aarde belicht: dag ander deel v/d aarde schaduw: nacht

uurgordels: 24h per dag 360 15 per uurgordel

Aardrevolutie
Aardrevolutie: de draaibeweging van de aarde rond de zon (tegenwijzerzin) Duur: 365d 5h 48min (gevolg: om de 4 jaar een schrikkeljaar) Gevolg: seizoenen: door de omloopbeweging met een schuine aardas zal, naargelang de positie op de baan, n van de halfronden beter bestraald worden door de zon.

Zonnestelsel

Het zonnestelsel bestaat uit de Zon en de door de aantrekkingskracht gebonden hemellichamen. Voorbeeld Ster Planeet Zon Aarde Belangrijkste kenmerk Bol heet gloeiend gas Draait in een baan rond een ster Verschillen Produceren zelf licht en warmte Worden verwarmt en verlicht door een ster Heel ver weg Dichterbij dan ster

Andere hemellichamen: manen (zoals de maan van onze Aarde) kometen (bestaande uit kop en staart(en)) meteoren (vallende sterren)

Kunstsatellieten
Een kunstmaan of satelliet is een object in een baan om een hemellichaam. Kunstmanen zijn onbemande toestellen die door de mens in een baan zijn gebracht. Geostationaire satelliet de evenaar gelijk aan rotatiesnelheid van de aarde n rotatie per dag Communicatiesatellieten Polaire satelliet de polen afhankelijk van afstand tot aarde meerdere per dag Weersatellieten, navigatiesatellieten, observatiesatellieten

Draaien in vlak van Snelheid Aantal rotaties Toepassingen

10

ENERGIE
Groeiend energieverbruik
Het groeiende energieverbruik komt door de ontwikkeling. Hoe meer ontwikkeling er in een land is, hoe meer energie er verbruikt wordt. Een westers land (bv. Belgi) zal veel meer energie verbruiken dan een Afrikaans land dat nog in ontwikkeling is, aangezien er bij ons computers, koelkasten enz. zijn. Hoe meer luxe iemand heeft, hoe meer energie die persoon zal verbruiken. Ook in Afrika wordt er steeds meer energie verbruikt, aangezien men ook daar steeds meer tot ontwikkeling komt.

Evolutie van de energiebronnen van 1800 tot nu.


De allereerste energiebron die gebruikt werd, nog voor 1800, was hout. Mensen gebruikten hout om zich bv. te verwarmen. Vanaf 1800 was stoom de belangrijkste energiebron. Denken we maar aan de stoomlocomotief. Aan het einde van de 19de eeuw, kwam elektriciteit op. Denk maar aan de gloeilamp van Edison. Ook aan het einde van de 19de eeuw kwam aardolie op (belangrijk voor de automotor). En dan in de 20ste eeuw ontwikkelden zich ook andere energiebronnen, nl. alternatieve energiebronnen zoals waterenergie, zonne-energie, windenergie enz.

11

Aardolie
Productiegebieden: Midden-Oosten, Afrika, Amerika en het GOS

Verbruiksgebieden: West-Europa, Japan, Noord-Amerika Transport Via scheepvaart: grote vraag grotere schepen (tankers) probleem: schepen te groot om havens binnen te varen Via pijpleidingen: voor transport van grote havens naar industriegebieden probleem: pijpleidingen bouwen en onderhouden is zeer duur

12

Fossiele energiebronnen
Energiebron Steenkool Fossiele Aardolie Aardgas Zonne-energie Windkracht Alternatieve Waterkracht Houtproductie Bio-alcohol Getijdencentrale Voordelen Lage kostprijs Lage kostprijs, veel toepassingsmogelijkheden Lage kostprijs, bijna overal pijpleidingen aan huis Geen CO-uitstoot Geen CO-uitstoot Geen CO-uitstoot Geen CO-uitstoot Geen CO-uitstoot Geen CO-uitstoot Nadelen CO-uitstoot CO-uitstoot CO-uitstoot Niet overal en altijd zon Geluidshinder, veel plaats Dure installatie stuwmeren Niet duurzaam Grondstof verwerken is milieubelastend Dure installatie, groot hoogteverschil nodig

13

BELGI: STUDIE VAN DE BEVOLKING


Geboortecijfer: aantal geboorten per 1000 inwoners over bepaalde periode. Sterftecijfer: aantal sterfgevallen per 1000 inwoners over bepaalde periode. Natuurlijke aangroei: als er meer geboorten dan sterfgevallen zijn Natuurlijke afname: als er meer sterfgevallen dan geboorten zijn Emigratie: als mensen uit ons land vertrekken Immigratie: als mensen in Belgi komen wonen Migratiesaldo: saldo van immigratie en emigratie Kunstmatige aangroei: bij positief migratiesaldo (meer mensen in Belgi) Kunstmatige afname: als er meer mensen uit Belgi vertrekken

Meest dicht bevolkte gebieden Verstedelijkte gebieden (Brussel, Antwerpen, Gent,) Industriegebieden (Mons, Charleroi, Leuven,) Minst dicht bevolkte gebieden Landelijke gebieden (polders, haspengouw,) Waalse toeristische gebieden (Ardennen) 14

Migratie

Leeftijdshistogram
Een leeftijdshistogram (bevolkingspiramide) geeft zowel de geslachts- als de leeftijdsverhoudingen op een bepaalde plaats op een bepaald ogenblik weer. Links van een verticale lijn bevindt zich het aantal mannen, rechts het aantal vrouwen. Over het algemeen zijn de cijfers per leeftijdscategorie gegroepeerd, bijvoorbeeld een groep beneden de 5 jaar, n tussen 5 en 9 jaar, enz. Deze cijfers worden op de verticale as uitgezet. Op de horizontale as worden ofwel de absolute aantallen van mannen of vrouwen in elke leeftijdscategorie weergegeven, ofwel het aandeel ervan in procenten ten opzichte van de totale bevolking.

15

Actieve bevolking
De beroepsbevolking of actieve bevolking is het werkelijk aantal mensen dat deel uitmaakt van het economisch leven. Dit wordt opgedeeld in 4 sectoren: Primaire sector Secundaire sector Tertiaire sector Quartaire sector Levert grondstoffen Verwerkt grondstoffen Commercile dienstverlening Niet-commercile dienstverlening Landbouw, veeteelt, jacht, visserij, Industrie Winkels, horeca, transport, ICT, Ziekenhuizen, brandweer, defensie,

Evolutie van de sectoren: De landbouw stelt nog maar een kleine fractie van de Belgische bevolking te werk. Ook de rol van mijnbouw en industrie is, wat werkgelegenheid betreft, sterk verminderd. De tertiaire sector is enorm in belang toegenomen. Dit heeft natuurlijk te maken met de toegenomen welvaart na WO II, meer vraag naar onderwijs, ontspanning, reizen, cultuur, meer kopen

16

You might also like