Bedrijfseconomie voor het hbo

Lesweek 1 IC 2:
Resultatenrekening en liquiditeitsrekening (1)
Onderneming - Het ondernemingsplan Bedrijfseconomie voor het hbo
Opbrengsten en kosten

Opbrengsten vergroten het eigen vermogen.

Kosten verlagen het eigen vermogen.

 de nettowinst vergroot het eigen vermogen.

 het nettoverlies verlaagt het eigen vermogen.

 de privé-stortingen verhogen het eigen vermogen.

 de privé-opnamen verlagen het eigen vermogen.
Onderneming - Het ondernemingsplan Bedrijfseconomie voor het hbo
Ontvangsten en uitgaven

Ontvangsten vergroten de liquide middelen.

Uitgaven verlagen de liquide middelen.

 een bestelbus kopen is wel een uitgave (investering) maar (nog) geen kosten.
 afschrijvingen zijn wel kosten maar geen uitgaven.

 een lening aangaan is wel ontvangsten (financiering) maar geen opbrengsten.

 aflossen van een lening is wel uitgaven maar geen kosten.
Budget - Masterbudget Bedrijfseconomie voor hbo
Resultatenrekening en liquiditeitsbegroting
Resultatenrekening
Opbrengsten = toename van het eigen vermogen.
Kosten = afname van het eigen vermogen.

Liquiditeitsbegroting
Ontvangsten = toename liquide middelen.
Uitgaven = afname liquide middelen.
Voorbeeld resultatenrekening
Omzet € 160.000
- Inkoopwaarde omzet € 70.000
Brutowinst € 90.000
- Loonkosten € 28.000
- Afschrijvingskosten € 10.000
- Marketingkosten € 8.000
Bedrijfsresultaat voor belasting en interest (EBIT) € 44.000
- Interest (rente) € 2.000
Nettowinst voor belasting € 42.000
- Vennootschapsbelasting (25%) € 10.500
Nettowinst na belasting € 31.500
Brutowinstberekening
 Omzet € 200.000,-
 Brutowinst 40% van de omzet

 Bereken de brutowinst

 Let op: alles achter van de = 100%

omzet € 200.000,- 100%

Inkoopwaarde
omzet
Brutowinst ? 40%

 Brutowinst = € 200.000,- / 100% x 40% = € 80.000,-

Tussendoortje

De brutowinst bedraagt 25% van de

inkoopwaarde omzet.
Omzet € 500.000,-

Bereken de brutowinst.

Uitkomst: € 100.000,-
Kenmerken resultatenrekening
 Resultaten die invloed hebben op het Eigen Vermogen worden vermeld op
de resultatenrekening.

 Alle bedragen zijn exclusief BTW.

 Afschrijvingen staan op de resultatenrekening.

 Aflossingen staan nooit op de resultatenrekening, het betalen van rente

staat daarentegen wel op de resultatenrekening.

 Het moment van verkopen is bepalend, niet het moment van betalen.
Kengetallen Bedrijfseconomie voor het hbo
Liquiditeit - liquiditeitsbegroting
kw. 1 kw. 2 kw. 3 kw. 4
Liquide middelen beginsaldo 80.000 99.000 114.000 105.000 80.000

Ontvangsten van debiteuren 440.000 420.000 400.000 460.000 1.720.000

Beschikbaar 520.000 519.000 514.000 565.000 1.800.000

Uitgaven
Inkopen 286.000 273.000 260.000 299.000 1.118.000
Personeelskosten 126.000 123.000 120.000 129.000 498.000
Aflossing hypothecaire lening 25.000 25.000
Rente hypothecaire lening 22.000 22.000
Privé 9000 9000 9000 9000 36.000
Aanschaf bestelbus 20.000 20.000
Uitgaven 421.000 405.000 409.000 484.000 1.719.000

Liquide middelen eindsaldo 99.000 114.000 105.000 81.000 81.000

Kenmerken liquiditeitsrekening
 Inkomsten en uitgaven die invloed hebben op de liquide middelen worden
vermeld op de liquiditeitsrekening.

 Alle bedragen zijn inclusief BTW.

 Afschrijvingen staan NOOIT op de liquiditeitsrekening.

 Aflossingen en het betalen van rente staan op de liquiditeitsrekening.

 Het moment van betalen is bepalend, niet het moment van verkopen.