Elektromagnetisme

Zin gegenereerde spanning

µA
S N

µA
S N

µA
N

µA
N

µA
S N

µA
S N

µA
N

µA
N

µA
Wet van Lenz
Een veranderende magnetische flux door
een geleidende lus wekt een elektrische
spanning en daarmee een stroom op, die de
veranderende flux tegenwerkt.

Heinrich Lenz
 Stappenplan

0. Teken de veldlijnen van de magneet

1. Teken de veldlijnen door de spoel opgewekt.
Toename of afname van de flux?
(Meer of minder veldlijnen?)
• Toename
 veldlijnen spoel omgekeerd zin als de veldlijnen van de magneet
• Afname
 veldlijnen spoel zelfde zin als de veldlijnen van de magneet
2. Gebruik RHG om de zin van de stroom te bepalen.
3. Waar de stroom uit de spoel komt  positieve kant
0. Teken de veldlijnen in de magnetische keten

µA
1. Teken de veldlijnen door de spoel opgewekt

• Toename veldlijnen  TEGENGESTELDE ZIN aan de veldlijnen van de magneet

• Afname veldlijnen  ZELFDE ZIN aan de veldlijnen van de magneet

S N

µA
2. Gebruik de RHG om de stroomzin te bepalen

S N

µA
2. Gebruik de RHG om de stroomzin te bepalen

µA
3. Waar de stroom uit de spoel komt  positief

µA
3. Waar de stroom uit de spoel komt  positief

µA
Zodra de fluxVERANDERING stopt verdwijnt de opgewekte spanning

µA
Voorbeeld 2
0. Teken de veldlijnen in de magnetische keten

S N

µA
1. Teken de veldlijnen door de spoel opgewekt

S N

µA
2. Gebruik de RHG om de stroomzin te bepalen

S N

µA
3. Waar de stroom uit de spoel komt  positief

S N

µA
3. Waar de stroom uit de spoel komt  positief

S N

µA
Zodra de fluxVERANDERING stopt verdwijnt de opgewekte spanning

S N

µA
Voorbeeld 3
S N

µA
S N

µA
S N

µA
Wat weten we reeds?

• Je weet intussen wat wisselspanning is.

• Wisselspanning heeft een wisselende polariteit.

• Ze wordt geleverd door een eenfasenet.

• Dat net bestaat uit twee geleiders.

Opwekken spanning

S
Opwekken spanning

S
Opwekken spanning

S
Opwekken spanning

S
Opwekken spanning

S
Opwekken spanning

S
Opwekken spanning

S
 Opwekken spanning

U2 U1
 Opwekken spanning

U2 U1
 Opwekken spanning

U2 U1
 Opwekken spanning

U2 U1
 Opwekken spanning

U2 U1

𝐸=𝐸𝑚 ⋅ sin ( 𝛼 )
𝐸=𝐸𝑚 ⋅ sin ( 𝜔 𝑡 )
 Opwekken driefase-spanning

V2

U2 U1

V1
 Opwekken driefase-spanning

W1 V2

U2 U1

V1 W2
 Opwekken driefase-spanning

W1 V2

U2 U1

V1 W2
 Opwekken driefase-spanning

W1 V2

U2 U1

V1 W2
 Opwekken driefase-spanning

W1 V2

U2 U1

V1 W2
 Opwekken driefase-spanning

W1 V2

U2 U1

V1 W2
 Opwekken driefase-spanning

W1 V2

U2 U1

V1 W2
 Opwekken driefase-spanning

W1 V2

U2 U1

V1 W2
 Opwekken driefase-spanning

W1 V2

U2 U1
Spanning positief als ze gericht is van

V1 W2
voorstellen driefase-spanning

𝑒 1=𝐸𝑚 ⋅ sin (𝜔 𝑡 )
2𝜋
𝑒 2=𝐸 𝑚 ⋅sin (𝜔 𝑡 − )
3
2𝜋
𝑒 3=𝐸 𝑚 ⋅ sin( 𝜔 𝑡 + )
3
voorstellen driefase-spanning

𝑒 1=𝐸𝑚 ⋅ sin (𝜔 𝑡 )

𝑒 2=𝐸 𝑚 ⋅ sin (𝜔 𝑡 − 120 °)

𝑒 3=𝐸 𝑚 ⋅ sin ( 𝜔 𝑡 +120 °)

voorstellen driefase-spanning

⃗
𝐸1

⃗
𝑬𝟑 ⃗
𝐸2
 voorstellen driefase-spanning

⃗
𝐸1
⃗
𝑬 𝟏=| 𝑬|⋅ 𝐜𝐨𝐬 ( 𝟗𝟎 ° ) +| 𝑬|⋅ 𝐬𝐢𝐧 ( 𝟗𝟎 ° ) ⋅ 𝒋

¿|𝑬 |⋅ 𝐬𝐢𝐧 (𝟗𝟎 ° ) ⋅ 𝒋

⃗
𝑬 𝟐=| 𝑬|⋅ 𝐜𝐨𝐬 ( − 𝟑𝟎 ° )+|𝑬|⋅ 𝐬𝐢𝐧 ( − 𝟑𝟎 ° ) ⋅ 𝒋

¿|𝑬 |⋅ 𝒄𝒐𝒔 ( 𝟑𝟎 ° ) −|𝑬 |⋅ 𝐬𝐢𝐧 (𝟑 𝟎 ° ) ⋅ 𝒋

⃗ ⃗
𝑬𝟑 ⃗
𝐸2
𝑬 𝟑=| 𝑬|⋅ 𝐜𝐨𝐬 ( − 𝟏𝟓𝟎 ° ) +|𝑬| ⋅ 𝐬𝐢𝐧 (− 𝟏𝟓 𝟎 ° ) ⋅ 𝒋

¿ −| 𝑬|⋅𝒄𝒐𝒔 ( 𝟑𝟎 ° ) −| 𝑬|⋅ 𝐬𝐢𝐧 ( 𝟑 𝟎° ) ⋅ 𝒋

 Symmetrische belasting

⃗
𝐸1
⃗
𝑬 𝟏=| 𝑬|⋅ 𝐬𝐢𝐧 ( 𝟗𝟎 ° ) ⋅ 𝒋

⃗ 𝝋𝟏 ⃗
𝐼1
𝑬 𝟐=| 𝑬|⋅ 𝒄𝒐𝒔 ( 𝟑𝟎 ° ) −| 𝑬|⋅ 𝐬𝐢𝐧 ( 𝟑𝟎 ° ) ⋅ 𝒋
⃗
𝐼3
⃗
𝑬 𝟑 =−| 𝑬|⋅ 𝐜𝐨𝐬 ( 𝟑𝟎 ° ) −|𝑬|⋅ 𝐬𝐢𝐧 ( 𝟑𝟎 ° ) ⋅ 𝒋
𝝋𝟑
𝝋𝟐
|⃗
𝑰 𝟏|=|⃗
𝑰 𝟐|=|⃗
𝑰 𝟑| ⃗
𝑬𝟑 ⃗
⃗
𝐸2
𝐼2
𝝋 𝟏=𝝋 𝟐=𝝋 𝟑
 Asymmetrische belasting

⃗
𝐸1
⃗
𝑬 𝟏=| 𝑬|⋅ 𝐬𝐢𝐧 ( 𝟗𝟎 ° ) ⋅ 𝒋
⃗
𝐼3
⃗ 𝝋𝟏
𝑬 𝟐=| 𝑬|⋅ 𝒄𝒐𝒔 ( 𝟑𝟎 ° ) −| 𝑬|⋅ 𝐬𝐢𝐧 ( 𝟑𝟎 ° ) ⋅ 𝒋
⃗
𝑬 𝟑 =−| 𝑬|⋅ 𝐜𝐨𝐬 ( 𝟑𝟎 ° ) −|𝑬|⋅ 𝐬𝐢𝐧 ( 𝟑𝟎 ° ) ⋅ 𝒋
⃗
𝐼1
𝝋𝟑 𝝋𝟐 ⃗
𝐼2

⃗
𝑬𝟑 ⃗
𝐸2