Download as pptx, pdf, or txt
Download as pptx, pdf, or txt
You are on page 1of 8

Algemene economie

Lesweek 3
Programma

 Terugblik voorgaande les


 Vragen over casus
 Uitleg paragaaf 10.5
 Opdrachten voor week 4
Terugblik
 Paragraaf 10.3
Voorbeelden van financiële instellingen:

banken, verzekeringsmaatschappijen en pensioenfondsen

Functies van financiële instellingen:


• Kredietverlening op basis van wederzijdse schuldaanvaarding
• Verzorgen van betalingsverkeer voor binnen- en buitenlandse transacties
• Het leveren van diensten.

Geldscheppende financiële instellingen


Wat doet de centrale bank?
het vaststellen en het uitvoeren van het monetaire beleid
 Waar gaat paragraaf 10.4 over?
10.5 Inflatie

Wat betekent inflatie?


- stijging van het algemene prijspeil in een economie  prijsinflatie

Monetaire inflatie: toename van de waarde van de geldstroom in de economie.

Stijging van gemiddelde prijspeil  daling van de koopkracht


Indexcijfer koopkracht geld: indexcijfer nominale waarde geld/ prijsindexcijfer x
100
oftewel : RIC= NIC / PIC x 100
Voorbeeld

 Als in India de voedselprijzen met 16,5% stijgen en het prijsindexcijfer van


voedsel aan het begin van het jaar 100, dan is dit prijsindexcijfer aan het
eind van het jaar gestegen tot 100+16,5 = 116,5.
Met een indianse roepi kan dan nog maar 100/116,5 x 100% = 85,84% van den
oorspronkelijk hoeveelheid voedsel gekocht worden.
 Oftwel de koopkracht is gedaald met 14,16%
 Hoe wordt inflatie gemeten?
 Met behulp van de consumentenprijsindex ( CPI)

 https://www.youtube.com/watch?v=n1KoCFOc5P8

Productgroep Wegingsfactor Prijsverandering

Voeding, dranken en kleding 20% x%

Wonen 29% x%

Vervoer 12% x%

Vrije tijd 16% x%

Overige 23% x%
Opdracht

 Lees paragraaf 10.5 en 10.6 door


 Maak casus 10.4 ( staat op OO week 3)
 Controleer je gemaakte werk.

You might also like