Thema 4: weer, klimaat

en vegetatie.
Hoofdstuk 1: Het weer (blz 152 en 153)
 A ) Het weer, weerelementen en weertoestellen

1. Weerelementen: dat zijn die elementen die we gebruiken om het weer te

beschrijven.
• Temperatuur
• Neerslag
• Luchtdruk
• Windrichting
• Windsnelheid

2. Het weer: dat is de toestand van de lucht op een bepaald moment en

op een bepaalde plaats.
 A ) Het weer, weerelementen en weertoestellen

De barometer geeft aan wat de kracht is

waarmee de lucht op de aarde drukt.
De barometer geeft dus het weerelement
de luchtdruk aan.
Als eenheid gebruiken we hPa of anders
gezegd, hectopascal.
 A ) Het weer, weerelementen en weertoestellen

De pluviometer geeft aan hoeveel regen,

sneeuw of hagel er valt.
De pluviometer geeft dus het
weerelement de neerslag aan.
Als eenheid gebruiken we mm of anders
gezegd, mm neerslag.
 A ) Het weer, weerelementen en weertoestellen

De thermometer geeft aan hoe warm of

koud het is.
De thermometer geeft dus het
weerelement de temperatuur aan. Als
eenheid gebruiken we °C of anders
gezegd, graden Celsius.
 A ) Het weer, weerelementen en weertoestellen

De windvaan of windwijzer geeft aan uit

welke richting de wind komt.
De windvaan of windwijzer geeft dus het
weerelement de windrichting aan.
Als eenheid gebruiken we N, E, S, W of
anders gezegd; noord, oost, zuid, west.
 A ) Het weer, weerelementen en weertoestellen

De anemometer geeft de snelheid van de

wind weer.
De anemometer geeft dus het
weerelement windsnelheid weer.
Als eenheid gebruiken we km/h of anders
gezegd, kilometer per uur.
B) Het weer voorstellen op een kaart

De metingen van de weerelementen worden door de

weerkundigen op de kaart voorgesteld . De volgende
kaarten zijn gemaakt met de gegevens van 23
januari.
De kaarten met de gegevens van 24 januari zullen er
anders uitzien. Het weer verandert van dag tot dag
en zelfs van uur tot uur.
De kaarten van Nederland zullen er op 23 januari ook
anders uitzien.
 B) Het weer voorstellen op een kaart

Isothermen: de temperatuur wordt op een kaart met

isothermen aangeduid. Dit zijn dus lijnen die
plaatsen met dezelfde temperatuur verbinden.
Ukkel ligt op de lijn tussen lichtgeel en lichtblauw. Dus Ukkel
ligt op de isotherm van 0 °C.
Alle plaatsen op die isotherm hebben om 12h, 23 januari een
temperatuur van 0 °C.
B) Het weer voorstellen op een kaart

Wat is de temperatuur om 12h op 23 2 °C

januari van deze plaats?

Wat is de temperatuur om 12h op 23 Tussen -2 en -4 °C

januari van deze plaats?
B) Het weer voorstellen op een kaart

Wat is de neerslag om 12h op 23

januari van deze plaats? 0,5 mm

Wat is de neerslag om 12h op 23

Tussen 1 en 1,5 mm
januari van Gent?
 B) Het weer voorstellen op een kaart

Isohyeten: de neerslag wordt op een kaart met

isohyeten aangeduid. Dit zijn dus lijnen die plaatsen
met dezelfde neerslag verbinden.
Antwerpen ligt op de lijn tussen donkerblauw en lichtblauw.
Dus Antwerpen ligt op de isohyeet van 1 mm.
Alle plaatsen op die isohyeet hebben om 12h, 23 januari een
neerslag van 1 mm.
 B) Het weer voorstellen op een kaart

De windrichting: deze wordt voorgesteld in een

windroos. We benoemen de wind van waar hij komt!
Op de windroos voorgesteld met een pijl.
Er is in Aarlen een zuidwestenwind, omdat de wind uit
het zuidwesten komt.
 B) Het weer voorstellen op een kaart

De wind waait van hoge luchtdruk naar lage

luchtdruk. Hoe dichter de isobaren bij elkaar liggen,
hoe groter de windsnelheid.

Er is in Aarlen een zuidwestenwind aan 9 km/h

 B) Het weer voorstellen op een kaart

Isobaren: de luchtdruk wordt op een kaart met

isobaren aangeduid. Dit zijn dus lijnen die plaatsen
met dezelfde luchtdruk verbinden verbinden.
Een normale luchtdruk is 1013 hPa.
Een luchtdruk hoger dan 1013 hPa is een hoge luchtdruk, H.
Een waarde lager dan 1013 hPa is een lage druk, L.

Ukkel heeft een luchtdruk tussen 1005 en 1010 hPa. Er is dus

een lage luchtdruk.
B) Het weer voorstellen op een kaart

Welke luchtdruk is er in Aarlen?

Tussen 1015 en 1020 hPa, dus H.

Welke luchtdruk is er in Gent?

1005 hPa, dus L.