Professional Documents
Culture Documents
Bloedpunctie Korte Versie
Bloedpunctie Korte Versie
Gezondheidszorg
MEDISCHE Leerkracht: Busschop Heleen
INLEIDING K&V OA
K&V Pathologie
K&V Verpleegkunde
Deel medische verpleegkunde
Deel heelkundige verpleegkunde
MEDISCHE VERPLEEGKUNDE
KC 1
KC 2
KC 4
Infuustherapie
Blaassondage
Medisch rekenen
Leerkracht: Busschop Heleen
Veneuze bloedpunctie
Arteriële bloedpunctie
HET BLOED
Het bloed = vloeibaar weefsel bestaande uit twee grote componenten
Cellulaire component:
Bestaat uit verschillende celsoorten (RBC, WBC, bloedplaatjes)
HET BLOED
Plasma
= bloed zonder bloedlichaampjes
Serum
= plasma zonder fibrinogeen
ontstaat na stolling van het bloed
SERUM
PLASMA
ER MOET EEN BLOEDAFNAME
GEBEUREN
Hoe gaat het in zijn werk?
Eens je bloed afgenomen is gaat het beginnen stollen, hoe kan je dit tegengaan?
AANVRAAG VOOR
BLOEDONDERZOEK
Altijd in opdracht van de arts
2 Mogelijkheden:
Plak de etiketten op voorhand op de buisjes, ga direct naar de patiënt + nog
eens controle
Je kan ook na de punctie etiketteren bij de patiënt zelf
ONSTOLBAAR MAKEN VAN
BLOED
Afhankelijk van soort analyse:
Plasma onstolbaar gemaakt bloed
Serum gewoon bloed (met stollingsactivator)
Toevoeging van stoffen die een complex aangaan met Calcium (Na-citraat, Ka-
citraat) voor stollingstesten
DE CAPILLAIRE
BLOEDPUNCTIE
DE VENEUZE BLOEDPUNCTIE
WAT IS EEN VENEUZE
BLOEDPUNCTIE?
Aanprikken van een geschikte ader
Ter hoogte van de elleboogplooi, onderarm, handrug of voetrug
Om een grotere hoeveelheid bloed te bekomen
Voor labo-onderzoek, diagnosestelling en behandeling (transfusies)
3. Indicaties
4. Basisprincipes
DE VENEUZE BLOEDPUNCTIE
1. Materiaal
3. Indicaties
4. Basisprincipes
WELK MATERIAAL HEB JE
NODIG BIJ EEN
BLOEDAFNAME?
MATERIAAL
Stuwband
Punctiemateriaal
Soorten proefbuisjes
MATERIAAL
Stuwband
Punctiemateriaal
Soorten proefbuisjes
STUWBAND
Om de vene bij de punctie beter zichtbaar te maken
STUWBAND
Bepaalde regels in acht nemen:
Hoe controleren?
Punctiemateriaal
Soorten proefbuisjes
PUNCTIEMATERIAAL
Vacuümsysteem: venoject of vacutainer
Spuit en naald
Veiligheidsmonovette
VACUÜMSYSTEEM
(VENOJECT-VACUTAINER)
Steriele naald voor éénmalig gebruik
Spuit en naald
Veiligheidsmonovette
SPUIT EN NAALD
Steriele spuiten van 5, 10, 20 cc
Bij voorkeur met excentrisch aanzetstuk
Naalddikte afhankelijk van toestand van venen.
Steriele IV naalden:
19G / 20G
3 à 4 cm lengte
korte, scherpe punt
PUNCTIEMATERIAAL
Vacuümsysteem: venoject of vacutainer
Spuit en naald
Veiligheidsmonovette
VEILIGHEIDS-MONOVETTE (SARSTEDT)
VEILIGHEIDS-MONOVETTE
(SARSTEDT)
MATERIAAL
Stuwband
Punctiemateriaal
Soorten proefbuisjes
BLOEDAFNAME VIA IV
KATHETER
Eerst grondig spoelen met NaCl 0,9%
Punctiemateriaal
Soorten proefbuisjes
SOORTEN PROEFBUISJES
Proefbuisjes zonder additief
Steriel
Niet-steriel
MET ANTI-COAGULANTIA
EDTA: (ethyldiamine tetra acetaat) voor hematologische onderzoeken
Na-citraatoplossing: stollingsonderzoeken
Waarom?
Juiste volgorde
Minstens 2 ‘koppels’
SPECIFIEKE SYSTEMEN:
HEMOCULTUUR
Opsporen en identificeren van bacteriestammen
3. Indicaties
4. Basisprincipes
KEUZE VAN PUNCTIEPLAATS
Oppervlakkige vene
Goedgevulde vene
Gezonde vene
OPPERVLAKKIGE VENE
Elleboog: minst pijnlijk
Vena mediana
Vena cephalica
Vena basilica
Onderarm
Vena cephalica
Handrug = metacarpale venen
Meestal brozer en pijnlijker –
best met vleugelnaald
Onderste ledematen (voetrug)
GOEDGEVULDE VENE
= Goed voelbaar onder stuwing
Stuwband aanleggen
ZV maakt een vuist niet laten pompen!
Arm gestrekt en naar beneden
3. Indicaties
4. Basisprincipes
INDICATIES
Evacuerende bloedpunctie
Proefpunctie
EVACUERENDE PUNCTIE
Transfusie
Aderlating bij hematochromatose
PROEFPUNCTIE
Labo-onderzoeken:
Bloedformule Leverfunctietesten
Hematologische testen Ionogram - elektrolyten
Coagulatietesten Reumatologische testen
Glycemiebepaling Bacteriologie – virologie – serologie
Lipiden Bloedgroep en rhesusfactor
Eiwitten Medicatiespiegels
BLOEDFORMULE
RBC of erythrocyten
Schommeling tsn 4 milj en 6 milj/mm³
WBC of leukocyten
normaal tsn 5.000 – 8000/mm³
5 verschillende celsoorten:
Neutrofielen
Eosinofielen
Basofielen
Lymfocyten
Monocyten
Hemoglobine-index of kleurindex
Hematocriet
Sedimentatie- of bezinkingssnelheid
CRP
HEMOGLOBINE
Eiwit- en ijzerhoudende rode kleurstof
Essentieel bestanddeel van de RBC
Verantwoordelijk voor zuurstofopname en –afgifte
Ongeveer 14 à 16 g per 100 ml bloed
Wordt uitgedrukt in %
Hb te laag = ?
Hb te hoog = ?
BEPALEN VAN HEMATOCRIET
Verhouding van RBC volume tov het totale bloedvolume
Volume RBC
Hematocriet = _________ x 100
Totaal volume
Normale waarde = 1
Om resistentie te bepalen
DE VENEUZE BLOEDPUNCTIE
1. Materiaal
3. Indicaties
4. Basisprincipes
SPECIFIEKE GEVAREN
Gevaar voor hematoomvorming thv punctieplaats
Gevaar voor nabloeden
Gevaar voor bezwijming van patiënt
Gevaar voor para-veneus zitten van punctieplaats
Gevaar voor collaberen van vene
Gevaar voor pijn
Gevaar voor moeilijk te vinden vene
Gevaar voor aanprikken van een arterie
Gevaar voor infectie van punctieplaats of besmetting van de patiënt
Gevaar voor onvoldoende betrouwbaar of onbruikbaar bloedstaal